Advertenties
Na het starten van de auto
Direct na het starten van de auto is
de Automatic Emergency Braking niet
of slechts beperkt beschikbaar. Ge-
durende deze tijd brandt op het dis-
play in het instrumentenpaneel het
witte controlelampje.
Niet-herkenbare objecten
De Automatic Emergency Braking kan bij de
volgende objecten niet of verlaat reageren:
— Tegemoetkomende of kruisende voertui-
gen.
— Stilstaande of tegemoetkomende voet-
gangers; zonder Pedestrian Detection
volgt geen reactie op personen.
— Stilstaande of tegemoetkomende fiet-
sers; zonder fietserherkenning ook geen
reactie op overstekende fietsers.
— Voetgangers en fietsers die niet als zoda-
nig worden herkend, bv. omdat zij geheel
of gedeeltelijk onzichtbaar zijn.
Functiebeperkingen
Naast de bij de grenzen van de sensoren
genoemde situaties kan de Automatic
Emergency Braking onder andere in de vol-
gende situaties niet, te laat of ongewenst
reageren:
— Achteruitrijden.
— Als ESC regelt of bij een storing in ESC.
— Als meerdere remlichten van de auto de-
fect zijn.
— Als meerdere remlichten van de elek-
trisch aangesloten aanhangwagen (af-
hankelijk van het land) of fietsdrager de-
fect zijn.
— Als de auto sterk accelereert of als het
gaspedaal volledig wordt ingetrapt.
— In meerduidige verkeerssituaties, bv. bij
voor u rijdende voertuigen die hard rem-
men of afslaan.
— Bij het in- en uitrijden van tunnels.
— Wanneer er een storing is opgetreden in
de Automatic Emergency Braking.
Automatic Emergency Braking uitscha-
kelen
De Automatic Emergency Braking is door
systeembeperkingen in de volgende situ-
174
Bestuurdershulpsystemen
aties niet geschikt en moet worden uitge-
schakeld →
:
— Als de auto niet op de openbare weg rijdt,
bv. in het terrein of op een circuit.
— Als de auto wordt afgesleept of getrans-
porteerd.
— Als aanbouwdelen de radarsensor of ca-
mera bedekken.
— Als de camera of de radarsensor defect
is.
— Na geweldsinwerking op de onderdelen
van de radarsensor, bv. na een kop-
staartbotsing.
— Bij beschadiging van de voorruit in het
cameravenster.
— Bij meerdere ongewenste ingrepen.
WAARSCHUWING
Als u de Automatic Emergency Braking
gebruikt in de genoemde situaties, kun-
nen ongevallen en zware verwondingen
tot zelfs de dood het gevolg zijn.
·
Schakel de Automatic Emergency Bra-
king in de genoemde situaties uit.
Uitwijkassistent
Raadpleeg
aan het begin van dit
hoofdstuk op pag. 172.
De uitwijkassistent kan helpen de auto
in kritieke rijsituaties om een obstakel
heen te sturen.
Als u na een acute waarschuwing stuurt
om een obstakel te ontwijken, kan de uit-
wijkassistent u daarbij helpen. De uitwijkas-
sistent remt afzonderlijke wielen af en on-
dersteunt u met een corrigerende stuurin-
greep zolang u actief stuurt.
Snelheidsbereik
De uitwijkassistent is in een snelheidsbereik
van ongeveer 30 km/h (ca. 20 mph) tot on-
geveer 150 km/h (ca. 90 mph) beschik-
baar.
Advertenties
