Download Print deze pagina

Ford TOURNEO CONNECT 2023 Handleiding pagina 186

Advertenties

mentenpaneel brandt een van de volgende
controlelampjes:
Systeem regelt.
Systeem regelt.
U kunt de regeling op elk moment afbreken
door, afhankelijk van de verkeerssituatie,
krachtig te accelereren, te remmen of te
sturen.
Als de noodgevalassistent actief regelt,
worden andere weggebruikers als volgt ge-
waarschuwd:
— De alarmlichten worden na korte tijd in-
geschakeld.
— Afhankelijk van de snelheid claxonneert
de auto.
Als de resterende remweg voldoende is,
vertraagt de auto zo nodig tot stilstand.
Zodra de auto stilstaat, gebeurt het volgen-
de:
— De parkeerrem wordt ingeschakeld.
— De keuzehendelstand P wordt ingescha-
keld.
— De portieren worden ontgrendeld.
— De binnenverlichting wordt ingeschakeld.
— Afhankelijk van de uitrusting wordt er een
noodoproep via het wettelijk verplichte
noodoproepsysteem eCall verstuurd
→ pag. 72.
WAARSCHUWING
Als de noodgevalassistent ongewenst in-
grijpt, kunnen ongevallen en zware ver-
wondingen het gevolg zijn.
·
Als de auto zich anders dan verwacht
gedraagt, breek dan de ingreep van de
noodgevalassistent af door krachtig te
accelereren, te remmen of te sturen.
·
Schakel het Lane-Keeping System uit.
·
Gebruik de Adaptieve Cruise Control
met Lane Centring niet.
·
Zoek een hiervoor gekwalificeerde spe-
cialist op en laat het systeem controle-
ren.
184
Bestuurdershulpsystemen
Probleemoplossingen
Raadpleeg
aan het begin van dit
hoofdstuk op pag. 183.
Noodgevalassistent niet beschik-
baar
Storing of defect. Het controlelampje
brandt geel. Bovendien wordt er een mel-
ding weergegeven op het display in het in-
strumentenpaneel.
1.
Motor afzetten en opnieuw starten.
2. Als het probleem blijft bestaan, de
noodgevalassistent uitschakelen en
een hiervoor gekwalificeerde specialist
opzoeken.
Bedieningsvelden reageren anders dan
verwacht
Vocht, vuil en vet kunnen de werking van de
bedieningsvelden beperken.
1.
Bedieningsvelden altijd schoon en
droog houden.
Blind Spot Assist
Inleiding
De Blind Spot Assist helpt de bestuur-
der het verkeer achter de auto te her-
kennen.
Radarsensoren achter de achterbumper
bewaken het gebied achter de auto. Het
systeem meet de afstand tot en het snel-
heidsverschil met andere voertuigen en in-
formeert de bestuurder met optische sig-
nalen in de behuizingen van de buitenspie-
gels.
De Blind Spot Assist alleen op verharde
wegen gebruiken.
Snelheidsbereik
Als de Blind Spot Assist ingeschakeld is, is
deze vanaf ongeveer 15 km/h (ca. 9 mph)
actief. Bij een snelheid lager dan ongeveer
10 km/h (ca. 6 mph) wordt de Blind Spot
Assist gedeactiveerd.

Advertenties

loading