Advertenties
De voorwerpen en bagage altijd volgens
#
de voorschriften in het voertuig opber‐
gen en vastzetten.
& WAARSCHUWING Inklemgevaar bij
instelling van de stoelen
Wanneer een stoel wordt versteld, kunt u of
een van de inzittenden ingeklemd raken.
Bij het verstellen van een stoel mogen
#
zich geen lichaamsdelen in het bewe‐
gingsgebied van de stoel bevinden; dit
controleren.
Verwijderen
Bij het in- en uitbouwen van de zitplaatsen ach‐
terin met stoelverwarming en stoelventilatie of de
luxe zitplaatsen achterin het kabelverloop en de
oorspronkelijke inbouwpositie daarvan in acht
nemen. Anders kunt u de kabels beschadigen en
kan de boordcomputer de zitpositie niet correct
herkennen.
Alleen zitplaatsen achterin met stoelverwarming
en stoelventilatie of luxe zitplaatsen achterin
gebruiken die meegeleverd zijn met het voertuig.
Vanwege de hoogwaardige uitvoering en de tech‐
nische uitrusting adviseert Mercedes-Benz, een
luxe zitplaats achterin bij een gekwalificeerde
werkplaats te laten uit- en inbouwen.
Omgeklapte zitplaats achterin (voorbeeld stan‐
daard zitplaats achterin)
Alle sleden voor de instelling in lengterichting
#
moeten aan beide zijden vergrendeld zijn.
De zitplaats achterin mag niet meer verscho‐
ven kunnen worden.
De stoel naar voren klappen (
#
De stoel tegen de handgreep
#
de beide ontgrendelingshendels
klappen.
De ingeklapte stoel naar voren bewegen en
#
naar boven eruit tillen.
Aanbrengen
#
#
#
Aanwijzingen met betrekking tot zit-ligcombi‐
natie
& WAARSCHUWING Inklemgevaar bij ver‐
& WAARSCHUWING Gevaar voor letsel
& WAARSCHUWING Gevaar voor letsel
pagina 89).
/
1
houden en
2
omhoog‐
Stoelen en opbergen
De stoel aan de handgreep
De stoel schuin van voren van bovenaf in de
voorste stoelverankeringen
laten vergrendelen.
De stoel terug in de tafel- of zitpositie klap‐
pen (
pagina 89)en in de basisstand ver‐
/
schuiven (
pagina 88).
/
stelling van de achterbank
Als u een achterbank verstelt, kunnen u of
andere inzittenden bekneld bijvoorbeeld
raken, bijvoorbeeld aan de geleiderail van de
achterbank.
Bij het instellen van een achterbank
#
mag zich geen lichaamsdeel in het
bewegingsgebied van de achterbank
bevinden; dit controleren.
door verschuiven van de achterbank tij‐
dens het rijden
Als u de achterbank tijdens het rijden ver‐
schuift, kan deze onverwacht en plotseling
verschuiven, bijvoorbeeld bij het remmen.
U kunt bekneld raken en u stoten tegen
onderdelen van het interieur of tegen andere
inzittenden.
De achterbank alleen als het voertuig
#
stilstaat verschuiven.
Controleren of de achterbank na het
#
verschuiven vergrendeld is.
door ontbrekende beschermende wer‐
king van de windowbag
Wanneer u de zitpositie binnen het gemar‐
keerde gebied verlaat, kan de windowbag zijn
beschermende werking niet meer optimaal
vervullen.
De beschermende werking van de windowbag
neemt geleidelijk af en kan eventueel zelfs
volledig teniet worden gedaan.
De zit-ligcombinatie binnen het gemar‐
#
keerde gebied op de geleiderail vergren‐
delen.
91
1
vastpakken.
3
aanbrengen en
Advertenties
