1.
Autosleutel verwijderen en de auto ver-
grendelen.
Automatisch uitschakelen van de sen-
soren
In de volgende situaties worden de senso-
ren uitgeschakeld:
— Als de auto langere tijd niet wordt ont-
grendeld of vergrendeld.
— Als een sensor onevenredig vaak wordt
aangeraakt.
Sensoren weer activeren:
1.
Auto met de knop
ontgrendelen.
LET OP
Door een sterke water- of stoomstraal kun-
nen de sensoren in de portiergrepen wor-
den geactiveerd als er zich een geldige au-
tosleutel in het benaderingsgebied bevindt.
Als er minstens een ruit geopend is en de
sensoren in een portiergreep permanent
worden geactiveerd, sluiten alle ruiten. Als
de water- of stoomstraal kort van de sen-
soren in een portiergreep wordt verwijderd
en weer teruggebracht, gaan mogelijk alle
ruiten open → pag. 78.
Als op het display in het instrumen-
tenpaneel de melding Keyless defect
wordt weergegeven, kunnen er storingen bij
Keyless Entry ontstaan. Gekwalificeerde
specialist opzoeken.
Als er geen autosleutel in de auto ligt
of deze niet wordt herkend, wordt op
het display in het instrumentenpaneel een
melding weergegeven. Dit kan het geval zijn
als het signaal van de autosleutel door een
ander zendsignaal wordt verstoord of door
een voorwerp wordt afgedekt, bv. door een
aluminium koffer.
Portieren en knop voor centra-
le vergrendeling
Inleiding
De portieren kunnen handmatig worden
vergrendeld en gedeeltelijk worden ont-
80
Open en dicht
grendeld, bijvoorbeeld bij uitval van de au-
tosleutel of de centrale vergrendeling.
Met de centrale vergrendeling kunnen alle
portieren, de achterklep en de tankklep van
de auto centraal worden ontgrendeld en
vergrendeld.
De auto kan alleen met de autosleutel wor-
den vergrendeld als het contact werd uit-
geschakeld of de bestuurder de auto bij af-
gezette motor verlaten heeft.
Als u de auto verlaat altijd de autosleutel
meenemen.
op de autosleutel
Een symbool op het display in het instru-
mentenpaneel wijst u erop als één of meer-
dere portieren of kleppen niet op de juiste
wijze zijn gesloten.
Betreffende portier of klep sluiten →
De weergave is ook bij uitgeschakeld con-
tact zichtbaar en gaat na enkele seconden
uit, nadat de auto bij gesloten portieren en
kleppen werd vergrendeld.
Niet verder rijden!
WAARSCHUWING
Een niet goed gesloten portier kan tijdens
het rijden plotseling opengaan en zware
verwondingen veroorzaken.
·
Stop direct en sluit het portier.
·
Let er bij het sluiten op dat het portier
goed en volledig sluit. Het gesloten por-
tier moet vlak aansluiten op de carros-
seriedelen eromheen.
·
Open of sluit de portieren alleen als
niemand zich in het zwenkgebied be-
vindt.
WAARSCHUWING
Een met de portiervanger opengehouden
portier kan bij harde wind en op hellingen
vanzelf sluiten en verwondingen veroor-
zaken.
·
Houd portieren bij het openen en slui-
ten altijd bij de portiergreep vast.
WAARSCHUWING
Het werkingsgebied van de portieren en
de achterklep is gevaarlijk en kan verwon-
dingen veroorzaken.
·
Open en sluit de portieren en de achter-
klep alleen als niemand zich in het
zwenkgebied bevindt.
.