Contour- en puntdefinities | Patroondefinitie PATTERN DEF
13.5
Patroondefinitie PATTERN DEF
13.5.1
Toepassing
Met de functie PATTERN DEF definieert u op eenvoudige wijze regelmatige
bewerkingspatronen die u met de functie CYCL CALL PAT kunt oproepen. Evenals
bij de cyclusdefinities hebt u bij de patroondefinitie ook helpschermen tot uw
beschikking waarmee de desbetreffende invoerparameter wordt verduidelijkt.
Let op: botsingsgevaar!
De functie PATTERN DEF berekent de bewerkingscoördinaten in de assen X en Y.
Bij alle gereedschapsassen behalve Z bestaat er tijdens de volgende bewerking
gevaar voor botsingen!
PATTERN DEF uitsluitend in combinatie met gereedschapsas Z gebruiken
Keuze-
Definitie
mogelijk-
heid
Punt
POS1
Definitie van maximaal 9 willekeurige
bewerkingsposities
Reeks
ROW1
Definitie van een afzonderlijke reeks, recht
of geroteerd
Patroon
PAT1
Definitie van een afzonderlijk patroon,
recht, geroteerd of vertekend
Frame
FRAME1
Definitie van een afzonderlijk kader, recht,
geroteerd of vertekend
Cirkel
CIRC1
Definitie van een volledige cirkel
PITCHCIRC1 Steekcirkel
Definitie van een steekcirkel
13.5.2
PATTERN DEF invoeren
Ga als volgt te werk:
HEIDENHAIN | TNC7 | TNCguide | 01/2022
AANWIJZING
NC-functie invoegen selecteren
De besturing opent het venster NC-functie invoegen.
PATTERN DEF selecteren
De besturing start de invoer voor PATTERN DEF.
Gewenst bewerkingspatroon selecteren, bijv. CIRC1 voor een
volledige cirkel
Vereiste definities invoeren
Bewerkingscyclus definiëren bijv. cyclus 200 BOREN
Cyclus met CYCL CALL PAT oproepen
Verdere informatie
Pagina 377
Pagina 378
Pagina 379
Pagina 381
Pagina 383
Pagina 384
13
375