Erop letten dat de voor- en achteras op het‐
#
zelfde transportvoertuig komen te staan.
Nadat het voertuig op een transporter is
gezet
De transmissie in de stand j zetten.
#
De wegsleepbeveiliging uitschakelen
#
(
pagina 73).
/
De sleutel in het contactslot in de stand g
#
draaien en uit het contactslot verwijderen.
Het voertuig met de parkeerrem tegen weg‐
#
rollen beveiligen.
Het voertuig aan de wielen vastzetten.
#
Sleepoog opbergplaats
Het sleepoog bevindt zich in het boordgereed‐
schap (
pagina 306).
/
Sleepoog verwijderen en aanbrengen
Voorste sleepoog aanbrengen en verwijderen
* AANWIJZING Beschadiging van de auto
door verkeerd gebruik van het sleepoog
Bij het bergen van de auto door het lostrek‐
ken met behulp van het sleepoog kan de auto
beschadigd raken.
Het sleepoog alleen gebruiken voor het
#
slepen of aanslepen van de auto.
Bevestiging voor voorste sleepoog in de bumper
Het sleepoog en de schroevendraaier uit het
#
boordgereedschap nemen (
Aanbrengen
Op de pijl op de afdekking
#
afdekking
1
van de opening verwijderen.
De inschroefopening voor het sleepoog is
zichtbaar.
Het sleepoog rechtsom tot de aanslag erin
#
draaien.
De schroevendraaier in het sleepoog steken
#
en het sleepoog vastdraaien.
De schroevendraaier met het boordgereed‐
#
schap in het voertuig opbergen.
Verwijderen
De schroevendraaier uit het boordgereed‐
#
schap nemen.
De schroevendraaier in het sleepoog steken
#
en het sleepoog linksom draaien.
Het sleepoog verwijderen.
#
De afdekking
1
met de nok aan de boven‐
#
zijde aanbrengen en aan de onderzijde vast‐
drukken, tot de afdekking vergrendelt.
Het sleepoog en de schroevendraaier met het
#
boordgereedschap in het voertuig opbergen.
Achterste sleepoog
Achterste sleepoog onder de bumper
Bij het aan- of wegslepen van een voertuig de
#
sleepkabel of -stang aan het achterste sleep‐
oog
2
bevestigen.
De aanwijzingen met betrekking tot de toege‐
#
stane sleepmethoden in acht nemen
(
pagina 301).
/
Pechhulp 305
pagina 306).
/
1
drukken en de