10
10.1
Basisprincipes
Om de functies van de besturing te benutten, definieert u de gereedschappen binnen
de besturing met de werkelijke gegevens, bijvoorbeeld Radius. Dit vergemakkelijkt de
programmering en verhoogt de procesveiligheid.
Ga als volgt te werk om een gereedschap aan de machine toe te voegen:
Bereid uw gereedschap voor en span het in een geschikte gereedschapshouder.
Om de afmetingen van het gereedschap op basis van het referentiepunt van de
gereedschapshouder te bepalen, meet u het gereedschap bijvoorbeeld op met
behulp van een voorinstelapparaat. De besturing heeft de maten nodig voor de
berekening van de banen.
Verdere informatie: "Referentiepunt gereedschapshouder", Pagina 249
Om het gereedschap volledig te kunnen definiëren, heeft u meer gereedschaps-
gegevens nodig. Deze gereedschapsgegevens vindt u bijvoorbeeld in de gereed-
schapscatalogus van de fabrikant.
Verdere informatie: "Gereedschapsgegevens voor de gereedschapstypes",
Pagina 262
Sla in het gereedschapsbeheer alle vastgestelde gereedschapsgegevens voor dit
gereedschap op.
Verdere informatie: "Gereedschapsbeheer ", Pagina 274
Wijs eventueel een gereedschapshouder toe aan het gereedschap voor een
realistische simulatie en botsingsbescherming.
Verdere informatie: "Gereedschapshouderbeheer", Pagina 279
Wanneer u het gereedschap volledig hebt gedefinieerd, programmeert u een
gereedschapsoproep binnen een NC-programma.
Verdere informatie: "Gereedschapsoproep met TOOL CALL", Pagina 283
Wanneer uw machine is uitgerust met een chaotisch gereedschapswis-
selsysteem en een dubbele grijper, verkort u eventueel de gereedschapswisseltijd
met behulp van een voorselectie van het gereedschap.
Verdere informatie: "Voorselectie van gereedschap met TOOL DEF",
Pagina 290
Voer eventueel vóór de programmastart een gereedschapsgebruiktest uit.
Hiermee controleert u of de gereedschappen in de machine aanwezig zijn en over
voldoende reststandtijd beschikken.
Verdere informatie: "Gereedschapsgebruiktest", Pagina 291
Wanneer u een werkstuk heeft bewerkt en aansluitend heeft gemeten, corrigeer
dan eventueel de gereedschappen.
Verdere informatie: "Gereedschapsradiuscorrectie", Pagina 1064
10.2
Referentiepunten op het gereedschap
De besturing maakt voor verschillende berekeningen of toepassingen onderscheid
tussen de volgende referentiepunten op het gereedschap.
Verwante onderwerpen
Referentiepunten in de machine of op het werkstuk
Verdere informatie: "Referentiepunten in de machine", Pagina 192
248
Gereedschap | Basisprincipes
HEIDENHAIN | TNC7 | TNCguide | 01/2022