Inhoudsopgave
Advertenties
Verwarming en aircondi-
tioning
Automatische klimaatrege-
ling
Overzicht van de automatische
klimaatregeling
Automatische klimaatregeling
De automatische klimaatregeling ver-
warmt, koelt en ontvochtigt de lucht. Met
de automatische regeling kunnen lucht-
temperatuur, luchtverdeling en luchthoe-
veelheid automatisch worden geregeld.
De klimaatregeling werkt het beste als de
ruiten gesloten zijn. Bij zeer hoge tempera-
turen in de auto kan ventileren helpen het
afkoelen te versnellen.
Sommige functies van de klimaatregeling
en het menu in het infotainmentsysteem
zijn afhankelijk van de uitrusting.
Weergave van ingeschakelde functies
Verlichte symbolen op de toetsen geven
een ingeschakelde functie aan.
In het klimaatmenu in het infotainmentsys-
teem geven met een kleur gemarkeerde
functietoetsen een ingeschakelde functie
aan.
Klimaatregeling met spraakcomman-
do's bedienen
Sommige functies van de klimaatregeling
kunnen afhankelijk van de uitrusting met de
spraakbediening worden bediend.
WAARSCHUWING
Slecht zicht door de ruiten verhoogt het
risico van botsingen en ongevallen die
zware of dodelijke verwondingen kunnen
veroorzaken.
·
Houd alle ruiten vrij van ijs, sneeuw en
condens.
·
Stel de verwarming, klimaatregeling en
achterruitverwarming zo in dat de rui-
ten niet beslaan → pag. 134.
·
Rijd pas weg als de ruiten vrij zijn.
·
Gebruik de circulatiefunctie alleen ge-
durende korte tijd. De ruiten kunnen an-
ders zeer snel beslaan en het zicht zeer
ernstig beperken.
·
Schakel de circulatiefunctie uit als deze
niet meer nodig is.
Automatische klimaatregeling in-
schakelen en uitschakelen
In het klimaatmenu: bovenste beeld-
schermrand
Automatische klimaatregeling in- en
uitschakelen.
1.
Klimaatmenu in het infotainmentsys-
teem openen → pag. 123.
2.
aantippen.
Automatische regeling van de au-
tomatische klimaatregeling
In het klimaatmenu
De ingestelde luchttemperatuur
wordt constant gehouden. De lucht-
hoeveelheid en luchtverdeling wor-
den automatisch geregeld. De auto-
matische regeling wordt uitgescha-
keld als het ventilatortoerental hand-
matig wordt veranderd.
Als een Comfort-functie wordt inge-
schakeld, wordt ook de automatische
regeling van de automatische kli-
maatregeling ingeschakeld. → pag.
124.
Klimaatprofiel kiezen
Het ventilatortoerental in de automatische
regeling kan via de klimaatprofielen worden
geregeld.
1.
Klimaatmenu in het infotainmentsys-
teem openen.
2.
aantippen.
3. In het pop-upvenster het gewenste kli-
maatprofiel kiezen.
Automatische klimaatregeling
121
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
