Advertenties
tinu met het actuele rijgedrag vergeleken.
Als het systeem vermoeidheid bij de be-
stuurder herkent, informeert het akoestisch
en optisch met een symbool op het display
in het instrumentenpaneel in combinatie
met een aanvullende tekstmelding →
18. De melding op het display in het instru-
mentenpaneel wordt gedurende ongeveer
vijf seconden weergegeven en zo nodig
eenmaal herhaald. De laatst gegeven mel-
ding wordt door het systeem opgeslagen.
Werkingsvoorwaarden
Het rijgedrag wordt alleen bij snelheden
boven ongeveer 60 km/h (ongeveer 37
mph) tot ongeveer 200 km/h (ongeveer
125 mph) geanalyseerd.
WAARSCHUWING
De intelligente techniek van Driver Alert
kan de natuurkundig bepaalde grenzen
niet overwinnen en functioneert uitslui-
tend binnen de systeemgrenzen. Het ho-
gere comfort dat Driver Alert biedt, mag
nooit verleiden tot het nemen van een
veiligheidsrisico. Bij langere ritten regel-
matige en voldoende lange pauzes inlas-
sen.
·
De verantwoordelijkheid voor de eigen
rijbekwaamheid ligt altijd bij de be-
stuurder.
·
Bestuur de wagen nooit als u vermoeid
bent.
·
Het systeem herkent vermoeidheid bij
de bestuurder niet onder alle omstan-
digheden. Let op de informatie in de pa-
ragraaf 'Functiebeperkingen'.
·
Het systeem kan in sommige situaties
een bewuste rijmanoeuvre ten onrechte
als vermoeidheid van de bestuurder in-
terpreteren.
·
Er wordt geen acute waarschuwing ge-
geven bij zogenoemde secondenslaap!
·
Let op de weergaven op het display in
het instrumentenpaneel en handel in
overeenstemming met de opdrachten.
Driver Alert is alleen ontwikkeld voor
het rijden op autosnelwegen en goed
verharde provinciale wegen.
36
Bestuurdersinformatie
Bij een storing in het systeem, een
hiervoor gekwalificeerde specialist op-
zoeken en het systeem laten controleren.
afb.
Grenzen van Driver Alert
Raadpleeg
hoofdstuk op pag. 35.
Functiebeperkingen
Driver Alert heeft systeembepaalde gren-
zen. De volgende omstandigheden kunnen
ertoe leiden dat Driver Alert slechts beperkt
of helemaal niet werkt:
— Snelheden lager dan ongeveer 60 km/h
(ongeveer 37 mph).
— Snelheden hoger dan ongeveer 200
km/h (ongeveer 125 mph).
— Bochtige wegen.
— Werk aan de weg.
— Slecht wegdek.
— Ongunstige weersomstandigheden.
— Sportieve rijstijl.
— Rijden met aanhangwagen → pag. 281.
— Sterke afleiding van de bestuurder.
In de volgende situaties wordt Driver Alert
gereset:
— Het contact is uitgeschakeld.
— De veiligheidsgordel van de bestuurder is
losgegespt en het bestuurdersportier is
geopend.
— De wagen staat langer dan ongeveer 15
minuten stil.
Bij een langere langzame rit onder onge-
veer 60 km/h (ongeveer 37 mph) wordt de
inschatting van de vermoeidheid door het
systeem automatisch gereset. Als daarna
sneller wordt gereden, wordt het rijgedrag
opnieuw berekend.
aan het begin van dit
Advertenties
