den of topografische voorwaarden of de
dekking van het datatarief.
Om vast te stellen, of uw wagen met
een modem is uitgerust, bezoekt u:
www.FordConnected.com
Gegevens mobiel apparaat
Raadpleeg
aan het begin van dit
hoofdstuk op pag. 40.
Als u een mobiel apparaat op de wagen
aansluit, kunt u gegevens van dit apparaat,
bv. muziek en albumcovers, op het aan-
raakgevoelige beeldscherm laten weerge-
ven. Via het systeem kunt u uw wagenge-
gevens voor mobiele apps op uw apparaat
vrijgeven → pag. 266.
De functie voor mobiele apps werkt via het
verbonden apparaat en verzendt gegevens
aan ons in de USA. De gegevens worden
gecodeerd; ze omvatten bijvoorbeeld het
chassisnummer van uw wagen, de kilome-
terstand, systeemcompatibele apps, ge-
bruiksstatistieken en debugging-informatie.
Wij bewaren deze gegevens slechts zo lang
als nodig is voor het beschikbaar stellen
van deze dienst, het uitvoeren van maatre-
gelen voor het oplossen van storingen, het
continu verbeteren van producten en dien-
sten en voor zover wettelijk toegestaan,
u op grond van uw voorkeuren producten
en diensten aan te bieden, die voor u inte-
ressant zouden kunnen zijn.
Wanneer u een mobiele telefoon met het
systeem verbindt, maakt het systeem een
profiel aan, dat met deze mobiele telefoon
is verbonden. Dit profiel maakt het gebruik
van andere zend-ontvangtechnische func-
ties en een efficiënte toepassing ervan mo-
gelijk. Dit profiel bevat o.a. gegevens uit uw
adresboek, gelezen en niet-gelezen tekst-
berichten en een oproepenlijst, inclusief
een lijst van oproepen die hebben plaats-
gevonden terwijl uw mobiele telefoon niet
met het systeem verbonden was.
Wanneer u bovendien een media-apparaat
aansluit, maakt het systeem een media-
apparatenindex van de ondersteunde me-
dia-inhoud aan en slaat deze op. Het sys-
teem slaat ook een korte diagnose-log op
42
Privacy
van ca. 10 minuten met de laatste sys-
teemactiviteiten.
Het zend-ontvangprofiel, de media-appa-
raatindex en het diagnoseverslag blijven in
de wagen opgeslagen, tot ze worden ge-
wist; ze kunnen bovendien normaliter al-
leen in de wagen worden opgevraagd,
wanneer u uw mobiele telefoon of media-
apparaat aansluit. Als u het systeem of de
wagen niet meer wilt gebruiken, adviseren
wij u, een algehele systeemreset uit te voe-
ren om alle opgeslagen informatie te wis-
sen → pag. 252.
Toegang tot de systeemgegevens is alleen
met een speciale uitrusting en toegang tot
de wagenmodule mogelijk.
Meer informatie over ons privacybeleid
vindt u op de Ford-website van uw land.
Om vast te stellen, of uw wagen met
connectiviteitstechnologieën is uitge-
rust, bezoekt u:
www.FordConnected.com
Gegevens noodoproepsysteem
Raadpleeg
aan het begin van dit
hoofdstuk op pag. 40.
Als het noodoproepsysteem actief is, kan
dit aan de alarmcentrale doorgeven, dat de
wagen bij een ongeval betrokken was
waarbij de airbag of de brandstofpompuit-
schakeling werd geactiveerd. Sommige
versies of updates van het noodoproepsys-
teem kunnen de hulpdienst mogelijkerwijs
ook elektronisch of verbaal de positie van
de wagen en/of details over de wagen of
het ongeval melden, opdat de hulpdienst
de benodigde noodgevalmaatregelen kan
inleiden. Wanneer u deze informatie niet
wilt doorgeven, activeert u het systeem dan
niet.
De volgende gegevens kunnen o.a. worden
doorgegeven:
— Chassisnummer.
— Brandstofsoort van de wagen.
— Actuele tijd.
— Positie en rijrichting.