Aantrekmoment van de wielbouten
Het aantrekmoment van de wielbouten
wordt in het hoofdstuk "Wiel verwisselen"
aangegeven → pag. 371, Wiel verwisselen.
WAARSCHUWING
Als de wielbouten met een te laag aan-
trekmoment worden aangetrokken, kun-
nen de wielbouten en dus het wiel tijdens
het rijden losraken. Door een te groot aan-
trekmoment kunnen de wielbout en de
schroefdraad worden beschadigd.
Verkeerd aangetrokken of ontbrekende
wielbouten kunnen leiden tot verlies van
de controle over de auto, zware ongeval-
len en dodelijke verwondingen.
·
Draai de wielbouten altijd met het cor-
recte aantrekmoment vast. Als u niet
over een momentsleutel beschikt, draai
de wielbouten dan vast met de wiel-
sleutel en laat het aantrekmoment on-
middellijk controleren bij de dichtstbij-
zijnde hiervoor gekwalificeerde specia-
list.
·
Rijd nooit met ontbrekende of losse
wielbouten.
·
Altijd de bij de velg en het model pas-
sende wielbouten gebruiken.
·
Smeer de wielbouten en de schroef-
gangen in de wielnaven nooit in met
olie of vet. Ook met het voorgeschreven
aantrekmoment kunnen de wielbouten
tijdens het rijden loskomen.
·
Controleer of de wielbouten en de
schroefgangen van de wielnaven
schoon zijn, soepel draaien en vrij van
olie en vet zijn.
·
Maak nooit de schroefverbindingen van
velgen met vastgeschroefde velgring
los.
350
Velgen en banden
Wielen wisselen
Afb. 206 Schema voor het wisselen van de
wielen (principeafbeelding)
Voor een gelijkmatige slijtage van alle ban-
den is het aan te raden de wielen regelma-
tig volgens het schema →
selen. Daardoor krijgen de banden onge-
veer dezelfde levensduur.
Er wordt geadviseerd om de wielen door
een hiervoor gekwalificeerde specialist te
laten vervangen.
Profieldiepte controleren
Profieldiepte
De meeste rijsituaties hebben een zo diep
mogelijk bandenprofiel nodig. Daarbij zou-
den alle banden ten minste per as over een
gelijkmatige profieldiepte moeten beschik-
ken →
. Dit geldt vooral bij natte of win-
terse wegomstandigheden.
In de meeste landen is bij 1,6 mm (1/16
inch) restprofiel, gemeten in de profielgroe-
ven naast de slijtage-indicatoren, de wette-
lijk toegestane minimale profieldiepte be-
reikt. Afwijkende landspecifieke wettelijke
voorschriften in acht nemen.
Landspecifieke wettelijke voorschriften met
betrekking tot de minimale profieldiepte
van winter- en 4-seizoenenbanden in acht
nemen.
Bandenslijtage
De bandenslijtage is afhankelijk van ver-
schillende factoren:
afb. 206
te wis-