Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Disclaimer
De volgende online-versie van de handleiding
beschrijft alle modellen, standaarduitrustingen en
opties van uw auto. Landspecifieke afwijkingen in
de taalvarianten zijn mogelijk. Neem in acht dat
uw auto mogelijk niet met alle beschreven func-
ties is uitgerust. Dit betreft ook veiligheidsrele-
vante systemen en functies.
Neem alstublieft contact op met uw geautori-
seerde Mercedes-Benz-dealer om een gedrukte
handleiding voor andere modellen en modeljaren
te ontvangen. De online-handleiding is altijd de
meest actuele versie. Er kon geen rekening wor-
den gehouden met alle afwijkingen met het daad-
werkelijke voertuig, omdat Mercedes-Benz haar
voertuigen continu aanpast aan de nieuwste stand
der techniek en de vorm en uitvoering wijzigt.
Ook de gedrukte handleiding, aanvullende docu-
menten en de digitale handleiding lezen.
Auteursrecht
Alle rechten voorbehouden. Alle teksten,foto's en
afbeeldingen vallen onder het auteursrecht en
andere wetten ter bescherming van intellectueel
eigendom. Deze mogen niet voor handelsdoelein-
den of voor verspreiding worden gekopieerd, noch
veranderd en op andere websites worden
gebruikt.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Mercedes-Benz W213 E-Klasse 2017

  • Pagina 1 Dit betreft ook veiligheidsrele- vante systemen en functies. Neem alstublieft contact op met uw geautori- seerde Mercedes-Benz-dealer om een gedrukte handleiding voor andere modellen en modeljaren te ontvangen. De online-handleiding is altijd de meest actuele versie. Er kon geen rekening wor-...
  • Pagina 2 E-Klasse Limousine Handleiding Mercedes-Benz...
  • Pagina 3 Geeft een oorzaak aan Symbolen * AANWIJZING Materiële schade door het niet in acht nemen van aanwijzingen In deze handleiding vindt u de volgende symbo‐ m.b.t. materiële schade len: Aanwijzingen m.b.t. materiële schade wijzen & GEVAAR Gevaar door het niet in acht op risico's die tot schade aan de auto kunnen nemen van waarschuwingsaanwijzingen leiden.
  • Pagina 4 Bij auto's met rechts stuur handigd. wijkt de indeling van onderdelen en bedienings‐ elementen overeenkomstig af. Mercedes-Benz past zijn auto's steeds aan de voortdurende ontwikkeling van de wetenschap 2135846507Z107 en de techniek aan. 2135846507Z107...
  • Pagina 5: Inhoudsopgave

    Licht en zicht ..........130 Sleutel ............68 Terugname van de oude auto ......19 Exterieurverlichting ........130 Portieren ............72 Mercedes-Benz originele onderdelen .... 20 Interieurverlichting ........139 Bagageruimte ..........77 Handleiding ........... 21 Lampjes vervangen (auto's met halo‐...
  • Pagina 6 Inhoudsopgave Dashboardverlichting instellen ....264 Accu (auto) ..........344 Klimaatregeling ........150 Menu's en submenu's ........ 264 Aan- of wegslepen ........349 Overzicht temperatuurregelsystemen ..150 Head-up-display .......... 271 Elektrische zekeringen ........ 355 Temperatuurregelsysteem bedienen ... 151 Multimediasysteem ......... 273 Banden en velgen ........
  • Pagina 7 Inhoudsopgave Displaymeldingen met waarschu‐ wings- en controlelampjes ...... 398 Displaymeldingen ........398 Waarschuwings- en controlelampjes ..455 Trefwoordenregister ........ 473...
  • Pagina 9: In Één Oogopslag - Cockpit

    In één oogopslag – Cockpit...
  • Pagina 10 In één oogopslag – Cockpit → → Stuurwielschakelpaddles DYNAMIC SELECT-schakelaar → → Combischakelaar PASSENGER AIRBAG controlelampjes → → DIRECT SELECT-keuzehendel Bedieningspaneel voor multimediasysteem → → Display (multimediasysteem) Stuurwiel instellen → → Start-stoptoets Bedieningspaneel voor boordcomputer → → Bedieningspaneel voor multimediasysteem TEMPOMAT-hendel →...
  • Pagina 11: Overzicht Waarschuwings- En Controle- Lampjes

    In één oogopslag – Overzicht waarschuwings- en controlelampjes Instrumentendisplay (standaard)
  • Pagina 12: Knipperlichten

    In één oogopslag – Overzicht waarschuwings- en controlelampjes → → Snelheidsmeter ! Elektrische parkeerrem (geel) → → ® 6 Veiligheidssysteem ÷ ESP → → ü Veiligheidsgordel niet omgegespt #! Knipperlichten → → j Aanhangwagenvoorziening niet bedrijfs‐ Ð Stuurbekrachtiging vertoont een storing klaar of beweegt →...
  • Pagina 13 In één oogopslag – Overzicht waarschuwings- en controlelampjes Instrumentendisplay in de widescreen cockpit...
  • Pagina 14: G 8 Brandstofreserve Met Aanduiding Tankdop

    In één oogopslag – Overzicht waarschuwings- en controlelampjes → → Snelheidsmeter J Remmen (rood) → → AIR BODY CONTROL/DYNAMIC BODY CONTROL ü Veiligheidsgordel niet omgegespt vertoont een storing Weergave brandstofpeil → #! Knipperlichten → 8 Brandstofreserve met aanduiding tankdop‐ → Multifunctioneel display kleppositie →...
  • Pagina 15: Bedieningspaneel Dakconsole

    In één oogopslag – Bedieningspaneel dakconsole...
  • Pagina 16: B 3 Panoramaschuifdak Openen En Sluiten

    Brillenbox → | Automatische verlichtingsregeling in- en → uitschakelen 3 Panoramaschuifdak openen en sluiten → → SOS-noodoproepsysteem (Mercedes-Benz nood‐ Rolzonneschermen openen of sluiten oproepsysteem) → Binnenspiegel → c Interieurverlichting voorin in- en uitschake‐ → u Interieurverlichting achterin in- en uitscha‐...
  • Pagina 17: Portierbedieningseenheid En Stoelinstel- Lingen

    In één oogopslag – Portierbedieningseenheid en stoelinstellingen...
  • Pagina 18: Auto Ver- En Ontgrendelen

    In één oogopslag – Portierbedieningseenheid en stoelinstellingen → → Stoel elektrisch instellen W Linker zijruit openen en sluiten → → Stoelverwarming in- en uitschakelen Portier openen → → Stoelventilatie in- en uitschakelen Geheugenfunctie instellen → → Passagiersstoel vanaf bestuurdersstoel instellen Stoel in lengterichting instellen →...
  • Pagina 19: In Geval Van Nood En Pech

    In één oogopslag – In geval van nood en pech...
  • Pagina 20 In één oogopslag – In geval van nood en pech → Handelswijze na een ongeval Alarmknipperlichtinstallatie → → QR-codes voor het bepalen van de reddings‐ Brandblusser kaart → Tankdopklep met aanwijzingsplaatjes voor ban‐ → Veiligheidsvesten denspanning, brandstofsoort en QR-codes voor het bepalen van de reddingskaart →...
  • Pagina 21: Digitale Handleiding

    Menupunt selecteren. geopend. De digitale handleiding beschrijft de werking en De handleiding vindt u eveneens in de bediening: Mercedes-Benz Guides app in de gangbare App Stores. van de auto van het multimediasysteem Vooruit- en terugbladeren: De controller Tijdens het rijden is de digitale handleiding om draaien.
  • Pagina 22: Algemene Aanwijzingen

    Terugname van de oude auto uitvoeren bij een gekwalificeerde werk‐ Alleen voor EU-landen: MILIEU-AANWIJZING Milieuschade door plaats. Mercedes-Benz neemt uw oude auto weer terug bedrijfsomstandigheden en persoonlijke om deze overeenkomstig de richtlijn autowrak‐ Uw persoonlijke rijstijl: rijstijl ken van de Europese Unie (EU) milieuvriendelijk Tijdens het starten geen gas geven.
  • Pagina 23: Mercedes-Benz Originele Onderdelen

    In deze gebieden geen accessoires aansprakelijkheid voor gebreken als bij een keuringsinstantie of officiële instantie aan‐ monteren zoals een audiosysteem. nieuwe onderdelen. wezig is, neemt Mercedes-Benz geen verant‐ Geen reparaties of laswerkzaamheden Gerecyclede ruilaggregaten en -onder‐ woordelijkheid voor het gebruik in Mercedes- uitvoeren.
  • Pagina 24: Handleiding

    De handleiding en het onderhoudsboekje zijn Wijzigingen aan elektronische onderdelen, de belangrijke documenten en moeten in de auto software en bedrading hiervan kunnen de Bij het bestellen van Mercedes-Benz originele bewaard worden. werking en/of de werking van andere gekop‐ onderdelen altijd het voertuigidentificatienum‐...
  • Pagina 25: Conformiteitsverklaring

    Algemene aanwijzingen ren, gras of takken, tussen de bodemplaat en & WAARSCHUWING Brandgevaar door * AANWIJZING Beschadiging van de auto bodembekleding verzamelen. Als dit materi‐ brandbaar materiaal aan hete onderdelen In de volgende gevallen kan de auto worden aal met hete onderdelen van het uitlaatsys‐ van het uitlaatsysteem beschadigd: teem in contact komt, kan dit ontsteken.
  • Pagina 26 C) DBL 7392.10, DBL 8230.10 Krik van de richtlijn 2014/53/EU. Meer informatie is Technische documentatie van het product is in verkrijgbaar bij een Mercedes-Benz-servicewerk‐ Type, nummer: de fabriek aanwezig. Gevolmachtigde voor de plaats. A) A 164 580 02 18, A 166 580 01 18 samenstelling van de technische documentatie: Hoofd van de technische afdeling Brano a.s.
  • Pagina 27: Diagnose-Interface

    Geen losse vloermatten gebruiken en face van de auto aansluiten die door DIN EN 55014-1 niet meerdere vloermatten op elkaar Mercedes-Benz voor de auto zijn vrijge‐ DIN EN 55014-2:2009-06 leggen. geven. Fabrikant: Dunlop Tech GmbH Adres: Birkenhainerstrasse 77, D-63450 Hanau...
  • Pagina 28: Gekwalificeerde Werkplaats

    Bij een lage laadtoestand de accu opla‐ is aangeschaft. den, bijvoorbeeld door het rijden van Wijzigingen evenals in‑ en ombouwen Als de auto nog niet bij een Mercedes-Benz- een grotere afstand. Werkzaamheden aan elektronische onderde‐ servicewerkplaats is onderzocht. Het aansluiten van apparaten op de diagnose- De auto bij voorkeur bij een Mercedes-Benz-ser‐...
  • Pagina 29: Aansprakelijkheid Voor Gebreken

    (bijvoorbeeld Dergelijke schade wordt noch door de Opslag van voertuiggegevens wieltoerental/snelheid, bewegingsvertraging, Mercedes-Benz aansprakelijkheid voor gebre‐ Informatie uit elektronische regeleenheden dwarsversnelling, weergave van de vastge‐ ken noch door de garantie op nieuwe ‑of gespte gordels) In uw auto zijn elektronische regeleenheden gebruikte auto's gedekt.
  • Pagina 30 Algemene aanwijzingen Storingen en defecten in belangrijke sys‐ kwaliteitswaarborgingsmaatregelen. Het uitlezen installatie of een geïntegreerd navigatiesys‐ teemcomponenten (bijvoorbeeld verlichting, vindt plaats via de wettelijk voorgeschreven teem remmen) OBD-aansluiting ("On-Board-Diagnose") in de Ingevoerde navigatiebestemmingen auto. Het servicenetwerk of de derde partij ver‐ Informatie over storingen die de auto kunnen Gegevens over het gebruik van internetdien‐...
  • Pagina 31 Algemene aanwijzingen Provider Voor zover uw auto overeenkomstig uitgerust is, men van de fabrikant. Het verrichten van dien‐ kunt u uw smartphone of een ander mobiel sten buiten het verzamelen, verwerken en Mobiele-gegevensverbinding apparaat met de auto verbinden. Dit kunt u dan gebruiken van persoonsgegevens vindt uitslui‐...
  • Pagina 32: Auteursrecht

    Algemene aanwijzingen Auteursrecht Informatie over de licenties van de gebruikte Free en Open-Source-software in uw auto en de elektronische componenten hiervan vindt u op de gegevensdrager in de map met voertuigdocu‐ mentatie en, inclusief actualiseringen, op inter‐ net: http://www.mercedes-benz.com/opensource...
  • Pagina 33: Veiligheid Voor Inzittenden

    Personen kleiner dan 1,50 m moeten altijd in den niet meer zoals bedoeld beschermen en Het veiligheidssysteem kan bij een ongeval het een voor Mercedes-Benz-auto's geschikt aan‐ bijvoorbeeld bij een ongeval uitvallen of risico reduceren dat inzittenden met delen van vullend veiligheidssysteem worden beveiligd.
  • Pagina 34 Veiligheid voor inzittenden Mercedes-Benz adviseert om rijhulpsystemen te De activeringsdrempels voor de onderdelen van & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel‑ of gebruiken die Mercedes-Benz voor uw auto heeft het veiligheidssysteem worden bepaald door het levensgevaar door storingen in de wer‐ goedgekeurd.
  • Pagina 35: Veiligheidsgordels

    Veiligheidsgordels Sidebags aanrijding van opzij Beschermingspotentieel van de veiligheids‐ Mercedes-Benz adviseert om de auto na een Windowbag aanrijding van opzij, gordel ongeval naar een gekwalificeerde werkplaats te over de kop slaan, laten slepen. Dit advies in het bijzonder opvolgen...
  • Pagina 36 Veiligheid voor inzittenden De schoudergordel mag niet de hals raken en Als een kind in de auto meerijdt, ook altijd de & WAARSCHUWING Letsel‑ of levensge‐ ook niet onder de arm of achter de rug wor‐ aanwijzingen en veiligheidsaanwijzingen bij "Kin‐ vaar bij verkeerd omgegespte veiligheids‐...
  • Pagina 37 Veiligheid voor inzittenden bij de voorstoel blokkeren, wordt de werking Als wijzigingen aan gordelspanners, gor‐ & WAARSCHUWING Letsel‑ of levensge‐ van de gordelspanner nadelig beïnvloed. delverankeringen of gordeloprolautoma‐ vaar zonder aanvullend veiligheidssys‐ ten zijn uitgevoerd. teem voor kleine personen De gordelspanners kunnen dan niet meer correct werken en de veiligheidsgordel kan Personen kleiner dan 1,50 m kunnen de vei‐...
  • Pagina 38: Informatie Over De Beltbag In De Veiligheidsgordel Achterin

    Veiligheid voor inzittenden Mercedes-Benz adviseert om veiligheidsgordels Altijd controleren of ongebruikte veilig‐ teem te gebruiken, dat Mercedes-Benz in te gebruiken die Mercedes-Benz voor uw auto heidsgordels volledig zijn opgerold. combinatie met een beltbag heeft getest en heeft goedgekeurd. goedgekeurd. & WAARSCHUWING Letsel‑ of levensge‐...
  • Pagina 39 Veiligheid voor inzittenden ® Auto's met PRE-SAFE : Als de voorste veilig‐ * AANWIJZING Activeren van de gordel‐ heidsgordel niet strak tegen het lichaam aan ligt, spanner bij onbezette passagiersstoel kan automatisch een gordelaanpassing met een Als de gordelslottong van de veiligheidsgor‐ bepaalde terugtrekkracht plaatsvinden.
  • Pagina 40: Werking Van De Statusindicatie Veiligheidsgordels Achterin

    Veiligheid voor inzittenden Werking van de gordelwaarschuwing voor Airbags bestuurder en passagier Overzicht van de airbags Het waarschuwingslampje veiligheidsgordel ü op het instrumentendisplay maakt u erop attent, dat alle inzittenden de veiligheidsgordel correct moeten omgespen. Bovendien kan een waarschuwingssignaal klin‐ ken.
  • Pagina 41 Veiligheid voor inzittenden Een airbag kan bij activering het bescher‐ & WAARSCHUWING Letsel‑ of levensge‐ * AANWIJZING Bij onbezette passagiers‐ mingspotentieel voor de betreffende inzit‐ stoel beslist in acht nemen vaar door verkeerde zitpositie tende vergroten. Als u niet de juiste zitpositie inneemt, kan de Bij een ongeval kunnen aan passagierszijde AIRBAG Mogelijk beschermings‐...
  • Pagina 42 Veiligheid voor inzittenden Beperking van het beschermingspotentieel Daarbij altijd de informatie over de correcte Voorwerpen in het interieur kunnen het correct stand van de bestuurdersstoel in acht nemen functioneren van een airbag in gevaar brengen. van de airbags pagina 95). Elke inzittende moet altijd de volgende punten in →...
  • Pagina 43 Bij montage van een kinderzitjesbevestigingssys‐ teem op de passagiersstoel de volgende punten Alleen stoelhoezen gebruiken die in acht nemen: Mercedes-Benz voor de betreffende & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel stoel heeft goedgekeurd. Op een correcte plaatsing van het kinderzit‐ door een reeds geactiveerde airbag jesbevestigingssysteem letten ( pagina 55).
  • Pagina 44 Veiligheid voor inzittenden Het kinderzitjesbevestigingssysteem mag Beslist de montagehandleiding van de & WAARSCHUWING Letsel‑ of levensge‐ niet het dak raken of door de hoofdsteun fabrikant van het kinderzitje in acht vaar bij uitgeschakelde passagiersairbag worden belast. De rugleuninghoek en de nemen.
  • Pagina 45 Veiligheid voor inzittenden Systeemzelftest geen kinderzitjesbevestigingssysteem op de pas‐ Voor en ook tijdens het rijden de cor‐ Bij ingeschakeld contact branden beide controle‐ sagiersstoel monteren. De automatische passa‐ recte status van de passagiersairbag lampjes PASSENGER AIR BAG ON en OFF tijdens giersairbaguitschakeling direct bij een gekwalifi‐...
  • Pagina 46 Veiligheid voor inzittenden In plaats daarvan het naar achteren gerichte kin‐ kan de passagiersairbag bij een ongeval wor‐ Door de airbag wordt geraakt, als het derzitjesbevestigingssysteem op een geschikte den geactiveerd. controlelampje PASSENGER AIR BAG OFF zitplaats achterin monteren. gedoofd is. Het kind kan door de airbag worden getrof‐...
  • Pagina 47 Veiligheid voor inzittenden Er zit een persoon op de passagiersstoel: PASSENGER AIRBAG OFF is gedoofd: De Bij bezette passagiersstoel altijd het vol‐ PASSENGER AIR BAG OFF kan continu branden passagiersstoel zo ver mogelijk naar ach‐ gende controleren: of gedoofd zijn, afhankelijk van het postuur van teren zetten of voor een persoon met een De classificatie van de persoon op de de persoon.
  • Pagina 48: Pre-Safe ® Systeem

    Veiligheid voor inzittenden door een kort geluidssignaal bij ingeschakeld ® Functie van PRE-SAFE PLUS (preventieve ® PRE-SAFE systeem multimediasysteem. inzittendenbescherming Plus) ® Functie van PRE-SAFE (preventieve inzitten‐ ® De PRE-SAFE PLUS kan een dreigende aanrij‐ denbescherming) * AANWIJZING Beschadiging door voor‐ ding herkennen, met name een aanrijding van werpen in de beenruimte of achter de ®...
  • Pagina 49: Kinderen In De Auto

    Veiligheid voor inzittenden Systeemgrenzen portier en de inzittende kan daardoor worden De motor te starten. vergroot. Het systeem neemt in de volgende situaties Tevens kunnen ze uitrustingen van de auto geen maatregelen: ® Als de PRE-SAFE impuls zijkant is geactiveerd bedienen.
  • Pagina 50 Wanneer het kinderzitjesbevestigingssys‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of Kinderen alleen in een voor Mercedes-Benz teem aan directe zonnestraling wordt bloot‐ levensgevaar door verkeerde montage auto's geschikt kinderzitjesbevestigingssys‐ gesteld, kunnen delen hiervan zeer heet wor‐...
  • Pagina 51 Over het correcte gebruik van de veiligheids‐ correct monteren. Voor het reinigen van de door Mercedes- gordel ( pagina 36). → Beslist de montagehandleiding van de Benz geadviseerde kinderzitjesbevestigings‐ fabrikant van het kinderzitje in acht systemen Mercedes-Benz-verzorgingsmidde‐ nemen. len gebruiken. Meer informatie daarover is...
  • Pagina 52 Veiligheid voor inzittenden ISOFIX- en i-Size-kinderzitjebevestigingen Beslist de gebruiksmogelijkheden en de een ongeval niet meer worden tegengehou‐ geschiktheid van de zitplaatsen voor bevestiging den. Aanwijzingen met betrekking tot de ISOFIX- van het kinderzitjesbevestigingssysteem evenals en i-Size-kinderzitjebevestigingen Als het kind en het kinderzitjesbevesti‐ de montage- en gebruikshandleiding van de gingssysteem samen meer dan 33 kg fabrikant van het gebruikte kinderzitjesbevesti‐...
  • Pagina 53 Veiligheid voor inzittenden ISOFIX- en i-Size-kinderzitjebevestigingen Als het kind en het kinderzitjesbevesti‐ monteren gingssysteem samen meer dan 33 kg wegen, alleen een ISOFIX- of een i- & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of Size‑kinderzitjesbevestigingssysteem levensgevaar door overschrijden van het gebruiken waarbij het kind met de vei‐ toegestaan totaalgewicht bij gebruik van ligheidsgordel van de zitplaats wordt een ISOFIX‑...
  • Pagina 54 Veiligheid voor inzittenden van het kinderzitjesbevestigingssysteem evenals Controleren dat de veiligheidsgordel de montage- en gebruikshandleiding van de niet bekneld raakt. fabrikant van het gebruikte kinderzitjesbevesti‐ gingssysteem in acht nemen. De betreffende afdekkingen van de ISOFIX- Voor iedere rit beslist controleren, dat het bevestigingsbeugels of i‑Size-bevesti‐...
  • Pagina 55 Veiligheid voor inzittenden Top Tether bevestigen Als de rugleuning niet vergrendeld is, wordt dit Indien noodzakelijk de hoofdsteun op het multifunctioneel display van het combi- omhoogschuiven ( pagina 102). → & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of instrument weergegeven. De afdekking van de Top Tether-veranke‐...
  • Pagina 56 PASSENGER AIR BAG OFF is gedoofd, zijn dan op de voorstoel beveiligde kinderen. kan de passagiersairbag bij een ongeval wor‐ Daarom adviseert Mercedes-Benz dringend het den geactiveerd. kinderzitjesbevestigingssysteem bij voorkeur op een zitplaats achterin te monteren.
  • Pagina 57 Veiligheid voor inzittenden Aanwijzingen met betrekking tot de bevesti‐ Het kind kan door de airbag worden getrof‐ ging van geschikte kinderzitjesbevestigings‐ fen. systemen ( pagina 55). → De passagiersairbag moet uitgeschakeld zijn; dit controleren. Het controlelampje PASSEN‐ Aanwijzingen met betrekking tot naar achte‐ ren en naar voren gerichte kinderzitjesbeves‐...
  • Pagina 58 Veiligheid voor inzittenden De leuning van een naar voren gericht kinder‐ Nooit voorwerpen, zoals een kussen, onder zitjesbevestigingssysteem moet zo volledig of achter het kinderzitjesbevestigingssys‐ mogelijk tegen de rugleuning van de passa‐ teem leggen. giersstoel aan liggen. Het kinderzitjesbevesti‐ Beslist de montage- en gebruikshandleiding van gingssysteem mag niet het dak raken of door de fabrikant van het gebruikte kinderzitjesbeves‐...
  • Pagina 59 Veiligheid voor inzittenden Semi-universele kinderzitjesbevestigingssyste‐ gingssysteem zo volledig mogelijk tegen de men zijn herkenbaar aan het goedkeuringslabel rugleuning van de zitplaats aan liggen. met de tekst "semi-universal". Deze mogen Na het uitbouwen van het kinderzitjesbeves‐ alleen worden gebruikt als de auto en de zit‐ tigingssysteem de hoofdsteun direct weer plaats in de autotypelijst van de fabrikant van aanbrengen en alle hoofdsteunen weer cor‐...
  • Pagina 60 Veiligheid voor inzittenden Legenda bij de tabel: Geschikt voor naar voren gerichte kin‐ Geschikt voor semi-universele kinderzit‐ Niet geschikt voor kinderen in deze derzitjesbevestigingssystemen van de jesbevestigingssystemen overeenkom‐ gewichtsgroep. categorie "Universal" in deze gewichts‐ stig de tabel in "Geadviseerde kinderzit‐ groep.
  • Pagina 61 Veiligheid voor inzittenden Zitplaatsen achterin zonder beltbag: Gewichtsgroepen Links, rechts Midden Groep 0: tot 10 kg U, L U, L Groep 0+: tot 13 kg U, L U, L Groep I: 9 tot 18 kg U, L U, L Groep II: 15 tot 25 kg U, L Groep III: 22 tot 36 kg U, L...
  • Pagina 62 De volgende aanwijzingen in acht nemen: Alleen een door Mercedes-Benz goedge‐ Bij bepaalde kinderzitjesbevestigingssyste‐ Bij gebruik van een babyschaal van de men van de gewichtsgroepen II of III kan het...
  • Pagina 63 Veiligheid voor inzittenden Legenda bij de tabel: De montagehandleiding van de fabrikant van gorie "Universal" in deze gewichts‐ het kinderzitjesbevestigingssysteem in acht groep. Niet geschikt voor een ISOFIX-kinderzit‐ nemen. jesbevestigingsysteem in deze Geschikt voor ISOFIX-kinderzitjesbeves‐ gewichtsgroep en/of grootteklasse. tigingsystemen overeenkomstig de tabel in "Overzicht van de geadviseerde Geschikt voor naar voren ISOFIX-kinder‐...
  • Pagina 64 Veiligheid voor inzittenden Gewichtsgroepen Grootteklasse Systeem Zitplaats achterin Links, rechts Groep I: 9 tot 18 kg en circa 9 maanden tot 4 jaar ISO/R2 ISO/R3 ISO/F2 ISO/F2X ISO/F3 Bij gebruik van een kinderzitjesbevestigingssysteem van de grootteklasse C (ISO/R3) de voorstoel in de bovenste stand plaatsen. Daarbij erop letten dat de rugleuning van de voorstoel niet tegen het kinderzitjesbevestigingssysteem aanligt.
  • Pagina 65 Overzicht van de geadviseerde kinderzitjes‐ Alleen een door Mercedes-Benz goedge‐ Gewichtsgroep II/III: Alleen de toege‐ bevestigingssystemen keurde kinderzitjesbevestigingssysteem stane kinderzitjes KIDFIX of KIDFIX XP gebruiken. gebruiken. Auto's met beltbag: Als een kind op een van de Gewichtsgroep 0, 0+ of 1: Het kinderzit‐...
  • Pagina 66 Veiligheid voor inzittenden zitjesverankering en indien aanwezig met de De aanwijzingen onder "Beltbag in de veilig‐ Top Tether-verankering bevestigen. heidsgordels achterin" ( pagina 35) in acht → nemen. Geadviseerde kinderzitjesbevestigingssystemen voor bevestiging met de veiligheidsgordel van voertuigzitplaatsen Gewichtsgroepen Fabrikant Type Goedkeuringsnum‐...
  • Pagina 67: Kinderbeveiligingen

    Groep I: Britax Römer DUO PLUS 04 301 133 A 000 970 37 00 9 tot 18 kg A 000 970 58 00 Meer informatie over geschikte kinderzitjes‐ Kinderbeveiligingen bevestigingssystemen is verkrijgbaar bij elke Kinderbeveiliging voor achterportieren ver‐ Mercedes-Benz -servicewerkplaats. grendelen/ontgrendelen...
  • Pagina 68 Veiligheid voor inzittenden & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ & WAARSCHUWING Levensgevaar door Wanneer kinderen meerijden, altijd de aanwezige kinderbeveiligingen active‐ len‑ en letsel als kinderen zonder toe‐ grote blootstelling aan kou of warmte in ren. zicht in de auto worden achtergelaten de auto Kinderen nooit zonder toezicht in de Wanneer kinderen zonder toezicht in de auto...
  • Pagina 69: Aanwijzingen Met Betrekking Tot Huisdieren In De Auto

    Veiligheid voor inzittenden Kinderbeveiliging voor zijruiten achterin ver‐ Het controlelampje uit: Met de scha‐ grendelen/ontgrendelen kelaar op het betreffende achterportier of het bestuurdersportier. Aanwijzingen met betrekking tot huisdieren in de auto & WAARSCHUWING Ongeval‑ en letselge‐ vaar door onbewaakte, niet vastgezette dieren in de auto Als dieren zonder toezicht of los in de auto worden gelaten, kunnen ze bijvoorbeeld toet‐...
  • Pagina 70 Veiligheid voor inzittenden Dieren nooit zonder toezicht in de auto laten. Dieren tijdens het rijden altijd goed beveiligen, bijvoorbeeld in een geschikte transportbox.
  • Pagina 71: Openen En Sluiten

    Openen en sluiten Sleutel schakelde versnellingsbak in de neutraal‐ stand te zetten. Overzicht sleutelfuncties De motor te starten. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Bij het verlaten van de auto altijd de len‑ en letsel als kinderen zonder toe‐ sleutel meenemen en de auto vergren‐ zicht in de auto worden achtergelaten delen.
  • Pagina 72 Openen en sluiten Ontgrendelingsinstellingen wijzigen wordt de diefstalbeveiliging weer geacti‐ Het contact is uitgeschakeld. veerd. Mogelijke ontgrendelingsfuncties van de sleutel: De sleutel niet bewaren bij elektronische appara‐ Centraal ontgrendelen. ten of metalen voorwerpen. Dit kan de werking Bestuurdersportier en tankdopklep ontgren‐ van de sleutel nadelig beïnvloeden.
  • Pagina 73 Openen en sluiten Noodsleutel verwijderen en aanbrengen het stroomverbruik van de betreffende sleutel Aanbrengen: De ontgrendelingsknop worden verminderd. Daartoe de sleutelfuncties indrukken. deactiveren. De noodsleutel in de tussenstand of hele‐ Deactiveren: De toets & van de sleutel maal aanbrengen, tot hij vergrendelt. tweemaal kort na elkaar indrukken.
  • Pagina 74 Het deksel in de richting van de pijl open‐ Mercedes-Benz adviseert de batterij te laten ver‐ klappen en verwijderen. vangen bij een gekwalificeerde werkplaats. Het batterijenvak eruit trekken en de lege...
  • Pagina 75: Portieren

    Openen en sluiten Probleem Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen De sleutel is defect. Met het batterijcontrolelampje de batterij controleren en eventueel vervangen . Voor het ver- of ontgrendelen de noodsleutel gebruiken . De sleutel bij een gekwalificeerde werkplaats laten controleren. U heeft een sleutel verloren.
  • Pagina 76 Openen en sluiten Auto van binnenuit centraal ver- en ontgren‐ Wanneer de extra portiervergrendeling geacti‐ delen veerd is, kunnen de portieren niet van binnenuit geopend worden. De extra portiervergrendeling kan worden gedeactiveerd door de interieurbeveiliging te deactiveren ( pagina 94). →...
  • Pagina 77 De auto wordt afwisselend ver- en ontgren‐ geschikt is door het telefoonnummer onder deld. http://www.mercedes.me in te voeren. Informatie over geschikte mobiele telefoons Bij verlies van de mobiele telefoon de dienst is verkrijgbaar bij uw Mercedes-Benz-ser‐ "Digitale sleutel" in Mercedes me connect deac‐ tiveren op http://www.mercedes.me.
  • Pagina 78 Openen en sluiten Mercedes-Benz adviseert de noodsleutel Auto ontgrendelen: De binnenzijde van de mee te nemen, voor het geval dat functiebe‐ portiergreep aanraken. perkingen optreden. Auto vergrendelen: Het sensorvlak aanraken. Auto met KEYLESS-GO ver- en ontgrendelen Comfortsluiting: Het verdiepte sensorvlak lang aanraken.
  • Pagina 79 Openen en sluiten Probleem Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen De sleutel is defect. De KEYLESS-GO activeren . Met het batterijcontrolelampje de batterij controleren en eventueel vervangen . Om te ont- en vergrendelen de noodsleutel gebruiken . De auto en de sleutel bij een gekwalificeerde werkplaats laten controleren. Automatische vergrendeling in- en uitschake‐...
  • Pagina 80: Bagageruimte

    Openen en sluiten Bestuurdersportier met de noodsleutel ver- De noodsleutel tot de aanslag in de opening Ontgrendelen: De noodsleutel linksom in de en ontgrendelen van de afdekkap schuiven. stand 1 draaien. Iets aan de portiergreep trekken en deze Vergrendelen: De noodsleutel rechtsom in Wanneer de auto volledig met de noodsleutel vasthouden.
  • Pagina 81: Kofferdeksel Sluiten

    Openen en sluiten Auto's met comfortsluiting van het koffer‐ * AANWIJZING Beschadiging van de ach‐ deksel: Als het kofferdeksel in een tussen‐ terklep door obstakels boven de auto stand is gestopt, het kofferdeksel omhoog‐ De achterklep zwenkt bij het openen omhoog trekken en loslaten wanneer het begint te uit.
  • Pagina 82 Openen en sluiten Auto's met comfortsluiting van het koffer‐ schuiven, kantelen of rondslingeren en daar‐ Om de sluitprocedure te stoppen, een deksel: Aan de handgreep van het kofferdek‐ door inzittenden raken. van de volgende mogelijkheden gebrui‐ sel trekken. ken: Er bestaat gevaar voor letsel, in het bijzonder De toets p in de sleutel indruk‐...
  • Pagina 83 Openen en sluiten Auto's met comfortsluiting van het koffer‐ Auto's met comfortsluiting van het koffer‐ de anti-inklemfunctie kan het inklemmen deksel: De afstandsbedieningstoets van het deksel en KEYLESS-GO: De vergrendelings‐ vooral in deze situaties niet voorkomen. kofferdeksel indrukken. toets in het kofferdeksel indrukken. Bij het sluiten controleren, of zich geen Wanneer een sleutel buiten de auto wordt lichaamsdelen in het sluitgebied bevin‐...
  • Pagina 84 Openen en sluiten Functie HANDS-FREE ACCESS De aanwijzingen bij het openen ( pagina 77) en → In deze situaties het KEYLESS-GO deac‐ sluiten ( pagina 78) van het kofferdeksel in → tiveren of erop letten dat de sleutel ten acht nemen. minste 3 m van de auto verwijderd is.
  • Pagina 85 Openen en sluiten Het kofferdeksel kan in de volgende situaties onbedoeld openen of sluiten: Wanneer personen armen of benen in het herkenningsgebied bewegen, bijvoorbeeld bij het poetsen van de auto, het zitten op de bagageruimterand of het optillen van voor‐ werpen Wanneer voorwerpen achter de auto langs worden gevoerd of neergezet, bijvoorbeeld...
  • Pagina 86: Rolzonneschermen

    Openen en sluiten Achterklepbegrenzing in- of uitschakelen Rolzonnescherm van de achterruit uit- of Niet met een bevestigd zonnescherm inrollen en tegelijkertijd geopende zijruiten rij‐ Multimediasysteem: den. Voertuig Voertuiginstellingen Ach- & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het terklepbegrenzing uit‑ of inrollen van het zonnescherm Door het inschakelen van de functie kunt u Bij het uit‑...
  • Pagina 87: Zijruiten

    Openen en sluiten Zijruiten Wanneer iemand bekneld raakt, direct de toets loslaten of de toets indrukken Zijruiten openen en sluiten om de zijruit weer te openen. & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het openen van een zijruit bedienen van de zijruiten door kinderen Bij het openen van een zijruit kunnen lichaamsdelen tussen de zijruit en het ruit‐...
  • Pagina 88: Comfortopening (Auto Voor Aanvang Van De Rit Ventileren)

    Openen en sluiten Automatische beweging onderbreken: De tijdens het initialiseren. toets W opnieuw indrukken of eraan trek‐ Daardoor kan de anti-inklemfunctie het ken. inklemmen in deze situaties niet voorkomen. Als de auto is geparkeerd kunnen de zijruiten Bij het sluiten controleren dat zich geen nog steeds worden bediend.
  • Pagina 89 Openen en sluiten De toets % op de sleutel ingedrukt hou‐ Comfortopening onderbreken: De toets De toets & op de sleutel ingedrukt hou‐ den. % loslaten. den. De volgende functies worden uitgevoerd: De volgende functies worden uitgevoerd: Comfortsluiting (auto van buitenaf sluiten) De auto wordt ontgrendeld.
  • Pagina 90 Openen en sluiten Probleem Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen & WAARSCHUWING Inklem- of levensgevaar door niet actieve anti-inklemfunctie Bij het opnieuw sluiten van een zijruit direct na het blokkeren of initialiseren, sluit de zijruit met ver‐ hoogde of maximale kracht. De anti-inklemfunctie is daarbij niet actief. Daarbij kunnen lichaamsdelen in het sluitgebied bekneld raken.
  • Pagina 91: Schuifdak

    Openen en sluiten Schuifdak Wanneer iemand bekneld raakt, direct & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij de toets loslaten. bediening van het schuifdak door kinde‐ Schuifdak openen en sluiten Het begrip "Schuifdak" heeft ook betrekking Wanneer kinderen het schuifdak bedienen, Tijdens de automatische beweging de op het panoramaschuifdak.
  • Pagina 92 Openen en sluiten Het rolzonnescherm kan alleen worden & WAARSCHUWING Inklemgevaar bediend als het panoramaschuifdak gesloten ondanks actieve anti-inklemfunctie De anti-inklemfunctie reageert in het bijzon‐ Automatische beweging starten: De toets der niet: 3 tot voorbij het drukpunt drukken of er op zachte, lichte en dunne objecten, bij‐...
  • Pagina 93 Openen en sluiten Automatische anti-inklemfunctie van de rol‐ Regensluiting als de auto rijdt zonneschermen Auto's met panoramaschuifdak: Als het gaat Tijdens het automatisch sluiten de toets Wanneer een object een rolzonnescherm tijdens regenen, wordt het gekantelde schuifdak tijdens kort in een willekeurige richting druk‐ de sluitprocedure hindert, wordt het rolzonne‐...
  • Pagina 94 Openen en sluiten Problemen met het schuifdak Als iemand bekneld is, de schuifdak‐ toets kort naar voren of naar achteren Het begrip "Schuifdak" heeft ook betrekking drukken. op het panoramaschuifdak. Het schuifdak beweegt bij het openen omhoog. Probleem Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Het schuifdak kan niet worden gesloten &...
  • Pagina 95: Diefstalbeveiliging

    Openen en sluiten Probleem Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Als het schuifdak bij het sluiten opnieuw wordt geblokkeerd en weer iets opent: De vorige stap herhalen. Het schuifdak wordt met nogmaals verhoogde sluitkracht gesloten. Auto's zonder panoramaschuifdak: De toets 3 meerdere keren zo lang tot het drukpunt omhoog drukken, tot het schuifdak volledig Het schuifdak beweegt alleen stapsge‐...
  • Pagina 96 Openen en sluiten Bij een actief Mercedes‑Benz noodoproep‐ Na de vergrendeling met KEYLESS-GO. systeem wordt tijdens een alarm van meer De wegsleepbeveiliging wordt alleen geacti‐ dan 30 seconden automatisch contact opge‐ veerd, als de volgende onderdelen gesloten zijn: nomen met de klantenservice de portieren pagina 301).
  • Pagina 97 Openen en sluiten De wegsleepbeveiliging blijft zo lang uitgescha‐ De interieurbeveiliging wordt automatisch De interieurbeveiliging blijft zo lang uitgescha‐ keld, tot: gedeactiveerd: keld, tot: de auto opnieuw wordt ontgrendeld de auto opnieuw wordt ontgrendeld Na het indrukken van de toets % of p op de sleutel.
  • Pagina 98: Stoelen En Opbergen

    Stoelen en opbergen Uw benen mogen niet volledig gestrekt zijn Aanwijzingen voor een correcte stand van en u moet de pedalen goed kunnen indruk‐ de bestuurdersstoel ken. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Uw achterhoofd wordt op ooghoogte door len door voertuiginstellingen tijdens het het midden van de hoofdsteun ondersteund.
  • Pagina 99: Stoelen

    Stoelen en opbergen Stoelen De bestuurdersstoel moet altijd ver‐ & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij grendeld zijn voordat de auto wordt instelling van de stoelen Voorstoel mechanisch en elektrisch instellen gestart; dit controleren. (zonder zitcomfortpakket) Wanneer u een stoel instelt, is het mogelijk dat uzelf of andere inzittenden bekneld &...
  • Pagina 100 Stoelen en opbergen & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij Er is dan een verhoogd risico op letsel van In dit geval kunt u bij een remmanoeuvre of het hoofd en de nek, bijvoorbeeld bij een een ongeval onder de veiligheidsgordel door‐ onoplettend instellen van de zitting‐ ongeval of remmanoeuvre! glijden en daarbij bijvoorbeeld letsel aan het hoogte...
  • Pagina 101 Stoelen en opbergen Voorstoel mechanisch en elektrisch instellen In lengterichting instellen: De hendel (met zitcomfortpakket) optillen en de stoel in de gewenste positie schuiven. De stoel moet vergrendeld zijn; dit controle‐ ren. Zittingdiepte instellen: De hendel omhoogbrengen en het voorste deel van de zitting naar voren of naar achteren schuiven.
  • Pagina 102: Voorstoel Elektrisch Instellen

    Stoelen en opbergen Voorstoel elektrisch instellen De instellingen met de geheugenfunctie opslaan ( pagina 107). → Passagiersstoel vanaf bestuurdersstoel elek‐ trisch instellen Voorwaarden De spanningsvoorziening is ingeschakeld. Deze functie is alleen beschikbaar bij auto's met elektrisch instelbare passagiersstoel. Voor de passagiersstoel kunnen de volgende functies worden opgeroepen: Hoofdsteunhoogte Stoelinstelling...
  • Pagina 103 100 Stoelen en opbergen Viervoudig verstelbare lendensteun instellen Hoofdsteunen Passagiersstoel selecteren: De toets indrukken. Hoofdsteunen van de voorstoelen mecha‐ Als het controlelampje brandt, is de passa‐ nisch instellen giersstoel geselecteerd. De passagiersstoel met behulp van de toet‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ sen in de portierbedieningseenheid aan len door voertuiginstellingen tijdens het bestuurderszijde instellen.
  • Pagina 104 Stoelen en opbergen 101 Naar achteren verstellen: De ontgrende‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel lingsknop indrukken en de hoofdsteun door niet aangebrachte of verkeerd inge‐ naar achteren drukken. stelde hoofdsteunen Comforthoofdsteunen van de voorstoelen Wanneer er geen hoofdsteunen aanwezig zijn mechanisch instellen of als deze niet correct zijn ingesteld, kunnen ze niet zoals bedoeld beschermen.
  • Pagina 105 102 Stoelen en opbergen Naar voren verstellen: De hoofdsteun naar Hoger instellen: De hoofdsteun omhoog‐ voren trekken. trekken. Naar achteren verstellen: De ontgrende‐ Lager instellen: De ontgrendelingsknop lingsknop indrukken en de hoofdsteun in de richting van de pijl drukken en de naar achteren drukken.
  • Pagina 106: Stoelverwarming In- Of Uitschakelen

    Stoelen en opbergen 103 Aanbrengen De stoelverwarming niet herhaaldelijk De hoofdsteun zodanig aanbrengen dat de inschakelen. inkepingen in de bevestigingsbeugel zich, in rijrichting gezien, aan de linkerzijde bevin‐ * AANWIJZING Beschadiging van de stoe‐ den. len door voorwerpen of zittingaccessoi‐ De hoofdsteun omlaagdrukken, tot deze ver‐...
  • Pagina 107 104 Stoelen en opbergen Uitschakelen/lagere stand: De toets vaak indrukken, tot de gewenste verwar‐ mingsstand bereikt is. Wanneer alle controlelampjes uit zijn, is de stoelverwarming uitgeschakeld. De stoelverwarming schakelt automatisch in drie verwarmingsstanden in tijdsintervallen van 8, 10 en 20 minuten terug tot het uit‐ schakelen van de stoelverwarming.
  • Pagina 108: Stuurwiel

    Stoelen en opbergen 105 Uitschakelen/lagere stand: De toets stuurwiel of de spiegels instellen en de vaak indrukken, tot de gewenste ventilatie‐ veiligheidsgordel omgespen. stand is ingesteld. Wanneer alle controlelampjes uit zijn, is de & WAARSCHUWING Inklemgevaar voor stoelventilatie uitgeschakeld. kinderen bij het instellen van het stuur‐ wiel Stuurwiel Wanneer kinderen het stuurwiel instellen,...
  • Pagina 109 106 Stoelen en opbergen Door het stuurwiel te bewegen controleren of De instellingen met de geheugenfunctie In- of uitschakelen: De hendel in de richting de stuurkolom vergrendeld is. opslaan ( pagina 107). van de pijl draaien. → Als het controlelampje brandt, is de stuurwielverwarming ingeschakeld.
  • Pagina 110: Geheugenfunctie Bedienen

    Stoelen en opbergen 107 In- en uitstaphulp instellen Als het contact is ingeschakeld wordt het Tijdens het instellen van de in‑ en uit‐ bestuurdersportier geopend. Multimediasysteem: staphulp waarborgen, dat niemand Voertuig Voertuiginstellingen lichaamsdelen houdt in het bewegings‐ Het stuurwiel beweegt in de volgende gevallen in gebied van het stuurwiel.
  • Pagina 111 108 Stoelen en opbergen Kinderen nooit zonder toezicht in de & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het auto laten. instellen van de stoelen met de geheu‐ genfunctie Bij het verlaten van de auto altijd de sleutel meenemen en de auto vergren‐ Wanneer de geheugenfunctie de stoel of het delen.
  • Pagina 112: Opbergmogelijkheden

    Stoelen en opbergen 109 Oproepen: De geheugenpositietoets 1, 2 of & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel den raken. Bovendien kunnen bekerhouders, 3 indrukken en ingedrukt houden, tot de geopende opbergvakken en mobiele-tele‐ door niet-vastgezette voorwerpen in de voorstoel, het stuurwiel, het head-up-display foonhouders bij een ongeval de daarin aan‐...
  • Pagina 113 110 Stoelen en opbergen Dashboardkastje ver- of ontgrendelen De lading aan de sjorogen beveiligen en deze & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ gelijkmatig belasten. wonden door uitlaateindpijpen en uitlaat‐ sierstukken Opbergvakken in het interieur Uitlaateindpijpen en uitlaatsierstukken kun‐ nen zeer heet zijn. Als deze onderdelen van Overzicht van de voorste opbergvakken de auto worden aangeraakt, kunt u zich bran‐...
  • Pagina 114: Doorlaadmogelijkheid Achterbank

    Stoelen en opbergen 111 Brillenbox openen Opbergvak in de armsteun achterin openen Doorlaadmogelijkheid achterbank Rugleuning achterin naar voren klappen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len door niet-vergrendelde achterbank/ achterzitplaats en rugleuning Als de achterbank/achterzitplaatsen en rug‐ leuning niet vergrendeld zijn, kunnen deze bijvoorbeeld bij een remmanoeuvre of een ongeval naar voren klappen.
  • Pagina 115 112 Stoelen en opbergen Voorwaarden De hoofdsteunen van de rugleuningen ach‐ terin zijn volledig ingeschoven. De middelste rugleuning is gedeblokkeerd. Als de rugleuning niet vergrendeld is, wordt dit op het multifunctioneel display van het combi- instrument weergegeven. De middelste en buitenste rugleuningen kunnen afzonderlijk naar voren worden geklapt.
  • Pagina 116 Stoelen en opbergen 113 Rugleuning achterin terugklappen Ontgrendeling van de middelste rugleuning achterin blokkeren * AANWIJZING Beschadiging van de veilig‐ Voorwaarden heidsgordel De linker en de middelste rugleuning zijn ver‐ De veiligheidsgordel kan bij het terugklappen grendeld en met elkaar verbonden. van de rugleuning bekneld raken en daardoor U kunt de bagageruimte tegen onbevoegde toe‐...
  • Pagina 117 114 Stoelen en opbergen Bevestigen van het ski- en snowboardfoe‐ In het ski- en snowboardfoedraal kunnen maxi‐ draal in de bagageruimte maal vier paar ski's of twee snowboards worden vervoerd. & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel bij verkeerd gebruik van het skifoedraal Het skifoedraal in combinatie met de sjor‐...
  • Pagina 118 Stoelen en opbergen 115 Bagagenet bevestigen De ski's of snowboards in de ski- en snow‐ boardtas inpakken. & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel De ritssluiting sluiten. door ongeschikt opbergen van voorwer‐ De spanband aan het losse uiteinde strak‐ trekken. Als voorwerpen op ongeschikte wijze in het De sjorbanden kruisen.
  • Pagina 119 116 Stoelen en opbergen De ringen aan de haken van de bagageruim‐ Zware, harde, scherpe, breekbare of te Alle voorwerpen van de vloer verwijde‐ tebodem bevestigen. grote voorwerpen altijd in de bagage‐ ren voordat deze omhoog wordt ruimte opbergen en beveiligen. geschoven.
  • Pagina 120 Stoelen en opbergen 117 bodem van de box vanaf een belading van circa Kinderen nooit zonder toezicht in de * AANWIJZING Beschadiging van de EASY- 5 kg tot op de bagageruimtebodem omlaag. auto laten. PACK-bagageruimte-comfortbox door voorwerpen * AANWIJZING Beschadiging van de uitge‐ Scherpe, puntige, breekbare ronde, rollende trokken EASY-PACK-bagageruimte-com‐...
  • Pagina 121 118 Stoelen en opbergen EASY-PACK-bagageruimte-comfortbox aan‐ Laadvolume verkleinen: De toets brengen of verwijderen indrukken. Opbergen: De box aan de handgreep vol‐ Aanbrengen ledig naar binnen drukken, tot deze vergren‐ delt. De aanwijzingen met betrekking tot het reini‐ gen van de EASY-PACK-bagageruimte-com‐ fortbox in acht nemen ( pagina 333).
  • Pagina 122 "Technische gegevens". De handgreep vóór het sluiten van het kofferdeksel losmaken en de handgreep * AANWIJZING Schade aan de auto door weer dichtdrukken. niet goedgekeurde dakdragers Bij niet voor Mercedes-Benz geteste en goed‐ gekeurde dakdragers kan schade aan de auto ontstaan.
  • Pagina 123: Bekerhouder

    120 Stoelen en opbergen Alleen voor Mercedes-Benz geteste en Geen metalen of harde voorwerpen Om het interieur te ventileren, kan het pano‐ goedgekeurde dakdragers gebruiken. gebruiken. ramaschuifdak omhoog worden gebracht. Afhankelijk van de uitrusting van de De afdekkingen voorzichtig in de richting auto, bij een gemonteerde dakdrager van de pijl omhoogklappen.
  • Pagina 124: Bekerhouder In De Middenconsole Verwijderen Of Aanbrengen (Handgeschakelde Ver- Snellingsbak)

    Stoelen en opbergen 121 Bekerhouder in de middenconsole verwijde‐ Als tijdens het rijden een bekerhouder wordt ren of aanbrengen (handgeschakelde ver‐ gebruikt, kan de beker kan en kan vloeistof snellingsbak) worden gemorst. Inzittenden kunnen met de vloeistof in aanraking komen en, in het bij‐ &...
  • Pagina 125 122 Stoelen en opbergen Verwijderen Aanbrengen Bekerhouder in de armsteun achterin openen * AANWIJZING Beschadiging van de bekerhouder De bekerhouder kan bij het terugklappen van de armsteun achter worden beschadigd. De armsteun achter alleen bij gesloten bekerhouder terugklappen. De beide bovenste delen van de bekerhouder De bekerhouder aan de voorzijde aanbrengen naar binnen schuiven, tot deze uit de ver‐...
  • Pagina 126: Asbak En Sigarettenaansteker

    Stoelen en opbergen 123 Asbak achterin gebruiken Op de bekerhouder drukken. Een beker in de bekerhouder zetten of verwijderen. Asbak en sigarettenaansteker Asbak in de middenconsole voorin gebruiken * AANWIJZING Beschadiging van het opbergvak onder de asbak Openen: Het deksel van de asbak aan de Het opbergvak onder de asbak is niet hitte‐...
  • Pagina 127: Sigarettenaansteker Gebruiken

    124 Stoelen en opbergen Sigarettenaansteker gebruiken & WAARSCHUWING Gevaar voor brand en letsel door hete sigarettenaansteker Wanneer het hete verwarmingselement van de sigarettenaansteker of de hete fitting wor‐ den aangeraakt, kunt u zich branden. Bovendien kunnen ontvlambare materialen ontsteken: wanneer de hete sigarettenaansteker valt. De sigarettenaansteker indrukken.
  • Pagina 128 Stoelen en opbergen 125 230V-contactdoos uit de behuizing is getrok‐ Alleen geschikte apparaten op de con‐ ken, beschadigd of nat is, kunt u een stroom‐ tactdoos aansluiten. stoot krijgen. Voorwaarden Alleen een droge en onbeschadigde Er zijn alleen apparaten met een passende aansluitkabel gebruiken.
  • Pagina 129: Usb-Aansluiting Achterin

    126 Stoelen en opbergen 12V-aansluiting in bagageruimte gebruiken Usb-aansluiting achterin Voorwaarden Er zijn alleen apparaten tot maximaal 180 watt (15 A) aangesloten. De klep openen. De stekker van het apparaat in de 230V-con‐ Op de usb-aansluitingen kunnen usb-appara‐ tactdoos steken. ten, zoals een mobiele telefoon, worden opgela‐...
  • Pagina 130: Draadloos Opladen Van De Mobiele Telefoon En Koppeling Met De Buitenantenne

    Stoelen en opbergen 127 Draadloos opladen van de mobiele telefoon Altijd waarborgen dat voorwerpen niet * AANWIJZING Beschadiging van voorwer‐ en koppeling met de buitenantenne uit opbergvakken, ladingnetten of baga‐ pen door het bewaren in de mobiele-tele‐ genetten steken. foonhouder Aanwijzingen met betrekking tot het draad‐...
  • Pagina 131 128 Stoelen en opbergen dule verbonden met de buitenantenne van de van de mobiele telefoon verwijderen. Dit auto. geldt niet voor beschermhoezen die voor het draadloos opladen zijn bedoeld. Alleen als het contact is ingeschakeld zijn de oplaadfunctie en de draadloze koppeling van Tijdens het opladen zo mogelijk de mat de mobiele telefoon met de buitenantenne gebruiken.
  • Pagina 132: Vloermatten Aanbrengen Of Verwijderen

    Stoelen en opbergen 129 Vloermatten aanbrengen of verwijderen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len door voorwerpen in de beenruimte van de bestuurder Voorwerpen in de beenruimte van de bestuurder kunnen de slag van de pedalen beperken en een ingedrukt pedaal blokkeren. Hierdoor wordt de bedrijfs‑...
  • Pagina 133: 130 Licht En Zicht

    130 Licht en zicht Verlichtingssystemen en uw verantwoorde‐ Verlichtingsschakelaar Exterieurverlichting lijkheid Verlichtingsschakelaar bedienen Aanwijzingen voor het aanpassen van de ver‐ lichting bij buitenlandse reizen De verschillende verlichtingssystemen van de auto zijn slechts hulpmiddelen. De verantwoor‐ Auto's met halogeen- of statische LED-kop‐ delijkheid voor de correcte voertuigverlichting lampen: Het omschakelen van de koplamp is overeenkomstig de heersende licht- en zichtom‐...
  • Pagina 134 Licht en zicht 131 Mistachterlicht in- of uitschakelen De aanwijzingen met betrekking tot de oriën‐ L Dimlicht en grootlicht tatieverlichting in acht nemen . R Mistachterlicht in- of uitschakelen Voorwaarden Werking van het automatisch rijlicht De verlichtingsschakelaar bevindt zich in de Bij activering van het dimlicht wordt het contro‐...
  • Pagina 135 132 Licht en zicht De draaiknop van de koplampverstelling in de Lichtsignaal stand zetten die overeenkomt met de bela‐ Knipperlichten links dingstoestand van de auto. De betreffende functie met de combischake‐ laar bedienen. Combischakelaar verlichting bedienen Grootlicht Inschakelen: De verlichtingsschakelaar in de stand L of Ã...
  • Pagina 136: Noodknipperlichten In- Of Uitschakelen

    Licht en zicht 133 Knipperlichten Noodknipperlichten in- of uitschakelen De noodknipperlichten worden na een noodstop automatisch uitgeschakeld, wanneer de auto Kort knipperen: De combischakelaar kort weer een snelheid van meer dan 10 km/h tot het drukpunt in de richting van de pijl bereikt.
  • Pagina 137 134 Licht en zicht Werking van de actieve bochtenverlichting Werking van de bochtenverlichting GPS-positie van de auto aan beide zijden geacti‐ veerd. Het blijft actief totdat de rotonde of krui‐ sing wordt verlaten. Werking van de verlichting voor snelwegen De verlichting voor snelwegen vergroot het bereik en de helderheid van de lichtbundel en maakt een verder zicht mogelijk.
  • Pagina 138 Licht en zicht 135 De functie is niet actief: Bij uitgeschakeld mistachterlicht. Multimediasysteem: Voertuig Verlichting Intelligent bij snelheden onder 80 km/h. Functie van de slechtweerverlichting Light System De slechtweerverlichting vermindert reflecties Werking van het uitgebreide mistlicht bij regen door het doelgericht dimmen van De functie in- of uitschakelen.
  • Pagina 139 136 Licht en zicht heersende licht- en zichtomstandigheden en de Bij snelheden boven 30 km/h: In zeer sporadische gevallen reageert de verkeerssituatie ligt bij u. adaptieve grootlichtassistent niet of niet tij‐ Als geen andere verkeersdeelnemers worden dig op andere verkeersdeelnemers met eigen herkend, wordt automatisch het grootlicht verlichting.
  • Pagina 140: Adaptieve Grootlichtassistent Plus

    Licht en zicht 137 Het grootlicht via de combischakelaar inscha‐ bij vervuilde of afgedekte sensoren. Verkeersdeelnemers die een zwakke ver‐ kelen. lichting hebben, bijvoorbeeld fietsers De adaptieve grootlichtassistent Plus is slechts Als het grootlicht bij duisternis automatisch Verkeersdeelnemers waarvan de verlich‐ een hulpmiddel.
  • Pagina 141: Dimlicht Instellen

    138 Licht en zicht Dimlicht instellen De adaptieve grootlichtassistent Plus wisselt Bij snelheden boven circa 50 km/h: automatisch tussen: De lichtbundel van het dimlicht wordt in rela‐ Multimediasysteem: Dimlicht tie tot de afstand tot andere verkeersdeelne‐ Voertuig Verlichting Dimlicht mers automatisch geregeld. Gedeeltelijk grootlicht omschakelen Grootlicht...
  • Pagina 142: Interieurverlichting

    Licht en zicht 139 Zoekverlichting in- en uitschakelen Bedieningseenheid in handgreep Interieurverlichting Multimediasysteem: Interieurverlichting instellen Voertuig Verlichting Zoekverlich- Bedieningspaneel dakconsole voorin ting De exterieurverlichting brandt gedurende 40 seconden na het ontgrendelen. Als de auto wordt gestart, wordt de zoekverlichting gedeacti‐ veerd en het automatisch rijlicht geactiveerd.
  • Pagina 143: Uitschakelvertragingstijd Interieurverlichting Instellen

    140 Licht en zicht Helderheid instellen Overzicht van typen lampjes Lampjes vervangen (auto's met halogeen‐ koplampen) Sfeerverlichting helderheid selecteren. De volgende lampjes kunnen worden vervangen. Aanwijzingen met betrekking tot het vervan‐ Lichtsterkte instellen: De lichtsterkte via gen van lampjes het linker instelelement selecteren. Zone instellen: De zone via het rechter &...
  • Pagina 144 Licht en zicht 141 Lampjes aan voorzijde vervangen (auto's met Uitbouwen (linkerzijde van de auto): De halogeenkoplampen) draaibevestigingen met een schroeven‐ draaier tot de aanslag rechtsom draaien. Afdekking in de voorste wielkuip verwijderen Afdekking is ontgrendeld. en aanbrengen Uitbouwen (rechterzijde van de auto): De Voorwaarden draaibevestigingen met een schroeven‐...
  • Pagina 145 142 Licht en zicht Lampjes aan achterzijde vervangen (auto's Het verlichtingssysteem is uitgeschakeld. De betreffende afdekking van de behuizing linksom draaien en verwijderen. met halogeenkoplampen) De afdekking in de voorste wielkuip is verwij‐ derd. Grootlicht / dimlicht: De fitting linksom Zijbekleding in de bagageruimte openen en draaien en eruit trekken.
  • Pagina 146: Ruitenwissers En Ruitensproeierinstallatie

    Licht en zicht 143 De zijbekleding in de bagageruimte is Ruitenwissers en ruitensproeierinstallatie geopend. Ruitenwissers voorruit in- of uitschakelen Knipperlicht: Het lampje iets in de lamp‐ houder drukken, linksom draaien en uit de lamphouder verwijderen. Het nieuwe lampje in de lamphouder plaat‐ sen en rechtsom draaien.
  • Pagina 147 144 Licht en zicht Ruitenwisserarmen verticaal zetten De combischakelaar in de betreffende stand 1 - 5 draaien. De ruitenwissers met de combischakelaar in Eenmaal wissen resp. sproeien: De toets de stand continu wissen langzaam ° zet‐ ten. op de combischakelaar in de richting van de pijl drukken.
  • Pagina 148: Spiegels

    Licht en zicht 145 Ruitenwisserbladen aanbrengen De bevestiging van het ruitenwisserblad con‐ Als de kleur van de onderhoudsindicatie veran‐ troleren. dert van zwart naar geel, moeten de ruitenwis‐ serbladen worden vervangen. De ruitenwisserarmen weer naar de voorruit klappen. De tijd tot het veranderen van de kleur is afhankelijk van de gebruiksvoorwaarden.
  • Pagina 149 146 Licht en zicht Buitenspiegels in- en uitklappen Buitenspiegels instellen stuurwiel of de spiegels instellen en de veiligheidsgordel omgespen. Met de toetsen de in te stellen bui‐ tenspiegel selecteren. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Met de toets de stand van het spiegelglas instellen.
  • Pagina 150 Licht en zicht 147 Werking van de automatisch dimmende spie‐ De buitenspiegel aan passagierszijde beweegt Geen braken opwekken. Zo snel omlaag en toont het achterwiel aan passagiers‐ mogelijk naar een arts gaan. zijde, als: Met elektrolyt vervuilde kleding & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel en De inparkeerstand is opgeslagen direct vervangen.
  • Pagina 151: Zonnekleppen Bedienen

    148 Licht en zicht Inparkeerstand van de buitenspiegel aan Met de toets de buitenspiegel aan passa‐ Zonnekleppen bedienen passagierszijde via de achteruitversnelling gierszijde in de gewenste inparkeerstand Enkele zonneklep bedienen opslaan brengen. Oproepen Opslaan Via de toets de buitenspiegel aan passa‐ gierszijde selecteren.
  • Pagina 152: Infrarood-Reflecterende Voorruit

    Licht en zicht 149 Auto's met extra zonneklep: De extra zonne‐ De vlakken die radiogolven doorlaten zijn het klep omlaagklappen. beste vanaf de buitenzijde zichtbaar, als de voor‐ ruit wordt beschenen met een extra lichtbron. Infrarood-reflecterende voorruit Auto's met uitschuifbare zonneklep: De zon‐ neklep naar behoefte horizontaal ver‐...
  • Pagina 153: 150 Klimaatregeling

    Auto's met standverwarming: & De en tijdens de werking te allen tijde goed afgeslo‐ standverwarming in- of uitschakelen ten wordt door het deksel. Door Mercedes-Benz pagina 156) → geadviseerde en vrijgegeven filters gebruiken.
  • Pagina 154: Temperatuurregelsysteem Bedienen

    Klimaatregeling 151 Bedieningseenheid achterin ! Klimaatmenu oproepen Restwarmte in- of uitschakelen pagina 154) → ¤ Achterruitverwarming in- of uitschake‐ Auto's zonder standverwarming: ¿ A/C- functie in‑ of uitschakelen ( pagina 152) → Auto's met standverwarming: & De standverwarming in- of uitschakelen pagina 156) →...
  • Pagina 155: Klimaatregeling Automatisch Regelen

    152 Klimaatregeling Aircostijl Als de klimaatregeling is uitgeschakeld, kun‐ Airco-instellingenregel oproepen: Omlaag nen de ruiten sneller beslaan. De klimaatre‐ navigeren tot de airco-instellingenregel actief Werking van de klimaatmodus geling slechts kortstondig uitschakelen. In de automatische stand kan voor de bestuur‐ Het klimaatmenu A/C aan/uit oproepen.
  • Pagina 156 Klimaatregeling 153 Synchronisatiefunctie van de klimaatrege‐ Het klimaatmenu A/C aan/uit oproepen. b Ontwasemingsroosters, middelste ling via het multimediasysteem in- of uit‐ luchtroosters en zijluchtroosters Aircostijl selecteren. schakelen W Automatische luchtverdeling FOCUS, MEDIUM DIFFUSE selecteren. Multimediasysteem: De airco-instellingenregel kan vanuit elk Voertuig Synchroniseringsfunctie van de klimaatrege‐...
  • Pagina 157 154 Klimaatregeling Parfumeringssysteem Als de ruiten beslagen blijven: De toets ¬ stelde temperatuur, circa 30 minuten worden verwarmd of geventileerd. indrukken. Parfumeringssysteem in- of uitschakelen Inschakelen: De toets ! indrukken. Van buiten beslagen ruiten Voorwaarden De ruitenwissers inschakelen. De restwarmte wordt automatisch uitgescha‐ De automatische airconditioning is ingescha‐...
  • Pagina 158: Informatie Over De Voorruitverwarming

    Wanneer kinderen de flacon openen, zouden pakking van de parfumvloeistof in acht nemen. ze de parfumvloeistof kunnen drinken of in De flacon met origineel Mercedes-Benz parfum de ogen kunnen krijgen. nadat deze opgebruikt is afvoeren en niet Wanneer de parfumvloeistof is gedron‐...
  • Pagina 159 156 Klimaatregeling Standverwarming/-ventilatie via bedienings‐ Nadat de auto is gestart wordt de voorruitver‐ & WAARSCHUWING Brandgevaar door warming automatisch naar behoefte ingescha‐ eenheid in- of uitschakelen hete onderdelen van de standverwar‐ keld. ming & GEVAAR Levensgevaar door giftige uit‐ Als de standverwarming is ingeschakeld, kun‐ laatgassen Standverwarming/-ventilatie nen onderdelen van de auto, bijvoorbeeld het...
  • Pagina 160 Klimaatregeling 157 De standverwarming of -ventilatie wordt na de uitlaatgassen niet met brandbaar 50 minuten uitgeschakeld. materiaal in aanraking komen. Bediening via app (alleen voor EU-landen): De standverwarming/-ventilatie kan ook via de app * AANWIJZING Accu-ontlading door van Mercedes me connect worden bediend. Zie gebruik van de standverwarming-ventila‐...
  • Pagina 161 158 Klimaatregeling Standverwarming/-ventilatie via afstandsbe‐ Vertrektijd instellen Vertrektijd deactiveren: De gewenste ver‐ diening instellen trektijd selecteren en de toets ^ lang De toets u kort indrukken. indrukken. Voorwaarden De toets , of . zo vaak indrukken, tot Op het display verschijnt OFF. De brandstoftank is ten minste tot het reser‐...
  • Pagina 162 Klimaatregeling 159 Voorwaarden Geselecteerde vertrektijd slikt, kan dit zeer zware schade aan de Een lithiumbatterij van het type CR2450 is gezondheid toebrengen. Resterende tijd van de standverwarming of - beschikbaar. ventilatie (in minuten) Er dreigt levensgevaar! Standverwarming of -ventilatie actief Batterijen buiten bereik van kinderen Vertrektijd geactiveerd bewaren.
  • Pagina 163: Luchtuitstroomopeningen

    160 Klimaatregeling Problemen met de afstandsbediening van de standverwarming/-ventilatie Probleem Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen FAIL¨ De signaaloverdracht tussen zender en auto vertoont een storing. De stand ten opzichte van de auto veranderen, zo nodig dichter bij de auto gaan staan. FAIL De startaccu is niet voldoende opgeladen.
  • Pagina 164 Klimaatregeling 161 Luchtuitstroomopening in dashboardkastje Openen of sluiten: De draaiknop tot de openen en sluiten aanslag rechts- of linksom draaien. Luchtrichting instellen: De luchtuitstroom‐ * AANWIJZING Beschadiging temperatuur‐ openingen in het midden vastpakken en gevoelige voorwerpen in het dashboard‐ naar boven, beneden, links of rechts zwen‐ kastje ken.
  • Pagina 165: 162 Rijden En Parkeren

    162 Rijden en parkeren Spanningsvoorziening of contact met de Rijden De motor te starten. start-stoptoets inschakelen Aanwijzingen bij Mercedes-AMG auto's Kinderen en dieren nooit zonder toe‐ zicht in de auto achterlaten. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ De aanwijzingen over de volgende onderwerpen len‑...
  • Pagina 166: Auto Starten

    Rijden en parkeren 163 De toets wordt tweemaal ingedrukt. De motor nooit in een gesloten ruimte zonder voldoende ventilatie laten Contact inschakelen: De toets twee‐ draaien. maal indrukken. Op het combi-instrument verschijnen de con‐ & WAARSCHUWING Brandgevaar door trolelampjes. brandbaar materiaal tegen het uitlaatsys‐ Wanneer aan een van de volgende voorwaarden teem is voldaan, wordt het contact weer uitgescha‐...
  • Pagina 167 De auto in het nood‐ http://www.mercedes.me in te voeren. programma starten. Informatie over geschikte mobiele telefoons is verkrijgbaar bij uw Mercedes-Benz-ser‐ Tijdens het rijden kan de motor worden afgezet vicewerkplaats of via internet onder http:// door gedurende circa drie seconden de toets www.mercedes-benz.com/connect.
  • Pagina 168 Rijden en parkeren 165 Er moet zich een geldige sleutel in de auto kan de sleutelfunctie bij een Mercedes-Benz-ser‐ Als de sleutel uit het opbergvak wordt bevinden; dit controleren. vicewerkplaats worden gedeactiveerd. genomen, blijft de motor draaien. Om de auto opnieuw te kunnen starten moet de De mobiele telefoon in het aflegvak leg‐...
  • Pagina 169 166 Rijden en parkeren Auto via Remote Online diensten starten Wanneer de accu van de auto ontladen is, De motor altijd tegen ongewild in wer‐ ontvangt u op uw smartphone een bericht. king treden beveiligen, voordat onder‐ Het interieur voor aanvang van de rit koelen Dan kunt u de motor starten met behulp van houds‑...
  • Pagina 170 Rijden en parkeren 167 Starten van de auto voor onderhouds- of Aanwijzingen met betrekking tot het rijden Auto's met automatische transmissie: Het reparatiewerkzaamheden verhinderen: gaspedaal niet tot voorbij het drukpunt De alarmknipperlichtinstallatie inschakelen. indrukken (kickdown). & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len door voorwerpen in de beenruimte Pas vanaf 1500 km kan het motortoerental van de bestuurder...
  • Pagina 171 168 Rijden en parkeren Niet het contact afzetten tijdens het rij‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ & GEVAAR Levensgevaar door giftige uit‐ den. len door ongeschikte schoenen laatgassen De bediening van de pedalen kan door onge‐ Wanneer de uitlaateindpijp geblokkeerd is of &...
  • Pagina 172 Rijden en parkeren 169 Bij het einde van de rit en bij aanvang van de Het rempedaal nooit als voetensteun * AANWIJZING Beschadiging van de kata‐ volgende rit voorzichtig het rempedaal gebruiken. lysator door onverbrande brandstof indrukken. Tijdens het rijden niet tegelijkertijd het De motor draait onregelmatig en slaat over.
  • Pagina 173 170 Rijden en parkeren Er is voldaan aan alle voorwaarden met Er moet een automatische motorstart bij de De motor wordt in de volgende gevallen weer betrekking tot de auto voor de automatische auto worden uitgevoerd. automatisch gestart: motorstop. In de transmissiestand h wordt bij niet Als de motor door het ECO start-stopsysteem is actieve HOLD-functie het rempedaal losgela‐...
  • Pagina 174 Rijden en parkeren 171 ECO start-stopsysteem uit- of inschakelen Functie van de ECO-aanduiding gelijkmatige snelheid De ECO-aanduiding telt het rijgedrag van de Het binnenste segment is grijs en het buitenste start tot het einde van de rit op en ondersteunt segment wordt leeggemaakt: een zuinige rijstijl.
  • Pagina 175 172 Rijden en parkeren Auto's met 48V-boordnet (EQ-boost techno‐ menten blijven in eerste instantie wit. Wanneer logie): de voet tijdig van het gas wordt genomen, kleu‐ ren de resterende segmenten op het scherm een De ECO-assistent analyseert gegevens van de voor een groen, tot de weergegeven situatie is geplande route van de auto.
  • Pagina 176: Dynamic Select-Schakelaar

    Rijden en parkeren 173 Rijprogramma kiezen Wanneer het systeem niet op de komende situ‐ C (Comfort): Comfortabel en zuinig rijgedrag atie reageert, vindt er geen indicatie plaats. Het E (Eco): Bijzonder zuinig rijgedrag systeem is passief. Afhankelijk van het geselecteerde rijprogramma De ECO-assistent is alleen actief in de rijpro‐...
  • Pagina 177: Handgeschakelde Versnellingsbak

    174 Rijden en parkeren Rijprogramma I configureren * AANWIJZING Beschadiging van de ver‐ snellingsbak door het inschakelen van de Multimediasysteem: achteruitversnelling k tijdens het rijden Voertuig DYNAMIC SELECT Indivi- dual De achteruitversnelling k alleen inschakelen als de auto stilstaat. De individuele instelling selecteren. Handgeschakelde versnellingsbak Versnellingshendel bedienen * AANWIJZING Beschadiging van de...
  • Pagina 178: Schakeladvies

    Rijden en parkeren 175 Schakeladvies Automatische transmissie Kinderen en dieren nooit zonder toe‐ zicht in de auto achterlaten. Het schakeladvies geeft aanwijzingen voor een DIRECT SELECT-keuzehendel brandstofbesparende rijstijl. Bij het verlaten van de auto altijd de Werking van de DIRECT SELECT-keuzehendel sleutel meenemen en de auto vergren‐...
  • Pagina 179 176 Rijden en parkeren Achteruitversnelling R inschakelen vig indrukken en niet tegelijkertijd gas Het rempedaal indrukken en de DIRECT geven. SELECT-keuzehendel door de eerste weer‐ stand omhoogdrukken. Met de DIRECT SELECT-keuzehendel wordt de Op het multifunctioneel display toont de transmissiestand gewijzigd. De actuele transmis‐ transmissiestandaanduiding k.
  • Pagina 180 Rijden en parkeren 177 Voor handmatig schakelen Wanneer de auto aansluitend wordt verlaten Als aan een van de volgende voorwaarden is vol‐ en de sleutel zich in de auto bevindt, blijft de daan, wordt de parkeerstand j automatisch automatische transmissie in de neutraal‐ ingeschakeld: &...
  • Pagina 181: Kickdown Gebruiken

    178 Rijden en parkeren Schakeladvies Kickdown gebruiken Activeren: Aan de stuurwielschakelpaddle trekken. Mercedes-AMG auto's: De aanwijzingen in de Mercedes-AMG auto's: De aanwijzingen in de Het handmatig schakelen is gedurende korte aanvullende handleiding lezen. Anders kunt u aanvullende handleiding lezen. Anders kunt u tijd geactiveerd.
  • Pagina 182: Tanken

    Rijden en parkeren 179 De modus uitrollen heeft de volgende eigen‐ De modus uitrollen kan ook worden geacti‐ Tanken schappen: veerd als in het rijprogramma I voor de aan‐ Tanken drijving de instelling "Eco" is geselecteerd. De verbrandingsmotor wordt van de aandrijf‐ lijn losgekoppeld en de auto rolt neutraal ver‐...
  • Pagina 183 180 Rijden en parkeren Kinderen op afstand van brandstoffen Voordat u de tankdop opent of het vul‐ Kleine hoeveelheden van de verkeerde houden. pistool vastpakt, de metalen carrosserie brandstof kunnen al leiden tot schade aan van de auto aanraken. het brandstofsysteem, de motor en het uit‐ Als u of anderen met brandstof in aanraking laatgasreinigingssysteem.
  • Pagina 184 Rijden en parkeren 181 Contact opnemen met een gekwalifi‐ Biodiesel Contact opnemen met een gekwalifi‐ ceerde werkplaats. ceerde werkplaats. Plantaardige olie De brandstoftank en de brandstofleidin‐ Petroleum gen volledig laten legen. * AANWIJZING Beschadiging door ver‐ Kerosine keerde brandstof Wanneer abusievelijk de verkeerde brandstof * AANWIJZING Geen benzine tanken bij Auto's met dieselmotor: is getankt:...
  • Pagina 185 182 Rijden en parkeren Tanken De tankdop linksom draaien en verwijderen. * AANWIJZING Beschadiging aan het De tankdop in de houder plaatsen. brandstofsysteem door overvulde brand‐ stoftank. De vulpijp van het vulpistool volledig in de tankvulbuis schuiven, laten rusten en tanken. De brandstoftank slechts zo ver vullen tot het vulpistool afslaat.
  • Pagina 186 ® AdBlue kan bij een gekwalificeerde werk‐ ® Vermijden dat de AdBlue -tank te ver den. plaats, bijvoorbeeld bij een Mercedes-Benz- wordt gevuld. servicewerkplaats, in het kader van de snel‐ service worden bijgevuld. * AANWIJZING AdBlue ® niet inslikken. * AANWIJZING Verontreiniging van het AdBlue ®...
  • Pagina 187 184 Rijden en parkeren Voorwaarden ® ® AdBlue tankdop openen AdBlue bijvulcontainer voorbereiden De auto ontgrendelen. De volgende na elkaar optredende meldingen op het multifunctioneel display verzoeken u om de AdBlue ® tank bij te vullen: ® AdBlue bijvullen zie handleiding.
  • Pagina 188: Parkeren

    Rijden en parkeren 185 ® De ontsteking gedurende ten minste 60 AdBlue bijvullen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ seconden inschakelen. len‑ en letsel als kinderen zonder toe‐ De auto starten. zicht in de auto worden achtergelaten ® Een AdBlue navulverpakking niet continu in Wanneer kinderen zonder toezicht in de auto de auto meenemen.
  • Pagina 189: Garagedeurbediening

    186 Rijden en parkeren Auto's met handgeschakelde versnel‐ De motor nooit in een gesloten ruimte * AANWIJZING Beschadiging van de auto lingsbak: De 1e versnelling of de achteruit‐ zonder voldoende ventilatie laten of de aandrijflijn door wegrollen versnelling k inschakelen. draaien.
  • Pagina 190 Rijden en parkeren 187 De afstandsbediening vanaf een afstand Uw auto bevindt zich binnen het bereik van van 1 cm tot 8 cm op de toets 1, het garage- of het buitendeurbedieningssys‐ richten. teem. De toets van de afstandsbediening De auto evenals personen en voorwerpen indrukken en ingedrukt houden tot: bevinden zich buiten het bewegingsgebied het controlelampje...
  • Pagina 191 188 Rijden en parkeren De programmeertoets van de deuraandrij‐ Controleren of de zendfrequentie van de Ondersteuning en aanvullende informatie vingseenheid indrukken. afstandsbediening wordt ondersteund. voor de programmering: U hebt circa 30 seconden de tijd om de vol‐ De batterijen in de afstandsbediening ver‐...
  • Pagina 192 Rijden en parkeren 189 Geheugen van de garagedeurbediening wis‐ Zendvergunningen garagedeurbediening Zendvergunningen Land Zendvergunning Egypte TAC.2511151293.WIR Andorra Australië R-NZ Barbados MED1578 Chili 2488/DFRS20576/F-74 Europese Unie Gibraltar De toets 1, indrukken en inge‐ drukt houden, tot de garagedeur opent of IJsland sluit.
  • Pagina 193 190 Rijden en parkeren Brazilië Land Zendvergunning Land Zendvergunning Liechten‐ Zuid- stein Afrika Mexico RCPGEMU15-0448 TA-2015/1386 Monaco Turkije niet nodig Nieuw- R-NZ Zeeland Verenigde ER41849/15 Arabische Noorwe‐ Dealer No: DA35176/14 Emiraten Este equipamento opera em caráter secundário, isto é, não tem direito à proteção contra interfe‐ Verenigde FCC ID: NZLMUAHL5 Russische...
  • Pagina 194 Rijden en parkeren 191 Elektrische parkeerrem De auto staat langere tijd stil. foons, als de functie "Digitale sleutel in de smartphone " via de Mercedes me Werking van de elektrische parkeerrem Als de elektrische parkeerrem ingeschakeld is, connect web-app geactiveerd is. (automatisch inschakelen) verschijnt in het combi-instrument het controle‐...
  • Pagina 195 192 Rijden en parkeren In de volgende situaties wordt de elektrische De elektrische parkeerrem wordt niet automa‐ De elektrische parkeerrem wordt vrijgezet, als parkeerrem ook vastgezet: tisch bediend, als de motor door het ECO start- aan de volgende voorwaarden is voldaan: stopsysteem wordt afgezet.
  • Pagina 196 Rijden en parkeren 193 Elektrische parkeerrem handmatig bedienen Alleen wanneer het controlelampje continu In het multimediasysteem bij het inschakelen of vrijzetten brandt, is de elektrische parkeerrem correct van het contact. ingeschakeld. Aantrekken Hierbij ontvangt u de volgende informatie: Vrijzetten Over het potentieel getroffen gedeelte van de Het contact inschakelen.
  • Pagina 197 194 Rijden en parkeren Bij een botsing met lage snelheid. Als de rusttoestand wordt geactiveerd, kan de De startaccu moet in de volgende situaties van auto gedurende een langere periode zonder tevoren worden opgeladen: Als de elektrische parkeerrem niet ingescha‐ energieverlies worden geparkeerd.
  • Pagina 198: Rij- En Rijveiligheidssystemen

    Rijden en parkeren 195 mogelijk niet zichtbare, schade aan de bumpers DYNAMIC BODY CONTROL ( pagina 219) → Rij- en rijveiligheidssystemen of radiateurbekleding, de werking van de radar‐ EBD (Electronic Brake-force Distribution = Rijsystemen en uw verantwoordelijkheid sensoren laten controleren bij een gekwalifi‐ elektronische remkrachtverdeling) ceerde werkplaats.
  • Pagina 199 196 Rijden en parkeren Functies van het ABS (antiblokkeersysteem) Functie van het BAS (Brake Assist System) Wanneer het rempedaal wordt losgelaten, werkt de rem weer normaal. Het BAS wordt gedeacti‐ Het ABS regelt de remdruk in kritieke situaties: & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ veerd.
  • Pagina 200 Rijden en parkeren 197 Het motorvermogen wordt aangepast aan de De rijstijl aan de actuele verkeers- en weers‐ Het ESP ® alleen uitschakelen, zolang de situatie. omstandigheden aanpassen. hieronder beschreven situaties zich voordoen. Wanneer in het combi-instrument het waarschu‐ ® Het ESP in de volgende situaties uitschakelen wingslampje ESP...
  • Pagina 201 198 Rijden en parkeren Het ETS/4ETS kan door de volgende ingrepen de ® worden ingesteld met de DYNAMIC SELECT- Invloed van de rijprogramma's op het ESP tractie van de auto verbeteren: schakelaar ( pagina 173). De rijprogramma's maken een aanpassing van →...
  • Pagina 202 Rijden en parkeren 199 ® Eigenschappen per rijprogramma Rijprogramma Eigenschappen ® modus C (Comfort) Deze rijprogramma's bieden een optimaal com‐ ® -Comfort promis tussen grip en stabiliteit. E (Economy) Het rijprogramma E of C bij moeilijke wegde‐ komstandigheden kiezen, zoals sneeuw, ijs of een natgeregend wegdek.
  • Pagina 203 200 Rijden en parkeren ® ® (elektronisch stabiliteitsprogramma) Functies van het ESP zijwindassistent De rijstijl altijd aan de actuele verkeers‑ in- of uitschakelen en weersomstandigheden aanpassen. ® Het ESP zijwindassistent herkent plotseling Multimediasysteem: optredende zijwind en helpt de bestuurder om ®...
  • Pagina 204: Functie Van De Ebd (Electronic Brakeforce Distribution)

    Rijden en parkeren 201 Functie van de EBD (Electronic Brakeforce Systeemgrenzen gers te minimaliseren of de gevolgen van een Distribution) ongeval te beperken. De stuurassistent STEER CONTROL kan in de volgende situaties nadelig beïnvloed of buiten Wanneer het Active Brake Assist System een De EBD heeft de volgende eigenschappen: werking zijn: aanrijdingsgevaar heeft herkend, wordt u optisch...
  • Pagina 205 202 Rijden en parkeren De afstandswaarschuwingsfunctie waarschuwt Het Active Brake Assist System is & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ vanaf een snelheid: slechts een hulpmiddel. De bestuurder len bij een beperkte herkenning door het is zelf verantwoordelijk voor een vol‐ Van circa 30 km/h, als gedurende meerdere Active Brake Assist System doende veilige afstand, de snelheid en seconden de afstand tot de voorligger te...
  • Pagina 206 Rijden en parkeren 203 De afstandswaarschuwingsfunctie kan u in de volgende situaties met een onderbroken waarschuwingssignaal en een waarschuwingslampje ondersteunen: Voorliggers Stilstaande voertui‐ Kruisende voertui‐ Overstekende voet‐ Stilstaande voetgan‐ gangers gers Auto's zonder rijassis‐ tot circa 250 km/h tot circa 80 km/h geen reactie tot circa 60 km/h geen reactie...
  • Pagina 207 204 Rijden en parkeren Aan de situatie aangepaste remondersteuning De situatieafhankelijke remondersteuning kan vanaf een snelheid van circa 7 km/h in de volgende situaties ingrijpen: Voorliggers Stilstaande voertui‐ Kruisende voertui‐ Overstekende voet‐ Stilstaande voetgan‐ gangers gers Auto's zonder rijassis‐ tot circa 250 km/h tot circa 80 km/h geen reactie tot circa 60 km/h...
  • Pagina 208 Rijden en parkeren 205 Eveneens de systeemgrenzen van de uitwijks‐ Op voetgangers of voertuigen die zich snel & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ tuurassistent in acht nemen. binnen het detectiebereik van de radarsenso‐ len ondanks uitwijk-stuurassistent ren bewegen. Systeemgrenzen De uitwijk-stuurassistent kan objecten en Op voetgangers die door andere objecten complexe verkeerssituaties niet altijd ondub‐...
  • Pagina 209 206 Rijden en parkeren Auto's met rijassistentiepakket: De instellin‐ Auto's met rijassistentiepakket: De mende verkeer op zeer opvallende wijze gewaar‐ schuwd. gen kunnen bij ingeschakeld contact worden uit‐ afstandswaarschuwingsfunctie en autonome gevoerd. remfunctie worden uitgeschakeld. De uit‐ Als de snelheid bij het begin van het afremmen wijkstuurassistent is niet beschikbaar.
  • Pagina 210 Rijden en parkeren 207 De TEMPOMAT kan het gevaar voor ongevallen De TEMPOMAT in de volgende situaties niet geen rekening houden met de verkeers- en door een niet aangepaste rijstijl niet verminde‐ gebruiken: weersomstandigheden en de verkeerssituatie. ren en de natuurkundige grenzen niet verleggen. De limiter is slechts een hulpmiddel.
  • Pagina 211 208 Rijden en parkeren TEMPOMAT of variabele limiter bedienen Voorwaarden TEMPOMAT & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ De TEMPOMAT is geselecteerd. len door onbekende opgeslagen snelheid ® Het ESP moet ingeschakeld zijn, maar mag Wanneer u de opgeslagen snelheid oproept niet regelen. en deze lager is dan de actuele snelheid, De rijsnelheid moet minimaal 20 km/h zijn.
  • Pagina 212 Rijden en parkeren 209 Laatst opgeslagen snelheid oproepen 4. Hendel bedienen en vasthouden: De opgesla‐ den is ingedrukt, wordt de TEMPOMAT uitge‐ TEMPOMAT of variabele limiter uitschakelen gen snelheid wordt in stappen van 1 km/h schakeld. verhoogd of verlaagd 6. Bij auto's met segmentkrans in de snelheids‐...
  • Pagina 213 210 Rijden en parkeren Actieve afstandsassistent DISTRONIC van winterbanden), kan dit met de permanente grenzen niet verleggen. Hij kan geen rekening limiter worden ingesteld. houden met de weg- en weersomstandigheden Functie van de actieve afstandsassistent en de verkeerssituatie. De actieve afstandsassis‐ In het multimediasysteem kunt u daartoe de DISTRONIC tent DISTRONIC is slechts een hulpmiddel.
  • Pagina 214 Rijden en parkeren 211 De actieve afstandsassistent DISTRONIC maakt In het relevante gedeelte van de inhaalstrook Als de voorruit in de omgeving van de gebruik van de informatie van het navigatiesys‐ wordt door het systeem geen voertuig her‐ camera vervuild, beslagen, beschadigd of teem om op bepaalde verkeerssituaties te reage‐...
  • Pagina 215 212 Rijden en parkeren Bij het veranderen van rijstrook door andere Tijdens een actieve afstandsregeling verschijnt Ingestelde voorgeschreven afstand voertuigen. het symbool groen. Eigen auto Bij smalle voertuigen. Auto's met rijassistentiepakket: Op autosnel‐ wegen of autowegen wordt het symbool ç Bij obstakels en stilstaande voertuigen.
  • Pagina 216 Rijden en parkeren 213 doende is (auto's met rijassistentiepak‐ In deze gevallen kan de actieve afstandsas‐ Wanneer de opgeslagen snelheid wordt ket). sistent DISTRONIC: opgeroepen terwijl deze duidelijk hoger of lager is dan de actueel gereden snelheid. Op tegenliggers en kruisend verkeer. Zonder reden waarschuwen en de auto vervolgens afremmen.
  • Pagina 217 214 Rijden en parkeren De transmissie bevindt zich in de stand h. De actuele snelheid opslaan 3. In deze gevallen de snelheid aanpassen De auto past de snelheid aan die van de en voldoende afstand houden. De bestuurders-, passagiers- en achterportie‐ voorligger aan, tot maximaal de opgeslagen ren zijn gesloten.
  • Pagina 218 Rijden en parkeren 215 Actieve stuurassistent Snelheid verhogen of verlagen 5. De voet van het rempedaal nemen. De TEMPOMAT-hendel kort naar u toe trek‐ Functie van de actieve stuurassistent ken 3. De actieve stuurassistent is alleen bij auto's met rijassistentiepakket beschikbaar. Kort gas geven.
  • Pagina 219 216 Rijden en parkeren Systeemgrenzen van de actieve stuurassis‐ Als de voorruit in de omgeving van de Het systeem biedt in de volgende situaties geen tent camera vervuild, beslagen, beschadigd of ondersteuning: De actieve stuurassistent beschikt over een afgedekt is, bijvoorbeeld door een sticker. In zeer scherpe bochten.
  • Pagina 220 Rijden en parkeren 217 Informatie over de wegrijhulp voor op hellin‐ HOLD-functie HOLD-functie De wegrijhulp voor op hellingen houdt de auto De HOLD-functie houdt de auto vast zonder dat onder de volgende voorwaarden gedurende het rempedaal moet worden ingedrukt, bijvoor‐ korte tijd vast bij het wegrijden bergop: beeld bij het wegrijden op een helling.
  • Pagina 221 218 Rijden en parkeren Het bestuurdersportier is gesloten of de vei‐ De HOLD-functie wordt in de volgende situaties Wanneer de elektronica in de motor‐ ligheidsgordel aan bestuurderszijde is omge‐ uitgeschakeld: ruimte, de accu of de zekeringen gemani‐ gespt. puleerd worden, of de accukabels worden Als de actieve afstandsassistent DISTRONIC losgemaakt.
  • Pagina 222 Rijden en parkeren 219 Bovendien kan op het multifunctioneel dis‐ Continue verstelling van de dempingskrach‐ blijvende bodemspeling. Bij snel rijden wordt de play de melding Direct remmen verschijnen: auto automatisch verlaagd om de rijveiligheid te verbeteren en het brandstofverbruik te verlagen. Direct stevig de rem indrukken tot de waar‐...
  • Pagina 223 220 Rijden en parkeren Beschikbare onderstelinstellingen Rijprogramma Eigenschappen De onderstelafstelling is comfortabel. (Comfort) De auto wordt op het normale niveau ingesteld. Vanaf een snelheid van 125 km/h daalt de auto. Bij een snelheid onder 80 km/h wordt de auto weer omhooggebracht. De onderstelafstelling is comfortabel.
  • Pagina 224 Rijden en parkeren 221 Voertuighoogte instellen Auto omhoogbrengen van de spatbordranden of onder de auto bevinden; dit controleren. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len door te grote voertuighoogte & WAARSCHUWING Inklemgevaar door Wanneer met een hogere voertuighoogte zakkende auto wordt gereden, kunnen de rij-eigenschappen Auto's met AIR BODY CONTROL resp.
  • Pagina 225 222 Rijden en parkeren PARKTRONIC-parkeerassistent In de volgende situaties wordt de auto weer manoeuvreren en in- en uitparkeren. Bij het omlaaggebracht: manoeuvreren, in- en uitparkeren mogen zich Functie van de PARKTRONIC-parkeerassis‐ onder andere geen personen, dieren of voorwer‐ Er wordt sneller dan 80 km/h gereden. tent pen in het manoeuvreergebied bevinden;...
  • Pagina 226 Rijden en parkeren 223 Systeemgrenzen schuwing vindt plaats bij obstakels die zich tus‐ sen het voorste en achterste detectiebereik De PARKTRONIC-parkeerassistent houdt eventu‐ bevinden. Om een object te kunnen detecteren, eel geen rekening met de volgende obstakels: moet dit tijdens het voorbij rijden door de senso‐ Obstakels onder het herkenningsgebied, bij‐...
  • Pagina 227 224 Rijden en parkeren afstand van een autolengte is afgelegd, kunnen Na het starten van de motor moeten obstakels alle segmenten aan de zijkant voor en achter opnieuw worden gedetecteerd voordat een worden weergegeven. nieuwe waarschuwing kan volgen. Systeemgrenzen Voor de passieve flankbescherming gelden in principe de systeemgrenzen van de PARKTRO‐...
  • Pagina 228 Rijden en parkeren 225 De toets indrukken. grotere afstand tot de hindernis worden gege‐ bijvoorbeeld bloembakken of aanhang‐ ven. wagendissels. Anders kunnen de auto Afhankelijk van de uitrusting van de auto kan of andere objecten worden beschadigd. de toets zich ook in de middenconsole bevin‐ Vroeg waarschuwen selecteren.
  • Pagina 229 226 Rijden en parkeren Achteruitrijcamera Zo kunt u zich bij het achteruitrijden oriënteren De lichtomstandigheden zijn slecht, bijvoor‐ en obstakels vermijden. beeld 's nachts. Functie van de achteruitrijcamera De achteruitrijcamera is slechts een hulpmiddel. De cameralens is afgedekt, vervuild of besla‐ Hij kan uw waarneming van de omgeving niet gen.
  • Pagina 230 Rijden en parkeren 227 Auto's zonder actieve parkeerassistent Rode hulplijn op circa 0,3 m afstand tot de De volgende cameraweergaven zijn beschikbaar kogelkop van de aanhangwagenvoorziening in het multimediasysteem: Kogelkop van de aanhangwagenvoorziening Auto's met actieve parkeerassistent De volgende cameraweergaven zijn beschikbaar in het multimediasysteem: Groothoekweergave Normale weergave...
  • Pagina 231 228 Rijden en parkeren Als de actieve parkeerassistent is ingescha‐ Rode hulplijn op circa 0,3 m afstand tot het keld, worden de rijstroken groen weergege‐ achtergedeelte ven. Gele waarschuwingsmelding van de PARK‐ Als de PARKTRONIC-parkeerassistent uitge‐ TRONIC-parkeerassistent: Obstakels op een schakeld is, wordt de waarschuwingsmelding afstand tussen circa 0,6 m en 1,0 m) ook uitgeschakeld.
  • Pagina 232 Rijden en parkeren 229 360°-camera de baan van de auto bevinden. De omgeving in de gaten houden en te allen tijde klaar zijn om te Functie van de 360°-camera remmen. De 360°-camera is een systeem dat bestaat uit Multimediasysteem: vier camera's. De camera's registreren de Voertuig Systeeminstellingen Ach-...
  • Pagina 233 230 Rijden en parkeren Top View Hulplijnen Wanneer de PARKTRONIC-parkeerassistent gereed voor gebruik is en geen objecten worden herkend, worden de segmenten van de waar‐ schuwingsmelding grijs afgebeeld. Als het volledige systeem uitvalt. worden de segmenten van de waarschuwingsmelding rood afgebeeld. Het controlelampje in de toets van de PARKTRONIC gaat branden en op het multifunctioneel display verschijnt het symbool é.
  • Pagina 234 Rijden en parkeren 231 De hulplijnen op het display van het multime‐ Wanneer de elektrische verbinding van de auto diasysteem geven de afstanden ten opzichte met de aanhanger tot stand is gebracht, wisselt van de eigen auto aan. De afstanden gelden het beeld naar een aanzicht van de zijcamera's alleen op rijbaanhoogte.
  • Pagina 235 232 Rijden en parkeren Systeemgrenzen onnauwkeurigheden bij de hulplijnen en bij de auto bevinden. De omgeving in de gaten houden weergave van de berekende beelden optreden. en te allen tijde klaar zijn om te remmen. De 360°-camera werkt in onder andere de vol‐ gende situaties slechts beperkt of helemaal niet: Door op de auto gemonteerde aanbouwdelen Multimediasysteem:...
  • Pagina 236 Rijden en parkeren 233 Actieve parkeerassistent Auto's met handgeschakelde versnellings‐ De achterklep wordt geopend. bak: De actieve parkeerassistent ondersteunt u Functie van de actieve parkeerassistent Systeemgrenzen van de actieve parkeeras‐ alleen door een actieve stuuringreep. De actieve parkeerassistent is een elektronische sistent De actieve remingreep en het automatisch parkeerhulp met ultrasone sensoren die automa‐...
  • Pagina 237 234 Rijden en parkeren actieve parkeerassistent alleen gebruiken op een De actieve parkeerassistent ondersteunt u in & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ vlakke, stroeve ondergrond. onder andere de volgende situaties niet bij par‐ len door objecten boven of onder het keerplekken dwars op de rijrichting: De actieve parkeerassistent in onder andere de herkenningsgebied van de actieve par‐...
  • Pagina 238 Rijden en parkeren 235 & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len door opzij bewegen van de auto bij het in- en uitparkeren De auto beweegt bij het in‑ en uitparkeren opzij en kan daarbij ook op de andere rij‐ strook komen. Daardoor kunt u in botsing komen met andere weggebruikers of objecten.
  • Pagina 239 236 Rijden en parkeren ononderbroken waarschuwingssignaal van de nog niet heeft bereikt, wordt het inparkeren PARKTRONIC-parkeerassistent klinkt. Afhan‐ door schakelen afgebroken. kelijk van de melding of de behoefte, een Met de actieve parkeerassistent uitparkeren vooruitversnelling of de achteruitversnelling inschakelen. Voorwaarde Alleen als de actieve parkeerassistent is gebruikt Na beëindiging van het parkeren verschijnt de voor het inparkeren, kan met de actieve parkeer‐...
  • Pagina 240 Rijden en parkeren 237 Na beëindiging van het uitparkeren verschijnt op Op andere verkeersdeelnemers en het display van het multimediasysteem de mel‐ objecten letten. ding Parkeerassistent beëindigd, auto overne- Eventueel stoppen of de parkeerproce‐ men. Een waarschuwingssignaal en de melding dure met de actieve parkeerassistent in het multimediasysteem verzoeken u om de afbreken.
  • Pagina 241 238 Rijden en parkeren mobiele telefoon of met de sleutel te allen tijde Als de verbinding tussen de auto en de mobiele De transmissiestand j wordt ingeschakeld. onderbreken en vervolgens de auto overnemen. telefoon tijdens het parkeren wordt onderbro‐ De auto wordt geparkeerd. ken, kan de procedure worden voortgezet wan‐...
  • Pagina 242 Rijden en parkeren 239 over de rand van de parkeerplek steekt, worden Tijdens het parkeren mag de afstand tot de auto De actieve parkeerassistent in deze mogelijkerwijs niet als parkeerplek herkend of niet groter zijn dan circa 3,0 m. Bij een grotere situaties niet gebruiken.
  • Pagina 243 240 Rijden en parkeren Parkeren Altijd ervoor zorgen dat voertuigen van andere In acht nemen dat altijd een opti‐ verkeersdeelnemers toegankelijk blijven. maal zicht op de auto en de omge‐ ving van de auto aanwezig is. De sleutel tijdens het parkeren bij u houden. Door een sleuteltoets in te drukken kunt u Controleren dat zich geen personen, het parkeren afbreken en de auto tot stil‐...
  • Pagina 244 Rijden en parkeren 241 De weergegeven baan van de auto op het De overeenkomstige aanwijzingen van de De overeenkomstige aanwijzingen van de display van het multimediasysteem kan van remote parkeerassistent app in acht nemen remote parkeerassistent app in acht nemen de werkelijke baan afwijken.
  • Pagina 245 242 Rijden en parkeren De toets indrukken. De transmissiestand j inschakelen en de De remote parkeerassistent app binnen een Op het display van het multimediasysteem minuut starten. auto parkeren. verschijnt de weergave van de parkeerassis‐ De overeenkomstige aanwijzingen van de De auto verlaten.
  • Pagina 246 Rijden en parkeren 243 De remote parkeerassistent app starten en in- en uitparkeren. Erop letten dat zich geen per‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ de autorisatieprocedure daar eveneens star‐ sonen, dieren of voorwerpen in de baan van de len bij beperkte herkenningsmogelijkheid ten.
  • Pagina 247 244 Rijden en parkeren Functie van de Cross Traffic Alert De functie manoeuvreerondersteuning is in De ATTENTION ASSIST is slechts een hulpmid‐ het multimediasysteem geactiveerd. del. Hij kan vermoeidheid of toenemende onop‐ Eveneens de aanwijzingen met betrekking lettendheid niet altijd tijdig herkennen. Het sys‐ tot de dodehoekassistent lezen Op hellingen en bij het rijden met een aanhang‐...
  • Pagina 248 Rijden en parkeren 245 ATTENTION ASSIST automatisch weer ingescha‐ In de volgende situaties wordt de vermoei‐ keld. De laatst geselecteerde gevoeligheid blijft dheids- resp. opmerkzaamheidsanalyse van de opgeslagen. ATTENTION ASSIST gewist en bij verder rijden opnieuw gestart: Systeemgrenzen De motor wordt afgezet. De ATTENTION ASSIST is actief in het snelheids‐...
  • Pagina 249 246 Rijden en parkeren Als vanaf een snelheid van circa 12 km/h een Bij ingeschakelde achteruitversnelling is de De verkeerssituatie altijd goed in de voertuig wordt herkend dat direct daarna in het dodehoekassistent niet bedrijfsklaar. gaten houden en voldoende zijdelingse controlegebied naast de auto komt, gaat het afstand aanhouden.
  • Pagina 250 Rijden en parkeren 247 Systeemgrenzen Altijd voldoende zijdelingse afstand aan‐ houden. In de volgende situaties vindt er geen of een aan de rijsituatie aangepaste corrigerende remin‐ greep plaats: & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Aan beide zijden van de auto bevinden zich len ondanks de actieve dodehoekassis‐...
  • Pagina 251 248 Rijden en parkeren Dodehoek- of actieve dodehoekassistent in- Actieve spoorassistent een corrigerende remingreep naar uw rijstrook of uitschakelen worden teruggevoerd. Functie van de actieve spoorassistent Multimediasysteem: U wordt gewaarschuwd door een trilling in het Voertuig Assistentie Dodehoekas- stuurwiel als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: sistent De actieve spoorassistent herkent rijstrook‐...
  • Pagina 252 Rijden en parkeren 249 weg- en weersomstandigheden en de verkeerssi‐ Als sportief wordt gereden, bij hoge bocht‐ tuatie. De actieve spoorassistent is slechts een snelheden of snelle acceleraties. hulpmiddel. De bestuurder is zelf verantwoorde‐ ® Als het ESP is uitgeschakeld. lijk voor de veilige afstand, de gereden snelheid, Als u met een aanhangwagen rijdt en de het tijdig remmen en het aanhouden van de rij‐...
  • Pagina 253 250 Rijden en parkeren Actieve spoorassistent inschakelen strook aanwezig zijn, bijvoorbeeld in de De remingreep kan te allen tijde worden omgeving van wegwerkzaamheden. afgebroken, bijvoorbeeld door licht tegenstu‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Als de rijstrookmarkeringen versleten, donker ren. len ondanks de waarschuwing van de of bedekt zijn.
  • Pagina 254: Aanhangwagenvoorziening

    Rijden en parkeren 251 Bij de instellingen Standaard of Adaptief vindt in Aanhangwagenvoorziening de volgende situaties geen trillingswaarschuwing Aanwijzingen voor rijden met een aanhang‐ plaats: wagen De richtingaanwijzers zijn ingeschakeld. Mercedes‑AMG auto's: Beslist de aanwijzingen Een rijveiligheidssysteem grijpt in, bijvoor‐ in de aanvullende handleiding lezen.
  • Pagina 255 252 Rijden en parkeren Kogelhals volledig elektrisch uit- en inklap‐ Voorwaarden Toegestane maximumsnelheid van de aan‐ hangwagen Voor het volledig elektrisch in- en uitklappen van de kogelhals het volgende controleren: Voor het wegrijden het volgende controleren: & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ De transmissie in de stand j of i zetten.
  • Pagina 256 Rijden en parkeren 253 Kogelhals volledig elektrisch uit- en inklap‐ Wachten tot de kogelhals de vergrendelde Aan de toets trekken. positie heeft bereikt. Het controlelampje knippert en op het De kogelhals is veilig vergrendeld wanneer multifunctioneel display verschijnt de dis‐ het controlelampje permanent brandt.
  • Pagina 257 254 Rijden en parkeren Aanhangwagen aan- of afkoppelen Voorwaarden Actieve parkeerassistent De kogelhals is volledig elektrisch uitgeklapt Dodehoek- of actieve dodehoekassistent & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel bij en correct vergrendeld in de vergrendelde Aanhangwagen aankoppelen positie. een gewijzigde voertuighoogte Auto's met niveauregeling: De voertuig‐ Aanhangwagens met een 7-polige stekker kun‐...
  • Pagina 258 Rijden en parkeren 255 Ook bij een correct aangesloten aanhangwagen & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het kan een displaymelding op het multifunctioneel losmaken van de aanhangwagenkabel display verschijnen: Auto's met niveauregeling: Wanneer de Het verlichtingssysteem van de aanhangwa‐ aanhangwagenkabel wordt losgemaakt, gaat gen is van LED's voorzien.
  • Pagina 259: Fietsdrager

    Het toegestane draagvermogen van de rollen. ken. aanhangwagenvoorziening wordt over‐ De elektrische verbinding tussen auto en Alleen door Mercedes-Benz goedge‐ schreden. aanhangwagen losmaken. keurde fietsdragers gebruiken. De fietsdrager wordt ondeskundig De aanhangwagen afkoppelen.
  • Pagina 260 De auto van de auto verdelen. is zwaarder Mercedes-Benz adviseert om voor het beladen is begrensd in acceleratie‑ en klimvermogen Aanhangwagenvoorziening (voorbeeld met extra van de fietsdrager alle aanbouwdelen op de fiet‐...
  • Pagina 261 258 Rijden en parkeren Bij het beladen van de fietsdrager de vol‐ Geen dekzeilen of andere afdekkingen gebrui‐ ken. Het rijgedrag en het zicht naar achteren gende gegevens in acht nemen: kunnen slechter worden. Bovendien neemt de Aantal Totaalge‐ Max. Max.
  • Pagina 262: Instrumenten-Display En Boordcomputer 259

    Instrumenten-display en boordcomputer 259 Instrumentendisplay (standaard) Instrumentendisplay in de widescreen cock‐ Overzicht instrumentendisplay Mercedes-AMG auto's: Beslist de aanwijzingen in de aanvullende handleiding lezen. Anders kunt u gevaren niet herkennen. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len bij het uitvallen van het instrumen‐ tendisplay Wanneer het instrumentendisplay uitgevallen is of als een storing aanwezig is, kunt u func‐...
  • Pagina 263 260 Instrumenten-display en boordcomputer Auto's met 48V-boordnet (EQ-boost techno‐ De segmenten in de snelheidsmeter geven & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ de status van de volgende systemen aan: logie) wonden bij het openen van de motorkap TEMPOMAT ( pagina 206) → Wanneer bij een oververhitte motor of bij Limiter ( pagina 207)
  • Pagina 264: Overzicht Toetsen In Het Stuurwiel

    Instrumenten-display en boordcomputer 261 De weergaven van de boordcomputer ver‐ 6 Gesprek voeren/aannemen Overzicht toetsen in het stuurwiel schijnen op het multifunctioneel display ~ Oproep weigeren/beëindigen pagina 263). → Boordcomputer bedienen & WAARSCHUWING Gevaar voor afleiding door informatiesystemen en communica‐ tieapparatuur Als u tijdens het rijden in de auto geïnte‐...
  • Pagina 265: Gebied Met Meerdere Weergaven Instellen

    262 Instrumenten-display en boordcomputer Reis In de menulijst bladeren: Links op de Gebied met meerdere weergaven instellen Touch-Control naar links of rechts swi‐ Navigatie pen. Radio Een menu oproepen of een selectie Media bevestigen: Links op de Touch-Control Telefoon drukken. Door weergaven of lijsten in het menu wisselen: Links op de Touch-Control Auto's met instrumentendisplay in de...
  • Pagina 266: Overzicht Van De Weergaven Op Het Mul- Tifunctioneel Display

    Instrumenten-display en boordcomputer 263 De indexpunten geven het geselecteerde Verdere weergaven op het multifunctioneel dis‐ Overzicht van de weergaven op het multi‐ punt in de lijst aan. play: functioneel display De volgende display-inhoud kan in de stijlen Schakeladvies ( pagina 178) →...
  • Pagina 267: Dashboardverlichting Instellen

    264 Instrumenten-display en boordcomputer ASSYST PLUS: Onderhoudstermijn oproepen Dashboardverlichting instellen Menu's en submenu's pagina 318) → Functies in het menu Service van de boord‐ Motoroliepeil computer oproepen Boordcomputer: Assistentieweergave oproepen Service Boordcomputer: Functie selecteren: Veegbewegingen Assistentie omhoog of omlaag links op de Touch-Control uitvoeren.
  • Pagina 268 Instrumenten-display en boordcomputer 265 Grijze radargolven naast auto: Dodehoekas‐ Als de modus uitrollen ( pagina 178) actief → sistent ingeschakeld. is, wordt in plaats van het actuele brandstof‐ verbruik Uitrolmodus weergegeven. Groene radargolven naast auto: Dodehoekas‐ sistent actief. Bij bepaalde motortypen wordt bovendien een recuperatieweergave weergegeven.
  • Pagina 269 266 Instrumenten-display en boordcomputer Waarden in het menu Reis van de boordcom‐ puter terugzetten Boordcomputer: Reis De schrijfwijze van de weergegeven hoofd‐ menu's kan afwijken. Daarom het menu- overzicht voor het instrumentendisplay raad‐ plegen ( pagina 261). → De waarden van de volgende functies kunnen worden teruggezet: Standaardweergave (voorbeeld) Tripcomputer (voorbeeld)
  • Pagina 270 Instrumenten-display en boordcomputer 267 Navigatie-aanwijzingen in de boordcomputer Nieuwe route... Route wordt berekend...: oproepen Een nieuwe route wordt berekend. Straat niet opgenomen: De weg is niet Boordcomputer: bekend, bijvoorbeeld bij een nieuw aange‐ Navigatie legde weg. Geen route: Er kan geen route naar de geko‐ zen bestemming worden berekend.
  • Pagina 271 268 Instrumenten-display en boordcomputer Radiozender met de boordcomputer selecte‐ Mediaweergave met de boordcomputer Een radiozender selecteren: Een veegbe‐ bedienen weging omhoog of omlaag links op de Touch- Control uitvoeren. Boordcomputer: Boordcomputer: Het frequentiebereik of zendergeheugen Radio Media selecteren Links op de Touch-Control drukken. Het frequentiebereik/zendergeheugen selecteren: Een veegbeweging omhoog of omlaag links op de Touch-Control uitvoeren.
  • Pagina 272: Telefoonnummer Met De Boordcomputer Selecteren

    Instrumenten-display en boordcomputer 269 Naar de titel in een actieve mediabron Boordcomputer: Een record selecteren: Een veeggebaar gaan: Een veegbeweging omhoog of omlaag omhoog of omlaag links op de Touch-Control Telefoon links op de Touch-Control uitvoeren. uitvoeren. & WAARSCHUWING Gevaar voor afleiding Links op de Touch-Control drukken.
  • Pagina 273: Head-Up-Display-Instellingen In De Boordcomputer Instellen

    270 Instrumenten-display en boordcomputer Contacten worden geïmporteerd...: De con‐ Weerg.-inhoud tacten van de mobiele telefoon of van een Een instelling selecteren: Een veegbewe‐ opslagmedium worden geïmporteerd. ging omhoog of omlaag links op de Touch- Een gesprek aannemen/weigeren Control uitvoeren. Wanneer u wordt opgebeld, toont het head-up- Links op de Touch-Control drukken.
  • Pagina 274: Head-Up-Display

    Instrumenten-display en boordcomputer 271 Stijl instellen Weergave-inhoud Head-up-display Boordcomputer Werking van het head-up-display Stijlen Mercedes-AMG auto's: Beslist de aanwijzingen Deze functie is alleen beschikbaar bij auto's in de aanvullende handleiding lezen. Anders kunt met widescreen cockpit. u gevaren niet herkennen. De volgende stijlen kunnen worden geselec‐...
  • Pagina 275 272 Instrumenten-display en boordcomputer Systeemgrenzen Head-up display in- of uitschakelen De zichtbaarheid wordt door de volgende omstandigheden beïnvloed: Zitpositie Instelling van de beeldpositie Lichtverhoudingen Nat wegdek Voorwerpen op de displayafdekking Polarisatie in zonnebrillen Bij extreme zonnestraling kunnen delen van het display zonder kleur (bleek) worden weergegeven.
  • Pagina 276: Multimediasysteem 273

    Multimediasysteem 273 Als u een gepolariseerde zonnebril draagt, Draaiknop, volume instellen en geluid in- of Overzicht en bediening kan het display moeilijker of beperkt aflees‐ uitschakelen Overzicht multimediasysteem baar zijn. De toets Ü, multimediasysteem in- of uit‐ schakelen Overzicht centrale bedieningselementen Touchpad Aanwijzingen met betrekking tot display * AANWIJZING Bekrassen van het display...
  • Pagina 277 274 Multimediasysteem Touch-Control Radiozender selecteren Radiozender selecteren Lijst oproepen Lijst oproepen Touch-Control bedienen omhoog of omlaag vegen omhoog of omlaag schuiven 4 Geheugenpositie in zender markeren Geheugenpositie in zender markeren Systeemtaal selecteren Systeemtaal selecteren diagonaal vegen diagonaal schuiven 2 Vizier op de kaart verschuiven Vizier op de kaart verschuiven indrukken draaien 3...
  • Pagina 278 Multimediasysteem 275 Controller bedienen Lijst openen: Op de Touch-Control druk‐ Bedieningsmogelijkheden van de controller: ken. Linksom of rechtsom draaien 3. Lijst sluiten: De toets indrukken. Naar links of rechts schuiven 1. Digitale kaart verschuiven: In alle richtin‐ Omhoog of omlaag schuiven 4. gen vegen.
  • Pagina 279 276 Multimediasysteem Touchpad met handschriftherkenning: Kort indrukken: Terug naar laatste weergave Touchpad selecteren. Lang indrukken: Basismenu oproepen Touchpad activeren in- O of uitschakelen De navigatie in menu's en lijsten geschiedt via ª. het aanrakingsgevoelige oppervlak met één- Touchpad bedienen vinger-veeggebaren. Menupunt selecteren: Omhoog, omlaag, Voorwaarde naar links of naar rechts vegen.
  • Pagina 280: Hoofdfuncties

    Multimediasysteem 277 Handschriftherkenning: Voorleesfunctie in-/ Met een vinger naar links of naar rechts Toets $ uitschakelen vegen. Radio oproepen Radio: De vorige of volgende zender wordt Voorwaarde Toets Õ ingesteld. De touchpad is uitgerust met handschriftherken‐ Media oproepen Mediabron: De vorige of volgende muziektitel ning.
  • Pagina 281 278 Multimediasysteem Favorieten De controller naar links of rechts schuiven en indrukken. De controller omhoog of omlaag schuiven. Overzicht favorieten Afhankelijk van de hoofdfunctie zijn verschil‐ De markering staat of boven in de hoofdfunc‐ Favorieten bieden een snelle toegang tot vaak lende bedrijfsstanden beschikbaar.
  • Pagina 282 Multimediasysteem 279 Eigen favoriet toevoegen (voorbeeld) Op de touchpad naar links of rechts vegen en Op de touchpad omlaag vegen of controller drukken. omlaag schuiven. Voertuig selecteren. Het menu Favorieten verschijnt. 'Verbruik' op volledig scherm selecteren. Versch. selecteren. De controller draaien en indrukken. De toets ò...
  • Pagina 283 280 Multimediasysteem Geluid in- en uitschakelen Inschakelen: Mediabron wisselen of volume geluidsbronnen kan afzonderlijk worden inge‐ steld. instellen. Deze in de volgende situaties aanpassen: Volume instellen Tijdens een verkeersbericht. Tijdens een gesproken rij-aanwijzing. Het volume van de gesproken rij-aanwij‐ zing wijzigt afhankelijk van het volume van de actuele mediabron.
  • Pagina 284 Multimediasysteem 281 aangeboden, die afhankelijk van de invoer‐ Voorbeelden voor het invoeren van tekens zijn: voortgang beschikbaar zijn. Via de trefwoordzoekfunctie naar een titel of Invoerregel selecteren. artiest zoeken. Met de controller Mobiele telefoon door invoer van een pass‐ Een teken in de balk met tekens selecteren. Cursor binnen de invoerregel bewegen.
  • Pagina 285: Systeeminstellingen

    282 Multimediasysteem Invoeren van tekens op touchpad Invoerregel selecteren Systeeminstellingen p selecteren. Tekens invoeren Display Omhoog of omlaag vegen. Tekens met een vinger op het oppervlak Displayinstellingen configureren schrijven. Multimediasysteem: Cursor binnen de invoerregel bewegen Het teken wordt in de invoerregel ingevoerd. Voertuig Systeeminstellingen Dis-...
  • Pagina 286 Multimediasysteem 283 Tijd en datum Tijd- en datumformaat instellen Multimediasysteem: Multimediasysteem: Voertuig Tijd Tijd en datum automatisch instellen Voertuig Tijd Formaat De functie is alleen beschikbaar in auto's met Auto met GPS gps-ontvangst. Datum- en tijdformaat instellen #. Zomertijd selecteren. Multimediasysteem: Tijd en datum handmatig instellen Aan,...
  • Pagina 287 284 Multimediasysteem Systeemtaal De tijd kan met 12 uur terug en met 14 uur Berichten ( pagina 296) → vooruit worden ingesteld. Internetverbinding Systeemtaal instellen Auto zonder GPS Multimediasysteem: ® Muziek via Bluetooth -audio beluisteren pagina 310) Voertuig Systeeminstellingen Taal →...
  • Pagina 288: Importeren

    Wanneer de gegevens geïmporteerd zijn, Viercijferige pincode invoeren. gegevensdrager verwijderen. wordt het multimediasysteem opnieuw Viercijferige pincode opnieuw invoeren. gestart. Mercedes-Benz is niet aansprakelijk voor Wanneer beide pincodes overeenkomen, is eventueel verlies van gegevens. de pinbeveiliging ingeschakeld. Exporteren Wanneer de pinbeveiliging is ingeschakeld, ver‐...
  • Pagina 289: Reset-Functie (Terugzetten)

    Updates van de digitale kaarten en de soft‐ tieapparatuur bedient, kunt u van de ver‐ ware zijn verkrijgbaar bij een Mercedes-Benz- keerssituatie worden afgeleid. Bovendien servicewerkplaats. kunt u de controle over de auto verliezen.
  • Pagina 290: Telefoon

    Telefoon Pas nadat een mobiele telefoon met het multi‐ Voor downloaden de website http:// mediasysteem is verbonden, worden de afbeel‐ Telefoneren shop.mercedes-benz.com oproepen en de dingen weergegeven. De afbeeldin‐ informatie onder de rubriek Garmin ® Overzicht telefoonmenu gen zijn afhankelijk van de mobiele telefoon en PILOT opvolgen.
  • Pagina 291 Meer informatie is verkrijgbaar bij een werk aangemeld. keerssituatie worden afgeleid. Bovendien Mercedes-Benz-servicewerkplaats of onder: kunt u de controle over de auto verliezen. http://www.mercedes-benz.com/connect Informatie over telefonie Deze apparaten alleen bedienen als de auto ®...
  • Pagina 292 Multimediasysteem 289 Mobiele telefoon verbinden (autorisatie via De gebruikte simkaart is niet compatibel met Multimediasysteem: het invoeren van een passkey) het beschikbare netwerk. Tel/ ® Telefoon Apparaat ver- Een mobiele telefoon met Twin Card is met binden ® De Bluetooth -naam van de mobiele telefoon de tweede simkaart tegelijkertijd in het net‐...
  • Pagina 293 In de apparatenlijst de mobiele telefoon mar‐ De mobiele telefoon is voor het gebruik van keren. Meer over het geadviseerde ontvangst- en zend‐ de handsfree-installatie met het multimedia‐ G selecteren. volume: http://www.mercedes-benz.com/ systeem verbonden ( pagina 289). → connect Deautoriseren selecteren.
  • Pagina 294: Gesprekken

    Multimediasysteem 291 Hoekversteller richten: De toets op de lin‐ Mobiele telefoon aanbrengen: Kabel met kerrand van de smartphone houder inindruk‐ usb-aansluiting in het opbergvak van de mid‐ ken. denconsole aansluiten. Aan de achterzijde van de smartphone hou‐ De mobiele telefoon op de bovenste houders der komt een hoekversteller naar buiten en plaatsen en tot de benodigde hoogte op wordt vergrendeld.
  • Pagina 295 292 Multimediasysteem Gesprek aannemen Gesprek in de wacht activeren of ophangen Gesprek toevoegen: ^ selecteren. Accepteren selecteren. Bellen. Voortzetten of = Beëindigen selec‐ teren. Microfoon in- of uitschakelen: Omlaag Gesprek weigeren navigeren. Conferentiegesprek voeren Weigeren selecteren. De menuregel wordt weergegeven. In het telefoonmenu Conferentie selecteren.
  • Pagina 296 Multimediasysteem 293 Contacten van de mobiele telefoon downloa‐ Accepteren selecteren. Contacten opslaan ( pagina 294). → Het binnenkomende gesprek is actief. Het Contacten wissen ( pagina 295). → andere gesprek wordt in de wacht gezet. Multimediasysteem: Symbooloverzicht Tel/ ® Telefoon Opties Con- Weigeren...
  • Pagina 297: Usb-Apparaat

    294 Multimediasysteem Weergave en sortering van de contacten wij‐ Contacten in het telefoonboek importeren Bron Voorwaarden zigen U kunt via Opties contacten als elektronische Multimediasysteem: visitekaartjes met behulp van een geheugen‐ ò Geheugenkaart De sd-geheugenkaart ® kaart, USB of via Bluetooth in het telefoonboek is aangebracht.
  • Pagina 298: Oproeplijsten

    Multimediasysteem 295 Contact uit het telefoonboek wissen Een record markeren. ® Als uw mobiele telefoon het Bluetooth -profiel Multimediasysteem: PBAP niet ondersteunt, stelt het multimediasys‐ G selecteren. teem eigen oproeplijsten samen. Deze zijn niet Tel/ ® Telefoon Telefoonboek Details selecteren. synchroon met de oproeplijsten op de mobiele In de auto opgeslagen contacten kunnen worden telefoon.
  • Pagina 299 Bluetooth geschikte G selecteren. weergegeven: mobiele telefoons is verkrijgbaar bij een Alle snelkeuzes wissen selecteren. Alle berichten Mercedes-Benz-servicewerkplaats of via: http:// selecteren. www.mercedes-benz.com/connect Nieuwe berichten (de berichten worden niet automatisch Berichten (sms en e-mails) weergegeven) Een optie selecteren.
  • Pagina 300 Multimediasysteem 297 Berichten lezen Een telefoonnummer in het bericht selecte‐ Houd er alstublieft rekening mee, dat Mercedes Multimediasysteem: ren. me connect een service van Mercedes-Benz is. In noodgevallen beslist het bekende landelijke Tel/ ® Telefoon Nummer opbellen selecteren. alarmnummer bellen. In geval van nood kunt u...
  • Pagina 301 Vervolgens kunt u een service lang indrukken. selecteren en wordt u verbonden met een MB-Info-oproep activeren: De toets contactpersoon van de Mercedes-Benz klan‐ indrukken. tenservice. Als de pechhulp- of MB-Info-oproep actief zijn, Meer informatie over Mercedes me connect, de kan desondanks een noodoproep worden geacti‐...
  • Pagina 302 Zo nodig stuurt de gesprekspartner van de → oproep den. Mercedes-Benz alarmcentrale de oproep Er heeft een Info-oproep naar de Mercedes-Benz door aan het Mercedes me connect onge‐ Een gekwalificeerde Mercedes-Benz tech‐ klantenservice via het bedieningspaneel dakcon‐ valsmanagement. nisch specialist zorgt ter plaatse voor de...
  • Pagina 303 Mercedes-Benz noodoproepsysteem pagina 298) aanwezig. → Informatie over het Mercedes-Benz noodop‐ Als de diensten Breakdown en Mercedes me roepsysteem connect Persoonlijke assistentie service niet Het Mercedes-Benz noodoproepsysteem werkt geactiveerd zijn op Mercedes me, verschijnt de...
  • Pagina 304 De noodoproep is geactiveerd: teem geen verbinding kan opbouwen met de READY: Noodoproep beschikbaar Mercedes-Benz alarmcentrale, wordt de noodop‐ Er wordt een spraakverbinding met de SOS NOT READY: Het contact is niet ingescha‐ roep automatisch doorgestuurd naar de open‐...
  • Pagina 305 Er wordt een spraakverbinding met de Als het Mercedes-Benz noodoproepsysteem Het soort aandrijving van de auto Mercedes-Benz alarmcentrale tot stand geen noodoproep met de Mercedes-Benz alarm‐ gebracht. Het geschatte aantal personen in de auto centrale kan opbouwen, wordt de noodoproep...
  • Pagina 306: Online- En Internetfuncties

    Multimediasysteem 303 Handmatig of automatisch geactiveerde De internettoegang kan worden beïnvloed of Online- en internetfuncties noodoproep functioneert mogelijk niet: Internetverbinding Het tijdstip van het ongeval De mobiele telefoon is uitgeschakeld. Beperkingen van de internetverbinding Spraakinstelling bij het multimediasysteem Er is niet voldoende mobiele-telefoonnet‐ werkdekking beschikbaar.
  • Pagina 307 Een lijst met beschikbare providers ver‐ Meer informatie is verkrijgbaar onder http:// Een mobiele telefoon markeren. schijnt. www.mercedes-benz.com/connect of bij een G selecteren. Eigen provider mobiel netwerk selecteren. Mercedes-Benz-servicewerkplaats. Configuratie wijzigen selecteren. Een overzicht van de provider-instellingen Multimediasysteem: verschijnt.
  • Pagina 308 Internetinstellingen Multimediasysteem: beheren Tel/ ® Tel/ ® Internet Een mobiele telefoon markeren. Bijvoorbeeld de Mercedes-Benz mobiele web‐ Weergave van de bestaande verbinding en site oproepen. G selecteren. de ontvangststerkte van het mobiele-tele‐ Menu weergeven: De toets % indrukken. Configuratie wissen selecteren.
  • Pagina 309: Media

    306 Multimediasysteem Het multimediasysteem beheert in totaal tot len onder het auteursrecht. In veel landen Media 15000 ondersteunde bestanden. mogen zonder toestemming van de rechtheb‐ Audioweergave bende geen kopieën, ook niet voor privé-doelein‐ Ondersteunde formaten: den, worden gemaakt. Zorg ervoor dat u met de Informatie over audiofunctie geldende voorschriften m.b.t.
  • Pagina 310 Multimediasysteem 307 Sd-geheugenkaart plaatsen/verwijderen Overzicht audiofunctie Multimediasysteem: Media Media Geheugenkaart & GEVAAR Levensgevaar door het inslik‐ Aanbrengen ken van sd-kaarten De multimedia-aansluiteenheid bevindt zich in Sd-kaarten zijn kleine voorwerpen. het opbergvak onder de armsteun. Ze kunnen worden ingeslikt en tot verstikking De sd-geheugenkaart in de sd-kaartsleuf ste‐...
  • Pagina 311 308 Multimediasysteem Usb-apparaten aansluiten Titel selecteren Normale titelvolgorde selecteren. Multimediasysteem: De actuele titellijst wordt afgespeeld in de * AANWIJZING Schade bij hoge tempera‐ volgorde, waarin deze op de gegevensdrager Media Media turen aanwezig is. De mediabron selecteren. Titellijst-mix selecteren. Hoge temperaturen kunnen usb-apparaten Afspeelbare muziekbestanden worden afge‐...
  • Pagina 312: Mediazoeken

    -apparatuur) Voor details en een lijst met ondersteunde appa‐ Ì selecteren. raten bezoekt u de website http:// ® Podcasts (Apple -apparatuur) www.mercedes-benz.com/connect. Volgt de Mediazoeken ® Gesproken boeken (Apple -apparatuur) informatie onder de rubriek "Media Interface". Mediazoeken starten Een categorie selecteren.
  • Pagina 313: Bluetooth ® -Audio

    310 Multimediasysteem Overzicht Media Interface ® Bluetooth -audio Tijd met tijdbalk Artiest en album Informatie over Bluetooth ® -audio ® Als uw Bluetooth audioapparatuur de eerste ® Bluetooth audioapparatuur zoeken en auto‐ keer samen met het multimediasysteem wordt riseren gebruikt, moet deze worden geautoriseerd Voorwaarden pagina 310).
  • Pagina 314 Multimediasysteem 311 Multimediasysteem: Na het invoeren van alle cijfers OK selecte‐ Apparaatspecifieke aanwijzingen met betrek‐ ren. king tot het autoriseren en verbinden van Media Media Bluetooth ® voor Bluetooth geschikte mobiele telefoons Mobiele telefoon: Hetzelfde passkey invoe‐ Audio Opties Bluetooth Audio-appara- is verkrijgbaar onder http://www.mercedes- ren en bevestigen.
  • Pagina 315: Radio

    312 Multimediasysteem Overzicht radio Radiozender instellen ® Details van de Bluetooth -audioapparatuur weergeven Multimediasysteem: Multimediasysteem: Radio Media Media Bluetooth Via hoofddisplay Audio Opties Bluetooth Audio-apparaten Zender selecteren: Naar links of rechts Bluetooth ® -audioapparatuur markeren en navigeren. naar rechts navigeren. Details selecteren.
  • Pagina 316 Multimediasysteem 313 Radiozenderlijst oproepen Radiozenderlijst sorteren Het zendergeheugen van de gewenste zender invoeren. Multimediasysteem: Multimediasysteem: ¬ selecteren. Radio Radio Opties Via geheugenplaats De touchpad of de controller indrukken. Zenderlijst sorteren selecteren. De zenderlijst verschijnt. Geheugen selecteren. Een sorteeroptie selecteren. Elke frequentiebereik beschikt over een Geheugenplaats invoeren selecteren.
  • Pagina 317 314 Multimediasysteem Radiozendergeheugen bewerken Zendergeheugenweergave in- en uitschake‐ Digitaal: Wisseling naar alternatieve frequen‐ tie geschiedt in de DAB-frequentieband. Multimediasysteem: Analoog: Wisseling naar alternatieve frequen‐ Multimediasysteem: Radio Geheugen Zendergeheugen tie geschiedt in de FM-frequentieband. Radio Geheugen bewerken Frequentie vast: Er is geen alternatieve fre‐ Zendergeheugens weergave: aan selecteren.
  • Pagina 318: Sound

    Multimediasysteem 315 Muziektitel taggen Verkeersinformatie in- en uitschakelen Multimediasysteem: Radio Multimediasysteem: Multimediasysteem: Radio Opties Radio Opties Wanneer de zenders de overeenkomstige infor‐ De functie in- O of uitschakelen ª. matie beschikbaar stellen, kunt u met deze func‐ tie informatie over de momenteel afgespeelde In het multifunctioneel stuurwiel de toets muziektitel naar een Apple ®...
  • Pagina 319 316 Multimediasysteem Hoge tonen, middelhoge tonen en lage tonen luidsprekers. Het is beschikbaar voor alle radio- ® Burmester surround sound system en mediafuncties. in het Burmester ® surround sound system Informatie over Burmester ® -surround sound instellen Geluidsmenu oproepen system Multimediasysteem: Multimediasysteem: Het Burmester...
  • Pagina 320 Multimediasysteem 317 ® Geluidsoptimalisering in het Burmester -sur‐ round sound system instellen Multimediasysteem: Media à Surround sound In het rechter draaimenu de focus instellen. Menu verlaten: De toets % indrukken.
  • Pagina 321: 318 Onderhoud En Verzorging

    Informatie met betrekking tot het onderhoud van hoogde slijtage en schade aan de auto. gebruik van de luchtrecirculatie. uw auto is verkrijgbaar bij een gekwalificeerde werkplaats, bijvoorbeeld een Mercedes-Benz- De voorgeschreven onderhoudsinterval‐ Bij deze of vergelijkbare bedrijfsomstandigheden len altijd aanhouden.
  • Pagina 322: Standtijd Met Accukabels Losgemaakt

    Onderhoud en verzorging 319 Standtijd met accukabels losgemaakt Bij een gekwalificeerde werkplaats moet de vol‐ ledige functionaliteit van de actieve motorkap De weergave van het onderhoudsinterval weer worden hersteld. ASSYST PLUS berekent de onderhoudster‐ De actieve motorkap is niet in alle landen mijn alleen als de accukabels aangesloten beschikbaar.
  • Pagina 323 320 Onderhoud en verzorging Motorkap openen en sluiten Het contact uitschakelen. & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ wonden bij het openen van de motorkap Nooit in de gevarenzone van bewe‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ gende onderdelen, bijvoorbeeld het Wanneer bij een oververhitte motor of bij len door ontgrendelde motorkap tijdens draaibereik van de ventilator, reiken.
  • Pagina 324 Onderhoud en verzorging 321 & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ wonden door hete onderdelen in de motorruimte Bepaalde onderdelen in de motorruimte kun‐ nen zeer heet zijn, bijvoorbeeld de motor, de radiateur en onderdelen van het uitlaatsys‐ teem. De motor laten afkoelen en alleen de hierna beschreven onderdelen aanra‐...
  • Pagina 325 322 Onderhoud en verzorging met iets meer snelheid laten dichtvallen, tot Oliepeil te hoog: Het oliepeil ligt boven hij correct vergrendelt. Wanneer het oliepeil te laag is, 1 l motorolie bijvullen. Motorolie Als het oliepeil te hoog is, teveel bijgevulde Het motoroliepeil controleren met de olie‐...
  • Pagina 326 Onderhoud en verzorging 323 De motorkap is daarvoor geopend geweest. veel bijgevulde motorolie aftappen. Naar een & WAARSCHUWING Gevaar voor brand en gekwalificeerde werkplaats gaan. letsel door motorolie In dat geval moet de motor weer worden gestart Voor motoroliepeil contact aan: Het contact en moet het motoroliepeil opnieuw tijdens het Wanneer motorolie op hete onderdelen in de...
  • Pagina 327: Koelvloeistofniveau Controleren

    324 Onderhoud en verzorging Koelvloeistofniveau controleren Geen additieven gebruiken. De aanwijzingen van de weergave & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ onderhoudsinterval m.b.t. het olie ver‐ wonden door hete onderdelen in de versen opvolgen. motorruimte Bepaalde onderdelen in de motorruimte kun‐ * AANWIJZING Schade door te veel bijge‐ nen zeer heet zijn, bijvoorbeeld de motor, de vulde motorolie radiateur en onderdelen van het uitlaatsys‐...
  • Pagina 328: Ruitensproeierinstallatie Bijvullen

    Bij warme motor tot 1,5 cm boven de marke‐ brand in de motorruimte de motorkap wordt ringsrand geopend, kunt u in contact komen met hete Indien nodig een door Mercedes-Benz goed‐ gassen of andere ontsnappende bedrijfsstof‐ gekeurde koelvloeistof bijvullen. fen.
  • Pagina 329: Reiniging En Verzorging

    326 Onderhoud en verzorging De aanjager van de ventilatie en de verwar‐ len in de motorruimte of onderdelen van het Reiniging en verzorging ming is uitgeschakeld. uitlaatsysteem terechtkomt, kan het ontste‐ Aanwijzingen met betrekking tot het auto ken. De schakelaar van de ruitenwissers staat in wassen in een wasstraat de stand g.
  • Pagina 330 Onderhoud en verzorging 327 Auto met de hand wassen Een minimale afstand van 30 cm tot de auto beschadigingen aan de banden of aan onder‐ aanhouden. delen van het onderstel veroorzaken. De wettelijke bepalingen in acht nemen, bijvoor‐ Auto's met decorfolie: Onderdelen van de beeld in vele landen is het met de hand wassen Daardoor beschadigde onderdelen kunnen auto zijn bedekt met een decorfolie.
  • Pagina 331 328 Onderhoud en verzorging Aanwijzingen met betrekking tot de verzorging van lak en matte lak De volgende aanwijzingen in acht nemen: Reiniging en verzorging Voorkomen van beschadigingen van de lak Dode insecten: Met insectenverwijderaar inweken en ver‐ Geen stickers, folie of iets dergelijks aanbrengen. volgens afspoelen.
  • Pagina 332 Onderhoud en verzorging 329 Reiniging en verzorging Voorkomen van beschadigingen van de lak Matte lak Alleen door Mercedes-Benz goedgekeurde verzorgings‐ De auto en de lichtmetalen velgen niet poetsen. middelen gebruiken. Uitsluitend wasstraten gebruiken die met de huidige stand van de techniek overeenkomen.
  • Pagina 333 Ruiten De ruiten aan de binnen- en buitenzijde met een vochtige Voor het reinigen van de binnenzijde geen droge doeken, doek en een door Mercedes-Benz geadviseerd reinigingsmid‐ schuurmiddelen of oplosmiddelen bevattende reinigingsmid‐ del reinigen. delen gebruiken.
  • Pagina 334 Onderhoud en verzorging 331 Aanwijzingen met betrekking tot reiniging en verzorging Vermijden van voertuigschade AIRPANEL Als de auto zeer stoffig is of als zout op het mechanisme van Bij het gebruik van een hogedrukreiniger een minimumaf‐ het AIRPANEL aanwezig is, kan het verstelbereik van de stand van 30 cm aanhouden.
  • Pagina 335 332 Onderhoud en verzorging Aanwijzingen met betrekking tot reiniging en verzorging Vermijden van voertuigschade Uitlaateindpijp Met een door Mercedes-Benz geadviseerd reinigingsmiddel Geen zuurhoudende reinigingsmiddelen gebruiken. reinigen, met name in de winter en na het wassen van de auto. Aanhangwagenvoor‐ Roestaanslag op de kogel verwijderen met bijvoor‐...
  • Pagina 336 Onderhoud en verzorging 333 Aanwijzingen met betrekking tot de verzor‐ Wanneer de airbags dan worden geactiveerd, Daardoor kunnen de veiligheidsgordels bij‐ ging van het interieur kunnen kunststof delen losraken. voorbeeld bij een ongeval scheuren of uitval‐ len. Voor de reiniging van de cockpit geen &...
  • Pagina 337 Aanwijzingen met betrekking tot reiniging en verzorging Vermijden van voertuigschade Kunststof bekleding Met een vochtige microvezeldoek reinigen. Geen stickers, folie of iets dergelijks aanbrengen. Bij sterke vervuiling: Door Mercedes-Benz geadviseerd Niet in contact laten komen met cosmetica, insectenspray verzorgingsmiddel gebruiken. en zonnebrandcrème. Echt hout/sierdelen Met een microvezeldoek reinigen.
  • Pagina 338 Onderhoud en verzorging 335 Aanwijzingen met betrekking tot reiniging en verzorging Vermijden van voertuigschade Stoelhoezen van Met een vochtige doek en een 1%-zeepoplossing reinigen. Geen microvezeldoek gebruiken. kunstleder Stoelhoezen van Met een vochtige microvezeldoek en een 1%-zeepoplossing stof reinigen en laten drogen. EASY-PACK-bagage‐...
  • Pagina 339: 336 Pechhulp

    336 Pechhulp Het veiligheidvestvak openen en het vei‐ Aan de in de wettelijke norm vastgelegde eisen Noodgeval ligheidsvest eruit nemen. kan alleen worden voldaan als het veiligheids‐ Veiligheidsvest verwijderen vest de juiste maat heeft en volledig gesloten is. In de portieropbergvakken van de achterpor‐ De veiligheidsvesten bevinden zich in de veilig‐...
  • Pagina 340 Pechhulp 337 Gevarendriehoek Gevarendriehoek opklappen EHBO-set Gevarendriehoek verwijderen De reflectoren aan de zijkant tot een drie‐ hoeksvorm omhoogtrekken en met de boven‐ ste drukknop verbinden. De poten zijdelings naar onderen uitklap‐ pen. De EHBO-set bevindt zich links in de bagage‐ ruimte in het opbergnet.
  • Pagina 341: Brandblusser Verwijderen

    338 Pechhulp Brandblusser verwijderen Afhankelijk van de uitrusting van de auto hebt u Bandenpech in geval van bandenpech over de volgende moge‐ Aanwijzingen met betrekking tot bandenpech lijkheden: Auto's met MOExtended-banden: Beperkt & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ doorrijden is mogelijk. Daarbij de waarschu‐ len door drukloze banden wingsaanwijzingen over MOExtended banden Een drukloze band beïnvloedt de rij-eigen‐...
  • Pagina 342: Moextended-Banden (Banden Met Noodloopeigenschappen)

    Pechhulp 339 MOExtended-banden (banden met noodloop‐ Auto's met bandenspanningscontrole: MOEx‐ ® Als het ESP continu ingrijpt eigenschappen) tended-banden mogen alleen in combinatie met Bij scheuren in de zijwanden van de ban‐ geactiveerde bandenspanningscontrole worden & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ gebruikt. len tijdens het rijden in het noodpro‐...
  • Pagina 343 340 Pechhulp Opbergplaats TIREFIT-set Op een afstand van circa 1 m tot de banden‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ vulcompressor en circa 1,6 m boven de len bij gebruik van bandenplakmiddel De TIREFIT-set bevindt zich onder de bagage‐ grond geldt het volgende geluidsniveau: ruimtebodem.
  • Pagina 344 Pechhulp 341 mag niet in contact met huid, ogen of kleding * AANWIJZING Oververhitting door te komen of ingeslikt worden. De dampen niet lange looptijd van de bandenvulcompres‐ inademen. Bandenplakmiddel uit de buurt van kinderen houden. De bandenvulcompressor niet langer Bij contact met het bandenplakmiddel het dan tien minuten zonder onderbreking volgende in acht nemen:...
  • Pagina 345 342 Pechhulp De bandenvulcompressor tijdens deze fase niet uitschakelen! De bandenvulcompressor maximaal tien minuten laten draaien. Vervolgens moet een bandenspanning van ten minste 200 kPa (2,0 bar, 29 psi) bereikt zijn. Wanneer bandenplakmiddel weggelekt is, de getroffen plaatsen zo snel mogelijk reinigen. Bij voorkeur schoon water gebruiken.
  • Pagina 346 De aangegeven maximumsnelheid voor vakkundig afvoeren, bijvoorbeeld bij Beschadigde banden en een te lage banden‐ een met bandenplakmiddel afgedichte een Mercedes-Benz-servicewerkplaats. spanning kunnen het remgedrag en de rij- band in acht nemen. eigenschappen sterk nadelig beïnvloeden. De bandenvulcompressor uitschakelen.
  • Pagina 347: Accu (Auto)

    Dat kan leiden tot functiebeper‐ Als de bandenspanning correct is, de vul‐ Landen met Mercedes-Benz Service24h: Een kingen van veiligheidsrelevante systemen, slang losdraaien van het ventiel van de gere‐ sticker met het telefoonnummer van Mercedes- zoals het verlichtingssysteem, het ABS (anti‐...
  • Pagina 348 Het is wettelijk verboden om deze & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ samen met het huisvuil af te voeren. Mercedes-Benz adviseert in verband met de vei‐ wonden door accuzuur ligheid alleen accu's te gebruiken die door Accuzuur is een agressieve stof.
  • Pagina 349 346 Pechhulp Elektrolyt of accuzuur is agressief. de accu op een door Mercedes-Benz geadvi‐ Het mag niet met de huid, ogen of seerde oplader aansluiten, of kleding in aanraking komen. voor het losmaken van de accu contact opne‐ Geschikte beschermende kleding dra‐...
  • Pagina 350 Pechhulp 347 Alle andere auto's Nooit metalen voorwerpen of gereed‐ Bij het opladen en bij starthulp voor vol‐ Voor het opladen van de accu en de starthulp schap op een accu leggen. doende ventilatie zorgen. altijd het hulpstartpunt in de motorruimte Bij het aansluiten‑...
  • Pagina 351 De motorkap openen. dige en langdurige startpogingen Niet over een accu buigen. Door veelvuldige en langdurige startpogingen Bij het opladen: Alleen door Mercedes-Benz kan door onverbrande brandstof de katalysa‐ geteste en goedgekeurde opladers gebruiken tor worden beschadigd. en de handleiding van de oplader doorlezen Veelvuldige en langdurige startpogingen voordat de accu wordt opgeladen.
  • Pagina 352: Aan- Of Wegslepen

    Bij starthulp: De motor van de hulpbiedende sapunt en de minpool van de externe Mercedes-Benz adviseert om de auto bij pech te auto met stationair toerental laten draaien. accu losmaken, vervolgens van de plusaan‐ transporteren in plaats van te slepen.
  • Pagina 353 350 Pechhulp Toegestane sleepmethoden Uitrusting van de auto/sleepme‐ thode Beide assen op de grond Vooras opgetild Achteras opgetild Auto's met handgeschakelde ver‐ Ja, maximaal 50 km met 50 km/h Ja, maximaal 50 km met 50 km/h Ja, maximaal 50 km met 50 km/h snellingsbak Auto's met automatische transmis‐...
  • Pagina 354 Pechhulp 351 Auto's met automatische transmissie: nen, omdat anders de automatische trans‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Wanneer de automatische transmissie niet in missie automatisch in de stand j wordt len bij het slepen van een auto met een de stand i kan worden gezet of het multi‐ gezet.
  • Pagina 355 352 Pechhulp Auto's met handgeschakelde versnel‐ De elektrische parkeerrem vrijzetten. * AANWIJZING Beschadiging door te hoge lingsbak: De neutraalstand inschakelen. Auto's met handgeschakelde versnel‐ trekkrachten lingsbak: Het contact inschakelen, anders De auto op de transporter zetten. Plotseling wegrijden kan door hoge trek‐ kan het stuurslot blokkeren.
  • Pagina 356: Auto's Met 4Matic/Auto's Met Automatische Transmissie

    Pechhulp 353 Opbergplaats sleepoog Na het opladen de auto aan alle vier wielen Bij het vervoer van voertuigen met adaptief vastzetten. dempingssysteem PLUS kan daarom de com‐ binatie gaan slingeren. Daardoor kunt u de Auto's met 4MATIC/auto's met automatische controle over de auto verliezen. transmissie Bij het transport erop letten dat: de auto in de rijrichting is geladen...
  • Pagina 357 354 Pechhulp Sleepoog aanbrengen stang aan de aanhangwagenvoorziening bevesti‐ Auto's met automatische transmissie gen. mogen niet door aanslepen worden Bij het verwijderen van het sleepoog erop gestart. letten dat de afdekking bij het aanbren‐ gen in de bumper vergrendelt. Auto's met automatische transmissie mogen niet door aanslepen worden gestart.
  • Pagina 358: Elektrische Zekeringen

    Alleen door Mercedes-Benz vrijgegeven Bij een geopende zekeringenkast erop Elektrische zekeringen zekeringen met het aangegeven ampe‐ letten dat geen vochtigheid in de zeke‐ Aanwijzingen met betrekking tot elektrische rage gebruiken.
  • Pagina 359 356 Pechhulp Openen De elektrische zekeringen zijn over verschillende zekeringenkasten verdeeld: & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel Zekeringenkast in de motorruimte aan door het gebruik van de ruitenwissers bij bestuurderszijde ( pagina 356) → geopende motorkap Zekeringenkast in de cockpit aan bestuur‐ Als de ruitenwissers zich in beweging zetten derszijde ( pagina 357)
  • Pagina 360 Pechhulp 357 Het deksel achter aan de zekeringenkast in de houder aanbrengen. Het deksel van de zekeringenkast omlaag‐ klappen en de schroeven vastdraaien. De afdekking aan beide zijden aanbren‐ gen en de borgklemmen vergrendelen. De klem op de afdekking een kwart slag rechtsom draaien.
  • Pagina 361 358 Pechhulp De afdekking in de richting van de pijl omlaagzwenken. Het zekeringaansluitschema bevindt zich in een uitsparing aan de zijkant van de zekeringenkast.
  • Pagina 362: Banden En Velgen 359

    Banden en velgen 359 Aanwijzingen met betrekking tot geluids‐ Banden regelmatig op schade controle‐ De banden om veiligheidsredenen laten ontwikkeling of ongewoon rijgedrag ren en beschadigde banden direct ver‐ vervangen voordat de wettelijk voorge‐ vangen. schreven minimumprofieldiepte bereikt Tijdens het rijden letten op trillingen, geluiden en ongewoon rijgedrag, bijvoorbeeld trekken naar een kant.
  • Pagina 363: Aanwijzingen Met Betrekking Tot Sneeuw- Kettingen

    Om veiligheidsredenen alleen de voor tingen tegen de carrosserie of onderdelen Mercedes-Benz goedgekeurde sneeuwkettin‐ van het onderstel schuren. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ gen of sneeuwkettingen met dezelfde kwali‐ Daardoor kan schade aan de auto of de ban‐...
  • Pagina 364 Banden en velgen 361 Het uiterlijk van een band geeft geen uitsluitsel Geadviseerde bandenspanningen in & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ over de bandenspanning. acht nemen en de bandenspanning van len bij herhaaldelijk drukverlies in de alle banden inclusief het reservewiel Auto's met bandenspanningscontrole: De band controleren:...
  • Pagina 365 362 Banden en velgen Bandenspanningstabel Bandenspanningscontrole toestand bij verschillende bedrijfsomstandighe‐ den van belading en/of snelheid van de auto. De bandenspanningstabel bevindt zich aan de Werking van de bandenspanningscontrole Als bij de bandenspanningen een of meerdere binnenzijde van de tankdopklep. Het systeem controleert met behulp van banden‐ bandenmaten worden vermeld, dan geldt de spanningsensoren de bandenspanning en de betreffende bandenspanning alleen voor deze...
  • Pagina 366 Banden en velgen 363 Bandenspanning met bandenspanningscon‐ meter instellen als de banden koud zijn. In acht Bandenspanningscontrole actief: De inleer‐ trole controleren nemen dat de bandenspanningscontrole de voor procedure van het systeem is nog niet afge‐ de actuele bedrijfsomstandigheden correcte sloten.
  • Pagina 367 364 Banden en velgen Bandenspanningscontrole opnieuw starten Actuele waarschuwingsmeldingen worden Land Zendvergunning gewist en het gele waarschuwingslampje Voorwaarde h dooft. Dubai De geadviseerde bandenspanning is bij alle Na enkele minuten rijden controleert het sys‐ REGISTERED NO: ER37156/15. vier de banden correct ingesteld voor de teem of de actuele bandenspanningswaarden betreffende bedrijfstoestand ( pagina 360).
  • Pagina 368 Banden en velgen 365 Land Zendvergunning Land Zendvergunning Land Zendvergunning Maleisië RCDD/04A/0615/S(15-2095) Servië Oekraïne Marokko AGREE PAR L'ANRT MAROC Numero d'agrement :MR 10216 ANRT 2015 Schrader Electronics цім Singapore Complies with IDA Standards DA стверджує, що обладнання Date d'agrement :18/3/2015 105282 Радіопередавач...
  • Pagina 369 366 Banden en velgen Brazilië Vietnam Land Zendvergunning системи контролю тиску в шині автомобіля відповідає вимогам Технічного регламенту радіообладнання і телекомунікаційного кінцевого (термінального) обладнання (Постанова КМУ № 679 від 24 червня 2009 р.) Декларація відповідності знаходиться на сайті Schrader Electronics та надається...
  • Pagina 370 Banden en velgen 367 Het bandenspanningswaarschuwingssysteem Ook de volgende aanvullende informatie in acht Met a het opnieuw opstarten starten. vervangt niet de regelmatige controle van de nemen: Het multifunctioneel display toont de mel‐ bandenspanning. ding Bandenspanning nu OK?. Aanwijzingen met betrekking tot de banden‐ spanning ( pagina 360) selecteren.
  • Pagina 371: Verwisselen Van Een Wiel

    -maten Informatie over de toegestane velg-bandcombi‐ Omschrijving Om veiligheidsredenen alleen banden, velgen naties kunt u verkrijgen bij een Mercedes-Benz- Fabrikant en accessoires gebruiken, die Mercedes- servicewerkplaats. Benz speciaal voor uw auto goedgekeurd Type heeft.
  • Pagina 372 * AANWIJZING Negatieve invloed op de rijveiligheid door gecoverde banden Accessoires die niet door Mercedes-Benz voor * AANWIJZING Beschadiging van elektro‐ Gecoverde banden worden door Mercedes- uw auto zijn goedgekeurd, of waar niet vakkun‐ nische onderdelen door het gebruik van...
  • Pagina 373 370 Banden en velgen Alleen banden en velgen volgens dezelfde Onder winterse omstandigheden bieden win‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ constructie, dezelfde uitvoering (zomerban‐ terbanden met het sneeuwvloksymbool i len bij sportbanden den, winterbanden, MOExtended-banden) en naast de M+S markering de beste grip. Door het speciale bandenprofiel in combina‐...
  • Pagina 374 Banden en velgen 371 Aanwijzingen met betrekking tot het opslaan Voor meer informatie over banden en velgen De voor‑ en achterwielen uitsluitend uit‐ van wielen contact opnemen met een gekwalificeerde werk‐ wisselen, wanneer banden en velgen plaats. identieke afmetingen hebben. Gedemonteerde wielen koel, droog en zo Ook de volgende aanvullende informatie in acht mogelijk donker bewaren.
  • Pagina 375 372 Banden en velgen Uitklapbare wielkeg opzetten Het maximumdraagvermogen van de krik wisselen van een wiel is uitgerust, informeert vindt u op de sticker op de krik. u dan bij een gekwalificeerde werkplaats De krik is onderhoudsvrij. Bij een storing in naar passend gereedschap.
  • Pagina 376 Banden en velgen 373 Aluminium naafdop terzijde met een wielkeg of iets dergelijks De dopsleutel op de naafdop plaat‐ blokkeren. sen. Indien noodzakelijk, de wieldop verwijderen De wielsleutel op de dopsleutel zetten pagina 373). en de naafdop naar rechts vastdraaien. →...
  • Pagina 377 374 Banden en velgen De krik is uitsluitend geschikt voor het kort‐ De motor niet starten en de elektrische par‐ stondig opkrikken van de auto en niet voor keerrem niet vrijzetten. onderhoudswerkzaamheden onder de auto. Geen portieren of kofferdeksel openen of De ondergrond waar de krik op rust moet sluiten.
  • Pagina 378: Wiel Verwijderen

    Banden en velgen 375 Wiel verwijderen * AANWIJZING Voertuigschade door krik Voorwaarde Wanneer u de krik niet op de daarvoor De auto is opgekrikt ( pagina 373). → bedoelde kriksteunpunten aanbrengt, kunt u uw auto beschadigen. Vermijd bij het verwisselen van een wiel elke De krik alleen op de daarvoor bedoelde krachtinwerking op de remschijf, omdat dit kriksteunpunten aanbrengen.
  • Pagina 379 → schroefdraad in de naaf laten vervan‐ gen. Om veiligheidsredenen alleen de voor Nieuw wiel monteren Mercedes-Benz en het betreffende wiel goed‐ Niet verder rijden. gekeurde wielbouten gebruiken. Voorwaarde De aanwijzingen met betrekking tot de selec‐ Het wiel is verwijderd ( pagina 375).
  • Pagina 380 Banden en velgen 377 De laatste wielbout erin draaien en licht vast‐ De bandenspanning van het nieuwe wiel con‐ draaien. troleren en naar behoefte aanpassen. De auto laten zakken ( pagina 377). Auto's met bandenspanningswaarschu‐ → wingssysteem: Het bandenspanningswaar‐ schuwingssysteem opnieuw starten Auto na verwisselen van een wiel laten zak‐...
  • Pagina 381: Noodwiel

    378 Banden en velgen spanningscontrole niet betrouwbaar werken. Noodwiel ® Het ESP niet uitschakelen. Deze pas opnieuw starten nadat het nood‐ Aanwijzingen met betrekking tot het nood‐ Een noodwiel of reservewiel met ver‐ wiel door een nieuw wiel is vervangen. wiel schillende afmetingen bij de eerstvol‐...
  • Pagina 382 Banden en velgen 379 De karabijnhaken van de bevestigingsriemen van de houders losmaken. Het noodwielfoedraal met het noodwiel ver‐ wijderen. Het noodwielfoedraal openen en het nood‐ wiel verwijderen.
  • Pagina 383: 380 Technische Gegevens

    Door ondeskundig onderhoud kunnen onder‐ Meer informatie is verkrijgbaar bij een Wanneer mobilofoons worden gemanipuleerd delen van de auto sneller slijten; dit kan lei‐ Mercedes-Benz-servicewerkplaats. of niet vakkundig wordt ingebouwd, kan de den tot verlies van de typegoedkeuring. elektromagnetische straling ervan de elektro‐...
  • Pagina 384 Technische gegevens 381 & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ * AANWIJZING Vervallen van de typegoed‐ len door ondeskundig gebruik van mobi‐ keuring door het niet in acht nemen van lofoons installatie- en gebruiksvoorwaarden Als in de auto op ondeskundige wijze gebruik Wanneer de installatie- en gebruiksvoorwaar‐...
  • Pagina 385 382 Technische gegevens Frequentieband en maximaal zendvermogen Bij de achterspatschermen wordt geadviseerd de Zonder beperkingen kunnen in de auto worden antenne te monteren aan de zijde van de auto gebruikt: Frequentieband Maximaal zendver‐ die naar het midden van de straat wijst. Mobilofoons met een maximaal zendvermo‐...
  • Pagina 386: Voertuigtypeplaatje, Fin En Motornummer

    Technische gegevens 383 Voertuigtypeplaatje, FIN en motornummer Voertuigtypeplaatje Voertuigtypeplaatje (voorbeeld - Koeweit) Voertuigtypeplaatje (voorbeeld - alle andere landen) Autofabrikant Autofabrikant Fabricageplaats EG-typegoedkeuringsnummer (alleen voor Productiedatum bepaalde landen) Voertuigtype FIN (voertuigidentificatienummer) Toegestaan totaalgewicht (kg) Toegestaan totaalgewicht (kg) (alleen voor bepaalde landen)
  • Pagina 387 384 Technische gegevens FIN voor de rechter voorstoel FIN bij de onderste rand van de voorruit Toegestane voorasbelasting (kg) Toegestane achterasbelasting (kg) Lakcode De gegevens in de afbeelding zijn voorbeel‐ den. FIN (voertuigidentificatienummer) Het FIN op de onderste rand van de voorruit is alleen voor bepaalde landen beschikbaar.
  • Pagina 388: Bedrijfsstoffen

    Bij het gebruik, de opslag en de afvoer Remvloeistof In de Mercedes-Benz-bedrijfsstoffenvoor‐ van de bedrijfsstoffen de opdrukken van Ruitreinigingsmiddel schriften in de Mercedes-Benz BeVo app de originele verpakking in acht nemen. (onder vermelding van de specificatie) Koelmiddel van het temperatuurregelsysteem Bedrijfsstoffen altijd in de afgesloten Bij een gekwalificeerde werkplaats originele verpakking bewaren.
  • Pagina 389: Brandstof

    386 Technische gegevens Beslist vuur, open licht, roken en vonk‐ Wanneer brandstof in de ogen terecht Alleen brandstof tanken, die voldoet vorming vermijden. gekomen is, de ogen direct grondig met aan de Europese norm EN 228 of daar‐ schoon water uitspoelen. Zo snel moge‐ aan gelijkwaardig is.
  • Pagina 390 E 180, E 250, E 300 e: 93 RON Mercedes-Benz adviseert merkbrandstoffen met Alle andere modellen: 91 RON additieven te gebruiken. In sommige landen kan het voorkomen dat de Daardoor kan het motorvermogen lager zijn en beschikbare brandstofkwaliteit niet voldoende is.
  • Pagina 391 388 Technische gegevens Aanwijzingen met betrekking tot brandstof‐ Alvorens om te schakelen op winterdiesel moet het brandstofsysteem, de motor en het uit‐ kwaliteit voor auto's met dieselmotor de brandstoftank zo leeg mogelijk zijn. Het laatgasreinigingssysteem. brandstofpeil voor de eerste keer tanken met Algemene aanwijzingen Alleen diesel tanken die voldoet aan de winterdiesel zo laag mogelijk houden, bijvoor‐...
  • Pagina 392 Technische gegevens 389 Inhoud ® AdBlue * AANWIJZING Beschadigingen en storin‐ Model Totale inhoud ® gen door verontreinigingen in AdBlue ® Aanwijzingen met betrekking tot AdBlue De aanwijzingen met betrekking tot de bedrijfs‐ E 300 66,0 l ® Verontreiniging van AdBlue leidt tot: stoffen in acht nemen ( pagina 385).
  • Pagina 393 Wanneer AdBlue al gekristalliseerd is, een interval laten verversen. spons en koud water gebruiken voor het rei‐ nigen. Mercedes-Benz adviseert, het verversen van de olie bij een gekwalificeerde werkplaats uit te ® Als de AdBlue -tank wordt geopend, kan een laten voeren.
  • Pagina 394 Technische gegevens 391 Kwaliteit en hoeveelheid motorolie Alle andere modellen: MB-Freigabe of Model Verversingshoeveel‐ MB-Approval 229.3, 229.51, 229.52 of heid MB-Freigabe of MB-Approval ACEA A3/B4 Benzinemotor MB-Freigabe of MB- E 350 d 4MATIC 8,0 l Dieselmotoren: Approval E 350 d, E 350 d 4MATIC: MB-Freigabe of Alle andere modellen 7,0 l MB-Approval 229.51 of ACEA C3...
  • Pagina 395 Bij een gekwalificeerde werkplaats Alleen door Mercedes-Benz goedgekeurde rem‐ De motor laten afkoelen alvorens anti‐ vloeistof volgens MB-Freigabe of MB-Approval vriesmiddel bij te vullen. 331.0gebruiken. * AANWIJZING Oververhitting bij hoge Ervoor zorgen dat er geen antivriesmid‐...
  • Pagina 396: Autogegevens

    Technische gegevens 393 ten minste 50% (vorstbescherming tot circa Onder het vriespunt: Bijvoorbeeld MB Winter‐ * AANWIJZING Beschadigingen aan de -37 °C) exterieurverlichting door ongeschikt rui‐ maximaal 55% (vorstbescherming tot -45 °C) treinigingsmiddel De correcte mengverhouding is te vinden in de gegevens op de verpakking.
  • Pagina 397 394 Technische gegevens Model Model Hoogte Zwenk‐ hoogte E 200 4MATIC 1480 mm E 300 1826 mm E 220 d 4MATIC E 300 d 1840 mm E 250 1474 mm E 350 d E 350 d 4MATIC 1846 mm E 300 1460 mm Alle andere modellen 1833 mm...
  • Pagina 398: Aanhangwagenvoorziening

    Technische gegevens 395 Dakbelasting Inbouwmaten De achteroverbouw en de bevestigingspunten gelden voor een af fabriek gemonteerde aan‐ Alle modellen hangwagenvoorziening. Maximumdakbelas‐ 100 kg Model Achter‐ ting overbouw Alle modellen 1243 mm Aanhangwagenvoorziening Algemene aanwijzingen over de aanhangwa‐ genvoorziening Toegestaan aanhangwagengewicht Het rijden met aanhangwagen is niet met alle De kogeldruk is niet bij het aanhangwagenge‐...
  • Pagina 399 396 Technische gegevens Toegestaan aanhangwagengewicht, onge‐ Toegestane asbelasting van de achteras bij Model Handge‐ Automa‐ remd rijden met aanhangwagen scha‐ tische kelde trans‐ Model Toegestaan aan‐ Asbelasting versnel‐ missie hangwagengewicht, Model Asbelasting lingsbak ongeremd E 180 1335 kg E 250 —...
  • Pagina 400 Technische gegevens 397 Model Asbelasting E 350 d 1400 kg E 400 4MATIC E 350 d 4MATIC 1385 kg...
  • Pagina 401: 398 Displaymeldingen Met Waarschuwings- En Controlelampjes

    398 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Bij enkele displaymeldingen worden bovendien Displaymeldingen met hoge prioriteit kunnen Displaymeldingen symbolen weergegeven: niet worden bevestigd. Het multifunctioneel dis‐ Inleiding play toont deze displaymeldingen permanent, tot ¤ Meer informatie de oorzaak van de displaymelding verholpen is. Aanwijzingen met betrekking tot displaymel‐...
  • Pagina 402 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 399 Veiligheidssystemen Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het ABS en het ESP ® vertonen een storing. Ook andere rij- en rijveiligheidssystemen kunnen een storing vertonen. Het remsysteem werkt verder op normale wijze. De remweg kan bij een noodstop langer worden. ÷...
  • Pagina 403 400 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het ABS en het ESP ® zijn tijdelijk niet beschikbaar. Ook andere rij- en rijveiligheidssystemen kunnen tijdelijk niet beschikbaar zijn. Het remsysteem werkt verder op normale wijze. De remweg kan bij een noodstop langer worden. ÷...
  • Pagina 404 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 401 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ÷ * Het ESP ® is tijdelijk niet beschikbaar. Ook andere rij- en rijveiligheidssystemen kunnen een storing vertonen. & WAARSCHUWING Slipgevaar door een storing in het ESP ®...
  • Pagina 405 402 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ÷ * Het ESP ® vertoont een storing. Ook andere rij- en rijveiligheidssystemen kunnen een storing vertonen. Het remsysteem werkt verder op normale wijze. De remweg kan bij een noodstop langer worden. functioneert niet zie hand- leiding &...
  • Pagina 406 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 403 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het EBD, het ABS en het ESP ® vertonen een storing. Ook andere rij- en rijveiligheidssystemen kunnen een storing vertonen. & WAARSCHUWING Slipgevaar bij storing van het EBD, het ABS en het ESP ®...
  • Pagina 407 404 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het rode controlelampje ! knippert. De elektrische parkeerrem is vastgezet tijdens het rijden: Aan een voorwaarde voor het automatisch vrijzetten van de elektrische parkeerrem is niet voldaan . Parkeerrem ontgrendelen U voert een noodremming uit met de elektrische parkeerrem .
  • Pagina 408 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 405 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het gele controlelampje ! brandt. De elektrische parkeerrem vertoont een storing. Om in te schakelen: Het contact uit- en weer inschakelen. Parkeerrem zie handleiding De elektrische parkeerrem handmatig bedienen . Als de elektrische parkeerrem niet kan worden ingeschakeld: Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan.
  • Pagina 409 406 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Het contact uit- en weer inschakelen. Om in te schakelen: De elektrische parkeerrem handmatig vrijzetten en vervolgens weer bedienen . Om vrij te zetten: De elektrische parkeerrem handmatig bedienen en vervolgens weer vrijzetten. Als de elektrische parkeerrem nog steeds niet kan worden vastgezet, of als het rode controlelampje ! nog steeds knippert: Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats.
  • Pagina 410 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 407 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Als de elektrische parkeerrem niet moet worden ingeschakeld, bijvoorbeeld in de wasstraat of bij het slepen, het contact ingeschakeld laten. Een uitzondering vormt het slepen met omhooggebrachte achteras. Als de elektrische parkeerrem niet automatisch wordt ingeschakeld: Het contact uit- en weer inschakelen.
  • Pagina 411 408 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Auto's met handgeschakelde versnellingsbak: Bij ingeschakelde HOLD-functie is een storing opgetreden. Direct remmen Tevens klinkt een regelmatig waarschuwingssignaal. Dit wordt intensiever als wordt geprobeerd de auto te vergren‐ delen.
  • Pagina 412 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 409 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De remblokken hebben de slijtagegrens bereikt. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Remblokslijtage * Een of meerdere hoofdfuncties van het systeem Mercedes me connect vertonen een storing. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan.
  • Pagina 413 410 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het radarsensorsysteem vertonen een storing. Mogelijke oorzaken: Sensoren vervuild Hevige neerslag Lange ritten zonder doorstromend verkeer, bijvoorbeeld in de woestijn Rij- en rijveiligheidssystemen kunnen een storing vertonen of tijdelijk niet beschikbaar zijn. De rij- en rijveiligheidssystemen zijn weer beschikbaar als de oorzaken niet meer van toepassing zijn.
  • Pagina 414 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 411 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Auto's met rijassistentiepakket: Het Active Brake Assist System met kruisingsfunctie, de uitwijkstuurassistent of Actieve remassistent Func- ® de PRE‑SAFE PLUS vertoont een storing. tie beperkt beschikbaar Zie handleiding Auto's zonder rijassistentiepakket: Het Active Brake Assist System vertoont een storing.
  • Pagina 415 412 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het veiligheidssysteem vertoont een storing . & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel‑ of levensgevaar door storingen in de werking van het veiligheidssys‐ teem Veiligheidssysteem Storing Wanneer het veiligheidssysteem een storing vertoont, kunnen onderdelen van het veiligheidssysteem onbedoeld Werkplaats opzoeken worden geactiveerd of bij een ongeval niet zoals bedoeld in werking treden.
  • Pagina 416 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 413 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het betreffende veiligheidssysteem vertoont een storing . & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel‑ of levensgevaar door storingen in de werking van het veiligheidssys‐ teem Linksvoor Storing Werk- Wanneer het veiligheidssysteem een storing vertoont, kunnen onderdelen van het veiligheidssysteem onbedoeld plaats opzoeken (voor‐...
  • Pagina 417 414 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De passagiersairbag is gedeactiveerd, hoewel een volwassene persoon of een persoon met een overeenkomstig Voorpass.-airbag uitgescha- postuur op de passagiersstoel zit. Wanneer extra krachten op de stoel worden uitgeoefend, kan het systeem een te keld zie handleiding gering gewicht meten.
  • Pagina 418 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 415 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De passagiersairbag is tijdens het rijden geactiveerd: Voorpass.-airbag ingescha- keld zie handleiding Hoewel zich een kind, een klein persoon of een voorwerp met een gewicht beneden de grenswaarde van het systeem op de passagiersstoel bevindt.
  • Pagina 419 416 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Rijsystemen Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen À * De ATTENTION ASSIST heeft vermoeidheid of een toenemende onoplettendheid bij de bestuurder vastgesteld pagina 244). → Zo nodig pauze nemen. Attention Assist: pauze! À * De ATTENTION ASSIST vertoont een storing.
  • Pagina 420 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 417 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen É * De voertuighoogte is te laag. De auto wordt tot de geselecteerde voertuighoogte omhooggebracht. Pas wegrijden wanneer de displaymelding verdwijnt. Auto komt omhoog Een ogenblik geduld a.u.b. É...
  • Pagina 421 418 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De AIR BODY CONTROL werkt slechts beperkt. Het rijgedrag kan daardoor worden beïnvloed. Overeenkomstig de actuele hoogte rijden, echter niet sneller dan 80 km/h. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Storing Maximaal 80 km/h De DYNAMIC BODY CONTROL vertoont een storing.
  • Pagina 422 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 419 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Auto's zonder actieve stuurassistent: Het zicht van de camera is gereduceerd. Actieve spoorassistent Camerazicht gereduceerd Mogelijke oorzaken: zie handleiding Vervuiling van de voorruit in het blikveld van de camera Sterke neerslag of mist Rij- en rijveiligheidssystemen kunnen een storing vertonen of tijdelijk niet beschikbaar zijn.
  • Pagina 423 420 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De actieve dodehoekassistent is tijdelijk niet beschikbaar. Actieve dodehoekassistent nu niet beschikbaar zie De systeemgrenzen zijn bereikt ( pagina 245). → handleiding Verder rijden. Het systeem is weer beschikbaar als de oorzaken niet meer aanwezig zijn. Wanneer de displaymelding niet verdwijnt, veilig stoppen en de motor opnieuw starten.
  • Pagina 424 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 421 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ë * De HOLD-functie is uitgeschakeld, omdat de auto slipt of omdat niet is voldaan aan een inschakelvoorwaarde. De HOLD-functie later weer inschakelen of de inschakelvoorwaarden van de HOLD-functie controleren . * De actieve afstandsassistent DISTRONIC is weer gereed voor gebruik en kan worden ingeschakeld ( pagina 212).
  • Pagina 425 422 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen è * De actieve stuurassistent vertoont een storing. De actieve afstandsassistent DISTRONIC blijft beschikbaar. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Actieve stuurassistent func- tioneert niet * Wanneer het gaspedaal tot voorbij het drukpunt wordt ingedrukt (kickdown), wordt de limiter passief geschakeld Limiter passief pagina 208).
  • Pagina 426 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 423 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen È * De limiter kan niet worden ingeschakeld, omdat niet aan alle inschakelvoorwaarden voldaan is. De inschakelvoorwaarden van de limiter in acht nemen . --- km/h * U heeft de voor winterbanden opgeslagen topsnelheid bereikt. Deze snelheid kan niet worden overschreden. Snelheidsbegrenzing (win- terbanden) XXX km/h ð...
  • Pagina 427 424 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De koelvloeistof is te warm. Rekening houdend met de verkeerssituatie zo snel mogelijk stoppen en de motor afzetten. Koelmiddel Stoppen Motor & WAARSCHUWING Gevaar voor brandwonden bij het openen van de motorkap Wanneer bij een oververhitte motor of bij brand in de motorruimte de motorkap wordt geopend, kunt u in con‐...
  • Pagina 428 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 425 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De accu wordt niet meer opgeladen. * AANWIJZING Mogelijke motorschade als verder wordt gereden zie handleiding Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats. Rekening houdend met de verkeerssituatie zo snel mogelijk stoppen en de motor afzetten. Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats.
  • Pagina 429 426 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De accu wordt niet meer opgeladen en heeft een te lage acculaadtoestand bereikt. * AANWIJZING Mogelijke motorschade als verder wordt gereden Stoppen zie handleiding Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats.
  • Pagina 430 Motor starten niet mogelijk Zie handleiding Niet benodigde elektrische verbruikers uitschakelen. Een door Mercedes-Benz goedgekeurde, geschikte oplader met voldoende laadvermogen aansluiten op het hulpstartpunt van de 12V-accu . De 48V-accu wordt opgeladen via de spanningsomvormer in de auto. * De 48V-accu is automatisch via de spanningsomvormer opgeladen.
  • Pagina 431 428 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Displaymelding alleen bij bepaalde motortypen: Het motoroliepeil is te laag. * AANWIJZING Motorschade door rijden met te weinig motorolie Motoroliepeil Stoppen Motor uit Langere ritten met te weinig motorolie vermijden. Direct op een veilige plaats stoppen.
  • Pagina 432 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 429 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Displaymelding alleen bij bepaalde motortypen: Het motoroliepeil is tot het minimum gedaald. * AANWIJZING Motorschade door rijden met te weinig motorolie Bij tankstop 1 l motorolie bijvullen Langere ritten met te weinig motorolie vermijden.
  • Pagina 433 430 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De elektrische verbinding naar de olieniveausensor is onderbroken of de olieniveausensor is defect. Het motoroliepeil is tot het minimum gedaald. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Meten van het motorolie- peil niet mogelijk * Auto's met dieselmotor: Het brandstoffilter is vervuild of het water in het brandstoffilter moet worden afgetapt.
  • Pagina 434 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 431 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De ventilatormotor is defect. Tot de volgende gekwalificeerde werkplaats verder rijden zonder hoge motorbelasting. Daarbij erop letten dat de koelvloeistoftemperatuurmeter onder 120 °C blijft. Ø * De AdBlue ®...
  • Pagina 435 432 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Ø * Het AdBlue ® systeem vertoont een storing. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. AdBlue controleren zie handleiding Ø * Het AdBlue ® systeem vertoont een storing. Meteen naar een gekwalificeerde werkplaats gaan.
  • Pagina 436 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 433 Banden Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het bandenspanningswaarschuwingssysteem heeft een aanzienlijk drukverlies herkend. Bandenspanning Banden controleren & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door een te lage bandenspanning Banden met een te lage bandenspanning leveren de volgende gevaren op: De banden kunnen klappen, in het bijzonder bij toenemende belading en snelheid.
  • Pagina 437 434 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het bandenspanningswaarschuwingssysteem vertoont een storing. Bandenspanningsbewaking functioneert niet Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. * Ten minste één band heeft een te lage bandenspanning, of de bandenspanningen van de afzonderlijke banden wij‐ ken te sterk van elkaar af.
  • Pagina 438 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 435 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Van één of meerdere banden daalt de bandenspanning plotseling. De wielpositie wordt weergegeven. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen tijdens het rijden met drukloze banden Drukloze band hebben de volgende gevaren: Let op: band defect De banden kunnen overmatig verwarmen en tot brand leiden.
  • Pagina 439 436 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Van een of meerdere wielen ontbreekt het signaal van de bandenspanningsensor. Bij de betreffende band wordt geen bandenspanningswaarde weergegeven. De defecte bandenspanningsensor laten vervangen bij een gekwalificeerde werkplaats. Wielsensor(en) niet beschikbaar * De gemonteerde wielen hebben geen geschikte bandenspanningsensoren.
  • Pagina 440 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 437 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Ten minste een band is oververhit. Banden oververhit Snel- heid verlagen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen tijdens het rijden met oververhitte banden Oververhitte banden kunnen uit elkaar spatten, in het bijzonder bij hoge snelheid. De snelheid verlagen, opdat de banden afkoelen.
  • Pagina 441 De Mercedes me connect web-app http://www.mercedes.me. openen en de dienst "Digitale sleutel" oproepen. leiding De dienst eerst deactiveren en dan weer opnieuw activeren. Als de displaymelding weer verschijnt, contact opnemen met het Mercedes-Benz Customer Assistance Center (CAC). Â * De batterij van de sleutel is leeg.
  • Pagina 442 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 439 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen  * De sleutel wordt niet herkend en is eventueel niet meer in de auto aanwezig. De sleutel bevindt zich niet meer in de auto is u zet de motor af: U kunt de motor niet meer starten.
  • Pagina 443 440 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Auto Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De kogelhals wordt uit- of ingeklapt. Het uit- en inklappen niet met de hand, de voet of andere hulpmiddelen versnellen, vertragen of forceren als de kogelkop niet beweegt.
  • Pagina 444 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 441 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De aanhangwagenvoorziening is niet klaar voor gebruik tijdens het rijden met een aanhanger. Rekening houdend met de verkeerssituatie zo snel mogelijk stoppen en de motor afzetten. De aanhangwagen afkoppelen en voorkomen dat deze kan wegrollen.
  • Pagina 445 442 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen De aangekoppelde aanhangwagen afkoppelen en voorkomen dat deze kan wegrollen. De kogelkop opnieuw in- en uitklappen . Als de kogelhals is ingeklapt: Aan de toets in het kofferdeksel trekken en blijven trekken tot de kogelhals in de veilig vergrendelde positie verticaal vergrendelt en vervolgens weer onder de bumper vergrendelt.
  • Pagina 446 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 443 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Terwijl de auto rolt of rijdt wordt de transmissie in de stand i geschakeld. Stand N permanent geacti- veerd Wegrolgevaar Om te stoppen het rempedaal indrukken en als de auto stilstaat de transmissie in de stand j zetten. Om door te rijden de transmissie in de stand h of k zetten.
  • Pagina 447 444 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De transmissie vertoont een storing. De transmissie wordt automatisch in de stand i geschakeld. Transmissie Storing Stop- Direct op een veilige plaats stoppen. De transmissie in de stand j zetten. Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats.
  • Pagina 448 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 445 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * U hebt geprobeerd de motor te starten, zonder het koppelingspedaal in te drukken. Voor motor starten koppe- ling intrappen Koppelingspedaal indrukken en vervolgens de motor starten. De motor is bij het wegrijden afgeslagen, bijvoorbeeld door het te snel loslaten van het koppelingspedaal.
  • Pagina 449 446 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * U hebt geprobeerd om vanuit de stand h transmissiestand k in te schakelen. Voor inschakelen van scha- kelstand R eerst rem bedie- Het rempedaal indrukken. De transmissie in de stand k zetten. * U hebt geprobeerd de kogelhals te zwenken en de transmissie staat niet in de stand i.
  • Pagina 450 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 447 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Ð * Auto's met handgeschakelde versnellingsbak: De elektrische stuurwielblokkering vertoont een storing. De stuurinrichting kan door de elektrische stuurwielblokkering worden geblokkeerd. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen bij beperkte bestuurbaarheid Storing stuursysteem zie Wanneer de stuurinrichting niet meer zoals bedoeld functioneert, is de bedrijfsveiligheid van de auto in gevaar.
  • Pagina 451 448 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Ð * De bekrachtiging van de stuurinrichting vertoont een storing. Er is eventueel meer kracht vereist voor het sturen. Voorzichtig verder rijden. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Storing besturing Voorzich- tig rijden Werkplaats opzoe- Ð...
  • Pagina 452 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 449 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Ð * De bekrachtiging van de stuurinrichting vertoont een storing. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door gewijzigd stuurgedrag Wanneer de bekrachtiging van de stuurinrichting gedeeltelijk of geheel uitvalt, is er meer kracht nodig om te Storing besturing Meer sturen.
  • Pagina 453 450 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De actieve motorkap (voetgangersbescherming) vertoont een storing of functioneert niet vanwege een activering. Actieve motorkap Storing zie handleiding Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. & * De standverwarming vertoont tijdelijk een storing. Als de auto horizontaal staat en de motor is afgekoeld: Viermaal met tussenpozen van een aantal minuten pro‐...
  • Pagina 454 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 451 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het kofferdeksel is geopend. & WAARSCHUWING Vergiftigingsgevaar door uitlaatgassen Verbrandingsmotoren stoten giftige uitlaatgassen, bijvoorbeeldkoolmonoxide uit. Als het kofferdeksel is geopend als de motor draait, in het bijzonder tijdens het rijden, kunnen uitlaatgassen in het interieur terecht komen.
  • Pagina 455: Verlichting

    452 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Verlichting Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De betreffende lichtbron is defect. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Dimlicht links (voorbeeld) Controleren of de lichtbron mag worden vervangen . LED-lichtbron: Alleen wanneer alle lichtdiodes defect zijn, verschijnt de displaymelding voor de betreffende ver‐ lichting.
  • Pagina 456 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 453 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De exterieurverlichting vertoont een storing. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Auto's met aanhangwagenvoorziening: Een zekering kan doorgebrand zijn. Storing Zie handleiding Stoppen; daarbij op de verkeerssituatie letten. De zekeringen controleren en eventueel vervangen .
  • Pagina 457 454 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De adaptieve grootlichtassistent Plus is tijdelijk niet beschikbaar. Adaptieve grootlichtassis- tent Plus nu niet beschik- De systeemgrenzen zijn bereikt ( pagina 137). → baar Zie handleiding Verder rijden.
  • Pagina 458: Waarschuwings- En Controlelampjes

    Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 455 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De adaptieve grootlichtassistent is tijdelijk niet beschikbaar. Adaptieve grootlichtassis- tent nu niet beschikbaar De systeemgrenzen zijn bereikt ( pagina 135). → zie handleiding Verder rijden. Het systeem is weer beschikbaar als de oorzaken niet meer aanwezig zijn. De displaymelding Adaptieve groot- lichtassistent weer beschikbaar verschijnt.
  • Pagina 459: Waarschuwings- En Controlelampjes: L Dimlicht

    456 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Instrumentendisplay standaard Progressive-instelling in widescreen cockpit ü Veiligheidsgordel niet omgegespt pagina 464) → Remmen (rood) ( pagina 457) → Remmen (geel) ( pagina 457) → ABS vertoont een storing pagina 457) → à AIR BODY CONTROL vertoont een storing ( pagina 465) →...
  • Pagina 460 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 457 Koelvloeistof te heet/koud Voorgloeien Aanhangwagenvoorziening niet pagina 468) bedrijfsklaar of beweegt → Bandenspanningscontrole pagina 466) → Afstandswaarschuwing pagina 471) · → pagina 465) → Veiligheidssystemen Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het gele waarschuwingslampje remmen brandt als de motor draait. &...
  • Pagina 461 458 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het rode waarschuwingslampje remmen brandt als de motor draait. Mogelijke oorzaken: De rembekrachtiging vertoont een storing en het remgedrag kan veranderen. Waarschuwingslampje rem‐ Er bevindt zich te weinig remvloeistof in het remvloeistofreservoir. men (rood) &...
  • Pagina 462 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 459 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje De meldingen op het multifunctioneel display in acht nemen. Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats. Het gele ABS-waarschuwingslampje brandt als de motor draait. Het ABS vertoont een storing. Als bovendien een waarschuwingssignaal klinkt, vertoont de EBD een storing.
  • Pagina 463 460 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje ÷ ® Het gele ESP -waarschuwingslampje knippert tijdens het rijden. Het ESP ® grijpt in . De rijstijl aan de weersomstandigheden en de toestand van het wegdek aanpassen. Waarschuwingslampje ®...
  • Pagina 464 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 461 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje å ® Het gele waarschuwingslampje ESP OFF brandt als de motor draait. Het ESP ® is uitgeschakeld. & WAARSCHUWING Slipgevaar tijdens het rijden met uitgeschakeld ESP Waarschuwingslampje ®...
  • Pagina 465 462 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het rode controlelampje elektrische parkeerrem knippert of brandt. Het gele controlelampje brandt bovendien bij een storing van de elektrische parkeerrem. De meldingen op het multifunctioneel display in acht nemen. Rood controlelampje elek‐...
  • Pagina 466 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 463 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het rode waarschuwingslampje veiligheidssysteem brandt als de motor draait. Het veiligheidssysteem vertoont een storing. & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel‑ of levensgevaar door storingen in de werking van het veiligheidssysteem Waarschuwingslampje vei‐...
  • Pagina 467 464 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Veiligheidsgordel Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het rode waarschuwingslampje veiligheidsgordel brandt na het starten van de motor. Bovendien kan een waarschuwingssignaal klinken. Het waarschuwingslampje veiligheidsgordels herinnert bestuurder en passagier eraan de gordel om te gespen. Waarschuwingslampje vei‐...
  • Pagina 468 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 465 Rijsystemen Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje à Het gele waarschuwingslampje AIR BODY CONTROL brandt. Het gele waarschuwingslampje DYNAMIC BODY CONTROL brandt. Er is een storing van de AIR BODY CONTROL aanwezig. Waarschuwingslampje Er is een storing van de DYNAMIC BODY CONTROL aanwezig.
  • Pagina 469 466 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Auto Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het rode waarschuwingslampje aanhangwagenvoorziening brandt. De aanhangwagenvoorziening is niet klaar voor gebruik of zwenkt. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door niet vergrendelde kogelkop Waarschuwingslampje trek‐ haak Als de kogelkop niet vergrendeld is, kan de aanhangwagen losraken.
  • Pagina 470 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 467 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Ð Het rode waarschuwingslampje stuurbekrachtiging brandt terwijl de motor draait. De stuurbekrachtiging of de stuurinrichting zelf vertoont een storing. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen bij beperkte bestuurbaarheid Waarschuwingslampje stuurbekrachtiging Wanneer de stuurinrichting niet meer zoals bedoeld functioneert, is de bedrijfsveiligheid van de auto in gevaar.
  • Pagina 471 468 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Motor Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het gele waarschuwingslampje motordiagnose brandt als de motor draait. Er is een storing van de motor, het uitlaatsysteem of het brandstofsysteem aanwezig. De emmisiegrenswaarden kunnen daardoor worden overschreden en de motor draait zo nodig in het noodprogramma. Waarschuwingslampje De auto zo snel mogelijk laten controleren bij een gekwalificeerde werkplaats.
  • Pagina 472 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 469 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het rode waarschuwingslampje koelvloeistof brandt terwijl de motor draait. Mogelijke oorzaken: Temperatuursensor vertoont een storing Waarschuwingslampje koel‐ Koelvloeistofniveau te laag vloeistof Luchttoevoer naar de radiateur geblokkeerd Ventilator van de radiateur defect Als bovendien een waarschuwingssignaal klinkt, heeft de koelvloeistof een temperatuur van 120 °C overschreden.
  • Pagina 473 470 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Anders: De auto verlaten en uit in de omgeving van de auto blijven, tot de motor is afgekoeld. Het koelvloeistofniveau controleren . De luchttoevoer naar de radiateur mag niet worden belemmerd; dit controleren. Tot de volgende gekwalificeerde werkplaats verder rijden zonder hoge motorbelasting.
  • Pagina 474 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 471 Banden Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het gele waarschuwingslampje bandenspanningscontrole (drukverlies/storing) brandt. De bandenspanningscontrole heeft bandenspanningsverlies bij ten minste één band geconstateerd. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door een te lage bandenspanning Waarschuwingslampje ban‐...
  • Pagina 475 472 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het gele waarschuwingslampje bandenspanningscontrole (drukverlies/storing) knippert circa één minuut lang en brandt dan permanent. De bandenspanningscontrole vertoont een storing. Waarschuwingslampje ban‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen bij storing van de bandenspanningscontrole denspanningscontrole knip‐...
  • Pagina 476: Trefwoordenregister 473

    Trefwoordenregister 473 Asbelasting .......... 396 Opladen ..........346 1, 2, 3 ... Bevestigingspunten ......395 Starthulp ..........346 12V-aansluiting Contactdoos ........254 Achterklep Zie Contactdoos (12V) Fietsdrager .......... 256 Sluiten ........... 78 230V-contactdoos Inbouwmaten ........395 Achterportier (kinderbeveiliging) .... 64 Zie Contactdoos (230V) Kogeldruk ..........
  • Pagina 477 474 Trefwoordenregister Achteruitversnelling Actieve motorkap (voetgangersbe‐ Active Brake Assist System Inschakelen .......... 176 scherming) ..........319 Werking en aanwijzingen ..... 201 Terugzetten .......... 319 Achterzitplaats ACTIVE MULTIBEAM LED Werking ..........319 Zie Stoel Zie Intelligent Light System Actieve parkeerassistent ......233 Actieradius Adaptief remlicht ........
  • Pagina 478 Trefwoordenregister 475 Alarmsysteem Additieven ..........390 AIR BODY CONTROL ......... 219 Instellen ..........221 Zie EDW (diefstal-/inbraakalarminstallatie) ® AdBlue ..........389 Onderstel ..........219 Brandstof ..........387 Alertheidsassistent Motorolie ..........390 Zie ATTENTION ASSIST Airbag ............37 Activering ..........31 ®...
  • Pagina 479 476 Trefwoordenregister Standtijd met accukabels losge‐ Auto .......... 163, 165, 166 Vergrendelen (automatisch) ....76 maakt ..........319 Vergrendelen (KEYLESS-GO) ....75 Aansprakelijkheid voor gebreken ... 26 Werking en aanwijzingen ..... 318 Afzetten (start-stoptoets) ..... 185 Vergrendelen (mobiele telefoon) .... 74 Vergrendelen (noodsleutel) ....
  • Pagina 480 Trefwoordenregister 477 Automatische motorstop (ECO start- Bandentemperatuur controleren stopsysteem) ........... 169 (bandenspanningscontrole) ....363 Bagage controleren .......... 359 Automatische passagiersairbaguit‐ Bagagenet ..........115 Geluidsontwikkeling ......359 schakeling ..........40, 42 Beveiligen ..........109 MOExtended-banden ......339 Controlelampje PASSENGER AIR BAG ... 42 Bagagenet bevestigen ......
  • Pagina 481 478 Trefwoordenregister Bandenspanningscontrole opnieuw Controleren (bandenspanningscon‐ Conformiteitsverklaring (krik) ....23 starten ..........364 trole) ........... 363 Conformiteitsverklaring (radiogra‐ Bandenspanningstabel ......362 fische onderdelen van de auto) ..... 23 Bandenvulcompressor Bandenspanningswaarschuwingssys‐ Conformiteitsverklaring (TIREFIT-set) ..24 Zie TIREFIT-set teem (werking) ........366 Informatie ..........
  • Pagina 482 Trefwoordenregister 479 Benzine ............. 386 Boordcomputer ........270 Brandstof ..........387 Bedienen ..........261 Additieven ........... 387 Berichten ..........296 Menu Assistentieweergave ....264 Benzine ..........386 Aanwijzing ........... 296 Menu Media ........268 Brandstofreserve ......... 388 Bellen ..........297 Menu Navigatie ........
  • Pagina 483 480 Trefwoordenregister Computer ® Cross Traffic Alert ........244 Burmester surround sound system ..316 Boordcomputer ........261 Balans/fader instellen ......316 Geluidsmenu oproepen ......316 Conformiteitsverklaring Geluidsoptimalisering instellen .... 317 Elektromagnetische verdraagzaam‐ Dagteller ..........265 Hoge, midden en lage tonen instellen .. 316 heid ............
  • Pagina 484 Trefwoordenregister 481 Diefstalbeveiliging Parkeerstand inschakelen ....177 ¯ ............ 422 Extra portiervergrendeling ..... 72 Rijstand inschakelen ......177 Achteruit rijden niet mogelijk Werk‐ Wegrijblokkering ........92 Display plaats opzoeken ........444 Diefstalbeveiliging Verzorging ........... 333 Act. bochtverlicht. functioneert Zie EDW (diefstal-/inbraakalarminstallatie) Display (boordcomputer) niet ............
  • Pagina 485 482 Trefwoordenregister Actieve parkeerassistent en PARK‐ Adaptieve grootlichtassistent functio‐ Airconditioning Storing Zie handlei‐ TRONIC functioneren niet Zie hand‐ neert niet ..........454 ding ............. 445 leiding ..........420 Adaptieve grootlichtassistent nu niet À Attention Assist functioneert Actieve remassistent Functie beperkt beschikbaar zie handleiding ....
  • Pagina 486 Trefwoordenregister 483 Bandenspanningscontrole nu niet Dodehoekassistent met aanhangwa‐ Licht uitschakelen ...... 453 beschikbaar ......... 435 gen niet beschikbaar zie handleiding ... 420 Limiter functioneert niet ...... 422 Â Batterij sleutel vervangen ... 438 Dodehoekassistent nu niet beschik‐ Limiter passief ........422 Bediening alleen in transmis‐...
  • Pagina 487 484 Trefwoordenregister Parkeerrem Om te ontgrende‐ ÂSleutel niet herkend (rode dis‐ Ð Storing besturing Voorzichtig len contact AAN ........403 playmelding) ........439 rijden Werkplaats opzoeken ....448 Parkeerrem ontgrendelen ... 404 ÂSleutel niet herkend (witte dis‐ Ð Storing stuursysteem zie hand‐ Parkeerrem zie handleiding ..
  • Pagina 488 Trefwoordenregister 485 DYNAMIC BODY CONTROL Voertuig stoppen Motor laten Wegrolgevaar Portier open en trans‐ Onderstel ..........219 draaien Wachten Transmissie koelt af missie niet in P ........442 DYNAMIC SELECT ........173 ............. 444 Wielsensor(en) niet beschik‐ Aanduiding rijprogramma ....173 Voertuig stoppen Motor laten baar .............
  • Pagina 489 486 Trefwoordenregister Exterieurverlichting ECO start-stopsysteem ....169, 171 Automatisch vrijzetten ......192 Handmatig bedienen of vrijzetten ..193 Verzorging ........... 329 Automatische motorstart ..... 169 Automatische motorstop ..... 169 Noodremming uitvoeren ...... 193 Exterieurverlichting Uit- en inschakelen ......171 Elektrische zekeringen Zie Verlichting Werking ..........
  • Pagina 490 Trefwoordenregister 487 Frequentieband Gereedschap voor het verwisselen Buitenspiegels — Geheugen oproe‐ van een wiel Selecteren (boordcomputer) ....268 pen ............107 Buitenspiegels — Instellingen opslaan Overzicht ..........371 Frequenties ............. 107 Mobiele telefoon ......... 382 Gesprekken ..........291 Head-up-display — Geheugen oproe‐ Mobilofoon ..........
  • Pagina 491 488 Trefwoordenregister Gordelwaarschuwing Helderheid instellen (boordcompu‐ Monteren ..........50 Zie Veiligheidsgordel ter) ............270 Importeren/exporteren van gegevens In- en uitschakelen ......272 Grillejaloezie im-/exporteren ........285 Menu (boordcomputer) ......270 Zie AIRPANEL (verzorging) Pinbeveiliging voor gegevensexport ..285 Positie instellen (boordcomputer) ..270 Grootlicht Individueel rijprogramma Weergave-inhoud instellen (boord‐...
  • Pagina 492 Trefwoordenregister 489 Instrumentenverlichting Interieurverlichting Zie Dashboardverlichting Zie Interieurverlichting Zie Verlichting Intelligent Light System ......133 Zie Wielkeg Internetverbinding Actieve bochtenverlichting ....134 Keuzehendel Beperkingen ........303 Adaptieve grootlichtassistent Plus ..137 Zie DIRECT SELECT-keuzehendel Bochtenverlichting ....... 134 Details van de mobiele telefoon ..305 KEYLESS-GO Instellen ..........
  • Pagina 493 490 Trefwoordenregister Kinderzitje Hoge, midden en lage tonen instellen .. 316 Luchthoeveelheid instellen ....150 Aanbevelingen voor kinderzitjesbe‐ Informatie ..........315 Luchtrecirculatie ........154 vestigingssystemen ....... 62 Luchtuitstroomopening dashboard‐ Klantenservice Aanwijzing ..........46 kastje ........... 161 Zie ASSYST PLUS Bevestiging (aanwijzingen) ..... 55 Luchtuitstroomopeningen achter ..
  • Pagina 494 Trefwoordenregister 491 Koelvloeistof (motor) Lamp Lendensteun (4-weg) ......100 Aanwijzing ........... 392 Zie Interieurverlichting Lichtbundel instellen ....... 131 Peil controleren ........324 Lampje (instrumentendisplay) Lichtsignaal ..........132 Kofferdeksel Zie Waarschuwings- en controlelampje Limiter ............207 Achterklepbegrenzing in- en uitscha‐ Lampje vervangen ........140 Functie ..........
  • Pagina 495 Meldingengeheugen ........ 398 Mercedes-AMG auto's Matte lak (reinigingsaanwijzingen) ..328 Aanwijzing ........... 162 Menu (boordcomputer) Assistentieweergave ......264 Maximumsnelheid Mercedes-Benz noodoproepsysteem ..300 Media ..........268 Zie Limiter Automatische noodoproep ....301 Navigatie ..........267 Handmatige noodoproep ..... 302 MB-Info-oproep Overzicht ..........
  • Pagina 496 Trefwoordenregister 493 Mistlicht (uitgebreid) ......135 MOExtended-banden ....... 339 MB-Freigabe of MB-Approval ....391 Oliepeil met de boordcomputer con‐ Mobiele telefoon Motor troleren ..........322 Auto ontgrendelen ......... 74 Afzetten (start-stoptoets) ..... 185 Oliepeil met oliepeilstaaf controleren Auto starten ........164 ECO start-stopsysteem ......
  • Pagina 497 ® Navigatiemodule Garmin MAP PILOT Zie ASSYST PLUS Noodoproepsysteem Inschakelen ......... 287 Onderstel Zie Mercedes-Benz noodoproepsysteem Overzicht ..........286 Dempingskarakteristiek ....... 219 Near Field Communication (NFC) Noodprogramma DYNAMIC BODY CONTROL ....219 Auto ontgrendelen (mobiele telefoon) ..74 Auto starten ........165...
  • Pagina 498 Trefwoordenregister 495 Parfumflacon Opbergvak ..........110 Overzicht ..........295 Armsteun ..........110 Snelkeuzelijst inrichten ....... 295 Zie Parfumeringssysteem Armsteun achterin ........ 111 Snelkeuzelijst oproepen ...... 295 Parkeerassistent Snelkeuzes wissen ......296 Brillenbox ..........111 Manoeuvreerondersteuning ....244 Dashboardkastje ........110 Opslag van voertuiggegevens Parkeerhulp Middenconsole ........
  • Pagina 499 496 Trefwoordenregister Passagiersairbaguitschakeling Ontgrendelen (van binnenuit) ....73 Zie PRE-SAFE ® PLUS (preventieve Zie Automatische passagiersairba‐ Openen (van binnenuit) ......73 inzittendenbescherming Plus) guitschakeling Vergrendelen (noodsleutel) ....77 Programma's Passagiersstoel Portierbedieningseenheid ......14 Zie DYNAMIC SELECT Vanaf de bestuurdersstoel instellen ..99 ®...
  • Pagina 500 Trefwoordenregister 497 Registratie Remkrachtverdeling Zender opslaan ........313 Zender verschuiven ......314 Auto ............25 EBD (Electronic Brakeforce Distribu‐ Zender volgen instellen ......314 tion) ............. 201 Reiniging zender zoeken ........312 Zie Verzorging Remote Online Zendergeheugen bewerken ....314 Accu opladen ........
  • Pagina 501 498 Trefwoordenregister Rijden in de winter Zie Achteruitrijcamera EBD (Electronic Brakeforce Distribu‐ Sneeuwkettingen ......... 360 Zie Actieve afstandsassistent DISTRONIC tion) ............. 201 Zie Actieve dodehoekassistent ® (elektronisch stabiliteitspro‐ Rijden met een aanhangwagen Zie Actieve parkeerassistent gramma) aanhangwagenstabilisatie ..200 Aanhangwagen aan- of afkoppelen ..254 Zie Actieve spoorassistent ®...
  • Pagina 502 Trefwoordenregister 499 Ruitensproeierinstallatie Schakelpaddles Sidebags ............. 37 Bijvullen ..........325 Zie Stuurwielschakelpaddles Sierdeel (verzorging) ....... 333 Ruitensproeiervloeistof Schuifdak ........... 88 Sigarettenaansteker Zie Ruitreinigingsmiddel Automatische functies ......90 Middenconsole voorin ......124 Met sleutel openen ........ 85 Ruitenwisserbladen Sjorogen ........... 115 Openen ..........
  • Pagina 503 500 Trefwoordenregister Sleutel Start-stop-functie Snelkeuzes wissen ......296 Zie Sleutel Zie ECO start-stopsysteem Sound Smartphone Start-stoptoets ® Zie Burmester surround sound system Auto ontgrendelen ......... 74 Auto afzetten ........185 Zie Klankinstellingen Auto vergrendelen ......... 74 Auto starten ........163 Spanningsvoorziening Spanningsvoorziening of contact Smartphone...
  • Pagina 504 Trefwoordenregister 501 Stroomverbruik Systeeminstellingen Stoel ............ 96, 111 Sleutel ........... 69 Eenheid voor afstand en temperatuur Correct stand van de bestuurders‐ stoel ............95 instellen ..........284 Stuurassistent STEER CONTROL Reset-functie (multimediasysteem) ..286 Geheugenfunctie bedienen ....107 Werking en aanwijzingen ..... 201 Instellen (elektrisch) ......
  • Pagina 505 502 Trefwoordenregister Telefoonnummer Aanwijzingen (aanhangwagenvoorzie‐ Functies tijdens gesprek activeren ..292 ning) ............ 395 Gesprek met meerdere deelnemers ..292 Selecteren (boordcomputer) ....269 Achteroverbouw (aanhangwagen‐ Informatie ..........288 Temperatuur ..........150 voorziening) ......... 395 Menu (boordcomputer) ....... 269 Temperatuurregeling Asbelasting (rijden met aanhangwa‐...
  • Pagina 506 Trefwoordenregister 503 Tijd Touch-Control Uitschakelvertragingstijd verlichting Handmatige tijdinstelling ..... 283 Bedienen ..........274 Binnen ..........140 Tijd en datum automatisch instellen ..283 Boordcomputer ........261 Buiten ..........138 Tijd- en datumformaat instellen ... 283 Gevoeligheid instellen ......275 Uitstaphulp Tijdzone instellen .........
  • Pagina 507 504 Trefwoordenregister Zie Automatische passagiersairba‐ Veiligheidssysteem ........30 Sticker digitale sleutel ......74 guitschakeling Bedrijfsklare status ........ 31 Verbindingsstatus Beschermingspotentieel ......30 Zie PRE-SAFE ® (preventieve inzitten‐ Overzicht ..........305 Beschermingspotentieel beperkt ... 30 denbescherming) Weergaven .......... 305 Kinderen ..........46 ®...
  • Pagina 508 Trefwoordenregister 505 Mistlicht (uitgebreid) ......135 Verwisselen van een wiel ....... 371 Ruitenwisserbladen ......329 Noodknipperlichten ......133 Auto laten zakken ........ 377 Sensoren ..........329 Parkeerlicht ......... 130 Auto omhoogbrengen ......373 Stoelhoes ..........333 Slechtweerverlichting ......135 Uitlaateindpijp ........329 Nieuw wiel monteren ......
  • Pagina 509 506 Trefwoordenregister Voertuigtypeplaatje !Geel controlelampje elektrische åWaarschuwingslampje ESP ® Zie Bouwserie parkeerrem vertoont een storing ..462 OFF ............461 Voetgangersbescherming JRemwaarschuwingslampje ?Waarschuwingslampje koel‐ Zie Actieve motorkap (voetgangers‐ (geel) ........... 457 vloeistof ..........469 bescherming) !Rood controlelampje elektri‐ ;Waarschuwingslampje motor‐ Voorruit ..........
  • Pagina 510 Trefwoordenregister 507 Waarschuwingslampje Wielen Vervanging .......... 368 Zie Waarschuwings- en controlelampje Aanwijzingen met betrekking tot Verwijderen ......... 375 montage ..........368 Verwisselen ......... 371, 372 Waarschuwingssysteem Bandenpech ........338 Verzorging ........... 329 Zie EDW (diefstal-/inbraakalarminstallatie) Bandenspanning (aanwijzingen) ..360 Wieldoppen vervangen ......373 Wasstraat (verzorging) ......
  • Pagina 511 508 Trefwoordenregister Zekeringeninlegvel Comfortsluiting ........85 Zie Zekeringen Kinderbeveiliging achterin ..... 66 Met sleutel openen ........ 85 Zender Openen ..........84 Frequentie fixeren ........ 314 Probleem ..........86 Instellen ..........312 Rolzonnescherm ........83 Opslaan ..........313 Sluiten ........... 84 Verschuiven .........
  • Pagina 512 Impressum Internet Meer informatie over Mercedes-Benz-auto's en over Daimler AG vindt u op internet onder http://www.mercedes-benz.com http://www.daimler.com Redactie Bij vragen of suggesties ten aanzien van deze handleiding kunt u de Technische Redactie op het volgende adres bereiken: Daimler AG, HPC: CAC, Customer Service, 70546 Stuttgart, Duitsland ©...
  • Pagina 513 Digitaal als app De inhoud van de handleiding Hier vindt u alle informatie over U vindt de handleiding op uw De Mercedes-Benz Guides app is direct in het multimediasysteem de bediening, de serviceverlenin‐ Mercedes-Benz homepage. gratis beschikbaar in de gang‐...

Deze handleiding is ook geschikt voor:

E-klasse estate 2016

Inhoudsopgave