Download Print deze pagina

Advertenties

Disclaimer
De volgende online-versie van de handleiding
beschrijft alle modellen, standaarduitrustingen en
opties van uw auto. Landspecifieke afwijkingen in
de taalvarianten zijn mogelijk. Neem in acht dat
uw auto mogelijk niet met alle beschreven func-
ties is uitgerust. Dit betreft ook veiligheidsrele-
vante systemen en functies.
Neem alstublieft contact op met uw geautori-
seerde Mercedes-Benz-dealer om een gedrukte
handleiding voor andere modellen en modeljaren
te ontvangen. De online-handleiding is altijd de
meest actuele versie. Er kon geen rekening wor-
den gehouden met alle afwijkingen met het daad-
werkelijke voertuig, omdat Mercedes-Benz haar
voertuigen continu aanpast aan de nieuwste stand
der techniek en de vorm en uitvoering wijzigt.
Ook de gedrukte handleiding, aanvullende docu-
menten en de digitale handleiding lezen.
Auteursrecht
Alle rechten voorbehouden. Alle teksten,foto's en
afbeeldingen vallen onder het auteursrecht en
andere wetten ter bescherming van intellectueel
eigendom. Deze mogen niet voor handelsdoelein-
den of voor verspreiding worden gekopieerd, noch
veranderd en op andere websites worden
gebruikt.

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Mercedes-Benz EQV 2020

  • Pagina 1 Dit betreft ook veiligheidsrele- vante systemen en functies. Neem alstublieft contact op met uw geautori- seerde Mercedes-Benz-dealer om een gedrukte handleiding voor andere modellen en modeljaren te ontvangen. De online-handleiding is altijd de meest actuele versie. Er kon geen rekening wor-...
  • Pagina 2 Handleiding Mercedes-Benz...
  • Pagina 3 Waarschuwing bijrijdersairbag & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of levensgevaar bij ingeschakelde bijrijders‐ airbag Als de bijrijdersairbag is ingeschakeld, kan een kind op de bijrijdersstoel bij een ongeval door de bijrijdersairbag worden geraakt. NOOIT een naar achteren gericht kinderzitjes‐ bevestigingssysteem op een stoel met INGE‐ SCHAKELDE FRONTAIRBAG gebruiken, want dat kan voor het kind DODELIJKE of ERN‐...
  • Pagina 4 Welkom in de wereld van Mercedes-Benz Voor de eerste rit dient u zich aan de hand van deze handleiding vertrouwd te maken met het voertuig. Voor uw eigen veiligheid en voor een langere levensduur van het voertuig adviseren wij u de volgende aanwijzingen en waarschuwings‐...
  • Pagina 5 Algemene aanwijzingen ......16 Milieubescherming ........16 Terugname van het oude voertuig ....16 Licht en zicht ......... 106 Mercedes-Benz Originele Onderdelen ..16 Buitenverlichting ........106 Aanwijzingen met betrekking tot aan-, Interieurverlichting instellen ..... 111 op-, in- en ombouwen ........ 17 Lichtbron veranderen .......
  • Pagina 6 ............178 Pechhulp ..........296 Dashboardverlichting instellen ....179 Noodgeval ..........296 Overzicht menu's in de boordcomputer ... 179 Mercedes-Benz noodoproepsysteem ..297 Menu's en submenu's ......179 Bandenpech ..........299 Accu ............299 Aan- of wegslepen ........301 LINGUATRONIC ........
  • Pagina 7 Symbolen In deze handleiding vindt u de volgende symbo‐ len: & GEVAAR Gevaar door het niet in acht nemen van waarschuwingsaanwijzingen Waarschuwingsaanwijzingen wijzen op geva‐ ren die uw gezondheid of uw leven resp. de gezondheid of het leven van anderen in gevaar kunnen brengen.
  • Pagina 9 In één oogopslag – Cockpit → → Combischakelaar Contactslot → → Combi-instrument TEMPOMAT-hendel → Stuurwiel instellen Diagnose-interface → Claxon Motorkap openen → → DIRECT SELECT-keuzehendel Parkeerrem → Display multimediasysteem Lichtschakelaar → Dashboardkastje Bedieningspaneel rijsystemen: → Bedieningseenheden midden‐ Ç Spoorassistent console →...
  • Pagina 10 In één oogopslag – Waarschuwings- en controlelampjes → → 6 Veiligheidssysteem ® å ESP → → ü Veiligheidsgordel ® ÷ ESP → → K Grootlicht · Afstandswaarschuwing → → L Dimlicht Ð Stuurbekrachtiging → Ý Hoogspanningsaccu #! Knipperlicht reserve → ! Parkeerrem (geel) →...
  • Pagina 11 In één oogopslag – Stuurwiel met toetsen → → Multifunctioneel display ò Hoofdmenu oproepen → ~ Oproep weigeren of 9: Menu of submenu beëindigen/telefoonboek of selecteren of in lijsten bladeren nummerherhalingsgeheugen a Selectie bevestigen/ verlaten displaymeldingen bevestigen 6 Gesprek voeren of aanne‐ % Terug men/naar het nummerherha‐...
  • Pagina 12 In één oogopslag – Middenconsole Middenconsole boven → Display multimediasysteem Controlelampje PASSENGER AIR BAG → Bedieningseenheid klimaatre‐ → gelsysteem | Radio of Media oproepen → → £ Alarmknipperlichtinstalla‐ z Navigatie oproepen tie in- en uitschakelen → % Telefoon oproepen → f Favorieten oproepen \ Voertuigfuncties oproe‐...
  • Pagina 13 In één oogopslag – Middenconsole midden Middenconsole midden → → Touchpad Å Elektrische schuifdeur openen en sluiten linkerzijde → Volume instellen en geluid uit van het voertuig → Multimediasysteem in- en uit‐ → é PARKTRONIC uit- en inge‐ schakelen schakeld →...
  • Pagina 14 In één oogopslag – Middenconsole onder Middenconsole onder Opbergvak met rolscherm → Rolscherm Bekerhouder → → 12V‑aansluiting Asbak → Sigarettenaansteker Opbergvak Houder voor de mobiele-tele‐ Montageframe voor extra appa‐ foonhouder ratuur, bijvoorbeeld een tacho‐ graaf Media Interface met twee usb- aansluitingen of met twee usb- aansluitingen en een sd-kaart‐...
  • Pagina 15 In één oogopslag – Middenconsole tussen de chauffeurs- en bijrijdersstoel Middenconsole tussen de chauffeurs- en bijrijdersstoel Opbergvak Opbergvak → Bekerhouder Sigarettenaansteker → Opbergvak Asbak → Media Interface met twee usb- 12V‑aansluiting aansluitingen en een sd-kaart‐ → 230V‑aansluiting sleuf Opbergvak → Koelbox →...
  • Pagina 16 In één oogopslag – Bedieningspaneel dakconsole → → Ì Interieurbeveiliging deac‐ Ë Wegsleepbeveiliging tiveren deactiveren → → p Linker leeslampje in- en ï Info-oproeptoets uitschakelen → 3 Panoramaschuifdak ope‐ → | Automatische interieur‐ nen en sluiten verlichtingsregeling in- en uit‐ →...
  • Pagina 17 In één oogopslag – Deurbedieningseenheid → d Voertuig met elektrisch instel‐ Stoel elektrisch instellen bare voorstoelen → Buitenspiegels elektrisch e Voertuig met mechanisch instellen, uit- en inklappen instelbare voorstoelen → W Voorste zijruiten openen → Deur openen en sluiten → →...
  • Pagina 18 De handleiding vindt u eveneens in de Animaties: Hier kunt u animaties over de Mercedes-Benz Guides app in de gangbare voertuigfuncties bekijken. App Stores. Meldingen: Hier vindt u aanvullende informa‐ tie over de meldingen op het instrumentendis‐...
  • Pagina 19 Combi-instrument ren. Middenconsole Zijdelingse dakframes Terugname van het oude voertuig In deze gebieden geen accessoires monteren zoals een audiosysteem. Alleen voor EU-landen: Mercedes-Benz neemt uw oude voertuig weer Geen reparaties of laswerkzaamheden terug voor het op milieuvriendelijke wijze afvoe‐ uitvoeren.
  • Pagina 20 In principe dienen zowel de voertuigfabrikant als de opbouwfabrikant ervoor te zorgen dat de door Als niet door Mercedes-Benz vrijgegeven onder‐ hen vervaardigde producten alleen in een veilige delen, banden en velgen evenals veiligheidsrele‐ toestand aan het verkeer deelnemen en dat ze vante accessoires worden gebruikt, kan de geen gevaar voor personen opleveren.
  • Pagina 21 * AANWIJZING Beschadiging van de auto Bij vragen over de uitrusting en bediening kunt u contact opnemen met een Mercedes-Benz-ser‐ door te snel rijden en door klappen tegen de bodemplaat en onderdelen van het vicewerkplaats.
  • Pagina 22 Nooit wijzigingen aan het hoogspan‐ zijn in overeenstemming met de eisen en bepalin‐ ningsboordnet uitvoeren. gen van de richtlijn 2014/53/EG. Meer informa‐ Nooit beschadigde onderdelen van het tie is verkrijgbaar bij een Mercedes-Benz-service‐ hoogspanningsboordnet aanraken. werkplaats. Na een ongeval geen hoogspanningson‐ Alleen voor Brazilië: derdelen aanraken.
  • Pagina 23 Soort radiografische toepassingen in het 02763 Zittau, Germany voertuig Radarsensoren Naast de typische frequenties voor mobiele com‐ municatie maken voertuigen van Mercedes-Benz Autoliv Electronics ASP Inc., 26545 American gebruik van de volgende radiografische toepas‐ Drive, Southfield, MI 48034, USA singen: Robert Bosch GmbH, Daimlerstraße 6,...
  • Pagina 24 Algemene aanwijzingen Krik 05.05.2015 Afschrift en vertaling van de originele conformi‐ teitsverklaring: Datum EG-conformiteitsverklaring Ondertekend door: Director of Quality De ondertekenaar, als vertegenwoordiger Fabrikant: Diagnose-interface BRANO a.s. De diagnose-interface is een technische interface 74741 Hradec nad Moravicí, Opavská 1000, in het voertuig. Deze wordt bijvoorbeeld in het kader van reparatie- en onderhoudswerkzaamhe‐...
  • Pagina 25 Door de inspectie worden de kwaliteit en de veiligheid van het voertuig verbeterd. Alleen wanneer Mercedes-Benz uw registratiege‐ gevens heeft, kan Mercedes-Benz u over de tech‐ nische controles informeren. In de volgende gevallen kan het zijn, dat het voer‐...
  • Pagina 26 Algemene aanwijzingen hulpmiddelen, bijvoorbeeld pacemakers, niet & WAARSCHUWING Gevaar voor brand en helemaal uitsluiten. ongevallen bij het vervoeren van agres‐ Daarnaast zijn er in het voertuig componenten sief reagerende stoffen of andere stoffen gemonteerd, die onafhankelijk van de bedrijfstoe‐ die schadelijk zijn voor de gezondheid stand van het voertuig magnetische velden kun‐...
  • Pagina 27 Meer informatie vindt u op https:// Krachtens de toepasselijke wetgeving zijn over‐ www.mercedes-benz.de/qr-code. heidsinstanties ook bevoegd om in individuele gevallen zelf gegevens van voertuigen uit te lezen. Zo kan bijvoorbeeld uit de regeleenheid van de Gegevensopslag airbag na een ongeval informatie worden uitgele‐...
  • Pagina 28 Algemene aanwijzingen te kunnen documenteren over de toestand van heden of op uw verzoek door een servicewerk‐ het voertuig, de belasting van componenten, de plaats worden gereset. onderhoudsbehoefte of technische storingen en Comfort- en infotainmentfuncties fouten. U kunt comfortinstellingen en individualiseringen Afhankelijk van de technische uitrusting worden in uw voertuig opslaan en altijd wijzigen of reset‐...
  • Pagina 29 De bijbehorende gegevensuit‐ https://www.mercedes-benz.com/opensource. wisseling vindt plaats via een beveiligde verbin‐ ding, bijvoorbeeld met de daarvoor voorziene IT- systemen van de fabrikant. Het verrichten van...
  • Pagina 30 Afhankelijk van de herkende ongevalssituatie vor‐ men gordelspanners en/of airbags een aanvulling Mercedes-Benz adviseert om voertuigaanpassin‐ op de correct omgegespte veiligheidsgordel. De gen te gebruiken die Mercedes-Benz voor uw gordelspanners en/of airbags worden niet bij elk voertuig heeft goedgekeurd. ongeval geactiveerd.
  • Pagina 31 Aanrijding van achteren vangen. Aanrijding van opzij Over de kop slaan Mercedes-Benz adviseert om het voertuig na een ongeval naar een gekwalificeerde werkplaats te De activeringsdrempels voor de onderdelen van laten slepen. Dit advies in het bijzonder opvolgen het veiligheidssysteem worden bepaald door het nadat een gordelspanner of airbag is geactiveerd.
  • Pagina 32 Veiligheid voor inzittenden Eveneens controleren dat zich nooit voorwer‐ & WAARSCHUWING Letsel‑ of levensge‐ pen tussen een persoon en de zitting bevin‐ vaar bij verkeerd omgegespte veiligheids‐ den, zoals een kussen. gordel Als een kind in het voertuig meerijdt, ook altijd de Wanneer de veiligheidsgordel verkeerd is aanwijzingen en veiligheidsaanwijzingen bij "Kin‐...
  • Pagina 33 Met de ingedrukte gordeldoorvoeropening in de gewenste stand schuiven. Mercedes-Benz adviseert om veiligheidsgordels te gebruiken die door Mercedes-Benz voor uw De gordelgeleidingontgrendeling loslaten en voertuig zijn goedgekeurd. controleren dat de gordeldoorvoeropening vergrendelt. & WAARSCHUWING Letsel‑ of levensge‐...
  • Pagina 34 Veiligheid voor inzittenden Werking van de gordelaanpassing Airbags ® Voertuigen met PRE-SAFE : Als de voorste vei‐ Overzicht van de airbags ligheidsgordel niet strak tegen het lichaam aan ligt, kan automatisch een gordelaanpassing met een bepaalde terugtrekkracht plaatsvinden. De veiligheidsgordel daarbij niet vasthouden. U kunt de gordelaanpassing via het multimedia‐...
  • Pagina 35 Veiligheid voor inzittenden & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of & WAARSCHUWING Letsel‑ of levensge‐ levensgevaar bij ingeschakelde bijrijders‐ vaar door verkeerde zitpositie airbag Als wordt afgeweken van de correcte zitposi‐ Als de bijrijdersairbag is ingeschakeld, kan tie, kan de airbag niet meer zoals bedoeld een kind op de bijrijdersstoel bij een ongeval beschermen.
  • Pagina 36 (B-stijl) liggen. nadelig worden beïnvloed. Er mogen geen harde voorwerpen zoals kle‐ Alleen stoelhoezen gebruiken die dinghangers aan handgrepen of kledinghaken Mercedes-Benz voor de betreffende hangen. stoel heeft goedgekeurd. Er mogen geen accessoires zoals mobiele navigatiesystemen, mobiele telefoons of...
  • Pagina 37 Veiligheid voor inzittenden De leuning van een naar voren gericht & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of kinderzitjesbevestigingssysteem moet levensgevaar door voorwerpen onder de zo volledig mogelijk tegen de rugleuning bijrijdersstoel van de bijrijdersstoel aan liggen. Ingeklemde voorwerpen onder de bijrijders‐ Beslist de montagehandleiding van de stoel kunnen de automatische uitschakeling fabrikant van het kinderzitjesbevesti‐...
  • Pagina 38 Veiligheid voor inzittenden Wanneer de bijrijdersstoel bezet is, vindt na de Als het controlelampje PASSENGER AIR BAG OFF zelfdiagnose van de automatische uitschakeling en het waarschuwingslampje veiligheidssysteem van de bijrijdersairbag de classificatie van de per‐ 6 tegelijkertijd branden, mag niemand de bij‐ soon of het kinderzitjesbevestigingssysteem op rijdersstoel gebruiken.
  • Pagina 39 Veiligheid voor inzittenden Na montage van een naar voren gericht kin‐ stig postuur, moet het controlelampje PAS‐ derzitjesbevestigingssysteem op de bijrijders‐ SENGER AIR BAG OFF gedoofd zijn. Hiermee stoel: PASSENGER AIR BAG OFF kan continu wordt aangegeven dat de bijrijdersairbag ingeschakeld is.
  • Pagina 40 Wees altijd consequent en stiger zitpositie van de bijrijdersstoel instel‐ beveilig uw kind voor iedere rit zorgvuldig. len. Mercedes-Benz adviseert voor een betere * AANWIJZING Beschadiging door voor‐ bescherming van kinderen jonger dan 12 jaar of werpen in de beenruimte of achter de...
  • Pagina 41 Kinderzitjesbevestigingssysteem altijd cor‐ toegestaan zijn; dit controleren. Meer informatie rect bevestigen is verkrijgbaar bij een gekwalificeerde werk‐ plaats. Mercedes-Benz adviseert een Mercedes- & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of Benz-servicewerkplaats. levensgevaar door verkeerde montage Alleen toegestane kinderzitjesbevestigings‐...
  • Pagina 42 Het kinderzitjesbevestigingssysteem kan rondslingeren en inzittenden raken. Mercedes-Benz adviseert u voor het reinigen van Ook niet gebruikte kinderzitjesbevesti‐ de door Mercedes-Benz geadviseerde kinderzit‐ gingssystemen altijd correct monteren. jesbevestigingssystemen Mercedes-Benz-verzor‐ gingsmiddelen te gebruiken.
  • Pagina 43 Bij het verlaten van het voertuig altijd de sleutel meenemen en het voertuig ver‐ grendelen. De sleutel buiten bereik van kinderen bewaren. Overzicht geadviseerde kinderzitjesbevestigingssystemen Meer informatie over het correcte kinderzitjesbevestigingssysteem is verkrijgbaar bij een gekwalifi‐ ceerde werkplaats. Mercedes-Benz adviseert een Mercedes-Benz-servicewerkplaats.
  • Pagina 44 Veiligheid voor inzittenden Bevestiging met ISOFIX Gewichtsgroep Type Bestelnummer Grootteklasse Goedkeuringsnummer 1 Fabrikant: Britax Römer 2 Met kleurcode 9H95 Groep 0+: BABY SAFE plus B6 6 86 8224 tot 13 kg en tot circa 15 maan‐ E1 04 301 146 Grootteklasse E Groep I: DUO plus...
  • Pagina 45 Veiligheid voor inzittenden Overzicht geschikte zitplaatsen in het voertuig voor het aanbrengen van een kinderzitjesbeves‐ tigingssysteem Bevestigingssystemen voor kinderzitjesbevestigingssystemen Zitplaats van het voer‐ tuig Linker/rechter zit‐ Aanbevolen bevestigingssysteem: Alternatief bevestigingssysteem: plaats achterin (2e en ® ISOFIX-kinderzitjesveranke‐ 7 Veiligheidsgordel van de zit‐ 3e rij zitplaatsen) ring ( pagina 43)
  • Pagina 46 Veiligheid voor inzittenden plaatsen voor de bevestiging van kinderzitjes‐ bevestigingssystemen op de met U, UF of IUF gekenmerkte zitplaatsen worden gebruikt. De aanduiding IUF heeft betrekking op ISOFIX-kinderzitjesbevestigingsystemen van de categorie "Universal". Deze kinderzitjesbe‐ vestigingssystemen moeten bovendien wor‐ den bevestigd met Top Tether of steunvoet. Semi-Universal: Kinderzitjesbevestigingssys‐...
  • Pagina 47 Veiligheid voor inzittenden Grootteklasse: Systeem: Zitplaats achterin/achterbank Babydraagzak ISO/L1 X (zitplaats achterin) (achterbank) ISO/L2 X (zitplaats achterin) 2, 3 (achterbank) Gewichtsgroep 0 (tot 10 kg en tot circa 6 maanden) ISO/R1 2, 3 Gewichtsgroep 0+ (tot 13 kg en tot circa 15 maanden) ISO/R1 2, 3 ISO/R2...
  • Pagina 48 Veiligheid voor inzittenden O Het kinderzitjesbevestigingssysteem niet Het kinderzitjesbevestigingssysteem ingeklemd en/of gedraaid tussen het dak en tevens, indien aanwezig , met de Top het zitvlak inbouwen. Tether-gordel vastzetten. O Het kinderzitjesbevestigingssysteem niet Altijd de gegevens over het gewicht van het kin‐ door de hoofdsteun belasten.
  • Pagina 49 Veiligheid voor inzittenden gehandleiding van de fabrikant van het kin‐ Voor gebruik van de in- en uitstaphulp derzitjesbevestigingssysteem in acht nemen. EASY ENTRY de Top Tether-haak uit de verankering losmaken. ¯ Indien het kinderzitjesbevestigingssysteem van een Top Tether-gordel voorzien is: Top Tether kan het gevaar voor letsel ver‐...
  • Pagina 50 Veiligheid voor inzittenden Gewichtsgroep Zitplaats achterin Achterbank U Geschikt voor kinderzitjesbevestigingssystemen van de categorie "Universal" in deze gewichtsgroep. L Geschikt voor semi-universele kinderzitjesbevestigingssystemen overeenkomstig de tabel in "Geadviseerde kinderzitjesbevestigingssyste‐ men", of als het voertuig en de zitplaats in de voertuigtypelijst van de fabrikant van het kinderzitjesbevestigingssysteem zijn aangegeven. 1 De zitplaats moet in de rijrichting gemonteerd zijn.
  • Pagina 51 Veiligheid voor inzittenden Kinderzitjesbevestigingssysteem met de vei‐ O Ervoor zorgen dat de voeten van het kind de voorstoel niet kunnen raken. De voorstoel zo ligheidsgordel op de zitplaats achterin beves‐ nodig iets naar voren zetten. tigen Bij de montage van een kinderzitjesbevestigings‐ Het kinderzitjesbevestigingssysteem monte‐...
  • Pagina 52 Veiligheid voor inzittenden Beslist de volgende aanwijzingen in acht nemen: Een naar achteren gericht kinderzitjesbevesti‐ gingssysteem nooit op de bijrijdersstoel mon‐ teren. Een naar achteren gericht kinderzitjesbevesti‐ gingssysteem altijd op een geschikte zitplaats achterin inbouwen. Geschiktheid van zitplaatsen voor de bevestiging van kinderzitjesbevestigings‐...
  • Pagina 53 Veiligheid voor inzittenden jesbevestigingssystemen" in acht nemen Kindersloten pagina 46). Kindersloten voor deuren vergrendelen en O Bij gebruik van een naar voren gericht kin‐ ontgrendelen derzitjesbevestigingssysteem van de groep I: Indien mogelijk de hoofdsteunen van de & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ betreffende stoel uitbouwen.
  • Pagina 54 Veiligheid voor inzittenden De kinderslotgrendel in de stand 2 (ver‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ grendelen) of 3(ontgrendelen) schuiven. len en letsel als kinderen zonder toezicht Vervolgens altijd de werking van het kinder‐ in de auto worden achtergelaten slot controleren. Wanneer kinderen meerijden, kunnen deze met name: Kinderslot voor uitzetbare ruiten vergrende‐...
  • Pagina 55 Veiligheid voor inzittenden Dieren nooit zonder toezicht in het voer‐ tuig laten. Dieren tijdens het rijden altijd goed beveiligen, bijvoorbeeld in een geschikte transportbox.
  • Pagina 56 Openen en sluiten Sleutel Overzicht sleutelfuncties & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len en letsel als kinderen zonder toezicht in het voertuig worden achtergelaten Wanneer kinderen zonder toezicht in het voer‐ tuig achterblijven, kunnen zij met name: Portieren openen en daardoor andere per‐ Sleutel (voorbeeld voertuig met EASY-PACK-ach‐...
  • Pagina 57 Openen en sluiten De geselecteerde instelling van het akoes‐ Batterij van de sleutel vervangen tisch sluitsignaal dient in overeenstemming te zijn met de betreffende nationale verkeers‐ & GEVAAR Het inslikken van batterijen is regels. In sommige landen, waaronder Duits‐ zeer schadelijk voor de gezondheid land, is het gebruik van het akoestisch sluit‐...
  • Pagina 58 Openen en sluiten r overeenkomstig tot het vergrendelen of het ontgrendelen van het voertuig. Batterij vervangen Mercedes-Benz adviseert om de batterij bij een gekwalificeerde werkplaats te laten vervangen. De noodsleutel verwijderen ( pagina 54). De noodsleutel in de richting van de pijl in...
  • Pagina 59 Openen en sluiten Probleem Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen De punt van de sleutel van zeer dichtbij op de deurgreep van de chauffeursdeur richten en de toets % of & indrukken. Als dat niet werkt: De batterij van de sleutel vervangen ( pagina 54).
  • Pagina 60 Openen en sluiten Bovendien kunnen kinderen het voertuig in beweging zetten, door bijvoorbeeld: De parkeerrem vrij te zetten. De transmissiestand te wijzigen. Het voertuig te starten. Kinderen nooit zonder toezicht in het voertuig laten. Bij het verlaten van het voertuig altijd de sleutel meenemen en het voertuig ver‐...
  • Pagina 61 Openen en sluiten Als het contact ingeschakeld is en het voertuig pennen van de deuren omlaagdrukken. Ver‐ sneller dan 15 km/h rijdt, wordt het voertuig volgens de chauffeursdeur met de noodsleu‐ automatisch vergrendeld. tel vergrendelen. Ontgrendelen: De noodsleutel tot de aanslag in het deurslot van de chauffeursdeur steken en linksom draaien.
  • Pagina 62 Openen en sluiten De schuifdeur is voorzien van een actieve vast‐ Sluiten houder, die de schuifdeur bij het openen tegen de De tuimelschakelaar naar voren drukken. eindaanslag houdt. De schuifdeur komt vrij uit de vergrendeling. In de richting van de pijl aan de deurgreep De schuifdeur aan de deurgreep naar trekken.
  • Pagina 63 Openen en sluiten Na een storing of spanningsval moet de elektri‐ Openen sche schuifdeur opnieuw worden geïnitialiseerd pagina 62). Uw voertuig kan zijn voorzien van elektrische schuifdeuren aan de linker- en/of rechterzijde. De schuifdeur kan met de volgende bedienings‐ elementen worden geopend en gesloten: Schuifdeurtoetsen in de middenconsole Schuifdeurtoets op het deurframe (B-stijl) Deurgreep (binnen of buiten)
  • Pagina 64 Openen en sluiten Als de schuifdeurtoets in de mid‐ Ontgrendelen: De toets 5 van de sleutel denconsole wordt gebruikt, klinken tijdens kort indrukken. het openen twee geluidssignalen. Openen: De toets 5 van de sleutel langer Tijdens de gehele automatische beweging dan 0,5 seconden indrukken.
  • Pagina 65 Openen en sluiten Sleuteltoets voor schuifdeur programmeren Voorwaarden Het voertuig is uitgerust met twee elektrische schuifdeuren. De te programmeren schuifdeur is geopend. Het contact is ingeschakeld. De toets 5 van de sleutel kan worden gepro‐ grammeerd. De toets 5 voor het openen van de rechter of linker schuifdeur programmeren.
  • Pagina 66 Openen en sluiten Problemen met de elektrische schuifdeur Probleem Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen De elektrische schuifdeur Ongunstige bedrijfsomstandigheden, bijvoorbeeld vorst, ijs of sterke ver‐ is geblokkeerd. vuiling, belemmeren de beweging van de schuifdeur. De schuifdeurtoets ingedrukt houden, tot de schuifdeur geopend of gesloten is.
  • Pagina 67 Openen en sluiten EASY-PACK-achterklep openen en sluiten de achterklep is geopend als de motor draait, in het bijzonder tijdens het rijden, kunnen uit‐ Voorwaarden laatgassen in het interieur binnendringen. De achterruit is gesloten. Altijd de motor afzetten alvorens de De achterklep is ontgrendeld. achterklep te openen.
  • Pagina 68 Openen en sluiten Sluiten De sluittoets q in de achterklep zo lang ingedrukt houden, tot de bevestigingstoon eenmaal klinkt. De actuele stand van de achterklep is opge‐ slagen als eindstand. Terugzetten in de maximale openingshoek De achterklep openen. De sluittoets q in de achterklep zo lang ingedrukt houden, tot de bevestigingstoon tweemaal klinkt.
  • Pagina 69 Openen en sluiten Voorwaarden Zijruiten Het voertuig of de laadruimte is ontgrendeld Zijruiten openen en sluiten en de achterklep is gesloten. De toets q van de sleutel is voor het ope‐ & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het nen van de achterruit geprogrammeerd openen van een zijruit pagina 66).
  • Pagina 70 Openen en sluiten Bij het sluiten controleren dat zich geen lichaamsdelen in het sluitgebied bevin‐ den. Wanneer iemand bekneld raakt, de toets W indrukken om de zijruit weer te openen. Uitzetbare ruit openen en sluiten Voorwaarden De spanningsvoorziening of het contact is ingeschakeld.
  • Pagina 71 Openen en sluiten Kinderbeveiliging van de elektrische uitzet‐ bare ruiten, achter ( pagina 51) Uitzetbare ruit openen en sluiten De uitzetbare ruiten kunnen alleen met de toets worden bediend, als het kinderslot niet geacti‐ veerd is. Automatische beweging starten: De betref‐ fende toets voorbij het drukpunt trekken of drukken.
  • Pagina 72 Openen en sluiten Panoramaschuifdak & WAARSCHUWING Inklemgevaar ondanks actieve anti-inklemfunctie Aanwijzingen met betrekking tot het panora‐ maschuifdak De anti-inklemfunctie reageert in het bijzon‐ der niet: In dit hoofdstuk heeft het begrip "schuifdak" betrekking op het panoramaschuifdak. op zachte, lichte en dunne objecten, bij‐ voorbeeld vingers.
  • Pagina 73 Openen en sluiten Automatische beweging starten: De toets 3 tot voorbij het drukpunt indrukken of Tijdens de automatische beweging de eraan trekken en loslaten. toets kort in een willekeurige richting Automatische beweging onderbreken: De drukken. toets 3 opnieuw tot voorbij het drukpunt Het openen of sluiten wordt gestopt.
  • Pagina 74 Openen en sluiten Rolzonneschermen openen en sluiten De toets tot het drukpunt drukken of tot het drukpunt eraan trekken, tot de rolzonne‐ schermen of het schuifdak de gewenste stand hebben bereikt. Automatische beweging: De toets voorbij het drukpunt indrukken of eraan trek‐ ken en loslaten.
  • Pagina 75 Openen en sluiten Problemen met het schuifdak Probleem Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Het schuifdak kan niet & WAARSCHUWING Inklem- of levensgevaar bij opnieuw sluiten worden gesloten en de van het schuifdak oorzaak is niet herken‐ Bij het opnieuw sluiten van het schuifdak direct na het blokkeren of baar voor u.
  • Pagina 76 Openen en sluiten Bij ingeschakelde EDW knippert het controle‐ Wegsleepbeveiliging in- of uitschakelen lampje in het bedieningspaneel dakconsole. Voorwaarden De EDW wordt in de volgende gevallen automa‐ De deuren zijn gesloten. tisch uitgeschakeld: Inschakelen na de ontgrendeling met de sleutel Het voertuig vergrendelen met de sleutel.
  • Pagina 77 Openen en sluiten Functie van de interieurbeveiliging Het voertuig vergrendelen met de sleutel. De interieurbeveiliging is uitgeschakeld. Functie De interieurbeveiliging blijft zo lang uitgescha‐ Bij ingeschakelde interieurbeveiliging wordt een keld, tot u het voertuig opnieuw vergrendelt. optisch en akoestisch alarm geactiveerd, wan‐ neer een beweging in het interieur wordt her‐...
  • Pagina 78 Stoelen en opbergen U hebt een goed overzicht van de verkeerssi‐ Correcte zitpositie voor de chauffeur tuatie. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Uw veiligheidsgordel ligt strak tegen het lichaam aan en loopt over het midden van de len door voertuiginstellingen tijdens het schouder en ter hoogte van het bekken zo rijden dicht mogelijk tegen de heup aan.
  • Pagina 79 Stoelen en opbergen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ * AANWIJZING Schade aan de stoelen en len door een niet vergrendelde chauf‐ de stoelverwarming door vloeistoffen, feursstoel scherpe voorwerpen of isolerende mate‐ rialen De chauffeursstoel kan tijdens het rijden onverwacht bewegen. Om schade aan de stoelen en de stoelverwar‐...
  • Pagina 80 Stoelen en opbergen Bij draaibare voorstoelen dient de hendel op instellen en de veiligheidsgordel omges‐ plaats voor het ontgrendelen van de pen. draaistoel. De bedieningshendel voor de stoellengterichting is dan als beugel vóór de & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij stoel uitgevoerd ( pagina 80).
  • Pagina 81 Stoelen en opbergen Voorwaarden steun het achterhoofd op ooghoogte Het contact is ingeschakeld of de deur is ondersteunt. geopend. * AANWIJZING Schade aan de stoelen en de stoelverwarming door vloeistoffen, scherpe voorwerpen of isolerende mate‐ rialen Om schade aan de stoelen en de stoelverwar‐ ming te vermijden, de volgende aanwijzingen in acht nemen: Geen vloeistoffen op de stoelen mor‐...
  • Pagina 82 Stoelen en opbergen Viervoudig verstelbare lendensteun instellen Wanneer iemand bekneld raakt, direct de positietoets van de geheugenfunctie loslaten. De instelling wordt onderbroken. & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij acti‐ vering van de geheugenfunctie door kin‐ deren Wanneer kinderen de geheugenfunctie active‐ ren, kunnen deze bekneld raken, in het bijzon‐ der wanneer ze zonder toezicht zijn.
  • Pagina 83 Stoelen en opbergen Erop letten dat bij het draaien van de stoelen voldoende vrije ruimte aanwezig De chauffeurs- en de bijrijdersstoel kunnen 50° en 180° worden gedraaid. De stoelen vergrende‐ De stoel in de gewenste stand instellen. len in de rijrichting en tegen de rijrichting in en De buitenspiegel in de gewenste stand instel‐...
  • Pagina 84 Zitbankverankering beschadiging alleen met een gereedschap of bij een gekwalificeerde werkplaats mogelijk. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Het gereedschap is als Mercedes-Benz len en letsel bij niet-vergrendelde stoel accessoire verkrijgbaar of als bestanddeel van een zit-ligcombinatie. Als een stoel niet vergrendeld is, kan deze tij‐...
  • Pagina 85 Stoelen en opbergen toegestaan en kunnen de veiligheid voor inzitten‐ den in gevaar brengen. Als alleen de afzonderlijke zitplaatsen worden gebruikt, kunnen de zitplaatsen achterin bij alle combinaties en uitrustingen in rijrichting worden ingebouwd. Zitplaatsen achterin en achterbanken in rijrichting geplaatst Stoelen in rijrichting geplaatst Achterbanken in naar elkaar gerichte positie...
  • Pagina 86 Stoelen en opbergen Achterbanken in rijrichting geplaatst Zitplaatsen achterin en achterbanken in rijrichting geplaatst, deel 2 Zitplaatsen achterin en achterbanken in rijrichting geplaatst, deel 1 Stoelen in naar elkaar gerichte positie, deel 1...
  • Pagina 87 Stoelen en opbergen Als de controlenok van de stoelverankering niet in de steunvoet geschoven is, is de stoel niet cor‐ rect vergrendeld. In dat geval het vergrendelen van de stoel herhalen. & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij ver‐ stelling van de achterbank Als u een achterbank verstelt, kunnen u of andere inzittenden bekneld bijvoorbeeld raken, bijvoorbeeld aan de geleiderail van de...
  • Pagina 88 Stoelen en opbergen Het EASY-ENTRY-gedeelte is correct vastge‐ klikt, als de stoelpoot hoorbaar vergrendelt en de controlenok niet meer zichtbaar en vol‐ ledig in de stoelpoot geschoven is. Voertuigen met achterbank comfort: De rugleuning naar achteren in de zitpositie klap‐ pen.
  • Pagina 89 Stoelen en opbergen U kunt bekneld raken en u stoten tegen onderdelen van het interieur of tegen andere inzittenden. De achterbank alleen als het voertuig stilstaat verschuiven. Controleren of de achterbank na het verschuiven vergrendeld is. & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel Vanuit de basisstand 2 kunt u de achterbank door ontbrekende beschermende wer‐...
  • Pagina 90 Stoelen en opbergen Achterbank in- en uitbouwen Altijd ervoor zorgen dat de achterbank zoals beschreven vergrendeld is. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len en letsel bij niet-vergrendelde achter‐ Om een veilige vergrendeling van de achterbank bank te waarborgen de stoelgeleiderails en verankerin‐ gen in de voertuigbodem vrij van vuil en voorwer‐...
  • Pagina 91 Stoelen en opbergen Achterbank aanbrengen Een naar voren geklapte stoel voor het rijden altijd terugklappen. De achterbank aan de handgrepen vast‐ pakken en schuin van voren van bovenaf in de Zorg ervoor dat de stoel vergrendeld is. voorste stoelverankeringen schuiven. De achterbank naar achteren kantelen en laten vergrendelen.
  • Pagina 92 Stoelen en opbergen kleinere knieruimte voor de passagiers in acht Bij het verstellen van een stoel mogen nemen, waardoor het gevaar voor letsel bij het zich geen lichaamsdelen in het bewe‐ remmen toeneemt. gingsgebied van de stoel bevinden; dit controleren. De ontgrendelingshendel in de richting van de pijl trekken.
  • Pagina 93 Stoelen en opbergen De klaptafel volledig naar achteren naar * AANWIJZING Beschadiging van de klap‐ schuiven ( pagina 99). tafel of de armsteun bij het naar voren of De hoofdsteun uitbouwen ( pagina 95). terugklappen van de zitplaatsen achterin De rugleuning in de tafelstand naar voren Wanneer de klaptafel bij het naar voren of klappen.
  • Pagina 94 Vanwege de hoogwaardige uitvoering en de tech‐ door verschuiven van de achterbank tij‐ nische uitrusting adviseert Mercedes-Benz, een dens het rijden luxe zitplaats achterin bij een gekwalificeerde Als u de achterbank tijdens het rijden ver‐...
  • Pagina 95 Stoelen en opbergen Passagiers mogen de zitplaatsen van de zit-lig‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel combinatie alleen gebruiken als de rugleuning door plaatsen van de zit-ligcombinatie rechtop staat. Alleen dan bieden de veiligheids‐ buiten de markeringen gordels voldoende bescherming. Wanneer u de zit-ligcombinatie buiten de mar‐ De zit-ligcombinatie is onder het zitvlak met twee keringen op de geleiderail plaatst, kan de uittrekbare opbergvakken uitgerust...
  • Pagina 96 Stoelen en opbergen De ontgrendelingshendel loslaten. Slaapbank opbouwen en inklappen De vergrendeling vergrendelt automatisch. & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel en Alle sleden voor de instelling in lengterichting levensgevaar door gebruik van het bed tij‐ moeten aan beide zijden hoorbaar vergrende‐ dens de rit len.
  • Pagina 97 Stoelen en opbergen De ontgrendelingshendel van de rugleuning omhoogtrekken en de rugleuning horizon‐ taal leggen. Daarbij de rugleuning alleen aan de vasthoudlus van de rugleuning vasthou‐ den. Het korte gedeelte van het bedverlengstuk neerklappen. Verwijderen: Het verwijderen vindt in omge‐ keerde volgorde van het opbouwen van de slaapbank plaats.
  • Pagina 98 Stoelen en opbergen De zit-ligcombinatie van voren en van bovenaf steun het achterhoofd op ooghoogte in de voorste stoelverankeringen aanbren‐ ondersteunt. gen en laten vergrendelen. Met de verstelling in lengterichting voor de hoofd‐ De ontgrendelingshendels voor voorste steun‐ steun de hoofdsteun zo instellen, dat deze zich zo voeten moeten in de richting van de voer‐...
  • Pagina 99 Stoelen en opbergen Hoofdsteun elektrisch instellen Stoelverwarming in- en uitschakelen * AANWIJZING Beschadiging van de elek‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ trisch hoofdsteun door instellen met de wonden door herhaaldelijk inschakelen hand van de stoelverwarming Als de hoogte van de elektrisch instelbare Wanneer u de stoelverwarming herhaaldelijk hoofdsteun handmatig wordt ingesteld, kan inschakelt, kunnen de zitting en de rugleu‐...
  • Pagina 100 Stoelen en opbergen Inschakelen/hogere stand: De toets De geventileerde achterzitplaatsen kunnen vaak indrukken, tot de gewenste verwar‐ pas na het inschakelen van het aandrijfsys‐ teem worden geactiveerd. mingsstand bereikt is. Afhankelijk van de verwarmingsstand gaan een tot drie controlelampjes branden. Opbergmogelijkheden Uitschakelen/lagere stand: De toets Opbergvakken...
  • Pagina 101 Stoelen en opbergen Dashboardkastje openen en sluiten (vergrendelen) of rechtsom 1 (ontgrendelen) draaien. & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel Openen: De handgreep van het dash‐ door ongeschikt opbergen van voorwer‐ boardkastje in de richting van de pijl trekken. Sluiten: De klep van het dashboardkastje Als voorwerpen op ongeschikte wijze in het omhoogklappen en dichtdrukken, tot deze interieur worden opgeborgen, kunnen ze ver‐...
  • Pagina 102 Stoelen en opbergen omhoogdrukken. Daarbij het opbergvak * AANWIJZING Beschadiging van de klap‐ telkens iets naar buiten trekken. tafel of de armsteun bij het naar voren of De betreffende aanslag is ontgrendeld. terugklappen van de zitplaatsen achterin Het opbergvak eruit trekken. Wanneer de klaptafel bij het naar voren of Opbergvakken inbouwen terugklappen van de zitplaatsen achterin niet...
  • Pagina 103 100 Stoelen en opbergen Klaptafel uitbouwen De bladhelften inklappen en de tafel inschui‐ ven. De voorste zitplaatsen achterin volledig naar achteren schuiven of indien nodig uitbouwen. De klaptafel zo ver naar achteren schuiven, dat de afdekkingen van de railopeningen kunnen worden uitgebouwd. De beide afdekkingen met een geschikt gereedschap, bijvoorbeeld een schroeven‐...
  • Pagina 104 Stoelen en opbergen 101 Bladhelft uit- en inklappen Uitbouwen: De vergrendelingsnok indruk‐ ken en de opbergbak verwijderen. Inbouwen: De opbergbak aanbrengen en omlaagdrukken, tot deze vergrendelt. Informatie over de flessenhouder De flessenhouders bevinden zich voor de opberg‐ vakken in de voordeuren. Er bevinden zich ook nog flessenhouders rechts en links in de zijbekledingen achterin.
  • Pagina 105 102 Stoelen en opbergen Verwijderen: De bodem van de bekerhouder Asbak en sigarettenaansteker achterin aan de onderzijde vastpakken en de voet gebruiken hiervan verticaal omhoog eruit trekken. Voorwaarden Het contact is ingeschakeld. Temperatuurgeregelde bekerhouders in- en uitschakelen Voorwaarden Het contact is ingeschakeld. Inschakelen: De toets zo vaak indrukken, De afdekking omlaagtrekken.
  • Pagina 106 Stoelen en opbergen 103 Het rolscherm van de middenconsole Altijd ervoor zorgen dat kinderen niet bij omhoogschuiven ( pagina 97). de sigarettenaansteker kunnen. Het deksel van de contactdoos openklap‐ Kinderen nooit zonder toezicht in de pen. auto laten. De stekker van het apparaat aansluiten. Voorwaarden De spanningsvoorziening is ingeschakeld.
  • Pagina 107 104 Stoelen en opbergen De klep openen. De aansluitkabel nooit in een uit de bekleding getrokken of beschadigde De stekker van het apparaat in de 230V-con‐ 230V-contactdoos steken. tactdoos steken. Als de boordnetspanning voldoende is, gaat het controlelampje branden. & GEVAAR Levensgevaar door ondeskundig werken met de contactdoos Indien u de 230V-contactdoos niet gebruikt, de klep gesloten laten.
  • Pagina 108 Stoelen en opbergen 105 Als de koelbox gedurende langere tijd niet wordt gebruikt, moet deze worden uitgescha‐ keld, ontdooid en gereinigd. Hierna het dek‐ sel enige tijd open laten staan.
  • Pagina 109 106 Licht en zicht Dagrijlicht inschakelen Buitenverlichting De verlichtingsschakelaar in de stand à Aanwijzing voor lichtsystemen en uw verant‐ draaien. woordelijkheid Functie van het automatisch rijlicht De verschillende lichtsystemen van het voertuig Het standlicht, dimlicht en dagrijlicht worden zijn slechts hulpmiddelen. De verantwoordelijk‐ overeenkomstig de status van het contact en het heid voor de juiste verlichting van het voertuig omgevingslicht automatisch geschakeld.
  • Pagina 110 Licht en zicht 107 Koplampen instellen Met de combischakelaar de betreffende func‐ tie bedienen. Grootlicht inschakelen Het dimlicht inschakelen ( pagina 106). De combischakelaar naar voren drukken. Het controlelampje K in het combi-instru‐ ment gaat branden. Het grootlicht wordt in de stand à alleen bij duisternis en ingeschakeld aandrijfsys‐...
  • Pagina 111 108 Licht en zicht Functie van de bochtenverlichting De alarmknipperlichtinstallatie wordt in de vol‐ gende situaties automatisch ingeschakeld: De airbag is geactiveerd. Het voertuig wordt vanaf meer dan 70 km/h hard afgeremd tot voertuigstilstand. Het noodknipperlicht wordt na een noodstop automatisch uitgeschakeld wanneer het voertuig weer een snelheid van meer dan 10 km/h bereikt.
  • Pagina 112 Licht en zicht 109 Het systeem herkent wanneer tegenliggers of voorliggers verlichting voeren. Systeemgrenzen De adaptieve grootlichtassistent kan geen reke‐ ning houden met de weg- en weersomstandighe‐ den en de verkeerssituatie. De herkenning kan onder de volgende omstandig‐ heden beperkt zijn: Het zicht is slecht, bijvoorbeeld door mist, Als de snelheid lager is dan 70 km/h en het mist‐...
  • Pagina 113 110 Licht en zicht Adaptieve grootlichtassistent Plus Functie van de adaptieve grootlichtassistent Plus & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len ondanks adaptieve grootlichtassistent Plus De adaptieve grootlichtassistent Plus reageert niet op: Verkeersdeelnemers die geen verlichting hebben, bijvoorbeeld voetgangers Verkeersdeelnemers die een zwakke ver‐ lichting hebben, bijvoorbeeld fietsers Verkeersdeelnemers waarvan de verlich‐...
  • Pagina 114 Licht en zicht 111 Oriëntatieverlichting in- en uitschakelen Bij snelheden onder 40 km/h worden de vol‐ gende acties uitgevoerd door de grootlichtassis‐ Multimediasysteem: tent Plus: © Instellingen Verlichting Als er geen andere verkeersdeelnemers wor‐ Oriëntatieverlichting den herkend en de rijbaan recht verloopt, De functie in- of uitschakelen.
  • Pagina 115 112 Licht en zicht Helderheid instellen De gloeilampen alleen in gesloten en hiervoor bedoelde lampen gebruiken. Helderheid selecteren. Alleen vervangende gloeilampen van het‐ De helderheid instellen. zelfde type en met de bedoelde spanning Een kleurencombinatie selecteren. gebruiken. Altijd controleren of de gloeilampen goed vastzit‐ ten.
  • Pagina 116 Licht en zicht 113 Afdekking in de voorste wielkast verwijderen De afdekking van de behuizing aanbren‐ gen en rechtsom vastdraaien. en aanbrengen De afdekking in de voorste wielkuip aanbren‐ gen. Grootlicht, stand- en parkeerlicht en dagrij‐ licht Verwijderen: De afdekking in het midden vastpakken, omhoogschuiven en verwijderen.
  • Pagina 117 Bij het verwijderen van de achterlichten kan draaien. lakschade optreden. Het achterlicht kan bij Standaard achterlicht het verwijderen bijvoorbeeld krassen op de lak veroorzaken. De achterlichten voorzichtig verwijde‐ ren. Mercedes-Benz adviseert de lichtbron‐ nen van het achterlicht bij een gekwalifi‐ ceerde werkplaats te laten vervangen.
  • Pagina 118 Licht en zicht 115 De drie schroeven eruit draaien en de Lichtbronnen interieurverlichting vervangen lamphouder van het achterlicht verwijde‐ Lichtbronnen in het interieur vervangen ren. Voorwaarden De interieurverlichting is uitgeschakeld. Verlichting achterin en laadruimteverlich‐ ting: U hebt een lichtbron van het type T10 6W xenon nodig.
  • Pagina 119 116 Licht en zicht De fitting linksom draaien en uit het lamp‐ huis trekken. De gloeilamp uit de fitting trekken. De nieuwe gloeilamp in de fitting drukken. De fitting rechtsom in het lamphuis draaien. Het lamphuis tegen de kant van het rode lampglas plaatsen en vergrendelen.
  • Pagina 120 Licht en zicht 117 Achterruitenwisser in- en uitschakelen De ruitenwisserarm nooit op de voor- of achterruit terugklappen als nog geen Voorwaarden ruitenwisserblad is aangebracht. De rui‐ De spanningsvoorziening is ingeschakeld. tenwisserarm vasthouden, wanneer een ruitenwisserblad wordt vervangen. * AANWIJZING Beschadiging aan motor‐ kap of ruitenwissers bij het openen van de motorkap Wanneer bij het openen van de motorkap de...
  • Pagina 121 118 Licht en zicht Ruitenwisserbladen aanbrengen Ruitenwisserbladen achterruit vervangen Achterklep De ruitenwisserarm van de achterruit wegklappen, tot deze in de vervangingspositie vergrendelt. De ruitenwisserarm vasthouden en het Het nieuwe ruitenwisserblad in de richting ruitenwisserblad in de richting van de pijl van de pijl in de ruitenwisserarm aanbren‐...
  • Pagina 122 Licht en zicht 119 De spanningsvoorziening of het contact & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ inschakelen . len bij gebruik van de buitenspiegel door toets1 kort indrukken. verkeerde inschatting van de afstand De buitenspiegels geven een verkleind beeld. Als sneller dan 47 km/h wordt gereden, kunnen De zichtbare objecten zijn dichterbij dan het de buitenspiegels niet meer worden ingeklapt.
  • Pagina 123 120 Licht en zicht Elektrolyt op de huid direct met Zonnekleppen bedienen water afspoelen en zo snel mogelijk de hulp van een arts inroepen. Elektrolyt in de ogen direct grondig met schoon water uitspoelen en zo snel mogelijk de hulp van een arts inroepen.
  • Pagina 124 Klimaatregeling 121 Overzicht aircosystemen Overzicht TEMPMATIC Bedieningseenheid voorin: w Temperatuur instellen ( pagina 125) _ Luchtverdeling instellen pagina 124) H Luchthoeveelheid instellen pagina 124) ¿ Koeling met luchtdroging in- en uitscha‐ kelen ( pagina 123) ¬ Voorruit ontwasemen ( pagina 125) Klimaatmenu van het multimediasysteem oproepen ¤...
  • Pagina 125 122 Klimaatregeling Overzicht THERMOTRONIC Bedieningseenheid voorin: Aircosystemen bedienen w Temperatuur instellen links Aanwijzingen met betrekking tot energiebe‐ pagina 125) sparend aircogebruik _ Luchtverdeling instellen Het gebruik van de verwarmings- en klimaatrege‐ pagina 124) lingsfuncties heeft directe invloed op de actiera‐ H Luchthoeveelheid instellen dius van het voertuig.
  • Pagina 126 Klimaatregeling 123 Een reductie van het vermogen van de verwar‐ Inschakelen: De tuimelschakelaar t ming en de klimaatregeling kan ertoe leiden dat omhoog- of omlaagdrukken. het bereiken van de gewenste interieurtempera‐ Het klimaatmenu van het multimediasysteem tuur langer duurt dan gebruikelijk, of helemaal wordt geopend.
  • Pagina 127 124 Klimaatregeling Als het controlelampje boven de toets ¿ drie‐ _ Luchttoevoer naar de ontwasemingsroos‐ maal knippert, is de functie vanwege een storing ters, middelste luchtuitstroomopeningen, uitgeschakeld. Het klimaatregelsysteem bij een zijluchtroosters en luchtuitstroomopenin‐ gen in de beenruimte gekwalificeerde werkplaats laten controleren. a Luchttoevoer naar de ontwasemingsroos‐...
  • Pagina 128 Klimaatregeling 125 Voertuigen met klimaatregeling achterin: De In- en uitschakelen: De tuimelschakelaar luchthoeveelheid voor achterin kan via het kli‐ ¬ in de bedieningseenheid voorin maatmenu van het multimediasysteem, of via de omhoog- of omlaagdrukken. bedieningseenheid achterin worden ingesteld. Als het controlelampje boven de toets ¬ gaat branden, is de functie ingeschakeld.
  • Pagina 129 126 Klimaatregeling lang omhoog- of omlaagdrukken, tot de zijrui‐ In de volgende situaties wordt de luchtrecircula‐ ten automatisch worden geopend. tie automatisch uitgeschakeld: Het controlelampje boven de tuimelschake‐ bij buitentemperaturen onder circa 7 °C na laar g dooft. De luchtrecirculatie wordt circa vijf minuten uitgeschakeld.
  • Pagina 130 Klimaatregeling 127 Middelste luchtuitstroomopeningen instellen De uitstroomopeningen achter kunnen alleen bij voertuigen met airconditioning achter worden ingesteld. Voertuigen met airconditioning achter: De lucht achter wordt bij het verwarmen, na het bereiken van de vereiste koelvloeistoftemperatuur, auto‐ matisch naar de beenruimte en het dak gevoerd. Als het voertuig op temperatuur is, wordt de lucht bij het koelen in de beginfase automatisch naar de beenruimte en het dak en vervolgens alleen...
  • Pagina 131 128 Klimaatregeling ningsaccu tot een vastgelegde minimale laadtoe‐ Klimaatregeling vooraf via de sleutel gebrui‐ stand voorrang. Onder de volgende voorwaarden kan de draaipe‐ Klimaatregeling vooraf via sleutel instellen riode van de klimaatregeling vooraf korter wor‐ Het klimaatmenu in het multimediasysteem den: oproepen.
  • Pagina 132 Klimaatregeling 129 Klimaatregeling vooraf op de vertrektijd in- of Klimaatregeling vooraf via toets in- en uit‐ uitschakelen schakelen Voorwaarden Voorwaarden De hoogspanningsaccu is voldoende opgela‐ Het contact is uitgeschakeld den. De functie is via het klimaatmenu in het multi‐ mediasysteem geactiveerd. Inschakelen: De vertrektijd instellen.
  • Pagina 133 130 Rijden en parkeren Het voertuig wordt ondanks de soundgenera‐ Rijden tor mogelijk niet door andere verkeersdeelne‐ Aanwijzingen met betrekking tot elektro- mers akoestisch waargenomen. Uw rijstijl modus overeenkomstig aanpassen. De soundgenerator is uitgeschakeld als het & WAARSCHUWING Brandwonden‑ en ver‐ voertuig stilstaat.
  • Pagina 134 Rijden en parkeren 131 De stoelconsole van de bijrijdersstoel ope‐ nen. De oranje kabel op de gemarkeerde plaats met een geschikt gereedschap doorknippen. Het aandrijfsysteem is uitgeschakeld. De con‐ densatoren van het hoogspanningsboordnet zijn pas na enkele minuten volledig ontladen. Alle werkzaamheden aan het aandrijfsysteem –...
  • Pagina 135 132 Rijden en parkeren Sleutelstanden & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len en letsel als kinderen zonder toezicht in het voertuig worden achtergelaten Wanneer kinderen zonder toezicht in het voer‐ tuig achterblijven, kunnen zij met name: Portieren openen en daardoor andere per‐ sonen of verkeersdeelnemers in gevaar brengen.
  • Pagina 136 Om de pedalen veilig te kunnen bedie‐ Displaymeldingen maken u opmerkzaam op het nen altijd geschikte schoenen dragen. bereiken van de snelheidsbegrenzing. Informatie over buitenlandse reizen Service Ook in het buitenland kan de bestuurder rekenen op een uitgebreid netwerk van Mercedes-Benz Services. Desondanks zijn service-instellingen of...
  • Pagina 137 De betreffende dealerboekjes zijn verkrijg‐ Hoge en geringe belasting baar bij een Mercedes-Benz-servicewerkplaats. Dimlicht & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ In landen waar aan de andere kant van de weg len door oververhit geraakt remsysteem wordt gereden dan in het land waar het voertuig Als u tijdens het rijden de voet op het rempe‐...
  • Pagina 138 Mercedes-Benz adviseert om veiligheidsredenen alleen door Mercedes-Benz goedgekeurde rem‐ Voorzichtig de snelheid verlagen. schijven en remvoeringen te laten inbouwen. Door spoorvorming ontstane geulen vermij‐ Andere remschijven of remvoeringen kunnen de den.
  • Pagina 139 136 Rijden en parkeren Bij gladheid zeer voorzichtig rijden. Abrupt acce‐ Afhankelijk van de bedrijfstoestand heeft de ener‐ lereren, sturen en remmen vermijden. giestroom verschillende kleuren: Voor het begin van de winter bij een gekwalifi‐ wit: Sterke acceleratie (boost-effect) ceerde werkplaats een winterinspectie aan het koper: Rijden met constante snelheid of voertuig laten uitvoeren.
  • Pagina 140 Rijden en parkeren 137 U rijdt optimaal met betrekking tot het verbruik Bij het verlaten van de auto altijd de wanneer de rand van de ECO-aanduiding oplicht sleutel meenemen en de auto vergren‐ en de drie buitenste segmenten tegelijkertijd vol‐ delen.
  • Pagina 141 138 Rijden en parkeren Het rempedaal indrukken en de DIRECT ven, beveilig het voertuig dan tegen wegrol‐ SELECT-keuzehendel tot de eerste weerstand len. omhoog- of omlaagdrukken. Rijstand D inschakelen Op het multifunctioneel display toont de Het rempedaal indrukken en de DIRECT transmissiestandaanduiding i.
  • Pagina 142 Rijden en parkeren 139 Met het rijprogramma Lift F/¦ inge‐ Rijprogramma F (voertuigen met AIRMATIC): stelde grote voertuighoogte voor een grotere tot een snelheid van circa 25 km/h rijden bodemvrijheid bij langzaam rijden met verhoogde voertuighoogte. DYNAMIC SELECT-schakelaar beste balans uit efficiëntie en vermogen voor het rijden met verhoogde voertuighoogte Het multifunctioneel display toont voor het rijprogramma Lift naast de transmissiestand‐...
  • Pagina 143 140 Rijden en parkeren Nadat de afkoelfase is afgelopen is de AIRMA‐ Advies voor de omgang met de hoogspannings‐ TIC weer zonder beperkingen beschikbaar. accu: De hoogspanningsaccu alleen wanneer nodig met gelijkstroom (mode 4) snelladen. Hoogspanningsaccu opladen De hoogspanningsaccu gemiddeld tot een Aanwijzingen met betrekking tot het opladen laadtoestand van 85% opladen.
  • Pagina 144 Rijden en parkeren 141 De hoogspanningsaccu vanwege het grotere laad‐ vermogen en het betere laadrendement bij voor‐ keur bij een wallbox of een laadstation opladen. Systeemgrenzen De oplaadtijd van de hoogspanningsaccu kan lan‐ ger worden door de volgende invloeden: Lage of hoge buitentemperaturen Een langere periode van stilstand zonder lading De maximaal beschikbare laadstroom van de...
  • Pagina 145 142 Rijden en parkeren Opladen instellen Multimediasysteem: © Laadopties Opladen instellen Vertrektijd selecteren. De volgende oplaadtijden kunnen worden inge‐ steld: Direct opladen (geen vertrektijd) Eenmalig Een instelling selecteren. Eenmalige vertrektijd instellen Vertrektijd selecteren. Controlelampje vergrendelingsstatus Statusindicatie Eenmalige tijd bewerk. selecteren. Controlelampje opladen Een vertrektijd instellen.
  • Pagina 146 Rijden en parkeren 143 Status van Melding Betekenis * AANWIJZING Gevaar door een te hoge het opladen laadstroom Een te hoge laadstroom kan tot het activeren van de zekering of oververhitting van het Brandt groen Opladen afge‐ externe stroomnet leiden. sloten Controleren of het externe stroomnet Knippert rood...
  • Pagina 147 144 Rijden en parkeren Aanwijzingen met betrekking tot het opladen Bij laadstations met vast gemonteerde van de hoogspanningsaccu aan de wallbox of laadkabel: bij het laadstation (mode 3) Visuele controle van het laadstation op uitwendige gebreken, zoals ern‐ & GEVAAR Levensgevaar door ondeskundig stige beschadiging van de behuizing gemonteerde onderdelen of de laadkabel.
  • Pagina 148 Rijden en parkeren 145 kunnen zijn. Bij twijfel voor het opladen van de De toegestane grenswaarden worden door de hoogspanningsaccu bij de exploitant van het volgende factoren beïnvloed: laadstation navragen of dit het geval is. De stroomvoorziening van het stroomnet en de laadkabel zijn intact.
  • Pagina 149 146 Rijden en parkeren Om de contactdoosklep te openen rechts‐ Wanneer de laadkabel op het voertuig is aange‐ boven op de contactdoosklep drukken. sloten, kan het aandrijfsysteem niet worden Het controlelampje % en de statusindi‐ gestart en kan niet met het voertuig worden gere‐ den.
  • Pagina 150 Rijden en parkeren 147 In plaats van de laadonderbrekingstoets beschermen de voertuigstekkerdoos kunt u ook viermaal binnen twee seconden tegen vervuiling en beschadiging. de toets % van de sleutel indrukken. Vóór het sluiten van de contactdoosklep De laadkabelstekker binnen 30 seconden controleren, of het contactdoosdeksel van de voertuigstekkerdoos losmaken.
  • Pagina 151 148 Rijden en parkeren Parkeren Het voertuig tegen wegrollen beveiligen zoals hieronder beschreven. Voertuig afzetten De volgende punten in acht nemen om te waar‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ borgen dat het voertuig correct tegen onbedoeld len en letsel als kinderen zonder toezicht wegrollen is beveiligd.
  • Pagina 152 Rijden en parkeren 149 het systeem aanwezig is, kan de elektrische par‐ De elektrische parkeerrem handmatig bedie‐ keerrem onder bepaalde omstandigheden niet nen of vrijzetten worden gesloten en gaat het gele controle‐ lampje ! branden. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len en letsel als kinderen zonder toezicht Parkeer het voertuig in dit geval op de volgende in het voertuig worden achtergelaten...
  • Pagina 153 150 Rijden en parkeren 20 seconden is de parkeerrem weer gereed voor Het voertuig wordt sterker afgeremd naar‐ gebruik. mate u de schakelaar van de elektrische parkeerrem langer ingedrukt houdt. Inschakelen: De sleutel in het contactslot in de stand 1 of 2 draaien. Tijdens het remmen ontvangt u de volgende Als de sleutel in het contactslot in de stand terugmeldingen van het voertuig:...
  • Pagina 154 Rijden en parkeren 151 indien nodig ingrijpen. De grenzen voor een veilig Overzicht van de rijsystemen en rijveiligheids‐ gebruik in acht nemen. systemen In dit hoofdstuk vindt u informatie over de vol‐ Informatie over de sensoren en camera's van gende rijsystemen en rijveiligheidssystemen: het voertuig ABS (AntiBlokkeerSysteem) ( pagina 151)
  • Pagina 155 152 Rijden en parkeren Systeemgrenzen ® Het ESP kan, binnen de natuurkundige grenzen, Het ABS functioneert vanaf een snelheid van de rijstabiliteit en de tractie in de volgende situ‐ circa 4 km/h. aties bewaken en verbeteren: Wanneer het waarschuwingslampje ! in Bij het rijden en wegrijden op een natte of het combi-instrument permanent brandt na gladde weg...
  • Pagina 156 Rijden en parkeren 153 ® uit- of inschakelen ® De ESP zijwindassistent reageert onder de vol‐ gende omstandigheden niet: & WAARSCHUWING Slipgevaar door uitge‐ Het voertuig wordt blootgesteld aan sterke ® schakeld ESP schokken, bijvoorbeeld door wegoneffenhe‐ den of kuilen. ®...
  • Pagina 157 154 Rijden en parkeren ® De afstandswaarschuwingsfunctie kan u in de Voertuigen met PRE-SAFE : Door de activering volgende situaties met een onderbroken waar‐ van de autonome remfunctie of de aan de situatie aangepaste rembekrachtiging kunnen bovendien schuwingssignaal en een waarschuwingslampje preventieve beschermingsmaatregelen voor de ondersteunen: inzittenden worden gestart (...
  • Pagina 158 Rijden en parkeren 155 Afstandswaarschuwingsfunctie in- of uitscha‐ Wanneer aan een van de volgende voorwaarden is voldaan, kan het Active Brake Assist de remin‐ kelen greep beëindigen: Boordcomputer U wijkt uit voor een obstakel door te sturen. Assistentie Afstandswaarschuwing Er bestaat geen aanrijdingsgevaar meer. In- en uitschakelen: De toets a indruk‐...
  • Pagina 159 156 Rijden en parkeren weg- en weersomstandigheden en de verkeerssi‐ voertuig verandert, kan de werking van de limiter tuatie. De TEMPOMAT is slechts een hulpmiddel. nadelig worden beïnvloed. De verantwoordelijkheid voor een veilige afstand, Kickdown de snelheid, het tijdig remmen en het aanhouden Als het gaspedaal tot voorbij het drukpunt wordt van de rijstrook ligt bij u.
  • Pagina 160 Rijden en parkeren 157 De TEMPOMAT-hendel in de richting van de Als het voertuig wordt geparkeerd, wordt de pijl drukken. laatst opgeslagen snelheid gewist. Het LIM-controlelampje geeft aan welke Snelheid verhogen of verlagen functie u hebt geselecteerd: De TEMPOMAT-hendel tot het 1e drukpunt omhoog- of omlaagdrukken 4.
  • Pagina 161 158 Rijden en parkeren Actieve afstandsassistent DISTRONIC Op wegen met steile hellingen bij een volledig beladen voertuig. Functie van de actieve afstandsassistent Stilstaande objecten worden niet herkend als DISTRONIC deze niet daarvoor als rijdend werden her‐ De actieve afstandsassistent DISTRONIC houdt kend.
  • Pagina 162 Rijden en parkeren 159 Omschakelen tussen limiter en actieve & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ afstandsassistent DISTRONIC len door beperkte herkenning van de actieve afstandsassistent DISTRONIC De actieve afstandsassistent DISTRONIC rea‐ geert niet of beperkt: bij het schuin achter elkaar rijden of wis‐ selen van rijstrook op voetgangers, dieren, tweewielers of stilstaande voertuigen of onverwachte...
  • Pagina 163 160 Rijden en parkeren Informatie over de weergaven van de De toets indrukken. DISTRONIC vindt u onder "Weergaven van de De variabele limiter is geselecteerd. Het LIM- actieve afstandsassistent DISTRONIC" controlelampje in de TEMPOMAT-hendel pagina 161). gaat branden. Wanneer het gaspedaal niet volledig wordt losge‐ Snelheid verhogen of verlagen laten, toont het multifunctioneel display de mel‐...
  • Pagina 164 Rijden en parkeren 161 Weergaven van de actieve afstandsassistent & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ DISTRONIC len en gevaar voor letsel door wegrollen van de auto Assistentieweergave Na korte tijd houdt de wegrijhulp voor op hel‐ lingen de auto niet meer tegen. De voet snel van het rem‑...
  • Pagina 165 162 Rijden en parkeren HOLD-functie inschakelen In de volgende situaties wordt de HOLD-functie uitgeschakeld: & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ De actieve afstandsassistent DISTRONIC len door ingeschakelde HOLD-functie bij wordt ingeschakeld. het verlaten van de auto De transmissie wordt in de stand j gezet Als de auto wordt verlaten terwijl deze alleen Het voertuig wordt met de elektrische par‐...
  • Pagina 166 Rijden en parkeren 163 NIC onafhankelijk van de transmissiestand auto‐ De waarschuwingsmelding bestaat voor elke zijde matisch het gebied achter het voertuig. van het voertuig uit vijf gele en twee rode seg‐ menten. Als de weergave meetgereedheid Bij snelheden boven 18 km/h wordt de PARK‐ gaat branden, is de PARKTRONIC actief.
  • Pagina 167 164 Rijden en parkeren PARKTRONIC uit- of inschakelen Via de aan de onderzijde of aan de zijkant aange‐ brachte softkeys kunt u uit de volgende weerga‐ ven kiezen: Normale weergave Gele hulplijnen, breedte van het voertuig (vlak waarover wordt gereden) afhankelijk van de huidige stuuruitslag (dynamisch) De schakelaar é...
  • Pagina 168 Rijden en parkeren 165 Systeemgrenzen 360°-camera De achteruitrijcamera werkt in onder andere de Functie van de 360°-camera volgende situaties slechts beperkt of helemaal Het systeem bestaat uit vier camera's. De came‐ niet: ra's registreren de directe omgeving van het voer‐ tuig.
  • Pagina 169 166 Rijden en parkeren Top View Weergaven van de zijcamera's In deze weergaven kunnen de voorste of achter‐ ste zijkanten van het voertuig worden bekeken. Baan van het voertuig bij actuele stuuruitslag Waarschuwingsmelding van de PARKTRONIC- Voorbeeld zijcamera's naar voren (velgenaanzicht parkeerassistent van de voorwielen) Eigen voertuig van bovenaf...
  • Pagina 170 Rijden en parkeren 167 Het mediadisplay bij een aanzienlijke beper‐ De transmissie in de stand j zetten. king van de bruikbaarheid, bijvoorbeeld als gevolg van pixelfouten, laten repareren of ver‐ Rear Cross Traffic Alert vangen. Werking van de actieve parkeerassistent Als u de velgmaat van uw voertuig wijzigt, contro‐...
  • Pagina 171 168 Rijden en parkeren De transmissiestand j wordt ingeschakeld. De actieve parkeerassistent kan mogelijk ook parkeerplekken weergeven die niet voor parkeren U opent een deur of de achterklep of u doet geschikt zijn, bijvoorbeeld: de gordel af.. Parkeerplekken waar parkeren niet is toege‐ Systeemgrenzen staan Voorwerpen die zich boven of onder het registra‐...
  • Pagina 172 Rijden en parkeren 169 Met de actieve parkeerassistent uitparkeren Het voertuig altijd beveiligen tegen weg‐ rollen voordat u de chauffeursstoel ver‐ Voorwaarden laat. Het voertuig werd parallel aan de rijrichting met de actieve parkeerassistent ingepar‐ Het voertuig veilig tot stilstand brengen, keerd.
  • Pagina 173 170 Rijden en parkeren Wegrijden en hierbij altijd klaar zijn om direct te kunnen remmen. Bij het achteruitrijden langzaam en niet sneller dan 10 km/h rijden. Anders wordt de parkeerhulp afgebroken en de actieve parkeerassistent beëindigd. Als een voertuig de achterste begrenzing van de parkeerplek nadert, kan de actieve par‐...
  • Pagina 174 Rijden en parkeren 171 In de volgende situaties wordt de vermoeidheids- Aangezien de verkeerstekenassistent ook en opmerkzaamheidsanalyse van de ATTENTION gebruikmaakt van de gegevens in het navigatie‐ ASSIST gewist en bij verder rijden opnieuw systeem, kan de weergave in de volgende geval‐ gestart: len ook worden geactualiseerd zonder dat ver‐...
  • Pagina 175 172 Rijden en parkeren tekens bij wegwerkzaamheden of naastgele‐ gen rijstroken. De informatie in de digitale wegenkaart van het navigatiesysteem is onjuist of niet actu‐ eel. Aanwijzingsfunctie van de verkeerstekenas‐ sistent in- of uitschakelen Boordcomputer Instellingen Assistentie Toegestane snelheid Verkeerstekenassist. Toegestane snelheid bij beperking In- of uitschakelen: a indrukken.
  • Pagina 176 Rijden en parkeren 173 Als zich een voertuig op geringe afstand opzij in Spoorassistent het controlegebied bevindt en u de richtingaan‐ Functie van de spoorassistent wijzer in de betreffende richting inschakelt, klinkt De spoorassistent moet voorkomen dat u onge‐ een waarschuwingssignaal. Het rode waarschu‐ wild de rijstrook verlaat.
  • Pagina 177 174 Rijden en parkeren De afstand tot de voorligger is te klein en In de instelling Standaard vindt onder de vol‐ daardoor kunnen de rijstrookmarkeringen niet gende omstandigheden geen vibratiewaarschu‐ worden herkend. wing plaats: De rijstrookmarkeringen wijzigen snel, bij‐ U geeft richting aan in de betreffende rijrich‐ voorbeeld de rijstroken splitsen zich, kruisen ting.
  • Pagina 178 Instrumentenpaneel en boordcomputer 175 De segmenten gaan van nul tot de ingestelde Aanwijzingen met betrekking tot het combi- snelheidsbegrenzing branden. instrument en de boordcomputer Actieve afstandsassistent DISTRONIC inge‐ schakeld ( pagina 158) & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len bij het uitvallen van het combi-instru‐ Eén of twee segmenten rond de opgeslagen ment snelheid gaan branden.
  • Pagina 179 176 Instrumentenpaneel en boordcomputer De weergave beschikbaar vermogen heeft Overzicht en bediening boordcomputer twee gebieden: & WAARSCHUWING Gevaar voor afleiding In het gedeelte onder g wordt het terugge‐ door informatiesystemen en communica‐ wonnen vermogen van het voertuig tijdens de tieapparatuur recuperatie weergegeven.
  • Pagina 180 Instrumentenpaneel en boordcomputer 177 Stuurwieltoetsen Rechter schakelaarpaneel in het stuurwiel Linker schakelaarpaneel in het stuurwiel Gesprek voeren of aannemen Naar het nummerherhalingsgeheu‐ ò Hoofdmenu oproepen gen omschakelen Kort indrukken Oproep weigeren of beëindigen In lijsten bladeren Telefoonboek of nummerherha‐ Menu of functie selecteren lingsgeheugen verlaten In het menu Radio...
  • Pagina 181 178 Instrumentenpaneel en boordcomputer Om de menulijst in het weergaveveld op te Als het aandrijfsysteem rijklaar is en de melding roepen moet u de stuurwieltoets ò indrukken. Accureserve verschijnt of het controlelampje Ý in het combi-instrument brandt, heeft de De volgende weergaven in het weergaveveld laadtoestand van de hoogspanningsaccu het zijn mogelijk als het aandrijfsysteem niet rijklaar reservegebied bereikt.
  • Pagina 182 Instrumentenpaneel en boordcomputer 179 Dashboardverlichting instellen Menu's en submenu's Menu Service Met de toets ò de menulijst oproepen. Met de toets : of 9 het menu Service selecteren. Met de toets a bevestigen. In het menu Service hebt u de volgende mogelijk‐ heden: De displaymeldingen in het meldingengeheu‐...
  • Pagina 183 180 Instrumentenpaneel en boordcomputer bepaalde alertheidstoestand (Attention De tripcomputer wordt onder de volgende Level). omstandigheden automatisch teruggezet: Het contact is langer dan vier uur uitgescha‐ keld (alleen vertrek). Menu Reis 9999 uur is overschreden. In het menu Reis hebt u de afhankelijk van de uit‐ 99999 km worden overschreden.
  • Pagina 184 Instrumentenpaneel en boordcomputer 181 van een rijmanoeuvre kunnen er extra rijstroken bijkomen. Niet aanbevolen rijstrook 6: Op deze rijstrook is het niet mogelijk om zonder veranderen van rij‐ strook de volgende rijmanoeuvre uit te voeren. Mogelijke rijstrook 5: Op deze rijstrook is het mogelijk om de volgende rijmanoeuvre uit te voe‐...
  • Pagina 185 182 Instrumentenpaneel en boordcomputer Met toets : of 9 de frequentieband of De volgende extra statusindicaties van de naviga‐ het zendergeheugen selecteren. tie zijn mogelijk: Met de toets a bevestigen. Nieuwe route... Route wordt berekend... Meer informatie, bijvoorbeeld over het Een nieuwe route wordt berekend.
  • Pagina 186 Instrumentenpaneel en boordcomputer 183 Audiospeler of gegevensdrager bedienen Dvd-video bedienen Dvd-speler of gegevensdrager selecteren: De toets a kort indrukken. Het display toont de lijst met mediabronnen. Met toets : of 9 de dvd-speler of de ‑gegevensdrager selecteren. Met de toets a bevestigen. Scènelijst openen:De toets : of 9 kort indrukken.
  • Pagina 187 Nummerherhalingsgeheugen verlaten: De ® toets ~ of % indrukken. Bluetooth is verkrijgbaar bij een Mercedes-Benz- servicewerkplaats of op internet onder https:// www.mercedes-benz.com/connect. Menu instellingen Gesprek aannemen: De toets 6 indruk‐ Met de toets ò de menulijst oproepen.
  • Pagina 188 Instrumentenpaneel en boordcomputer 185 Submenu Verlichting Navigatie-aanwijzingen in het menu Navi TEMPOMAT De volgende instellingen zijn in het submenu Licht mogelijk: Limiter Intelligent Light System in- en uitschakelen Actieve afstandsassistent DISTRONIC pagina 109) Weergave onderhoudsinterval Dimlicht voor rechts- of linksrijdend verkeer Extra snelheidsmeter in- en uitschakelen: omschakelen (alleen bij voertuigen Intelligent Met de toets : of 9...
  • Pagina 189 186 LINGUATRONIC Aanwijzingen voor de bedrijfsveiligheid Bediening Overzicht van de bediening met het multi‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor afleiding functioneel stuurwiel door informatiesystemen en communica‐ De LINGUATRONIC is circa een halve minuut na tieapparatuur het inschakelen van het contact bedrijfsgereed. Als u tijdens het rijden in de auto geïnte‐...
  • Pagina 190 LINGUATRONIC 187 De tuimelschakelaar £ in het multifunctio‐ De volledige functie-omvang is alleen beschik‐ neel stuurwiel omhoogdrukken. baar bij geactiveerde online-spraakbediening Een gesproken opdracht kan na een geluids‐ pagina 188). signaal worden gesproken. Invoer corrigeren: De gesproken opdracht Overzicht soorten gesproken opdrachten "Correctie"...
  • Pagina 191 188 LINGUATRONIC LINGUATRONIC instellen (multimediasys‐ De LINGUATRONIC effectief gebruiken teem) Helpfuncties Voorwaarden U ontvangt informatie en hulp voor: Voor de online-spraakbediening: Optimale bediening: De gesproken opdracht Uw voertuig is aan uw gebruikersaccount in "Inleiding spraakbediening" uitspreken of de portal gekoppeld ( pagina 197).
  • Pagina 192 Voor som‐ voor het weer of nieuws, beschikbaar. Daarom mige talen zijn deze voorbeelden slechts beperkt adviseert Mercedes-Benz, de onlinediensten te aanwezig. activeren. Hiervoor is een gebruikersaccount in de portal Overzicht van de gesproken omschakelop‐...
  • Pagina 193 Navigatie naar een driewoordenadres starten, bij‐ Navigeer naar <drie- Rijd naar Zoemer punt woordenadres> Leeg punt Aardbodem voorbeeld naar het Mercedes-Benz Museum Navigatie naar het werkadres starten Werk Naar mijn kantoor/ zaak/mijn werkplek Navigeer naar <POI> Navigeer mij naar de Direct starten van een navigatie naar een speci‐...
  • Pagina 194 LINGUATRONIC 191 Gesproken opdracht Voorbeelden in Functie spreektaal Postcode invoeren Postcode invoeren Routebegeleiding naar een nieuwe postcode starten Laatste bestemmingen De vorige bestemmin- Bestemming uit de lijst van laatst ingevoerde bestemmingen selecteren gen aangeven Routebegeleiding naar een andere route omscha‐ Alternatieve routes Zoek alternatieve rou- weergeven...
  • Pagina 195 Telefoon wisselen Naar de andere tele- Van primaire telefoon wisselen foon wisselen Mercedes-Benz alarm- Bel de Mercedes-Benz Er wordt een noodoproep geactiveerd centrale bellen alarmcentrale Overzicht van gesproken radio-opdrachten sing zichtbaar is. De volgende lijst bevat slechts een kleine selectie van de mogelijke gesproken Gesproken radio-opdrachten kunnen ook worden radio-opdrachten.
  • Pagina 196 LINGUATRONIC 193 Gesproken opdracht Voorbeelden in Functie spreektaal De volgende radiozender in een lijst wordt opge‐ Volgende radiozender Kies het volgende radi- oprogramma roepen Vorige zender Ga naar de laatste zen- Naar de vorige zender omschakelen der/naar het vorige programma Actueel zender in de favorietenlijst opslaan Zender opslaan Zendernaam opslaan...
  • Pagina 197 194 LINGUATRONIC Gesproken opdracht Voorbeelden in Functie spreektaal De beschikbare albums worden afgespeeld. Album <album> spelen Uit het muziekalbum "Kind of Blue" voorspe- Artiest <artiest> spelen Iets van de band "Radi- De beschikbare artiesten worden afgespeeld. ohead" beluisteren De beschikbare componisten worden afgespeeld. Componist <compo- Speel iets van de com- nist>...
  • Pagina 198 LINGUATRONIC 195 Gesproken opdracht Voorbeelden in Functie spreektaal De actuele titel wordt vanaf het begin afgespeeld Deze titel herhalen Dit muziekstuk opnieuw spelen Speel vergelijkbare Speel vergelijkbare Er worden vergelijkbare nummers afgespeeld muziek nummers Speel toevallige Willekeurige titel Er worden toevallige muziektitels afgespeeld muziek afspelen Randomweergave aan...
  • Pagina 199 196 LINGUATRONIC Gesproken opdracht Voorbeelden in Functie spreektaal Een bericht beantwoorden. Beantwoorden Een bericht/SMS naar de afzender sturen Op <taal> antwoorden Beantwoord dit Op een zojuist voorgelezen bericht wordt in een bericht/sms-bericht in andere taal geantwoord. het Frans Overzicht van de gesproken voertuig-opdrach‐ slechts een kleine selectie van de mogelijke gesproken voertuig-opdrachten.
  • Pagina 200 Mercedes me aanvullende handlei‐ ding onder: https://moba.i.daimler.com/ Mercedes me connect is het connectiviteitspro‐ markets/ece-row/baix/cars/connectme/ duct van Mercedes-Benz, dat uw voertuig intelli‐ de_DE/#emotions/Startseite.html gent verbindt met uw smartphone, uw tablet of uw PC. Zo kunt u bijvoorbeeld diverse soorten informatie op elk moment, vierentwintig uur per Mercedes-Benz klantenservice via het multi‐...
  • Pagina 201 198 Mercedes me Voor deze dienstverlening kunnen kosten wor‐ Gesprekken via het bedieningspaneel dak‐ den berekend. console voeren Tijdens de verbinding met de Mercedes-Benz klantenservice worden gegevens overgedragen pagina 198). Instemming met gegevensoverdracht bij oproepen Voorwaarden Er is een actieve pechhulp-oproep pagina 198) aanwezig.
  • Pagina 202 Wanneer via het spraakdialoogsysteem de selec‐ tie ongeval- en pechmanagement is geselecteerd, kunnen tevens de volgende gegevens door de Mercedes-Benz klantenservice van het voertuig worden opgevraagd: Momentele locatie van het voertuig Als de gegevensbeveiligingsvraag in het multime‐ diasysteem of in het combi-instrument is gewei‐...
  • Pagina 203 Een bericht biedt afhankelijk MBUX staat voor Mercedes-Benz User Expe‐ van het type verschillende acties aan. Het berich‐ rience. ten-center kunt u in het homescreen en in de menu's van de toepassingen oproepen.
  • Pagina 204 In andere weergaven: Homescreen oproepen bedienen Profielen oproepen Globaal zoeken oproepen Melding SOS NOT READY alleen als Mercedes-Benz noodoproepsysteem niet beschikbaar is Weergaven, bijvoorbeeld netwerk, batterijsta‐ tus van de verbonden mobiele telefoon, veld‐ sterkte van het mobiele-telefoonnet, tijd Berichten-center oproepen De ster geeft nieuwe berichten aan.
  • Pagina 205 202 MBUX multimediasysteem Touchscreen Akoestische bedieningsterugkoppeling voor het touchscreen instellen Touchscreen bedienen Multimediasysteem: Aantippen © Instellingen Systeem Bedieningselem. Menupunt of item selecteren: Een symbool of een item aantippen. De functie ondersteunt bij het maken van een keuze in een lijst. Schaal vergroten: Met een vinger kort na elkaar tweemaal aantippen.
  • Pagina 206 MBUX multimediasysteem 203 Op de touchpad drukken. Haptische bedieningsfeedback voor de touch‐ pad in- of uitschakelen Tekens invoeren: Een teken via het toetsen‐ Multimediasysteem: bord invoeren. © Instellingen Systeem Bedieningselem. Een teken op de touchpad schrijven. De functie biedt ondersteuning bij het invoeren Digitale kaart verschuiven: In alle richtin‐...
  • Pagina 207 204 MBUX multimediasysteem Toepassingen Geluid in- of uitschakelen Toepassingen oproepen Met het multifunctioneel stuurwiel Via de toetsen op de werkbalk % Telefoon oproepen z Navigatie of kaart oproepen | Door herhaaldelijk drukken de gewen‐ ste audiobron oproepen Uitschakelen: De toets indrukken.
  • Pagina 208 MBUX multimediasysteem 205 Volume instellen Profielen Overzicht profielen Met het multifunctioneel stuurwiel Via het multimediasysteem kunnen in het voer‐ tuig maximaal zeven profielen worden aange‐ maakt. Profielen opslaan voor uw persoonlijke voertuig‐ instellingen en instellingen van het multimedia‐ systeem. Als het voertuig door meerdere bestuurders wordt gebruikt, kan de bestuurder zijn profiel vóór de rit selecteren, zonder dat de instellingen van andere bestuurders worden gewijzigd.
  • Pagina 209 206 MBUX multimediasysteem Adviezen Gereed selecteren. Het gebruikersprofiel wordt aangemaakt. Overzicht suggesties Profielopties selecteren Het voertuig kan de gebruiksgewoonten van de Multimediasysteem: chauffeur leren. Op basis van de geleerde gewoontes worden onder ADVIEZEN de meest © f Profielen waarschijnlijke bestemmingen in het navigatiesys‐ Voor een profiel Ä...
  • Pagina 210 MBUX multimediasysteem 207 Instellingen Adviezen selecteren. Omhoogvegen, tot het menu ADVIEZEN wordt Weergave suggesties in- en uitschakelen: weergegeven. Bestemmingsadviezen toestaan, Muziekadvie- Een advies markeren en zo lang ingedrukt zen toestaan Contactadviezen toestaan houden, tot het menu OPTIES verschijnt. of uitschakelen. Wissen selecteren.
  • Pagina 211 208 MBUX multimediasysteem Favorieten verschuiven Favoriet aanmaken selecteren. De categorieën worden weergegeven. Favorieten in het menu Favorieten verschui‐ De categorie selecteren. De favorieten worden weergegeven. © op het mediadisplay aantippen. Een favoriet selecteren. Het homescreen wordt weergegeven. De favoriet wordt op de volgende vrije positie Omhoogvegen, tot FAVORIETEN wordt weer‐...
  • Pagina 212 MBUX multimediasysteem 209 Bijvoorbeeld deze soorten berichten zijn beschik‐ Voorbeelden van acties zijn: baar: Voorlezen Navigeerbare bestemmingen en routes Opbellen Berichten (SMS) Beantwoorden Systeeminformatie, bijvoorbeeld software- Website oproepen update beschikbaar Navigeren Overige berichten, bijvoorbeeld van andere te Enkele berichten, bijvoorbeeld een bestemming in boeken online-services het navigatiesysteem, worden langer bewaard.
  • Pagina 213 210 MBUX multimediasysteem Instellingen uitvoeren: Z selecteren. categorie selecteren. Wanneer u een zoekresul‐ taat selecteert, wordt het detailoverzicht Wanneer geen instellingen kunnen worden geopend. In het detailoverzicht kunt u selecteren, uitgevoerd, verschijnt een melding. of en welke actie u met het betreffende zoekre‐ De instelling in- of uitschakelen.
  • Pagina 214 MBUX multimediasysteem 211 Actie starten: Een actie selecteren. Op de Touch-Control vindt de tekeninvoer plaats Na het selecteren van een actie wordt bijvoor‐ door cursorbediening. beeld een muziektitel afgespeeld of de route De tekeninvoer kan met het ene bedieningsele‐ naar een bestemming berekend. ment worden gestart en met een ander worden voortgezet.
  • Pagina 215 212 MBUX multimediasysteem Een tekentoets aantippen. Door aanraken en vasthouden wordt de Het teken wordt in de invoerregel inge‐ invoer gewist voerd. Adviezen worden in weergeven. Invoer overnemen Advies selecteren: Een van de adviezen Naar handschriftinvoer wisselen selecteren. Spaties invoeren Indien beschikbaar verdere suggesties met Toetsenbordtaal veranderen q of r weergeven.
  • Pagina 216 MBUX multimediasysteem 213 Advies selecteren: Een van de adviezen Tijd en datum selecteren. Tijd en datum automatisch instellen Indien beschikbaar verdere suggesties met Multimediasysteem: q of r weergeven. © Systeem Tijd en datum Het invoeren van tekens voortzetten. De Handmatige tijdsinstelling uitschakelen ª.
  • Pagina 217 214 MBUX multimediasysteem Multimediasysteem: beteren en voor een natuurlijk stemgeluid te zor‐ gen. © Instellingen Systeem De functie in- of uitschakelen. Tijd en datum Intensiteit van de spraakversterking in het Tijd instellen (zonder tijdzone) interieur instellen Tijd instellen selecteren. Spraakversterking - intensiteit selecteren.
  • Pagina 218 MBUX multimediasysteem 215 Wi-Fi instellen ® Internetverbinding via Bluetooth is niet in alle landen beschikbaar. Voorwaarden Het te verbinden apparaat moet een van de ® Bluetooth in- en uitschakelen drie beschreven verbindingssoorten onder‐ Multimediasysteem: steunen. © Instellingen Systeem Wi-Fi & Bluetooth Multimediasysteem: ©...
  • Pagina 219 216 MBUX multimediasysteem De invoer met ¡ bevestigen. Apparaat met hotspot in de auto verbinden selecteren. De verbindingssoort via een beveiligingssleu‐ tel ondersteunt alle apparatuur. Via WPS PIN Generatie verbinden Via WPS-PIN verbinden Via WPS PIN Generatie verbinden selecteren. De opties r van het gewenste Wi-Fi-net‐ De pincode die op het mediadisplay wordt weergegeven, op het te verbinden apparaat werk selecteren.
  • Pagina 220 MBUX multimediasysteem 217 legd. De taalselectie is van invloed op de moge‐ Mercedes-Benz is niet aansprakelijk voor lijkheden voor de tekeninformatie. Niet alle talen eventueel verlies van gegevens. worden ondersteund voor de gesproken rij-aan‐ wijzingen. Als een taal niet wordt ondersteund,...
  • Pagina 221 De functie in- of uitschakelen. Uw multimediasysteem en de communicatie‐ module worden op de nieuwste stand Pincode deblokkeren gebracht. Een Mercedes-Benz servicewerkplaats opzoe‐ Meer informatie over de software-updates onder ken en de pinbeveiliging laten terugzetten. https://www.mercedes.me Meer informatie over Mercedes me en Mercedes...
  • Pagina 222 Als u uw pincode vergeten bent, kunt u de geïnformeerd. pinbeveiliging door een Mercedes-Benz-ser‐ Het voertuig op een veilige en geschikte vicewerkplaats laten deactiveren. plaats parkeren voordat u met de installatie Er verschijnt opnieuw een vraag of het terugzet‐...
  • Pagina 223 220 MBUX multimediasysteem Voertuiginformatie Voertuiggegevens weergeven Multimediasysteem: © Info Voertuig selecteren. De voertuiggegevens worden weergegeven. Verbruiksindicatie oproepen Multimediasysteem: © Info Verbruik selecteren. Er wordt een weergave met de actuele en gemiddelde verbruikswaarden getoond. Navigatie Navigatie inschakelen Multimediasysteem: © Navigation (Navigatie) Alternatief: De toets ß...
  • Pagina 224 MBUX multimediasysteem 221 Overzicht navigatie U kunt driewoordenadressen invoeren in het Digitale kaart met menu navigatie (voorbeeld) online zoeken ( pagina 225). De optie is Speciale bestemming of adres invoeren en niet in alle landen beschikbaar. verdere bestemmingsinvoermogelijkheden Bestemmingsgeleiding afbreken (indien rou‐ tebegeleiding actief) Bestemmingsinvoer Gesproken rij-aanwijzing herhalen en gespro‐...
  • Pagina 225 Als u tijdens het rijden in de auto geïnte‐ De dienst is beschikbaar. greerde informatiesystemen en communica‐ De dienst is bij een Mercedes-Benz-service‐ tieapparatuur bedient, kunt u van de ver‐ werkplaats vrijgeschakeld. keerssituatie worden afgeleid. Bovendien kunt u de controle over de auto verliezen.
  • Pagina 226 MBUX multimediasysteem 223 Telefoonnummer, indien beschikbaar voor Het land in de lijst selecteren. de speciale bestemming De bestemming kan worden ingevoerd. Contactnaam Bestemming overnemen Voorbeelden van een snelle adresinvoer: De bestemming in de lijst selecteren. Wanneer u bijvoorbeeld op zoek bent naar Indien de bestemming niet eenduidig is, de de Königsstraße in Stuttgart, kunt u STUT bestemming in de lijst selecteren.
  • Pagina 227 224 MBUX multimediasysteem Naar categorieën of in zoekresultaten fil‐ Multimediasysteem: teren: In het tekstveld ª Zoeken © Navigatie ª Waarheen? zoekterm invoeren. LAATSTE BESTEM. Een speciale bestemming in de lijst selecte‐ De volgende bestemmingen kunnen worden gese‐ ren. lecteerd: De bestemmingsinformatie wordt weergege‐ Bestemmingssuggesties ( pagina 240) ven.
  • Pagina 228 MBUX multimediasysteem 225 Persoonlijke speciale bestemmingencategorie Het contact selecteren. bewerken Het adres selecteren. De bestemmingsinformatie wordt weergege‐ In de lijst een persoonlijke speciale bestem‐ ven. De route kan worden berekend. mingencategorie selecteren s. Een menu verschijnt. De routebegeleiding naar het contactadres is in de volgende gevallen betrouwbaar: Naam wijzigen: Naam wijzigen...
  • Pagina 229 226 MBUX multimediasysteem Ä selecteren. Spec. best. in de omgeving selecteren. De kaart verschijnt. Op het bedieningselement naar links of rechts vegen. De vorige of volgende speciale bestemming wordt op de kaart gemarkeerd. De naam of het adres wordt weergegeven. Het symbool voor speciale bestemming selec‐...
  • Pagina 230 MBUX multimediasysteem 227 Favorieten wissen: Voor een bestemming worden met inachtneming van de afstand en V selecteren. de geschatte oplaadtijden bepaald. De kaart geeft de route weer. Daarna start de Wissen selecteren. routebegeleiding. Een favoriet zo lang ingedrukt houden, tot het ¦...
  • Pagina 231 228 MBUX multimediasysteem Bestemming opslaan Wanneer de actieve actieradiusbewaking een lagere rijsnelheid heeft berekend, kan deze in f selecteren. de snelheidsmeter worden weergegeven. Een optie selecteren. Bij de weergave van de rijsnelheid kunnen De volgende opties staan ter beschikking: afhankelijk van de rijsituatie en rijomstandig‐ heden afwijkingen optreden.
  • Pagina 232 MBUX multimediasysteem 229 Tot de omvang behoren de services "Naviga‐ De categorie Laadstations inschakelen. tie met Electric Intelligence" en "Weergave De laadstations worden op de kaart met de van laadstations". volgende weergaven in de omgeving van de actuele positie van het voertuig aangegeven: Multimediasysteem: Online-laadstations: Blauwe symbolen ©...
  • Pagina 233 230 MBUX multimediasysteem door de betreffende derde aanbieder is Indien noodzakelijk de stekker-ID uit de weer‐ verstrekt. gegeven lijst selecteren. De geselecteerde laadkabelstekker wordt ont‐ De lokale informatie en omstandigheden grendeld. in acht nemen. Het opladen starten. Laadstation selecteren: In de kaart een De start van het opladen wordt weergegeven.
  • Pagina 234 MBUX multimediasysteem 231 De route wordt geoptimaliseerd voor het rij‐ De optie vermijden in- of uitschakelen. den met aanhangwagen met een toegestane Vermijden: De displaytoets is geactiveerd. maximumsnelheid van 80 km/h. De route vermijdt bijvoorbeeld autosnelwe‐ gen. Bij de verschillende routetypes kan gebruik Gebruiken: De displaytoets is uit.
  • Pagina 235 232 MBUX multimediasysteem vignet kan gedurende een bepaalde periode De opties onder de rubriek RIJ-AANWIJZIN- gebruik worden gemaakt van het wegennet. zijn niet in alle landen en in alle talen beschikbaar. Deze route-opties zijn niet in alle landen beschikbaar. Meldingen voor VERKEER selecteren Meldingen selecteren...
  • Pagina 236 MBUX multimediasysteem 233 Een bestemming of tussenbestemming selec‐ Bestemming wissen: Voor een tussenbe‐ teren. stemming of een bestemming V selecte‐ ren. De volgende informatie wordt weergegeven: Wissen selecteren. Resterende afstand De bestemming is gewist. Aankomsttijd Route met tussenbestemmingen berekenen Resterende reistijd Naam, bestemming Voorwaarden De bestemming en ten minste één tussenbe‐...
  • Pagina 237 234 MBUX multimediasysteem Alternatieve route selecteren een woon-werk route bevindt. Deze start automatisch een routebegeleiding zonder Voorwaarden gesproken aanwijzingen. De optie Alternatieve route voorstellen Voor de dagelijkse woon-werk route worden ingeschakeld ( pagina 230). ook tijdens het rijden zonder actieve routebe‐ Multimediasysteem: geleiding verkeerssituaties op de route gemeld.
  • Pagina 238 MBUX multimediasysteem 235 Opgeslagen route starten Opgeslagen route bewerken Voorwaarden Voorwaarden Een usb-apparaat met opgeslagen routes is Een usb-apparaat met opgeslagen routes is met het multimediasysteem verbonden. met het multimediasysteem verbonden pagina 270). De route is opgeslagen in het bestandsfor‐ maat GPS Exchange Format (.gpx) in de map Multimediasysteem: "Routes".
  • Pagina 239 236 MBUX multimediasysteem Rij-aanwijzingen zijn: Gesproken rij-aanwijzingen Routebegeleidingsweergaven Rijstrookadviezen Als u de rij-aanwijzingen niet opvolgt of de bere‐ kende route verlaat, wordt automatisch een nieuwe route berekend. Rij-aanwijzingen kunnen van de daadwerkelijke verkeerssituatie afwijken: 3D-beeld van de eerstvolgende rijmanoeuvre Het traject is gewijzigd. (bijvoorbeeld) Rijmanoeuvre De richting van een eenrichtingsstraat is...
  • Pagina 240 MBUX multimediasysteem 237 ele positie van het voertuig het manoeu‐ Snelweginformatie gebruiken vreerpunt heeft bereikt. Voorwaarden Wanneer de rijmanoeuvre is beëindigd, ver‐ De optie Snelweginformatie is ingeschakeld schijnt de kaart weer in de volledige scherm‐ pagina 246). weergave. Rijmanoeuvres worden ook in het instrumen‐ tendisplay weergegeven.
  • Pagina 241 238 MBUX multimediasysteem Snelle toegang voor bestemming, alternatieve In het zoekvenster een zoekterm invoeren en de lijst filteren. routes en speciale bestemmingen gebruiken Een speciale bestemming in de lijst selecte‐ Voorwaarden ren. De categorieën van speciale bestemmingen De bestemmingsinformatie wordt weergege‐ voor de snelle toegang zijn geconfigureerd ven.
  • Pagina 242 MBUX multimediasysteem 239 Deze functie kan in de favorieten binnen de Navigatie- en verkeersinformatie selecteren. categorie navigatie worden toegevoegd en Rij-aanwijzingen tijdens telefoongesprek worden opgeroepen. of uitschakelen. Wanneer de optie is ingeschakeld, is de dis‐ Bestemmingsgeleiding afbreken playtoets geactiveerd. Voorwaarden Menu verlaten: q selecteren.
  • Pagina 243 Externe bestemmingen en routes gebruiken Laatste bestemmingen bewerken Externe bestemmingen en routes kunnen bijvoor‐ Voorwaarden beeld door Mercedes-Benz Apps worden ontvan‐ Voor de bewerking van bestemmingssugges‐ gen. ties: De optie Bestemmingsadviezen toestaan Er wordt een vraag weergegeven op het display is ingeschakeld ( pagina 206).
  • Pagina 244 Routebegeleiding starten vanaf begin route U deactiveert de dienst op Mercedes me con‐ Routebegeleiding starten vanaf act. positie nect. selecteren. U laat de dienst bij een Mercedes-Benz-ser‐ De routebegeleiding begint bij de geselec‐ vicewerkplaats deactiveren. teerde positie. Wetenswaardigheden via FM RDS-TMC: Een FM RDS-TMC-radiozender zendt naast Routebegeleiding met actuele verkeersinfor‐...
  • Pagina 245 Naast de route zijn deze grijs. Het voertuig met het voertuigidentificatie‐ nummer (VIN) aanmaken. Waarschuwingsmeldingsymbolen: Registratie bij de Mercedes-Benz-service‐ Symbool d werkplaats: De koppeling bij een Mercedes- Verkeersveiligheidsaanwijzingen, bijvoor‐ Benz-servicewerkplaats laten uitvoeren. beeld bij het naderen van een file Abonnement op Live Traffic Information ver‐...
  • Pagina 246 MBUX multimediasysteem 243 Op de route: gekleurd Verkeersincidenten, vrij baan en verkeersver‐ traging inschakelen Naast de route: grijs Aanvullend selecteren. Oorzaak Weergave selecteren. Stratensymbool (verkeersincident op de route) Kaartelementen selecteren. Afstand vanaf de actuele positie van het In de rubriek VERKEER de records Verkeersin-...
  • Pagina 247 Voor het gebruik van Car-to-X-Communication is Kaart en kompas het noodzakelijk dat er regelmatig voertuiggege‐ vens naar Mercedes-Benz AG worden verzonden. Schaal instellen De gegevens worden door Mercedes-Benz AG Multimediasysteem: direct geanonimiseerd. De voertuiggegevens wor‐ ©...
  • Pagina 248 MBUX multimediasysteem 245 Op het mediadisplay twee vingers naar elkaar De volgende opties staan ter beschikking: toe bewegen. Optie Rijrichting: De kaart is in 2D en De maateenheid voor de schaal kan worden in rijrichting georiënteerd. ingesteld ( pagina 217). Optie 2D Noorden boven: De kaart is in...
  • Pagina 249 246 MBUX multimediasysteem Alles weergeven in- of uitschakelen. De volgende opties staan ter beschikking: Als de optie ingeschakeld is, worden de sym‐ Optie Huidige straat bolen voor speciale bestemmingen van alle De weg waarop wordt gereden wordt in de categorieën op de kaart weergegeven. voetregel weergegeven.
  • Pagina 250 Het bedieningselement aantippen of hierop Informatie over nieuwe versies van de digitale drukken. kaart is verkrijgbaar bij een Mercedes-Benz- servicewerkplaats. Gebied voor de route in acht nemen: Een gebied in de lijst selecteren. Overzicht voor de route te vermijden gebied Gebied vermijden inschakelen.
  • Pagina 251 De vrijschakelcode is voor één voertuig bruik‐ Overzicht actualisering van de kaartgegevens baar. Actualisering in de Mercedes-Benz-service‐ De vrijschakelcode is niet overdraagbaar. werkplaats laten uitvoeren De vrijschakelcode is zescijferig. Net zoals conventionele autokaarten verouderen de digitale kaartgegevens. Een optimale routebe‐...
  • Pagina 252 U hebt een gebruikersaccount voor Mercedes die door de betreffende dienstenaanbieder is me connect. verstrekt. De dienst is beschikbaar. Mercedes-Benz aanvaardt geen garantie voor De dienst is vrijgeschakeld. de juistheid van de verstrekte informatie met betrekking tot de parkeergarage of de par‐ Multimediasysteem: keerplek.
  • Pagina 253 250 MBUX multimediasysteem Voorwaarden Parkeermogelijkheden in de kaart weergeven De service navigatieservices is in Mercedes Voorwaarden me connect beschikbaar, geboekt en geacti‐ De service navigatieservices is in Mercedes veerd. me connect beschikbaar, geboekt en geacti‐ Tot de omvang van de navigatieservices veerd.
  • Pagina 254 MBUX multimediasysteem 251 Telefoon Telefonie Overzicht telefoonmenu Overzicht telefoonfuncties ® Bluetooth -apparaatnaam van de momenteel verbonden mobiele telefoon(s) De volgende telefoonfuncties staan ter beschik‐ ® king: Bluetooth -apparaatnaam van de momenteel verbonden mobiele telefoon(s) (tweede tele‐ ® Een mobiele telefoon is via Bluetooth foonfunctie) het multimediasysteem verbonden Batterijstatus van de verbonden mobiele tele‐...
  • Pagina 255 Meer informatie is verkrijgbaar bij een Mercedes- Bij oudere mobiele telefoons voor de autori‐ Benz-servicewerkplaats of onder: https:// satie een 1- tot 16-cijferige nummercode op www.mercedes-benz-mobile.com/ de mobiele telefoon en op het multimediasys‐ Informatie over telefonie teem invoeren. In de volgende situaties kunnen gesprekken tij‐...
  • Pagina 256 MBUX multimediasysteem 253 Tweede mobiele telefoon aanmelden (tweede Eén functie is actief: In de regel van een mobiele telefoon het gekleurde symbool telefoonfunctie) selecteren. Voorwaarden De mobiele telefoon wordt losgekoppeld van Er is al ten minste één mobiele telefoon via het multimediasysteem.
  • Pagina 257 Volume selecteren. Gesprekken Ontvangstvolume Zendvolume instellen. Telefoneren Multimediasysteem: Meer over het geadviseerde ontvangst- en zend‐ © Telefoon volume: ://www.mercedes-benz-mobile.com/ Beltoon instellen Bellen via nummerinvoer Multimediasysteem: _ selecteren. © Telefoon <Apparaatnaam> Een nummer invoeren. R selecteren. Beltonen selecteren. Het gesprek wordt tot stand gebracht.
  • Pagina 258 MBUX multimediasysteem 255 Als u bij het gebruik van twee telefoons tij‐ Naar telefoon omschakelen (gesprek wordt vanuit de handsfree-modus aan de dens een gesprek een oproep op de andere telefoon doorgegeven) mobiele telefoon beantwoordt, wordt het bestaande gesprek beëindigd. Een functie selecteren.
  • Pagina 259 256 MBUX multimediasysteem Handmatig Overzicht voor het importeren van contacten Contacten automatisch synchroniseren uit‐ Contacten uit verschillende bronnen schakelen: De displaytoets deactiveren. Bron Voorwaarden Contacten synchroniseren selecteren. ò Usb-apparaat Het usb-apparaat is Contact oproepen op de usb-aansluiting Multimediasysteem: aangesloten. © Telefoon ®...
  • Pagina 260 MBUX multimediasysteem 257 Overige opties in het contacten-menu selecte‐ Algemeen selecteren. Contacten wissen selecteren. Multimediasysteem: Een optie selecteren. © Telefoon een contact wissen In de regel van het contact r selecteren. g selecteren. Ä selecteren. In de regel van het contact r selecteren. Afhankelijk van de opgeslagen gegevens zijn de Ä...
  • Pagina 261 ® steunde functies van voor Bluetooth geschikte mobiele telefoons is verkrijgbaar bij een Een item selecteren. Mercedes-Benz-servicewerkplaats of via: Het gesprek wordt tot stand gebracht. https://www.mercedes-benz-mobile.com/ Overige opties oproepen in de oproeplijst Bij sommige mobiele telefoons zijn na de verbin‐...
  • Pagina 262 MBUX multimediasysteem 259 Bericht lezen Telefoonnummer of URL uit een sms gebrui‐ Multimediasysteem: © Telefoon <Apparaatnaam> Voorwaarden Voor het oproepen van een URL is een inter‐ netverbinding beschikbaar. Voorleesfunctie gebruiken Multimediasysteem: Een contact selecteren. © Telefoon <Apparaatnaam> Voorlezen ¬selecteren. Het bericht wordt voorgelezen. Er wordt een berichtenlijst weergegeven.
  • Pagina 263 260 MBUX multimediasysteem Bij het gebruik van het multimediasysteem de Multimediasysteem: wettelijke bepalingen in acht nemen van het land © Mercedes me & Apps waar u zich op dat moment bevindt. Smartphone Apple CarPlay ® ® Met Apple CarPlay kunnen iPhone -functies via Apple CarPlay starten het multimediasysteem worden gebruikt.
  • Pagina 264 MBUX multimediasysteem 261 Mercedes-Benz adviseert de verbinding via begeleiding wordt gestart terwijl er op het multi‐ de aansluitkabel alleen te verbreken als het mediasysteem een routebegeleiding actief is, voertuig stilstaat. wordt deze beëindigd. Mobiele telefoon via Android Auto aanmelden Android Auto...
  • Pagina 265 De verbinding via de aansluitkabel tussen de (als bijvoorbeeld in een tunnel wordt gereden). mobiele telefoon en het multimediasysteem verbreken. Mercedes-Benz adviseert de verbinding via de Online- en internetfuncties aansluitkabel alleen te verbreken als het voer‐ Internetverbinding tuig stilstaat.
  • Pagina 266 ( pagina 263). municatieapparatuur tijdens het rijden Bij een Mercedes-Benz-servicewerkplaats navra‐ Mobiele communicatieapparatuur leidt de gen of het in uw land mogelijk is om een databun‐ bestuurder af van de verkeerssituatie. Boven‐...
  • Pagina 267 Als alternatief kan de internetverbinding handma‐ bonden is, wordt de internetverbinding opge‐ tig worden ingesteld. bouwd bij gebruik van een internettoepas‐ Meer informatie is verkrijgbaar op https:// sing. www.mercedes-benz-mobile.com/ of bij een Mercedes-Benz servicewerkplaats. Automatisch verbreken van de internetverbin‐ ding zonder communicatiemodule instellen Multimediasysteem: Multimediasysteem: ©...
  • Pagina 268 MBUX multimediasysteem 265 Webbrowser De volgende opties staan ter beschikking: 5 minuten Website oproepen 10 minuten & WAARSCHUWING Gevaar voor afleiding 20 minuten door informatiesystemen en communica‐ Onbegrensd tieapparatuur Een optie selecteren. Als u tijdens het rijden in de auto geïnte‐ greerde informatiesystemen en communica‐...
  • Pagina 269 266 MBUX multimediasysteem Overzicht webbrowser Een functie inschakelen: De displaytoets URL-invoerveld activeren. Favorieten Een functie uitschakelen: De displaytoets Website achteruit deactiveren. Website vooruit Actualiseren/afbreken Internetgeschiedenis wissen Opties Multimediasysteem: © Mercedes me & Apps Webbrowseropties oproepen z Browser Multimediasysteem: Browsergegevens wissen ©...
  • Pagina 270 Een nieuwe databundel kan via de Mercedes me-Portal rechtstreeks bij een provider van het mobiele netwerk tegen betaling worden aangeschaft. De functies en diensten zijn afhankelijk van het betreffende land. Voor meer informatie contact opnemen met een Mercedes-Benz- servicewerkplaats. Multimediasysteem: © Radio TuneIn Radio selecteren.
  • Pagina 271 268 MBUX multimediasysteem Overzicht TuneIn Radio ß selecteren. Extra informatie van de actuele zender De favorietenlijst met alle opgeslagen zenders Weergave indien met privé gebruikersaccount verschijnt. verbonden Aan favorieten toevoegen selecteren. Gegevensoverdrachtsnelheid Opties Favorieten Een account bij de online-aanbieder aanma‐ Starten/stoppen ken en vervolgens bij het multimediasysteem aanmelden.
  • Pagina 272 MBUX multimediasysteem 269 Zenderlijst van de laatst geselecteerde cate‐ Informatie over auteursrecht en merksymbo‐ gorie oproepen Multimediasysteem: Audiobestanden die u zelf kunt converteren voor weergave of die u rechtstreeks afspeelt, vallen © Radio TuneIn Radio onder het auteursrecht. In veel landen mogen Op het logo van de actuele zender drukken.
  • Pagina 273 270 MBUX multimediasysteem Overzicht menu Media Vorige titel of snel terugspoelen Volgende titel of snel vooruitspoelen Albumcover Actieve mediabron Titel en artiest Actueel titelnummer/titel in weergavelijst en actieve gegevensdrager Herhaling Instellingen Overige opties Weergave regelen Tijdbalk Categorieën Zoeken De multimedia-aansluiteenheid bevindt zich in het Randomweergave opbergvak van de middenconsole en beschikt over twee usb-aansluitingen van het type C.
  • Pagina 274 MBUX multimediasysteem 271 Titel herhalen: : selecteren. ® Bluetooth audioapparatuur zoeken en autori‐ seren Voor het herhalen bestaan de volgende instel‐ lingen: Voorwaarden Eenmaal selecteren: De actieve playlist Op het multimediasysteem en op de audioap‐ wordt herhaald. ® paratuur is Bluetooth ingeschakeld.
  • Pagina 275 272 MBUX multimediasysteem categorieën zijn afhankelijk van het verbonden Resultaten alfabetisch sorteren: Sorteren apparaat en bestandsformaat. van A-Z selecteren. Resultaten omgekeerd alfabetisch sorte‐ ® Beschikbare categorieën bij Bluetooth audioap‐ ren: Sorteren van Z-A selecteren. paratuur: De beschikbare opties zijn afhankelijk van de Actuele titellijst geselecteerde categorie en het verbonden De mappen en categorieën van het verbon‐...
  • Pagina 276 MBUX multimediasysteem 273 Overzicht radio Radiozender via zendernaam of directe fre‐ Actieve frequentieband quentie-invoer zoeken Zendernaam of ingestelde frequentie Artiest, titel, album en radiotekst Multimediasysteem: Opties © Radio Volledig scherm/DAB Slideshow 4 selecteren. Geluidsuitschakelfunctie è selecteren. Zenderlijst Een zendernaam of een frequentie invoeren. Zoeken Een zender selecteren.
  • Pagina 277 274 MBUX multimediasysteem Zendergeheugen bewerken Volumeverhog. verkeersinfo selecteren. Een waarde instellen. Multimediasysteem: De waarde overnemen met q. © Radio Zender verschuiven: Radiotekst weergeven Een opgeslagen zender lang indrukken. Multimediasysteem: Verplaatsen selecteren. © Radio Algemeen De zender op de nieuwe plaats schuiven. Radiotekstinformatie weergeven in- of uit‐...
  • Pagina 278 MBUX multimediasysteem 275 ® Burmester surround sound system ® Informatie over het Burmester surround sound system Het Burmester ® -surround sound system beschikt over een totaalvermogen van 590 watt en is uit‐ gerust met 13 luidsprekers. Het is beschikbaar voor alle radio- en mediafuncties. ®...
  • Pagina 279 276 Vervoeren Aanwijzingen met betrekking tot beladings‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel richtlijnen door niet geschikte opstaphulpen Als u openingen in de carrosserie of aan‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel bouwdelen als trede gebruikt, kunt u: door onbeveiligde voorwerpen in het wegglijden en/of vallen.
  • Pagina 280 Vervoeren 277 Na het beladen In de volgende gevallen geen transporthulpmid‐ delen en sjormiddelen gebruiken: Na het beladen van het voertuig het volgende in bij ontbrekende of onleesbare keurmerken acht nemen: bij garenbreuken of beschadigingen aan dra‐ Vóór iedere rit en met regelmatige intervallen gende naden of andere sporen van scheurvor‐...
  • Pagina 281 278 Vervoeren De lading achter stoelen vervoeren die niet noeuvres, noodstops en slechte weggedeel‐ bezet zijn. ten. Als de achterbank niet bezet is, de gordelslot‐ De ladingverankering voldoet aan de geldende tongen van de veiligheidsgordels kruiselings eisen en regels van de techniek voor lading‐ in het tegenoverliggende gordelslot steken.
  • Pagina 282 Vervoeren 279 Aanwijzing met betrekking tot de sjorpunten Overzicht sjorpunten en sjorogen op de laadruimtebodem voor de Tourer (voertuigklasse M1) Variabele sjorpunten in de geleiderails (voor‐ beeld) Sjorhoeken voor een optimale ladingverankering Geleiderail (voorbeeld) Sjoroog d Loodrecht ten opzichte van de laadruimtebo‐ Aan sjorpunten, sjorogen en sjormiddelen geen veranderingen of reparaties doorvoeren.
  • Pagina 283 280 Vervoeren Hierdoor is het sjoroog ook beveiligd tegen onbedoeld losraken, bijvoorbeeld als op het sjoroog wordt gestaan. Het sjoroog op vastzitten controleren. Het sjoroog kan niet worden verschoven. Verwijderen De metalen ring parallel aan de lengteas van het sjoroog draaien.
  • Pagina 284 Vervoeren 281 Het veiligheidsnet kan schuin achter de voorstoe‐ De sjorogen op vastzitten controleren. len of achter de eerste rij zitplaatsen achter wor‐ De sjorogen kunnen niet verschuiven. den ingebouwd. De spanbanden van het scheidingsnet De aanwijzingen met betrekking tot de lading‐ straktrekken.
  • Pagina 285 282 Vervoeren Opbergvakken openen omvallen of rondslingeren en daardoor inzit‐ tenden raken. Dat geldt ook voor: Bagage of lading Uitgebouwde stoelen, die bij uitzondering in het voertuig worden vervoerd. Er bestaat gevaar voor letsel, in het bijzonder bij remmanoeuvres of abrupte veranderingen van richting! Voorwerpen altijd zodanig opbergen, dat ze niet kunnen rondslingeren.
  • Pagina 286 Vervoeren 283 De handgreep in de richting van de pijl Laadruimtescheiding aanbrengen trekken. De laadruimtescheiding is ontgrendeld. De laadruimtescheiding opklappen. Erop letten dat de laadruimtescheiding tijdens het rijden altijd omlaag is geklapt. Laadruimtescheiding omlaagklappen Indien mogelijk de laadruimtescheiding samen met iemand anders aanbrengen. De laadruimtescheiding omlaagklappen, De laadruimtescheiding...
  • Pagina 287 284 Vervoeren * AANWIJZING Beschadiging door over‐ schrijden van de maximaal toegestane dakbelasting Wanneer het gewicht van de dakbagage inclu‐ sief de imperial de maximaal toegestane dak‐ belasting overschrijdt, kan het voertuig beschadigd raken. De maximaal toegestane dakbelasting niet overschrijden. De steunvoeten van de imperial moeten op een gelijkmatige afstand van elkaar zijn aangebracht.
  • Pagina 288 % indrukken. Alleen geschoold personeel mag deze werkzaam‐ heden uitvoeren. Het onderhoudsboekje van het voertuig beschrijft de omvang en de regelmaat van de onderhouds‐ werkzaamheden en bevat bovendien aanwijzingen met betrekking tot de aansprakelijkheid voor gebreken. Informatie over de voor Mercedes-Benz...
  • Pagina 289 286 Onderhoud en verzorging Informatie over regelmatige onderhoudswerk‐ Bij een zwaardere belasting moeten de banden vaker worden gecontroleerd. Meer informatie is zaamheden verkrijgbaar bij een gekwalificeerde werkplaats. * AANWIJZING Voortijdige slijtage door niet aanhouden van de onderhoudster‐ Standtijd met accukabels losgemaakt mijn Het ASSYST PLUS houdt alleen rekening met de Niet tijdig of onvolledig uitgevoerde onder‐...
  • Pagina 290 Onderhoud en verzorging 287 Motorkap openen De oververhitte onderdelen laten afkoe‐ len alvorens de motorkap te openen. Bij brand in de motorruimte de motor‐ kap gesloten houden en contact opne‐ men met de brandweer. & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door bewegende delen Componenten in de motorruimte kunnen ook bij uitgeschakeld contact blijven werken of plotseling in werking treden.
  • Pagina 291 288 Onderhoud en verzorging Motorkap sluiten tale ondergrond staat en het aandrijfsysteem is afgekoeld. De koelvloeistoftemperatuur moet lager dan 50 °C zijn. * AANWIJZING Beschadiging van de motorkap door het dichtdrukken met de & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ handen wonden door hete onderdelen in de Wanneer u de motorkap met beide handen motorruimte dichtdrukt kan de kap beschadigd raken.
  • Pagina 292 Afsluitdop koelvloeistofexpansiereservoir Koelvloeistof bijvullen Om schade in het aandrijfkoelsysteem te voorko‐ * AANWIJZING Beschadigingen aan de men, alleen een voor Mercedes-Benz goedge‐ exterieurverlichting door ongeschikt rui‐ keurde koelvloeistof gebruiken. treinigingsmiddel De informatie over koelvloeistof in acht Ongeschikte ruitreinigingsmiddelen kunnen nemen ( pagina 326).
  • Pagina 293 290 Onderhoud en verzorging Ruitensproeiervloeistof bijvullen * AANWIJZING Beschadigingen als gevolg van ongeschikte wasstraat Voor het inrijden van een wasstraat con‐ troleren of de wasstraat geschikt is voor de afmetingen van de auto. Erop letten dat er voldoende bodemvrij‐ heid tussen de bodemplaat en de gelei‐ derails van de wasstraat aanwezig is.
  • Pagina 294 Elektrische onderdelen autospons wassen. Het voertuig daarbij niet Stekkers aan directe zonnestraling blootstellen. Achteruitrijcamera Een mild reinigingsmiddel gebruiken, bijvoor‐ beeld een voor Mercedes-Benz goedgekeurde Aandrijflijn autoshampoo. Afdichtingen Het voertuig voorzichtig met water afspoelen Slangen en met een zeem afdrogen. De waterstraal niet direct op de luchtinlaatroosters richten.
  • Pagina 295 Remvloeistof: Met water afwassen. Teerspatten: Teerverwijderingsmid‐ del gebruiken. Wax: Siliconenverwijderaar gebrui‐ ken. Matte lak Alleen voor Mercedes-Benz goedge‐ Het voertuig en de lichtmetalen vel‐ keurde verzorgingsmiddelen gebrui‐ gen niet poetsen. ken. In wasstraten geen wasprogramma's met een aansluitende behandeling met hete wax gebruiken.
  • Pagina 296 Ruiten De ruiten aan de binnen- en buitenzijde Voor het reinigen van de binnenzijde met een vochtige doek en een voor geen droge doeken, schuurmiddelen of Mercedes-Benz geadviseerd reinigings‐ oplosmiddelen bevattende reinigings‐ middel reinigen. middelen gebruiken. Ruitenwis‐ De weggeklapte ruitenwisserbladen met De ruitenwisserbladen niet te vaak reini‐...
  • Pagina 297 Interieurhe‐ Met een zachte borstel of droogsham‐ poo reinigen. Vloerbedek‐ Voor Mercedes-Benz geadviseerd tapijt- king en textielreinigingsmiddel gebruiken. Stoelhoezen Met een vochtige doek reinigen en Geen microvezeldoek gebruiken. van echt met een droge doek nawissen.
  • Pagina 298 Vermijden van voertuigschade niging en verzorging Stoelhoezen Met een vochtige doek en een 1%-zeep‐ Geen microvezeldoek gebruiken. van kunstle‐ oplossing reinigen. Door Mercedes-Benz geadviseerde reini‐ gings- en onderhoudsmiddelen gebrui‐ ken. Stuurwiel Met een vochtige doek reinigen. en versnel‐ Voertuigen met lederuitvoering: Voor lings- of keu‐...
  • Pagina 299 296 Pechhulp Gevarendriehoek opklappen Noodgeval Veiligheidsvest uitnemen Het veiligheidsvest bevindt zich in het deurop‐ bergvak van de chauffeursdeur. Het veiligheidsvest uit het deuropbergvak nemen. In het deuropbergvak van de bijrijdersdeur kunnen eveneens veiligheidsvesten worden opgeborgen. De reflectoren aan de zijkant tot een drie‐...
  • Pagina 300 Tijdens een actieve noodoproep verschijnt op het De wettelijke bepalingen in acht nemen van het display G. land waarin u zich bevindt. Informatie over de regionale beschikbaarheid van het Mercedes-Benz noodoproepsysteem is ver‐ krijgbaar op: https://www.mercedes-benz- Mercedes-Benz noodoproepsysteem mobile.com/extra/ecall/ Informatie over het Mercedes-Benz noodop‐...
  • Pagina 301 Via de spraakbediening: De gesproken Bij een automatische of een handmatige noodop‐ opdracht "Bel de Mercedes-Benz alarmcen- roep en bij een 112 noodoproep worden gege‐ trale" van de LINGUATRONIC gebruiken vens doorgegeven aan de Mercedes-Benz alarm‐ pagina 191). centrale of de openbare alarmcentrale.
  • Pagina 302 Een sticker met het telefoonnummer van de pagina 152) Mercedes-Benz Service24h vindt u bijvoorbeeld Mercedes-Benz adviseert in verband met de vei‐ op de B-stijl aan chauffeurszijde. ligheid alleen accu's te gebruiken die door Bij voertuigen met reservewiel vindt u onder Mercedes-Benz voor uw voertuig zijn getest en "Banden en velgen"...
  • Pagina 303 300 Pechhulp Vuur, open licht en roken zijn bij het & WAARSCHUWING Explosiegevaar door werken met de accu verboden. Vonk‐ elektrostatische oplading vorming voorkomen. Door elektrostatische oplading kan het licht explosieve gasmengsel van een accu ontste‐ Elektrolyt of accuzuur is agressief. ken.
  • Pagina 304 Aan- of wegslepen hoogspanningsaccu te laden. Toegestane sleepmethoden Explosiegevaar Mercedes-Benz adviseert om het voertuig bij pech te transporteren in plaats van te slepen. Gebruik voor het slepen met beide assen op de grond een sleepkabel of een sleepstang. Vuur, open licht en roken zijn bij het werken met de accu verboden.
  • Pagina 305 302 Pechhulp & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ * AANWIJZING Beschadiging door te hoge len door beperkte veiligheidsrelevante trekkrachten functies bij het slepen Door abrupt wegrijden kunnen te hoge trek‐ Veiligheidsrelevante functies zijn in de vol‐ krachten de voertuigen beschadigen. gende situaties beperkt of niet meer beschik‐ Zo recht mogelijk, langzaam en niet baar: abrupt wegrijden.
  • Pagina 306 Pechhulp 303 bij het slepen * AANWIJZING Schade aan de aandrijflijn door ongeoorloofd slepen in de wasstraat Achteruit slepen van het voertuig is niet toe‐ gestaan, omdat daardoor de aandrijflijn kan * AANWIJZING Schade aan de transmissie worden beschadigd. tijdens het slepen door inschakelen van de transmissiestand j Het voertuig alleen vooruit slepen.
  • Pagina 307 304 Pechhulp De aanwijzingen met betrekking tot de toege‐ * AANWIJZING Voertuigschade door stane sleepmethoden in acht nemen onjuist slepen pagina 301). De aanwijzingen en instructies met Het sleepoog aanbrengen ( pagina 305). betrekking tot de toegestane sleepme‐ De sleepkabel of -stang bevestigen. thoden in acht nemen.
  • Pagina 308 Pechhulp 305 Het sleepoog en de schroevendraaier uit het boordgereedschap nemen ( pagina 306). Aanbrengen Op de pijl op de afdekking drukken en de afdekking van de opening verwijderen. De inschroefopening voor het sleepoog is zichtbaar. Het sleepoog rechtsom tot de aanslag erin draaien.
  • Pagina 309 Als het aandrijfsysteem niet start, het voer‐ lificeerde werkplaats. tuig naar een gekwalificeerde werkplaats laten transporteren, bijvoorbeeld een Opbergvak achterin Mercedes-Benz servicewerkplaats. Het aandrijfsysteem kan niet door aanslepen Opbergvak openen worden gestart. Geen pogingen tot aanslepen doen. Elektrische zekeringen...
  • Pagina 310 Pechhulp 307 Boordgereedschap en krik opbergen De krik vóór het opbergen tot de aanslag indraaien en zo uitlijnen, dat de draaiknop naar voren en de schotel naar binnen wijst. De krik en het boordgereedschap in de gereedschapshouder aanbrengen. Het deksel van de gereedschapshouder aanbrengen.
  • Pagina 311 Mercedes-Benz kan voor dit schadesoort geen verantwoordelijkheid nemen. verbuiging of sterke corrosie van de wielen Als er zomerbanden zijn gemonteerd: &...
  • Pagina 312 Om veiligheidsredenen uitsluitend de door Mercedes-Benz goedgekeurde sneeuwkettin‐ De toegestane maximumsnelheid van de gemon‐ gen gebruiken. teerde M+S-banden mag nooit worden overschre‐ den. Sneeuwkettingen alleen gebruiken als de weg geheel met sneeuw bedekt is.
  • Pagina 313 310 Wielen en banden Daarnaast kunnen in de bandenspanningstabel Controleren of de velg of het ventiel lek de bandenspanningen voor verschillende bela‐ dingstoestanden zijn aangegeven. Deze zijn in de Als de schade niet verholpen worden bandenspanningstabel gekenmerkt door een ver‐ kan, contact opnemen met een gekwali‐...
  • Pagina 314 Wielen en banden 311 Voertuigen met een totaalgewicht van met een begrenzing van de toegestane maxi‐ mumsnelheid tot 160 km/h 3500 kg de onder "Velg-bandcombinaties" genoemde De volgende bandenspanningswaarden gelden banden ( pagina 319) voor de volgende voertuigen: met een toegestaan totaalgewicht van De bandenspanning voor het reservewiel is 3500 kg 410 kPa (4,1 bar, 59 psi).
  • Pagina 315 312 Wielen en banden Systeemgrenzen Verdere onderwerpen Aanwijzingen met betrekking tot de banden‐ Het systeem kan in de volgende situaties moge‐ spanning ( pagina 309) lijk niet correct werken of buiten werking zijn: Bandenspanningstabel De bandenspanning is verkeerd ingesteld. Plaatje met de bandenspannings- en belas‐ Er treedt een plotseling drukverlies op, bij‐...
  • Pagina 316 Wielen en banden 313 Zendvergunning van de bandenspanningscon‐ spanningsindicatie verschijnt na enkele minuten rijden. trole Ook beslist de aanwijzingen met betrekking Zendvergunningen tot de bandenspanning in acht nemen Land Zendvergunning pagina 309). Bandenspanningscontrole opnieuw starten Argentinië Voorwaarden Het contact is ingeschakeld. De geadviseerde bandenspanning is bij alle CNC: H-12336 vier de banden correct ingesteld voor de...
  • Pagina 317 -maten Verwisselen van een wiel Om veiligheidsredenen alleen banden, velgen Aanwijzingen over de selectie, montage en en accessoires gebruiken, die Mercedes-Benz vervanging van banden speciaal voor het voertuig goedgekeurd heeft. Deze banden zijn speciaal op de regelsyste‐ Informatie over de toegestane velg-bandcombina‐...
  • Pagina 318 Bij M+S-banden alleen banden met hetzelfde werkplaats laten vervangen. profiel gebruiken. De toegestane maximumsnelheid van de Accessoires die niet door Mercedes-Benz voor gemonteerde M+S-banden in acht nemen. het voertuig zijn goedgekeurd, of waar niet vak‐ kundig mee wordt omgegaan, kunnen de rijveilig‐...
  • Pagina 319 245/45 R 19 XL Als bij verschillende afmetingen van banden en velgen de voor- met de achterwielen worden ver‐ Mercedes-Benz adviseert om bij een banden‐ wisseld, kan dit leiden tot verlies van de type‐ wissel binnen een wieldiametergroep te blij‐...
  • Pagina 320 Wielen en banden 317 Voertuig voorbereiden op het verwisselen van Voertuig bij het verwisselen van een wiel een wiel opkrikken Voorwaarden & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel Het noodzakelijke wielwisselgereedschap is door verkeerd plaatsen van de krik aanwezig. Als de krik niet correct bij de betreffende Het voertuig bevindt zich niet op een helling.
  • Pagina 321 318 Wielen en banden vlakke, stevige en stroeve ondergrond gebrui‐ Wiel verwijderen ken. Voorwaarden De voet van de krik moet zich loodrecht Het voertuig is omhooggebracht onder het kriksteunpunt bevinden. pagina 317). Veiligheidsregels bij opgekrikt voertuig: Bij het verwisselen van een wiel elke vorm van Nooit handen of voeten onder het voertuig krachtinwerking op de remschijven voorkomen, houden.
  • Pagina 322 Mercedes-Benz adviseert om veiligheidsredenen gekwalificeerde werkplaats en het voer‐ alleen banden, velgen en accessoires te gebrui‐ tuig niet verplaatsen. ken die door Mercedes-Benz speciaal voor dit voertuig zijn goedgekeurd. Voorwaarden Deze banden zijn speciaal op de rijveiligheidssys‐ Het nieuwe wiel is gemonteerd ®...
  • Pagina 323 Het voertuig altijd met wielen in dezelfde uit‐ voering uitrusten (zomerbanden, winterban‐ den) Informatie over bijzondere, speciaal op het voer‐ tuig afgestemde en ervoor goedgekeurde banden is verkrijgbaar bij een Mercedes-Benz-service‐ werkplaats. Niet alle velg-bandcombinaties zijn af fabriek voor alle landen verkrijgbaar. Banden...
  • Pagina 324 Wielen en banden 321 Reservewiel aanbrengen en verwijderen Om risico's te vermijden, de volgende punten in acht nemen: Reservewiel achter onder het voertuig uitbou‐ De bandenspanning van het gemon‐ teerde reservewiel of noodwiel controle‐ ren en eventueel aanpassen. Het noodwiel mag alleen tijdelijk wor‐ den gebruikt en moet zo snel mogelijk weer door een standaardwiel worden vervangen.
  • Pagina 325 322 Wielen en banden De wielsleutel en het extra gereedschap voor de reservewiellift in het boordgereed‐ schap opbergen. De achterklep sluiten. De wielsleutel in de lus van de verwijder‐ hulp van het reservewiel vasthaken. Het reservewiel met de wielsleutel onder het voertuig vandaan trekken.
  • Pagina 326 Technische gegevens 323 Aanwijzingen met betrekking tot de techni‐ de voertuigelektronica storen. Dit geldt met name in de volgende gevallen: sche gegevens Wanneer de mobilofoon niet op een bui‐ De technische gegevens worden volgens EG-richt‐ tenantenne is aangesloten. lijnen bepaald. De genoemde gegevens gelden alleen voor voertuigen met standaarduitrusting.
  • Pagina 327 324 Technische gegevens Frequentieband en maximaal zendvermogen Het voertuigtypeplaatje bevindt zich op de B- stijl aan chauffeurszijde. Frequentieband Maximaal zendver‐ De gegevens zijn voertuigspecifiek en kunnen mogen afwijken van de afgebeelde gegevens. Altijd Korte golf 100W de gegevens op het voertuigtypeplaatje in acht nemen.
  • Pagina 328 Lak, kunststof of rubber dat met rem‐ de Mercedes-Benz garantie en coulance. vloeistof in aanraking is gekomen, direct U kunt de door Mercedes-Benz goedgekeurde met water afspoelen. bedrijfsstoffen herkennen aan het volgende opschrift op de verpakking:...
  • Pagina 329 326 Technische gegevens Alleen door Mercedes-Benz goedgekeurde rem‐ hoge buitentemperaturen niet voldoende vloeistof volgens MB-Freigabe of MB-Approval beschermd tegen oververhitting en corrosie. 331.0gebruiken. Altijd een door Mercedes-Benz goedge‐ Informatie over de remvloeistof vindt u op de vol‐ keurde koelvloeistof gebruiken.
  • Pagina 330 Bij gebruik van een verkeerd koelmiddel kan het klimaatregelsysteem worden beschadigd. De aangegeven waarden kunnen variëren als gevolg van de volgende factoren: Alleen het koelmiddel R‑134a of de door Mercedes-Benz voor uw voertuig goed‐ Banden gekeurde PAG-olie gebruiken. Belading De goedgekeurde PAG-olie mag niet...
  • Pagina 331 328 Technische gegevens Zwenkbereik De oplaadtijd – mode 3 geldt voor het wissel‐ stroomladen van 0% tot 100% van de nuttige Alle modellen accucapaciteit. Zwenkhoogte van de ach‐ 2153 mm De oplaadtijd – mode 4 geldt voor het gelijk‐ terklep stroomladen van 10% tot 80% van de nuttige accucapaciteit.
  • Pagina 332 Technische gegevens 329 De relingdragers vóór en achter de mid‐ delste steun aanbrengen. Max. dakbelasting/dakdrager-steunpootpa‐ Maximumdakbelas‐ Minimum paar dak‐ ting dragersteunpoten 150 kg De opgaven gelden bij een gelijkmatige belasting‐ verdeling over het gehele dakoppervlak. Bij een kortere imperial de belading percentage‐ gewijs verlagen.
  • Pagina 333 330 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes Meldingen op het beeldscherm Inleiding Aanwijzingen met betrekking tot displaymel‐ dingen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len bij het uitvallen van het combi-instru‐ ment Bij het uitvallen of een storing van het combi- instrument kunt u geen functiebeperkingen van veiligheidsrelevante systemen herkennen.
  • Pagina 334 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes 331 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het ABS, het BAS, de wegrijhulp voor op hellingen en het ESP ® de rijveiligheidssystemen zijn tijdelijk niet beschikbaar. De ATTENTION ASSIST is gedeactiveerd en verdere rijsystemen kun‐ ÷...
  • Pagina 335 332 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Ervoor zorgen dat er geen voorwerpen onder de bijrijdersstoel zijn ingeklemd. Het contact uitschakelen. De bijrijder laten uitstappen. De bijrijdersstoel vrijhouden, de bijrijdersdeur sluiten en het contact inschakelen. Op het controlelampje PASSENGER AIRBAG OFF in de midden‐ console en de displaymeldingen letten.
  • Pagina 336 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes 333 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen De passagiersairbag moet uitgeschakeld zijn; dit controleren. Het controlelampje PASSENGER AIR BAG OFF moet branden. NOOIT een naar achteren gericht kinderbeveiligingssysteem op een stoel met INGESCHAKELDE FRONTAIRBAG gebruiken, want dat kan voor het kind DODELIJKE of ERNSTIGE VERWONDINGEN tot gevolg hebben.
  • Pagina 337 334 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Een persoon met een klein postuur op een geschikte zitplaats achterin laten plaatsnemen. Meteen naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Meer informatie over de airbaguitschakeling vindt u onder "Automa‐ tische uitschakeling van de bijrijdersairbag" ( pagina 33).
  • Pagina 338 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes 335 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen & WAARSCHUWING Slipgevaar door een storing in het ESP ® ® ® Als het ESP is uitgeschakeld, wordt de auto niet door het ESP gestabiliseerd. Bovendien zijn verdere rijveiligheidssystemen uit‐ geschakeld.
  • Pagina 339 336 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het gele waarschuwingslampje ! brandt en het rode controle‐ lampje ! is gedoofd. De parkeerrem vertoont een storing, bijvoorbeeld na het loskoppe‐ len van de 12V‑boordnetaccu. Parkeerrem zie handlei- ding Parkeerrem vrijzetten: De ontsteking uit- en opnieuw inschakelen.
  • Pagina 340 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes 337 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het rode controlelampje ! brandt. U hebt geprobeerd om de parkeerrem vrij te zetten zonder het rem‐ pedaal in te drukken. Om te ontgrendelen rem- Het rempedaal indrukken. pedaal indrukken Aan de handgreep trekken om de parkeerrem vrij te zetten.
  • Pagina 341 338 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De betreffende windowbag vertoont een storing. Tevens gaat het waarschuwingslampje 6 in het combi-instrument branden. & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel‑ of levensgevaar door Windowbag links Storing storingen in de werking van de windowbag Werkplaats opzoe- Als de windowbag een storing vertoont, kan deze onbedoeld (voorbeeld)
  • Pagina 342 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes 339 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Bovendien klinkt een waarschuwingssignaal. De actieve afstandsas‐ Actieve afstandsassis- tent en limiter buiten sistent DISTRONIC en de limiter vertonen een storing. werking Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Actieve afstandsassis- * U accelereert.
  • Pagina 343 340 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Als bovenstaande oorzaken niet meer van toepassing zijn, verdwijnt de displaymelding en is het Active Brake Assist System weer gereed voor gebruik. Wanneer de displaymelding niet verdwijnt: Stoppen; daarbij op de verkeerssituatie letten. Het voertuig tegen wegrollen beveiligen.
  • Pagina 344 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes 341 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen U wilt een snelheid lager dan 30 km/h opslaan. Als de situatie het toestaat, sneller dan 30 km/h rijden en de snelheid opslaan. De inschakelvoorwaarden van de TEMPOMAT in acht nemen pagina 156).
  • Pagina 345 342 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Als de displaymelding nog steeds wordt getoond of niet het symbool j laat zien: Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. * De spoorassistent vertoont een storing. Spoorassistent functio- neert niet Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan.
  • Pagina 346 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes 343 Klimaatregeling Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen & * De hoogspanningsaccu wordt opgeladen. De klimaatregeling vooraf kan niet worden ingeschakeld. Wachten tot het opladen een minimale laadtoestand heeft bereikt. functioneert niet Laden van de HV-accu niet afgesloten &...
  • Pagina 347 344 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Ý * De laadtoestand van de hoogspanningsaccu heeft het reservegebied bereikt. De hoogspanningsaccu opladen ( pagina 140). Accucapaciteit te laag Stoppen, direct laden Û * De laadtoestand van de hoogspanningsaccu is zo laag, dat rijden niet meer mogelijk is.
  • Pagina 348 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes 345 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ò * De soundgenerator (akoestisch voertuigwaarschuwingssysteem) vertoont een storing. Er worden geen rijgeluiden gegenereerd. Daarom kan het voertuig in bepaalde gevallen niet hoorbaar zijn voor andere verkeersdeelnemers. Akoestisch omgevings- Zeer anticiperend rijden.
  • Pagina 349 346 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Û * Het aandrijfsysteem vertoont een storing. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Storing Werkplaats opzoeken * Het aandrijfsysteem vertoont een storing. Direct op een veilige plaats stoppen. Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats.
  • Pagina 350 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes 347 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door een te lage bandenspanning De banden kunnen klappen. De banden kunnen overmatig en/of ongelijkmatig slijten. De rij-eigenschappen en het stuur‑ en remgedrag kunnen sterk nadelig beïnvloed worden.
  • Pagina 351 348 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De gemonteerde wielen hebben geen geschikte bandenspannings‐ Bandenspanningscon- trole functioneert niet sensoren. De bandenspanningscontrole is uitgeschakeld. Geen wielsensoren Wielen met geschikte bandenspanningssensoren monteren. De bandenspanningscontrole wordt na enkele minuten rijden ingeschakeld.
  • Pagina 352 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes 349 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Ð * Bovendien klinkt een waarschuwingssignaal. De stuurbekrachtiging kan een storing vertonen. Er is eventueel meer kracht vereist voor het sturen. Voorzichtig verder rijden naar een gekwalificeerde werkplaats en Stuurbekrachtiging Sto- de stuurinrichting direct laten controleren.
  • Pagina 353 350 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes Licht Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De betreffende lichtbron is defect. De defecte LED-lichtbron bij een gekwalificeerde werkplaats laten vervangen. Dimlicht links (voorbeeld) De aanwijzingen met betrekking tot het vervangen van gloeilam‐ pen in acht nemen ( pagina 112).
  • Pagina 354 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes 351 Waarschuwende en kwiterende (terugmel‐ dende) meldlampen Waarschuwings- en controlelampjes in het combi-instrument Als het contact wordt ingeschakeld, voeren ver‐ schillende systemen een zelfdiagnose uit. Enkele waarschuwings- en controlelampjes kunnen daar‐ bij tijdelijk branden of knipperen. Dit gedrag is niet kritisch.
  • Pagina 355 352 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes Waarschuwings-/ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen controlelampje & WAARSCHUWING Slipgevaar bij storing van het EBD, het ® ABS en het ESP ® De wielen kunnen bij het remmen blokkeren en het ESP voert geen stabilisatie van de auto uit. De bestuurbaarheid en het remgedrag worden sterk nadelig beïn‐...
  • Pagina 356 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes 353 Waarschuwings-/ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen controlelampje *Het gele ABS-waarschuwingslampje brandt terwijl het voertuig rijklaar Het ABS is vanwege een storing uitgeschakeld. Daarmee zijn bijvoor‐ ® beeld ook het BAS, de wegrijhulp voor op hellingen en het ESP ABS-waarschuwings‐...
  • Pagina 357 354 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes Waarschuwings-/ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen controlelampje ÷ * Het gele ESP ® -waarschuwingslampje brandt terwijl het voertuig rij‐ klaar is. ® Het ESP , het BAS en de wegrijhulp voor op hellingen zijn vanwege een storing niet beschikbaar.
  • Pagina 358 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes 355 Waarschuwings-/ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen controlelampje *Het rode controlelampje van de parkeerrem knippert of brandt en/of het gele waarschuwingslampje van de parkeerrem brandt. De parkeerrem vertoont een storing of het display toont een instructie voor het vrijzetten van de parkeerrem.
  • Pagina 359 356 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes Rijsystemen Waarschuwings-/ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen controlelampje · *Het rode waarschuwingslampje afstandswaarschuwing brandt tijdens het rijden. De afstand tot de voorligger is voor de gekozen snelheid te gering. De afstand ten opzichte van de voorligger vergroten. Waarschuwingslampje afstandswaarschuwing ·...
  • Pagina 360 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes 357 Waarschuwings-/ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen controlelampje *Het gele waarschuwingslampje vermogen gereduceerd brandt. Het vermogen van het aandrijfsysteem is gereduceerd. De meldingen op het multifunctioneel display in acht nemen. Waarschuwingslampje vermogen gereduceerd Û *Het rode waarschuwingslampje brandt, terwijl het aandrijfsysteem is gestart.
  • Pagina 361 358 Displaymeldingen en waarschuwings-/controlelampjes Waarschuwings-/ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen controlelampje *Het gele waarschuwingslampje bandenspanningscontrole (drukver‐ lies/storing) knippert circa één minuut lang en brandt dan perma‐ nent. De bandenspanningscontrole vertoont een storing. Waarschuwingslampje bandenspanningscon‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen bij storing van de trole bandenspanningscontrole De bandenspanningscontrole kan niet meer zoals bedoeld waar‐...
  • Pagina 362 Trefwoordenregister 359 Zit-ligcombinatie verschuiven ..... 92 1, 2, 3 ... Achterbank 12‑V‑accu Zie Stoelen Zie Accu (auto) Achterbank Comfort 12V-aansluiting Rugleuning instellen ......85 Zie Contactdoos (12V) Achterklep 230V-aansluiting Afzonderlijk te openen achterruit ..65 Zie Contactdoos (230V) EASY-PACK ......... 63 360°-camera .........
  • Pagina 363 360 Trefwoordenregister Active Brake Assist System ....153 Alarmsysteem Afstandswaarschuwingsfunctie in- Zie EDW (diefstal-/inbraakalarminstallatie) en uitschakelen ........ 155 Alertheidsassistent Werking en aanwijzingen ....153 Zie ATTENTION ASSIST Adaptief Alternatieve route Zie Spoorassistent Zie Route Adaptief remlicht ......... 155 Android Auto ......... 261 Adaptieve grootlichtassistent Plus Aansturing via applicatietoetsen ..
  • Pagina 364 Trefwoordenregister 361 Automatische afstandsregeling Bandenspanning ........311 Zie Actieve afstandsassistent DISTRONIC Aanwijzing ........309 Bandenspanningscontrole (wer‐ Automatische maatregelen na een king) ..........312 ongeval ............ 37 Bandenspanningscontrole opnieuw Automatische passagiersairbaguit‐ starten ..........313 schakeling ......... 33, 35 Bandenspanningstabel ..... 310 Controlelampje PASSENGER AIR Controleren (bandenspanningscon‐...
  • Pagina 365 362 Trefwoordenregister Instellen van weergegeven sms- Menu Radio ........182 berichten .......... 258 Menu Reis ........180 Nummer/URL gebruiken ....259 Menu Service ........179 Overzicht .......... 258 Menu-overzicht ......... 179 Sjabloon gebruiken ......259 Multifunctioneel scherm ....177 Voorlezen ......... 259 Onderhoudstermijn weergeven ..
  • Pagina 366 Trefwoordenregister 363 Car-to-X-Communication Controlelampjes Gevarenmeldingen verzenden ..244 Zie Waarschuwings- en controlelampjes Gevarenmeldingen weergeven ..244 Overzicht .......... 244 Cockpit (overzicht) ........6 Dagrijlicht ..........106 In- en uitschakelen ......106 Combi-instrument Aanwijzing ........175 Dagrijlicht Overzicht .......... 175 Zie Dagrijlicht Overzicht waarschuwings- en con‐...
  • Pagina 367 364 Trefwoordenregister Bedienen .......... 202 Noodremming uitvoeren ....150 Homescreen ........201 Elektrische schuifdeur Display (verzorging) ......294 Initialiseren ........62 Met deurgreep openen en sluiten ..61 Displaymelding ........330 Met sleutel openen en sluiten ..... 61 Aanwijzing ........330 Openen met toets .......
  • Pagina 368 Trefwoordenregister 365 Frequenties Gordel Mobiele telefoon ......323 Zie Veiligheidsgordel Mobilofoon ........323 Gordelaanpassing Frontairbag (chauffeur, bijrijder) ..31 Functie ..........31 In- en uitschakelen ......31 Gordelspanners Activering ........... 28 Garantie ........... 24 Gordelwaarschuwing Gebruikersprofielen ......205 Zie Veiligheidsgordel Gedimd groot licht ('dimlicht') Grootlicht ..........
  • Pagina 369 Instellen (wifi) ........216 Zie TuneIn Huisdieren in het voertuig ..... 51 Internetverbinding Hulpoproep Automatisch maken ......264 Zie Mercedes-Benz noodoproepsysteem Automatisch verbreken van de ver‐ binding ..........264 Beperkingen ........262 Details van de mobiele telefoon ..264 Imperial ..........328 Functie communicatiemodule ..
  • Pagina 370 Trefwoordenregister 367 Werking en aanwijzingen ....211 Op de passagiersstoel met een gordel bevestigen ....... 49 ® iPhone Op de zitplaats achterin met een ® Zie Apple CarPlay gordel bevestigen ....... 48 ISOFIX-kinderzitjesverankering Passagiersstoel (aanwijzingen) ... 49 Geschikte zitplaatsen voor de Passagiersstoel (zonder automati‐...
  • Pagina 371 368 Trefwoordenregister Voor de vertrektijd ......128 Lampjes vervangen Zie Lichtbron vervangen Knipperlicht .......... 107 Lendensteun In- en uitschakelen ......107 Zie Lordosesteun (vier standen) Koelbox Licht ............106 In- en uitschakelen ......104 Adaptieve vèrstralerassistent ... 109 Koelmiddel (airconditioning) Afbuiglicht ........
  • Pagina 372 Trefwoordenregister 369 Applicatiespecifieke gesproken MBUX multimediasysteem opdrachten ........187 Display-instellingen configureren ..213 Bedienbare functies ......187 MBUX multimediasysteem (over‐ Bedrijfsveiligheid ......186 zicht) ............. 200 Cijferinvoer ........187 Media Dialoogvoering ......... 186 Mediabron kiezen ......182 Gesproken auto-opdrachten ..... 196 Mediaweergave bedienen ....
  • Pagina 373 Motorkap openen en sluiten ....286 Overgedragen gegevens ....198 Pechhulp-oproep via toets Pech‐ Motornoodstart ........306 hulp ..........198 Motornummer ........324 Mercedes-Benz noodoproepsysteem Motorreiniging ........290 ..............297 Multicollision brake ....... 37 Automatische noodoproep ....297 Handmatige noodoproep ....298 Multifunctioneel display (boordcom‐...
  • Pagina 374 Trefwoordenregister 371 Navigatie met Electric Intelligence Betalen ..........229 Zie Route Controlelampjes voertuigstekker‐ doos ..........142 Navigeerwenken (boordcomputer) ..180 Het opladen beëindigen ....146 Niveauregeling Het opladen starten ......145 Zie AIRMATIC Laadkabelstekker noodontgrende‐ Noodgeval ling ........... 147 Brandblusser ........296 Laadstation (mode 3/4) ....
  • Pagina 375 372 Trefwoordenregister Parkeerstand Aanbrengen ........138 Radar- en ultrasone sensoren Automatisch inschakelen ....138 Beschadiging ........151 PARKTRONIC ......... 162 Radio Functie ..........162 Direct frequentie-invoer ....273 In- en uitschakelen ......164 Favoriet bewerken ......274 Passagiersairbaguitschakeling Frequentie fixeren ......274 Zie Automatische passagiersairba‐...
  • Pagina 376 Trefwoordenregister 373 Zie Achteruitrijcamera ABS (antiblokkeersysteem) ....151 Zie Actieve afstandsassistent DISTRONIC Active Brake Assist System ....153 Zie Actieve parkeerassistent Adaptief remlicht ......155 Zie AIRMATIC Afdaling ..........134 Zie ATTENTION ASSIST BAS (Brake Assist System) ....152 Zie Dodehoekassistent Beperkte remwerking (met zout Zie HOLD-functie gestrooide wegen) ......
  • Pagina 377 374 Trefwoordenregister Bestemmingsinformatie weergeven Ruitreinigingsmiddel ......326 ............232 Electric Intelligence (overzicht) ..228 Electric Intelligence inschakelen ..228 Schaal instellen Extern ..........240 Zie Kaart Geregistreerde route opslaan ... 235 Scheidingsnet ........280 Instellingen voor laadstation selec‐ teren (navigatie met Electric Intelli‐ Scherm (boordcomputer) ....
  • Pagina 378 Trefwoordenregister 375 Klimaatregeling vooraf ...... 128 Spoorassistent ......173, 174 Noodsleutel ........54 Functie ..........173 Ontgrendelingsinstelling ..... 54 Gevoeligheid ........174 Overzicht ..........53 In- en uitschakelen ......174 Probleem ..........55 Spraakdialoogsysteem Sleutelbosbevestiging ......54 Zie LINGUATRONIC Toets voor elektrische schuifdeur Spraakgestuurd bedieningssysteem programmeren ........
  • Pagina 379 376 Trefwoordenregister SVHC (bijzonder zorgwekkende stof‐ Gesprek met meerdere deelne‐ fen) ............23 mers ..........255 Gesproken opdrachten (LINGUA‐ Symbolen voor speciale bestemmin‐ TRONIC) ..........191 Informatie ......... 252 Selecteren ........245 Menu (boordcomputer) ..... 183 Synchronisatiefunctie in-/uitscha‐ Mobiele telefoon loskoppelen ..254 kelen (bedieningseenheid) ....
  • Pagina 380 Trefwoordenregister 377 Tijdzone instellen ......213 Zender selecteren en verbinden ..268 Zender wissen ........268 Toegangsgegevens Zenderlijst oproepen (laatst gese‐ ® Instellen (Bluetooth ) ....... 264 lecteerde categorie) ......269 Toegestaan totaalgewicht ....324 Tussenbestemming Toegestane asbelasting ....... 324 Automatisch naar een wegrestau‐...
  • Pagina 381 378 Trefwoordenregister Beschermingspotentieel beperkt ..29 Combischakelaar ......107 Gordelaanpassing (werking) ....31 Grootlicht ......... 107 Gordelaanpassing in- en uitschake‐ Knipperlicht ........107 len ............31 Lichtsignaal ........107 Hoogte instellen ......... 30 Mistlicht (uitgebreid) ......108 Omgespen .......... 30 Noodknipperlichten ......
  • Pagina 382 Trefwoordenregister 379 Vestiging Voertuigtypeplaatje ......324 Zie Gekwalificeerde werkplaats EG-typegoedkeuringsnummer ..324 Lakcode ..........324 VIN ............324 Toegestaan totaalgewicht ....324 Stoel ..........324 Toegestane asbelasting ....324 Typeplaatje ........324 VIN ........... 324 Uitlezen ..........324 Volumeaanpassing in- en uitschake‐ Voorruit ..........
  • Pagina 383 380 Trefwoordenregister Wegsleepbeveiliging ® å Waarschuwingslampje ESP In-/uitschakelen ......... 73 OFF ..........354 Werking ..........73 J Waarschuwingslampje rem‐ Werkplaats ..........22 men .......... 351, 352 what3words Ð Waarschuwingslampje stuur‐ Bestemmingsinvoer met driewoor‐ bekrachtiging ........356 denadres .......... 225 ü Waarschuwingslampje veilig‐ Wi-Fi ............
  • Pagina 384 Trefwoordenregister 381 Zelfdiagnose Automatische passagiersairbaguit‐ schakeling .......... 35 Zender Direct frequentie-invoer ....273 Frequentie fixeren ......274 Instellen ..........273 Opslaan ..........273 Verschuiven ........274 Wissen ..........274 Zoeken ..........273 Zender volgen Instellen ..........274 Zendergeheugen Bewerkt ..........274 Zenderlijst Oproepen .........
  • Pagina 388 Impressum Internet Meer informatie over Mercedes-Benz-voertuigen en over Mercedes‑Benz AG vindt u op internet onder: https://www.mercedes-benz.com https://www.daimler.com Redactie Bij vragen of suggesties ten aanzien van deze handleiding kunt u de Technische Redactie op het volgende adres bereiken: Mercedes‑Benz AG, HPC: CAC, Customer Service, D-70546 Stuttgart, Duitsland ©...
  • Pagina 389 Hier vindt u alle informatie over de bediening, de serviceverleningen en de garantie van het voertuig in gedrukte vorm. Digitaal op het internet U vindt de handleiding op uw Mercedes-Benz Homepage. Digitaal als app De Mercedes-Benz Guides app is gratis beschikbaar in de gangbare app-stores. Apple ® Android É4475842007Z107uËÍ...