Download Print deze pagina

Advertenties

Disclaimer
De volgende online-versie van de handleiding
beschrijft alle modellen, standaarduitrustingen en
opties van uw auto. Landspecifieke afwijkingen in
de taalvarianten zijn mogelijk. Neem in acht dat
uw auto mogelijk niet met alle beschreven func-
ties is uitgerust. Dit betreft ook veiligheidsrele-
vante systemen en functies.
Neem alstublieft contact op met uw geautori-
seerde Mercedes-Benz-dealer om een gedrukte
handleiding voor andere modellen en modeljaren
te ontvangen. De online-handleiding is altijd de
meest actuele versie. Er kon geen rekening wor-
den gehouden met alle afwijkingen met het daad-
werkelijke voertuig, omdat Mercedes-Benz haar
voertuigen continu aanpast aan de nieuwste stand
der techniek en de vorm en uitvoering wijzigt.
Ook de gedrukte handleiding, aanvullende docu-
menten en de digitale handleiding lezen.
Auteursrecht
Alle rechten voorbehouden. Alle teksten,foto's en
afbeeldingen vallen onder het auteursrecht en
andere wetten ter bescherming van intellectueel
eigendom. Deze mogen niet voor handelsdoelein-
den of voor verspreiding worden gekopieerd, noch
veranderd en op andere websites worden
gebruikt.

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Mercedes-Benz W205 C-Klasse 2020

  • Pagina 1 Dit betreft ook veiligheidsrele- vante systemen en functies. Neem alstublieft contact op met uw geautori- seerde Mercedes-Benz-dealer om een gedrukte handleiding voor andere modellen en modeljaren te ontvangen. De online-handleiding is altijd de meest actuele versie. Er kon geen rekening wor-...
  • Pagina 2 C-Klasse Limousine Handleiding Mercedes-Benz...
  • Pagina 3 Het hoofdstuk "Kinderen in de auto" in acht Waarschuwing passagiersairbag nemen. & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of levensgevaar bij ingeschakelde passa‐ giersairbag Als de passagiersairbag is ingeschakeld, kan een kind op de passagiersstoel bij een onge‐ val door de passagiersairbag worden geraakt. NOOIT een naar achteren gericht kinderzit‐...
  • Pagina 4 Mercedes-Benz behoudt zich daarom het recht Welkom in de wereld van Mercedes-Benz voor de volgende punten te wijzigen: Voor de eerste rit dient u zich aan de hand van vorm deze handleiding vertrouwd te maken met de auto. Voor uw eigen veiligheid en voor een lan‐...
  • Pagina 5 ..........73 Exterieurverlichting ........126 Terugname van de oude auto ......21 Interieurverlichting ........135 Mercedes-Benz Originele Onderdelen ..22 Lampjes vervangen (auto's met halo‐ Openen en sluiten ........75 Handleiding ..........23 geenkoplampen) ......... 136 Sleutel ............
  • Pagina 6 Inhoudsopgave Ruitenwissers en ruitensproeierinstalla‐ Online- en internetfuncties ......357 Instrumentendisplay en boordcompu‐ tie ............... 139 Media ............363 ter .............. 256 Spiegels ............142 Radio ............375 Aanwijzingen met betrekking tot het Tv ..............378 instrumentendisplay en de boordcompu‐ Sound ............386 ter ...............
  • Pagina 7 Inhoudsopgave Aanwijzingen met betrekking tot het Trefwoordenregister ........ 537 regelmatig controleren van de velgen en banden ............429 Aanwijzingen met betrekking tot sneeuw‐ kettingen ............ 429 Bandenspanning ......... 430 Verwisselen van een wiel ......434 Noodwiel ............ 444 Technische gegevens ......446 Aanwijzingen met betrekking tot de tech‐...
  • Pagina 8 Symbolen In deze handleiding vindt u de volgende symbo‐ Geeft een oorzaak aan * AANWIJZING Materiële schade door het len: niet in acht nemen van aanwijzingen m.b.t. materiële schade & GEVAAR Gevaar door het niet in acht Aanwijzingen m.b.t. materiële schade wijzen nemen van waarschuwingsaanwijzingen op risico's die tot schade aan de auto kunnen Waarschuwingsaanwijzingen wijzen op geva‐...
  • Pagina 9 In één oogopslag – Cockpit Linkse besturing...
  • Pagina 10 In één oogopslag – Cockpit → → Stuurwielschakelpaddles 360°-camera → → Combischakelaar Voertuighoogte instellen → → Instrumentendisplay DYNAMIC SELECT-schakelaar → → DIRECT SELECT-keuzehendel Bedieningsgroep multimediasysteem → → Mediadisplay Stuurwiel elektrisch instellen → → Dashboardkastje Stuurwielverwarming in- en uitschakelen → Start-stoptoets Bedieningsgroep: →...
  • Pagina 11 In één oogopslag – Cockpit → → PARKTRONIC-parkeerassistent Head-up-display...
  • Pagina 13 In één oogopslag – Waarschuwings- en controlelampjes (standaard) Instrumentendisplay standaard...
  • Pagina 14 In één oogopslag – Waarschuwings- en controlelampjes (standaard) → → L Afstandswaarschuwing 6 Veiligheidssysteem → → Ð Stuurbekrachtiging ü Veiligheidsgordel → → #! Knipperlichten K Grootlicht → → ; Motordiagnose L Dimlicht → % Dieselmotor: Voorgloeien 8 Brandstofreserve met aanduiding tank‐ dopkleppositie →...
  • Pagina 15 In één oogopslag – Waarschuwings- en controlelampjes (widescreen cockpit) Instrumentendisplay widescreen cockpit...
  • Pagina 16 In één oogopslag – Waarschuwings- en controlelampjes (widescreen cockpit) → → ï Aanhangwagenvoorziening #! Knipperlichten → → R Mistachterlicht J Remmen (rood) → → K Grootlicht 8 Brandstofreserve met aanduiding tank‐ dopkleppositie → L Dimlicht → Brandstofpeil → T Standlicht →...
  • Pagina 17 In één oogopslag – Bedieningspaneel dakconsole...
  • Pagina 18 In één oogopslag – Bedieningspaneel dakconsole → Zonnekleppen p Rechter leeslampje in- en uitschakelen → → p Linker leeslampje in- en uitschakelen ; me-toets → | Automatische besturing van interieur‐ Brillenvak verlichting in- en uitschakelen → 3 Panoramaschuifdak openen en sluiten →...
  • Pagina 19 In één oogopslag – Portierbedieningseenheid en stoelinstellingen...
  • Pagina 20 In één oogopslag – Portierbedieningseenheid en stoelinstellingen → Geheugenfunctie bedienen Auto ver- en ontgrendelen → → Stoel elektrisch instellen Stoellengterichting instellen → → Stoelverwarming in- en uitschakelen Alleen auto's met zitcomfortpakket: Zitting‐ diepte instellen → Stoelventilatie in- en uitschakelen → Viervoudig verstelbare lendensteun instellen →...
  • Pagina 21 In één oogopslag – In geval van nood en pech...
  • Pagina 22 In één oogopslag – In geval van nood en pech → → QR-codes voor het bepalen van de reddings‐ Brandblusser kaart → Tankdopklep met informatieplaatjes voor ban‐ → Veiligheidsvesten denspanning, brandstofsoort en QR-codes voor het bepalen van de reddingskaart → me-toets en SOS-toets →...
  • Pagina 23 Digitale handleiding De digitale handleiding bevat de volgende menu‐ Digitale handleiding oproepen punten: Multimediasysteem: Zoeken: Hier kunt u gericht naar trefwoorden Voertuig Õ Handleiding zoeken. Menupunt selecteren. Snelstart: Hier vindt u de belangrijkste infor‐ matie om direct met uw auto te kunnen star‐ Bovendien hebt u de mogelijkheid om de hand‐...
  • Pagina 24 Alleen voor EU-landen: rijstijl plaats. Mercedes-Benz neemt uw oude auto weer terug om deze overeenkomstig de richtlijn autowrak‐ De uitstoot van schadelijke stoffen van de Uw persoonlijke rijstijl: ken van de Europese Unie (EU) milieuvriendelijk auto heeft een directe samenhang met het Tijdens het starten geen gas geven.
  • Pagina 25 Mercedes-Benz, ondanks voort‐ In deze gebieden geen accessoires durende marktverkenningen, niet beoordelen. monteren zoals een audiosysteem. Ook als in een enkel geval een goedkeuring door Geen reparaties of laswerkzaamheden een keuringsinstantie of officiële instantie aan‐ uitvoeren. wezig is, neemt Mercedes-Benz geen verant‐...
  • Pagina 26 De handleiding en het onderhoudsboekje zijn gekwalificeerde werkplaats. Bij het bestellen van Mercedes-Benz Originele belangrijke documenten en moeten in de auto Onderdelen altijd het voertuigidentificatienum‐ bewaard worden. mer (VIN) vermelden (...
  • Pagina 27 Algemene aanwijzingen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ & WAARSCHUWING Brandgevaar door * AANWIJZING Beschadiging van de auto len en letsel door ondeskundige wijzigin‐ brandbaar materiaal aan hete onderdelen Met name in de volgende gevallen kan de gen aan elektronische onderdelen van het uitlaatsysteem auto worden beschadigd: Wijzigingen aan elektronische onderdelen, de...
  • Pagina 28 Algemene aanwijzingen ren, gras of takken, tussen de bodemplaat en Als u componenten van deze hoogspannings‐ bodembekleding verzamelen. Als dit materi‐ onderdelen verandert of beschadigde com‐ aal met hete onderdelen van het uitlaatsys‐ ponenten aanraakt, kunt u een stroomstoot teem in contact komt, kan dit ontsteken. krijgen.
  • Pagina 29 Mercedes-Benz lingen van de richtlijn 2014/53/EU. Meer infor‐ De telecommunicatieuitrusting in deze auto vol‐ gebruik van de volgende radiografische toepas‐ matie is verkrijgbaar bij een Mercedes-Benz-ser‐ doet aan de vereisten van de Nationale Televisie- singen: vicewerkplaats.
  • Pagina 30 Algemene aanwijzingen Technologie Frequentiebereik Zendvermogen/sterkte van het magnetisch veld Afstandsbediening 125 kHz (119 - 135 kHz) ≤ 42 dBμA/m bij 10 m Draadloze vermogensoverdracht Near Field Communication 13,553 – 13,567 MHz ≤ 42 dBμA/m bij 10 m Afstandsbediening, garagedeurbediening, ban‐ 433 MHz (433,05 –...
  • Pagina 31 Algemene aanwijzingen Technologie Frequentiebereik Zendvermogen/sterkte van het magnetisch veld 24 GHz UWB radar 24,25 – 26,65 GHz* ≤ -41,3 dBm/MHz e.i.r.p mean ≤ 0 dBm/50 MHz e.i.r.p. peak 76 GHz radar 76 – 77 GHz ≤ 55 dBm peak e.i.r.p. Carsharing-module NFC: NFC:...
  • Pagina 32 Algemene aanwijzingen EU-conformiteitsverklaring zijn vastgelegd en bevestigd. Zonder deze goed‐ Variant 2 keuring mag de krik niet worden gebruikt. Overeenkomstig EU-richtlijn 2006/42/EG Hiermee verklaren wij, dat het product EU-conformiteitsverklaring [Handtekening] [Handtekening] Overeenkomstig EU-richtlijn 2006/42/EG Productbenaming: Elektrische luchtpomp Hiermee verklaren wij, dat het product Daimler [naam ondertekenaar] [naam ondertekenaar]...
  • Pagina 33 Algemene aanwijzingen Handtekening: IMS-AE, IMS-AE-L & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ * AANWIJZING Accu-ontlading door het len door voorwerpen in de beenruimte gebruik van apparaten op de diagnose- van de bestuurder interface Diagnose-interface Voorwerpen in de beenruimte van de Door het gebruik van de apparaten op de dia‐ De diagnose-interface dient voor het aansluiten bestuurder kunnen de slag van de pedalen gnose-interface wordt de accu belast.
  • Pagina 34 Als de auto bij een niet-geautoriseerde dealer De wegenverkeerswetten en veiligheidsstan‐ Reparatiewerkzaamheden is aangeschaft. daards Wijzigingen evenals in‑ en ombouwen Als de auto nog niet bij een Mercedes-Benz- Werkzaamheden aan elektronische onderde‐ servicewerkplaats is onderzocht. Informatie over de REACH-verordening Alleen voor EU- en EFTA-landen:...
  • Pagina 35 Ondanks een zorgvuldige ontwikkeling kan Dergelijke schade wordt noch door de de hulpmiddelen, adviseert Mercedes‑Benz AG Mercedes‑Benz AG een onderlinge beïnvloeding Mercedes-Benz aansprakelijkheid voor gebre‐ zo weinig mogelijk elektrische voertuigsystemen van voertuigsystemen en elektronische medi‐...
  • Pagina 36 Meer informatie vindt u op https:// stand weer van een onderdeel, een module, een het herkennen en verhelpen van storingen en www.mercedes-benz.de/qr-code. systeem of de omgeving, zoals: voor het optimaliseren van de functies van de auto door de fabrikant. Het grootste deel van Gebruiksomstandigheden van systeemcom‐...
  • Pagina 37 Algemene aanwijzingen Wanneer u aanspraak maakt op diensten, kan Daartoe horen bijvoorbeeld: Daartoe behoren, afhankelijk van de betreffende deze technische informatie door de medewer‐ uitrusting, bijvoorbeeld: Multimedia-gegevens, zoals muziek, films of kers van het servicenetwerk (bijvoorbeeld foto's voor de weergave in een geïntegreerd Instellingen van de zit- en stuurwielposities garage, fabrikant) of door derden (bijvoorbeeld multimediasysteem...
  • Pagina 38 De mobiele-gegevensverbinding internet onder: wordt mogelijk gemaakt door een zend- en ont‐ Meestal kunt u de (gedeeltelijk betaalde) dien‐ https://www.mercedes-benz.com/opensource vangsteenheid van de auto, of door een eigen sten en functies in- of uitschakelen. In sommige mobiel eindapparaat (bijvoorbeeld een smart‐...
  • Pagina 39 Mercedes-Benz adviseert om voertuigaanpassin‐ dig worden uitgesloten. vulling op de correct omgegespte veiligheidsgor‐ gen te gebruiken die Mercedes-Benz voor uw del. De gordelspanners en/of airbags worden auto heeft goedgekeurd. niet bij elk ongeval geactiveerd.
  • Pagina 40 Veiligheid voor inzittenden Bedrijfsklare status van het veiligheidssys‐ De activeringsdrempels voor de onderdelen van & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel teem het veiligheidssysteem worden bepaald door het door storingen in de werking van het vei‐ evalueren van de sensorwaarden die op verschil‐ ligheidssysteem Bij ingeschakeld contact gaat het waarschu‐...
  • Pagina 41 Beschermingspotentieel van de veiligheids‐ Bestuurdersairbag, passagiersairbag: Fron‐ gordel Mercedes-Benz adviseert om de auto na een tale aanrijding ongeval naar een gekwalificeerde werkplaats te De veiligheidsgordel voor aanvang van de rit Kneebag: Frontale aanrijding laten slepen.
  • Pagina 42 Veiligheid voor inzittenden De schoudergordel mag niet de hals raken en Eveneens controleren dat zich nooit voorwer‐ Bovendien kan een verkeerd omgegespte vei‐ ook niet onder de arm of achter de rug wor‐ pen tussen een persoon en de zitting bevin‐ ligheidsgordel bijvoorbeeld bij een ongeval, den doorgevoerd.
  • Pagina 43 & WAARSCHUWING Letsel‑ of levensge‐ Mercedes-Benz adviseert om veiligheidsgordels maten uitgevoerd. vaar zonder aanvullend veiligheidssys‐ te gebruiken die door Mercedes-Benz voor uw teem voor kleine personen Veiligheidsgordels kunnen bij een ongeval auto zijn goedgekeurd. Personen kleiner dan 1,50 m kunnen de vei‐...
  • Pagina 44 Veiligheid voor inzittenden Veiligheidsgordel omgespen en instellen Met de gordelgeleidingontgrendeling inge‐ * AANWIJZING Beschadiging door drukt de gordeldoorvoeropening in de bekneld raken van de veiligheidsgordel Als de veiligheidsgordel snel of met een ruk naar gewenste stand schuiven. buiten wordt getrokken, blokkeert de gordelo‐ Als een ongebruikte veiligheidsgordel niet De gordelgeleidingontgrendeling loslaten en prolautomaat.
  • Pagina 45 Veiligheid voor inzittenden Veiligheidsgordel afdoen De gordelwaarschuwing stopt zodra de bestuur‐ * AANWIJZING Activeren van de gordel‐ der en passagier de veiligheidsgordel hebben spanner bij onbezette passagiersstoel De ontgrendelingsknop in het gordelslot omgegespt. indrukken en de veiligheidsgordel met de Als de gordelslottong van de veiligheidsgor‐ gordelslottong teruggeleiden.
  • Pagina 46 Veiligheid voor inzittenden Met de toets terug links in het stuurwiel kunt u Mogelijk beschermingspotentieel per airbag: Airbags de statusindicatie veiligheidsgordels achterin Kneebag: Bovenbeen, knie en onderbeen Overzicht van de airbags direct verbergen ( pagina 258). Bestuurdersairbag, passagiersairbag: Hoofd Indien tijdens het rijden een inzittende achterin en borstkas de veiligheidsgordel losmaakt, wordt de statusin‐...
  • Pagina 47 Veiligheid voor inzittenden Beschermingspotentieel van de airbags wordt beveiligd, want dat kan voor het kind * AANWIJZING Bij onbezette passagiers‐ DODELIJKE of ERNSTIGE VERWONDINGEN stoel beslist in acht nemen Afhankelijk van de ongevalssituatie kan een air‐ tot gevolg hebben. bag in combinatie met een correct gedragen vei‐ Bij een ongeval kunnen aan passagierszijde ligheidsgordel het beschermingspotentieel ver‐...
  • Pagina 48 Veiligheid voor inzittenden cockpit leggen. Anders bevinden uw voeten een airbag zijn aangebracht, bijvoorbeeld op Altijd controleren of zich geen voorwer‐ zich in het ontplooiingsgebied van de airbag. de cockpit, aan portieren, zijruiten of zijbe‐ pen tussen de airbag en de inzittende kledingen.
  • Pagina 49 Een reeds geactiveerde airbag biedt geen & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel Alleen stoelhoezen gebruiken die beschermende werking meer. door wijzigingen aan de afdekking van Mercedes-Benz voor de betreffende een airbag Om een geactiveerde airbag te vervan‐ stoel heeft goedgekeurd. gen, de auto naar een gekwalificeerde Als u de afdekking van een airbag wijzigt of werkplaats laten slepen.
  • Pagina 50 Veiligheid voor inzittenden Bij de montage van een kinderzitjesbevestigings‐ instelling van de hoofdsteun overeenkomstig Een persoon op de passagiersstoel moet de vol‐ systeem op de passagiersstoel de volgende pun‐ aanpassen. gende aanwijzingen in acht nemen: ten in acht nemen: De veiligheidsgordel correct omgespen &...
  • Pagina 51 Veiligheid voor inzittenden AIR BAG controlelampjes geven de status van de Auto's zonder automatische uitschakeling van de Een persoon op de passagiersstoel kan dan passagiersairbag weer. passagiersairbag hebben aan passagierszijde bijvoorbeeldmet delen van het interieur in een speciale sticker op de cockpit aanraking komen, in het bijzonder als hij Altijd de aanwijzingen met betrekking tot de wer‐...
  • Pagina 52 Veiligheid voor inzittenden SENGER AIR BAG OFF de status van de passa‐ fieke aanwijzingen in acht nemen & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of giersairbag aan. Het controlelampje PASSENGER pagina 70). levensgevaar door gebruik van een naar AIR BAG OFF kan continu branden of gedoofd Afhankelijk van het kinderzitjesbevestigingssys‐...
  • Pagina 53 Veiligheid voor inzittenden Als het controlelampje PASSENGER AIR BAG vanaf de gordeldoorvoeropening naar & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel OFF continu brandt, mag een volwassene of voren en omlaag verlopen. Indien nodig door verkeerde plaatsing van het naar een persoon met overeenkomstig postuur de de gordeldoorvoeropening en de passa‐...
  • Pagina 54 Veiligheid voor inzittenden door een kort geluidssignaal bij ingeschakeld & WAARSCHUWING Letsel‑ of levensge‐ ® PRE-SAFE systeem multimediasysteem. vaar bij brandend PASSENGER AIR BAG ® Functie van PRE-SAFE (preventieve inzitten‐ OFF-controlelampje denbescherming) * AANWIJZING Beschadiging door voor‐ Als het controlelampje PASSENGER AIR BAG werpen in de beenruimte of achter de ®...
  • Pagina 55 Het systeem voert in de volgende situaties geen Mercedes-Benz adviseert voor een betere De volgende maatregelen kunnen door de PRE- remingreep uit: bescherming van kinderen jonger dan twaalf jaar ®...
  • Pagina 56 ISOFIX- of i-Size bevestigingsbeugels In deze handleiding wordt het overkoepelend is verkrijgbaar in een gekwalificeerde werk‐ het veiligheidsgordelsysteem van de auto begrip kinderzitjesbevestigingssysteem gebruikt. plaats. Mercedes-Benz adviseert een Mercedes- Een kinderzitjesbevestigingssysteem is bijvoor‐ de Top Tether-verankeringen Benz-servicewerkplaats. beeld: Bij voorkeur een ISOFIX- of i-Size-kinderzitjesbe‐...
  • Pagina 57 Veiligheid voor inzittenden Voordeel van een naar achteren gericht kin‐ gingssysteem en de gebruiksmogelijk‐ Ook niet gebruikte kinderzitjesbevesti‐ derzitjesbevestigingssysteem heden in acht nemen. gingssystemen altijd correct monteren. Een baby of een klein kind bij voorkeur in een Het gehele draagvlak van het kinderzit‐ Beslist de montagehandleiding van de geschikt naar achteren gericht kinderzitjesbe‐...
  • Pagina 58 ( pagina 48). Mercedes-Benz adviseert u voor het reinigen van controleren, voordat weer een kinderzit‐ De waarschuwingsstickers in het interieur de door Mercedes-Benz geadviseerde kinderzit‐ jesbevestigingssysteem wordt gemon‐...
  • Pagina 59 Dit geldt eveneens voor de digitale voertuigsleu‐ Portieren openen en daardoor andere een gekwalificeerde werkplaats. Mercedes- tel-sticker. personen of verkeersdeelnemers in Benz adviseert een Mercedes-Benz-service‐ gevaar brengen. werkplaats. Uitstappen en door het verkeer worden gegrepen.
  • Pagina 60 Veiligheid voor inzittenden Bevestiging met ISOFIX Bevestiging met de veiligheidsgordel van de Groep II/III (15 tot 36 kg en van circa 4 tot zitplaats 12 jaar) Groep 0+: tot 13 kg en tot circa 15 maanden KIDFIX XP Groep 0 (tot 10 kg en tot circa 6 maanden) Type BABY SAFE plus Type...
  • Pagina 61 Veiligheid voor inzittenden Middelste zitplaats achterin ° i-Size kinderzitjebevestiging Afhankelijk van de toelatingscategorie van het pagina 61) kinderzitjesbevestigingssysteem kunnen verdere Bevestigingssysteem: gegevens aanwezig zijn, zoals de ISOFIX-grootte‐ ¯ Indien aanwezig, Top Tether tevens beves‐ 7 Veiligheidsgordel van de zitplaats klasse. tigen ( pagina 64) pagina 66)
  • Pagina 62 Veiligheid voor inzittenden Toelatingscategorieën volgens UN-R129 voor het inbouwen in auto's. Ze kunnen over‐ kinderzitjesbevestigingssystemen op de met eenkomstig de overzichten met betrekking i‑U gekenmerkte zitplaatsen worden gebruikt. tot de geschiktheid van de zitplaatsen voor Het kenmerk i‑U heeft betrekking op i‑Size de bevestiging van kinderzitjesbevestigings‐...
  • Pagina 63 Veiligheid voor inzittenden Kinderzitjesbevestigingssysteem met ISOFIX Babydraagzak Gewichtsgroep 0+ (tot 13 kg en tot circa 15 of i-Size op de zitplaats achterin bevestigen maanden) Grootteklasse – Linker/rechter zit‐ plaats achterin Grootteklasse – Linker/rechter zit‐ Overzicht geschiktheid van zitplaatsen voor Systeem plaats achterin bevestiging van ISOFIX-kinderzitjesbevestig‐...
  • Pagina 64 Veiligheid voor inzittenden Gewichtsgroep I (9–18 kg en circa 9 maan‐ Overzicht geschiktheid van zitplaatsen voor Grootteklasse – Linker/rechter zit‐ den tot 4 jaar) bevestiging van i‑Size-kinderzitjesbevesti‐ plaats achterin Systeem gingssystemen Grootteklasse – Linker/rechter zit‐ i‑Size is een gestandaardiseerd bevestigingssys‐ plaats achterin A–...
  • Pagina 65 Veiligheid voor inzittenden i‑Size-kinderzitjesbevestigingssystemen Daardoor wordt de inzittende krachtiger & WAARSCHUWING Letsel‑ of levensge‐ (ISO/R2, ISO/F2X, ISO/B2, ISO/B3) in de veiligheidsgordel gedrukt. De veilig‐ vaar door het overschrijden van het toe‐ heidsgordel kan niet meer zoals bedoeld Passagiersstoel Linker/rechter zit‐ gestaan totaalgewicht van kind en kin‐...
  • Pagina 66 Veiligheid voor inzittenden op een label aan het kinderzitjesbevesti‐ ® Bij de montage van een ISOFIX-kinderzit‐ systeem niet op de maximumgrootte kan gingssysteem, indien aanwezig jesbevestigingsysteem daarnaast ook het vol‐ worden ingesteld, bijvoorbeeld door moge‐ gende in acht nemen: lijk contact met het dak. Regelmatig controleren dat het toegestaan O Bij gebruik van een babyschaal van de O Het kinderzitjesbevestigingssysteem mag...
  • Pagina 67 Veiligheid voor inzittenden Top Tether bevestigen teem zo volledig mogelijk tegen de rugleu‐ Voor iedere rit beslist controleren, dat het ning van de zitplaats aan liggen. ISOFIX-kinderzitjesbevestigingsysteem of het i‑Size-kinderzitjesbevestigingssysteem correct in & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of Na het uitbouwen van het kinderzitjesbeves‐ beide bevestigingsbeugels van de auto vergren‐...
  • Pagina 68 Veiligheid voor inzittenden Als de middelste rugleuning niet vastgeklikt en vergrendeld is, is de rode vergrendelingsindica‐ tor zichtbaar. ¯ Indien het kinderzitjesbevestigingssys‐ teem van een Top Tether-gordel voorzien Top Tether kan het gevaar voor letsel ver‐ minderen. De Top Tether-gordel biedt de mogelijkheid voor een extra verbinding tussen het met ISOFIX of met i‑Size bevestigde kinderzitjesbevestigingssys‐...
  • Pagina 69 Veiligheid voor inzittenden Tether-gordel niet in het verloop wordt Gewichtsgroep I: 9 tot 18 kg U Geschikt voor kinderzitjesbevestigingssystemen van gehinderd. de categorie "Universal" in deze gewichtsgroep. Linker/rechter zitplaats achterin U, L L Geschikt voor semi-universele kinderzitjesbevesti‐ Kinderzitjesbevestigingssysteem met de vei‐ U, L Middelste zitplaats achterin ligheidsgordel bevestigen...
  • Pagina 70 Veiligheid voor inzittenden de situatie de correcte status van de passa‐ Gewichtsgroep III: 22 tot 36 kg L Geschikt voor semi-universele kinderzitjesbevesti‐ giersairbag controleren ( pagina 48). gingssystemen overeenkomstig de tabel in "Geadvi‐ UF, L Passagiersairbag geactiveerd Passagiersstoel seerde kinderzitjesbevestigingssystemen", of als de auto en de zitplaats in de autotypelijst van de fabri‐...
  • Pagina 71 Veiligheid voor inzittenden O Voor een kinderzitjesbevestigingssysteem dig mogelijk tegen de rugleuning van de zit‐ Daardoor wordt de inzittende krachtiger van de categorie "Universal" of "Semi-Uni‐ plaats achterin aan liggen. in de veiligheidsgordel gedrukt. De veilig‐ versal" controleren of dit voor de zitplaats heidsgordel kan niet meer zoals bedoeld O Bij bepaalde kinderzitjesbevestigingssyste‐...
  • Pagina 72 Veiligheid voor inzittenden Aanwijzingen voor auto's zonder automati‐ Altijd de correcte ligging van de schoudergor‐ Beslist de volgende aanwijzingen in acht nemen: sche uitschakeling van de passagiersairbag del vanaf de gordeldoorvoeropening van de Een naar achteren gericht kinderzitjesbeves‐ auto naar de schoudergordelgeleiding van tigingssysteem nooit op de passagiersstoel het kinderzitjesbevestigingssysteem in acht monteren.
  • Pagina 73 Veiligheid voor inzittenden Aanwijzingen met betrekking tot naar achte‐ moet worden gemonteerd, beslist de aanwij‐ dat kan voor het kind DODELIJKE of ERN‐ ren en naar voren gerichte kinderzitjesbeves‐ zingen met betrekking tot de automatische STIGE VERWONDINGEN tot gevolg hebben. tigingssystemen op de passagiersstoel uitschakeling van de passagiersairbag in acht nemen (...
  • Pagina 74 Veiligheid voor inzittenden O Voor een kinderzitjesbevestigingssysteem worden ingesteld, bijvoorbeeld door moge‐ Het kinderzitjesbevestigingssysteem monte‐ van de categorie "Universal" of "Semi-Uni‐ lijk contact met het dak. ren. versal" controleren of dit voor de zitplaats Het draagvlak van het kinderzitjesbevesti‐ O Het kinderzitjesbevestigingssysteem mag van de auto is toegestaan.
  • Pagina 75 Veiligheid voor inzittenden Kinderbeveiligingen Kinderen nooit zonder toezicht in het & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ voertuig laten. len en letsel als kinderen zonder toezicht Kinderslot voor achterportieren vergrende‐ in de auto worden achtergelaten len of ontgrendelen Bij het verlaten van het voertuig altijd de sleutel meenemen en het voertuig Wanneer kinderen meerijden, kunnen deze &...
  • Pagina 76 Veiligheid voor inzittenden Auto's voor het Verenigd Koninkrijk: De belang‐ De hendel in de richting van de pijl (ver‐ Vergrendelen/ontgrendelen: De toets rijke veiligheidsaanwijzingen in het hoofdstuk grendelen) of (ontgrendelen) indrukken. indrukken. "Aanwijzingen met betrekking tot de extra por‐ Vervolgens de werking van het kinderslot De zijruit achterin kan in de volgende geval‐...
  • Pagina 77 Veiligheid voor inzittenden Daardoor kunnen dieren: Uitrustingen van de auto activeren en bij‐ voorbeeld bekneld raken. Systemen in‑ of uitschakelen en daardoor andere verkeersdeelnemers in gevaar brengen. Bovendien kunnen niet-vastgezette dieren bij een ongeval of abrupte stuur‑ en remma‐ noeuvres door de auto vliegen en daarbij inzittenden verwonden.
  • Pagina 78 Openen en sluiten Sleutel Kinderen nooit zonder toezicht in het voertuig laten. Overzicht sleutelfuncties Bij het verlaten van het voertuig altijd & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ de sleutel meenemen en het voertuig vergrendelen. len en letsel als kinderen zonder toezicht in de auto worden achtergelaten De sleutel buiten bereik van kinderen bewaren.
  • Pagina 79 Openen en sluiten Met de sleutel worden de volgende onderdelen keersregels. In sommige landen, waaronder Auto's met KEYLESS-GO: Als de binnenzijde ver- en ontgrendeld: Duitsland, is het gebruik van het akoestisch van de portiergreep van het bestuurderspor‐ sluitsignaal wettelijk niet toegestaan (in tier wordt aangeraakt, worden alleen het de portieren Duitsland conform §16 Abs.
  • Pagina 80 Opnieuw de ontgrendelingsknop indruk‐ snel mogelijk naar een arts gaan. nodig. ken en de noodsleutel er helemaal uit‐ trekken. Mercedes-Benz adviseert de batterij te laten ver‐ Noodsleutel aanbrengen vangen bij een gekwalificeerde werkplaats. De noodsleutel verwijderen ( pagina 77). De ontgrendelingsknop indrukken.
  • Pagina 81 Openen en sluiten Problemen met de sleutel afscherming door metalen voorwerpen of contactlussen voor poort- of slagboominstal‐ U kunt de auto niet meer ver- of ontgrende‐ laties len. Op voldoende afstand tussen de sleutel en Mogelijke oorzaken: een potentiële storingsbron letten. De batterij van de sleutel is zwak of leeg.
  • Pagina 82 Openen en sluiten Na de vergrendeling kunt u met de claxon & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel een signaal laten geven. voor personen in de auto bij geacti‐ De activering van de extra portiervergrendeling veerde extra portiervergrendeling kan worden voorkomen, door voor het vergren‐ Wanneer de extra portiervergrendeling geac‐...
  • Pagina 83 Er is een digitale voertuigsleutel-sticker aan‐ wezig. De digitale voertuigsleutel-sticker op uw smartphone plakken, zie de aanvullende handleiding. Mercedes-Benz adviseert de noodsleutel mee te nemen, voor het geval dat functiebe‐ Met het gedeelte van de digitale voertuig‐ perkingen optreden. sleutel-sticker waarin zich de NFC-antenne...
  • Pagina 84 Openen en sluiten Auto met KEYLESS-GO ver- en ontgrendelen Auto ontgrendelen: De binnenzijde van de Met het controlelampje de batterij controle‐ portiergreep aanraken. ren ( pagina 75). Voorwaarden Eventueel de batterij van de sleutel vervan‐ Auto vergrendelen: Het sensorvlak De sleutel bevindt zich buiten de auto. gen ( pagina 77).
  • Pagina 85 Openen en sluiten Automatische vergrendeling in- en uitschake‐ Uitschakelen: De toets circa vijf secon‐ den ingedrukt houden, tot een geluidssignaal klinkt. De auto wordt automatisch vergrendeld als het In de volgende situaties bestaat gevaar voor bui‐ contact is ingeschakeld en de wielen sneller dan tensluiten als de functie is ingeschakeld: stapvoets draaien.
  • Pagina 86 Openen en sluiten De portiergreep loslaten. Aan de handgreep van het kofferdeksel trek‐ Bagageruimte ken. Kofferdeksel openen Auto's met HANDS-FREE ACCESS: Met een voet onder de bumper schoppen & GEVAAR Vergiftigingsgevaar door uitlaat‐ pagina 86). gassen Auto's met comfortsluiting van het koffer‐ Verbrandingsmotoren stoten giftige uitlaat‐...
  • Pagina 87 Openen en sluiten Aan de afstandsbedieningstoets voor het schuiven, kantelen of rondslingeren en daar‐ Tijdens de sluitprocedure erop letten kofferdeksel trekken. door inzittenden raken. dat niemand zich in de omgeving van het sluitgebied bevindt. De toets p van de sleutel lang indrukken. Er bestaat gevaar voor letsel, in het bijzonder bij remmanoeuvres of plotselinge richtings‐...
  • Pagina 88 Openen en sluiten Een in een tussenstand gestopt kofferdeksel Bij een volledig geopend kofferdeksel de omlaag drukken. toets p van de sleutel lang indrukken. De Het kofferdeksel wordt verder gesloten. sleutel moet zich daarbij in de omgeving van de auto bevinden. Auto's met HANDS-FREE ACCESS Bij volledig geopend kofferdeksel met de voet een schoppende beweging onder de bumper...
  • Pagina 89 Openen en sluiten Functie HANDS-FREE ACCESS De aanwijzingen met betrekking tot het openen & WAARSCHUWING Inklemgevaar pagina 83) en sluiten ( pagina 84) van het ondanks anti-inklemfunctie kofferdeksel in acht nemen. De anti-inklemfunctie reageert niet: Tijdens het openen of sluiten van het koffer‐ op zachte, lichte en dunne objecten, bij‐...
  • Pagina 90 Openen en sluiten Het kofferdeksel kan in de volgende situaties In deze situaties het KEYLESS-GO deac‐ onbedoeld openen of sluiten: tiveren of erop letten dat de sleutel ten minste 3 m van de auto verwijderd is. Als personen armen of benen in het registra‐ tiegebied bewegen, bijvoorbeeld bij het Ervoor zorgen dat u bij het maken van de schop‐...
  • Pagina 91 Openen en sluiten Afzonderlijke vergrendeling van de bagage‐ Uitschakelen: De schakelaar in de stand 2 Zijruiten ruimte in- en uitschakelen schuiven. Zijruiten openen en sluiten Als een ongeval wordt herkend, wordt de Als bij een ingeschakelde afzonderlijke vergren‐ bagageruimte ontgrendeld, ook als de afzon‐ deling de auto centraal wordt ontgrendeld, blijft &...
  • Pagina 92 Openen en sluiten Automatische beweging onderbreken: De Wanneer iemand bekneld raakt, direct toets W opnieuw indrukken of eraan trek‐ de toets loslaten of de toets indrukken ken. om de zijruit weer te openen. Als de auto is geparkeerd kunnen de zijruiten &...
  • Pagina 93 Openen en sluiten De zijruiten worden gesloten tot de ventilatie‐ De toets Ü op de sleutel ingedrukt hou‐ tijdens het initialiseren stand. den. In deze situaties kan de anti-inklemfunctie Auto's met schuifdak: De zijruiten worden vol‐ De volgende functies worden uitgevoerd: het inklemmen niet voorkomen.
  • Pagina 94 Openen en sluiten Comfortsluiting (auto van buitenaf sluiten) Voor het sluiten van het rolzonnescherm: Een zijruit kan niet worden gesloten en de oorzaak is niet zichtbaar. De toets ß opnieuw indrukken en inge‐ & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij drukt houden. Controleer of er zich voorwerpen in de ruit‐ onoplettende comfortsluiting Het comfortsluiting kan ook met KEYLESS- geleider bevinden.
  • Pagina 95 Openen en sluiten een seconde aan de toets blijven trekken (bij‐ Bij het openen en sluiten controleren & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het stellen). dat zich geen lichaamsdelen in het openen en sluiten van de rolzonnescher‐ De zijruit wordt zonder automatische anti- bewegingsgebied bevinden.
  • Pagina 96 Openen en sluiten Controleren of het omhoogbrengen of ope‐ Het schuifdak alleen openen als er geen nen van het schuifdak bij een gemonteerde sneeuw of ijs op het dak ligt. imperial mogelijk is. Automatische beweging starten: De toets * AANWIJZING Beschadiging door uitste‐ 3 tot voorbij het drukpunt drukken of er kende voorwerpen aan trekken en weer loslaten.
  • Pagina 97 Openen en sluiten Automatische functies van het schuifdak nescherm automatisch weer geopend. De auto‐ & WAARSCHUWING Inklemgevaar matische anti-inklemfunctie is slechts een hulp‐ ondanks actieve anti-inklemfunctie Het begrip "schuifdak" heeft ook betrekking middel en is geen vervanging van uw oplettend‐ op het panoramaschuifdak.
  • Pagina 98 Openen en sluiten Het schuifdak kan niet worden gesloten en automatische functie voor het schuifdak en de Als iemand bekneld is, de schuifdak‐ de oorzaak is niet zichtbaar. zijruiten uitgeschakeld. toets kort naar voren of naar achteren drukken. Het begrip "schuifdak" heeft ook betrekking Regensluiting als de auto rijdt op het panoramaschuifdak.
  • Pagina 99 Openen en sluiten De toets 3 meerdere keren zo lang tot Rolzonneschermen het drukpunt omhoog drukken, tot het schuif‐ Rolzonneschermen bij de achterste zijruiten dak volledig geopend is. uitrollen De toets 3 nog een seconde ingedrukt houden. * AANWIJZING Beschadiging van de oprol‐ Het schuifdak sluiten.
  • Pagina 100 Openen en sluiten Rolzonnescherm van de achterruit uit- of uitgeschakeld bij het inschakelen van het con‐ inrollen tact. & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het EDW (diefstal-/inbraakalarminstallatie) uit‑ of inrollen van het rolzonnescherm Werking van de EDW Lichaamsdelen in het bewegingsbereik van Als de EDW is ingeschakeld, wordt in de vol‐...
  • Pagina 101 Openen en sluiten Bij een actief Mercedes‑Benz noodoproep‐ De wegsleepbeveiliging wordt automatisch na systeem wordt tijdens een alarm van meer circa 60 seconden geactiveerd: dan 30 seconden automatisch contact opge‐ Na de vergrendeling met de sleutel nomen met de klantenservice Na de vergrendeling met KEYLESS-GO pagina 355).
  • Pagina 102 Openen en sluiten Wegsleepbeveiliging in- of uitschakelen Interieurbeveiliging in- en uitschakelen De interieurbeveiliging wordt alleen geactiveerd, als de volgende onderdelen gesloten zijn: Multimediasysteem: Multimediasysteem: de portieren Voertuig î Voertuiginstellingen Voertuig î Voertuiginstellingen het kofferdeksel Wegsleepbeveiliging Interieurbeveiliging De interieurbeveiliging wordt automatisch De functie in- O of uitschakelen ª.
  • Pagina 103 100 Stoelen en opbergen Uw benen zijn niet volledig gestrekt en u kunt Aanwijzingen voor een correcte stand van de pedalen goed indrukken. de bestuurdersstoel Uw achterhoofd wordt op ooghoogte door & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ het midden van de hoofdsteun ondersteund. len door voertuiginstellingen tijdens het U kunt het stuurwiel met licht gebogen rijden...
  • Pagina 104 Stoelen en opbergen 101 Stoelen De chauffeursstoel moet altijd vergren‐ & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij deld zijn voordat het voertuig wordt instelling van de stoelen Voorstoel mechanisch en elektrisch instellen gestart; dit controleren. (zonder zitcomfortpakket) Wanneer u een stoel instelt, is het mogelijk dat uzelf of andere inzittenden bekneld &...
  • Pagina 105 102 Stoelen en opbergen Altijd met gemonteerde hoofdsteunen De stoel voor aanvang van de rit correct & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij rijden. instellen. onoplettend instellen van de zitting‐ hoogte Voor het rijden bij elke inzittende con‐ Altijd erop letten dat de rugleuning troleren, of het midden van de hoofd‐...
  • Pagina 106 Stoelen en opbergen 103 Voorstoel mechanisch en elektrisch instellen In stoellengterichting instellen: De hendel (met zitcomfortpakket) omhoogbrengen en de stoel in de gewen‐ ste positie schuiven. Zorg ervoor dat de stoel vergrendeld is. Zittingdiepte instellen: De hendel omhoogbrengen en het voorste deel van de zitting naar voren‑...
  • Pagina 107 104 Stoelen en opbergen Voorstoel mechanisch en elektrisch instellen Voorstoel elektrisch instellen Zittingdiepte instellen: De hendel omhoogbrengen en het voorste deel van de zitting naar voren of naar achteren schuiven. Rugleuninghoek Hoofdsteunhoogte Zithoogte Rugleuninghoek Zittinghoek Zithoogte Stoellengterichting Zittingdiepte Zittinghoek Stoellengterichting...
  • Pagina 108 Stoelen en opbergen 105 De instellingen met de geheugenfunctie Met de toetsen de rugleuningwel‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel opslaan . ving individueel aan uw wervelkolom aanpas‐ door niet aangebrachte of verkeerd inge‐ sen. stelde hoofdsteunen Viervoudig verstelbare lendensteun instellen Als hoofdsteunen niet zijn ingebouwd of niet Hoofdsteunen correct zijn ingesteld is er een verhoogd...
  • Pagina 109 106 Stoelen en opbergen Naar achteren verstellen: De ontgrende‐ Hoger instellen: De hoofdsteun omhoog‐ lingsknop indrukken en ingedrukt hou‐ trekken. den. Lager instellen: De ontgrendelingsknop De hoofdsteun naar achteren drukken en de in de richting van de pijl drukken en de ontgrendelingsknop loslaten.
  • Pagina 110 Stoelen en opbergen 107 Zijwangen van rugleuning instellen Stoelinstellingen terugzetten De rugleuning achterin ontgrendelen en iets naar voren klappen ( pagina 115). Zijwangen selecteren. Multimediasysteem: De hoofdsteun tot de aanslag omhoogtrek‐ Het luchtkussen instellen. Voertuig a Stoelen Terugzetten ken. Rugleuningwelving in het lendengedeelte selecteren.
  • Pagina 111 108 Stoelen en opbergen van 8, 10 en 20 minuten terug tot het uit‐ De stoelverwarming niet herhaaldelijk schakelen van de stoelverwarming. inschakelen. Ter bescherming tegen oververhitting kan de Stoelventilatie in- of uitschakelen stoelverwarming na herhaaldelijk opnieuw Voorwaarden inschakelen tijdelijk worden gedeactiveerd. De spanningsvoorziening is ingeschakeld.
  • Pagina 112 Stoelen en opbergen 109 De toets zo vaak indrukken, tot de gewen‐ stuurwiel en de spiegels instellen en de ste aanjagerstand bereikt is. veiligheidsgordel omgespen. Afhankelijk van de aanjagerstand gaan een tot drie controlelampjes branden. Wanneer & WAARSCHUWING Inklemgevaar voor alle controlelampjes gedoofd zijn, is de stoel‐...
  • Pagina 113 110 Stoelen en opbergen Stuurwiel elektrisch instellen Stuurwielverwarming in- en uitschakelen Als het contact wordt uitgeschakeld wordt de stuurwielverwarming ook uitgeschakeld. Voorwaarden Het contact is ingeschakeld. In- en uitstaphulp Functie van de in- en uitstaphulp & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len bij wegrijden tijdens het instellen van de uitstaphulp U kunt de controle over het voertuig verlie‐...
  • Pagina 114 Stoelen en opbergen 111 bevindt. De bestuurdersstoel schuift alleen & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij acti‐ Bij gevaar voor inklemming door het stuur‐ naar achteren, als deze niet al in de achter‐ vering van de in‑ en uitstaphulp door kin‐ wiel: ste stand staat. deren De bedieningshendel van het stuurwiel Het stuurwiel en de bestuurdersstoel bewegen in...
  • Pagina 115 112 Stoelen en opbergen In- en uitstaphulp instellen Nooit met een geopend kofferdeksel rij‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel den. door ongeschikt opbergen van voorwer‐ Multimediasysteem: Voertuig î Voertuiginstellingen & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel Als voorwerpen op ongeschikte wijze in het In- en uitstaphulp door niet-vastgezette voorwerpen in de interieur worden opgeborgen, kunnen ze ver‐...
  • Pagina 116 Stoelen en opbergen 113 Zware, harde, scherpe, breekbare of te * AANWIJZING Beschadiging van de * AANWIJZING Beschadiging van het grote voorwerpen altijd in de bagage‐ bekerhouder opbergvak onder de asbak door grote ruimte opbergen en beveiligen. hitte De bekerhouder kan bij het terugklappen van de armsteun achter worden beschadigd.
  • Pagina 117 114 Stoelen en opbergen Opbergvakken in het interieur Het rijgedrag van de auto is afhankelijk van de De sigarettenaansteker altijd aan de verdeling van de bagage. Daarom bij het beladen handgreep vasthouden. Overzicht van de voorste opbergvakken de volgende aanwijzingen in acht nemen: Altijd ervoor zorgen dat kinderen niet Met de lading en personen niet het toege‐...
  • Pagina 118 Stoelen en opbergen 115 Doorlaadmogelijkheid achterbank (EASY- multifunctioneel display van het combi-instru‐ PACK Quickfold) ment weergegeven. Bovendien klinkt een waar‐ schuwingssignaal. Rugleuning achterin naar voren klappen Als de middelste rugleuning niet vastgeklikt en vergrendeld is, wordt de vergrendelingsindicator & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ rood.
  • Pagina 119 116 Stoelen en opbergen Eventueel de hoofdsteunen van de rugleu‐ De rugleuning naar voren klappen. ning achterin volledig inschuiven. Eventueel de bestuurders- of de passagiers‐ Linker en rechter rugleuning naar voren stoel terugzetten. klappen: Aan de rechter of linker ontgrende‐ Rugleuning achterin terugklappen lingshendel trekken.
  • Pagina 120 Stoelen en opbergen 117 Middelste rugleuning: Als de rugleuning niet vastgeklikt en vergrendeld is, is de rode vergrendelingsindicator zichtbaar. Ontgrendeling van de middelste rugleuning achterin blokkeren Voorwaarden De linker en de middelste rugleuning zijn ver‐ grendeld en met elkaar verbonden. U kunt de bagageruimte tegen onbevoegde toe‐...
  • Pagina 121 118 Stoelen en opbergen Overzicht van de tashaken Bagagenet bevestigen & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel bij & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel gebruik van de tashaken met zware voor‐ door ongeschikt opbergen van voorwer‐ werpen De tashaak kan zware voorwerpen of bagage Als voorwerpen op ongeschikte wijze in het niet tegenhouden.
  • Pagina 122 Zware, harde, scherpe, breekbare of te Bij niet voor Mercedes-Benz geteste en goed‐ De ringen aan de haken van de bagageruim‐ grote voorwerpen altijd in de bagage‐ gekeurde imperials kan schade aan de auto tebodem bevestigen.
  • Pagina 123 De afdekkingen kunnen bij het openen wor‐ dak omhoog worden gebracht. Wanneer het panoramaschuifdak wordt den beschadigd en bekrast. geopend terwijl een niet voor Mercedes-Benz Geen metalen of harde voorwerpen geteste en goedgekeurde imperial is gemon‐ gebruiken. teerd, kan het panoramaschuifdak door de imperial worden beschadigd.
  • Pagina 124 Stoelen en opbergen 121 Afhankelijk van de uitrusting van de auto Als een apparaat op de 12V-aansluiting wordt & GEVAAR Levensgevaar door ondeskun‐ beschikt deze over de volgende 12V-aansluitin‐ aangesloten, het deksel van het opbergvak dig werken met de contactdoos gen: geopend laten.
  • Pagina 125 122 Stoelen en opbergen Usb-aansluiting achterin geopende opbergvakken en houders voor mobiele telefoons bij een ongeval de daarin Afhankelijk van de uitrusting beschikt de auto aanwezige voorwerpen niet altijd tegenhou‐ over een of twee usb-aansluitingen in de mid‐ den. denconsole achterin. Er bestaat gevaar voor letsel, in het bijzonder Op de usb-aansluitingen kunnen usb-apparaten, bij remmanoeuvres of plotselinge richtings‐...
  • Pagina 126 Geen creditcards, opslagmedia, skipas‐ van de auto beschikbaar. telefoons vindt u onder: sen of andere gevoelig op elektromag‐ Kleine mobiele telefoons kunnen mogelijk https://www.mercedes-benz-mobile.com netische velden reagerende voorwerpen niet op elke plaats van de mobiele-telefoon‐ in de mobiele-telefoonhouder leggen. houder worden opgeladen.
  • Pagina 127 124 Stoelen en opbergen Vloermatten aanbrengen Vloermat verwijderen en aanbrengen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len door voorwerpen in de beenruimte van de bestuurder Voorwerpen in de beenruimte van de bestuurder kunnen de slag van de pedalen beperken en een ingedrukt pedaal blokkeren. Hierdoor wordt de bedrijfs‑...
  • Pagina 128 Stoelen en opbergen 125 Vloermatten verwijderen Verwijderen: De vloermatten van de hou‐ ders trekken. De vloermat verwijderen.
  • Pagina 129 126 Licht en zicht Aanwijzingen over verlichtingssystemen en Verlichtingsschakelaar Exterieurverlichting uw verantwoordelijkheid Verlichtingsschakelaar bedienen Aanwijzingen voor het aanpassen van de ver‐ lichting bij buitenlandse reizen De verschillende verlichtingssystemen van de auto zijn slechts hulpmiddelen. De verantwoor‐ Auto's met halogeen- of statische LED-kop‐ delijkheid voor de correcte voertuigverlichting lampen: Het omschakelen van de koplampen is overeenkomstig de heersende licht- en zichtom‐...
  • Pagina 130 Licht en zicht 127 De exterieurverlichting (behalve stads- en par‐ Het automatisch rijlicht is slechts een hulpmid‐ L Dimlicht en grootlicht keerlicht) wordt automatisch uitgeschakeld als del. De verantwoordelijkheid voor het inschake‐ R Mistachterlicht in- of uitschakelen de bestuurdersdeur wordt geopend. len van de verlichting ligt altijd bij de bestuurder.
  • Pagina 131 128 Licht en zicht De draaiknop van de koplampverstelling in de Lichtsignaal stand zetten die overeenkomt met de bela‐ Knipperlichten links dingstoestand van de auto. De betreffende functie met de combischake‐ laar bedienen. Combischakelaar verlichting bedienen Grootlicht Inschakelen: De verlichtingsschakelaar in de stand L of Ã...
  • Pagina 132 Licht en zicht 129 Knipperlichten Noodknipperlichten in- of uitschakelen Als vervolgens wordt verder gereden, wordt de alarmknipperlichtinstallatie bij circa 10 km/h Kort knipperen: De combischakelaar kort automatisch uitgeschakeld. U kunt de alarmknip‐ tot het drukpunt in de richting van de pijl perlichtinstallatie ook met de toets uitscha‐...
  • Pagina 133 130 Licht en zicht Werking van de actieve bochtenverlichting Werking van de bochtenverlichting GPS-positie van de auto aan beide zijden geacti‐ veerd. Het blijft actief totdat de rotonde of krui‐ sing wordt verlaten. Werking van de verlichting voor snelwegen De verlichting voor snelwegen vergroot het bereik en de helderheid van de lichtbundel en maakt een verder zicht mogelijk.
  • Pagina 134 Licht en zicht 131 Intelligent Light System in- of uitschakelen In de volgende gevallen is de functie niet actief: De functie wordt in de volgende situatie automa‐ tisch gedeactiveerd: Voorwaarden bij snelheden onder 80 km/h Na de activering worden snelheden boven Het contact is ingeschakeld.
  • Pagina 135 132 Licht en zicht De adaptieve grootlichtassistent is slechts een Grootlicht Verkeersdeelnemers waarvan de verlich‐ hulpmiddel. De verantwoordelijkheid voor de ting afgedekt is, bijvoorbeeld door een Bij snelheden boven 30 km/h: correcte voertuigverlichting overeenkomstig de vangrail Als geen andere verkeersdeelnemers worden heersende licht- en zichtomstandigheden en de In zeer sporadische gevallen reageert de herkend, wordt automatisch het grootlicht...
  • Pagina 136 Licht en zicht 133 Het grootlicht via de combischakelaar inscha‐ De adaptieve grootlichtassistent Plus is slechts Verkeersdeelnemers waarvan de verlich‐ kelen. een hulpmiddel. De verantwoordelijkheid voor de ting afgedekt is, bijvoorbeeld door een Als de adaptieve grootlichtassistent wordt correcte voertuigverlichting overeenkomstig de vangrail heersende licht- en zichtomstandigheden en de ingeschakeld, gaat het controlelampje _...
  • Pagina 137 134 Licht en zicht Gedeeltelijk grootlicht Bij snelheden boven 40 km/h: Het grootlicht via de combischakelaar inscha‐ kelen. Grootlicht Als geen andere verkeersdeelnemers worden Als het grootlicht bij duisternis automatisch herkend en de rijbaan recht verloopt, wordt ULTRA RANGE grootlicht wordt ingeschakeld, gaat het controle‐...
  • Pagina 138 Licht en zicht 135 Oriëntatieverlichting instellen Bedieningseenheid in handgreep Interieurverlichting Multimediasysteem: Interieurverlichting instellen Voertuig ÷ Lichtinstellingen Bedieningspaneel dakconsole voorin Oriëntatieverlichting De functie in- O of uitschakelen ª. Wanneer de oriëntatieverlichting ingeschakeld is, brandt de exterieurverlichting gedurende 40 seconden na het ontgrendelen van de auto. Als de auto wordt gestart, wordt de oriëntatie‐...
  • Pagina 139 136 Licht en zicht Helderheid instellen Overzicht van de te vervangen lichtbronnen Lampjes vervangen (auto's met halogeen‐ koplampen) Helderheid selecteren. Halogeenkoplampen Aanwijzingen met betrekking tot het vervan‐ Een lichtsterkte instellen. gen van lampjes Lichtsterkte van de zones activeren Helderheidszones selecteren. &...
  • Pagina 140 Licht en zicht 137 Achterlicht Lampjes aan voorzijde vervangen (auto's met Uitbouwen: De beide bevestigingen halogeenkoplampen) de afdekking met een geschikt voorwerp tot de aanslag linksom draaien. Afdekking in de voorste wielkuip verwijderen De ontgrendelde afdekking van de wiel‐ en aanbrengen kuipbekleding naar boven toe verwijderen.
  • Pagina 141 138 Licht en zicht De afdekking in de voorste wielkuip is verwij‐ De nieuwe lichtbron in de fitting aanbrengen, Openen: De rechter of linker zijbekleding1 derd. zodat de lampvoet volledig tegen de bodem aan de bovenkant losmaken en verwijderen. van de fitting aankomt. Sluiten: Zijbekleding weer aanbrengen.
  • Pagina 142 Licht en zicht 139 De zijbekleding sluiten. Ruitenwissers en ruitensproeierinstallatie Ruitenwissers voorruit in- of uitschakelen Knipperlicht: De lichtbron iets in de lamphouder drukken, linksom draaien en uit de lamphouder verwijderen. De nieuwe lichtbron in de lamphouder plaat‐ sen en rechtsom draaien. Achteruitrijlicht: De lichtbron uit de De bovenste en onderste vergrendeling op de...
  • Pagina 143 140 Licht en zicht Ruitenwisserarmen in de vervangingsstand ° Continu wissen langzaam zetten ¯ Continu wissen snel Het contact in- en direct weer uitschakelen. De combischakelaar in de betreffende stand Binnen circa 15 seconden de toets î op 1 - 5 draaien. de combischakelaar gedurende circa Eenmaal wissen resp.
  • Pagina 144 Licht en zicht 141 Ruitenwisserbladen aanbrengen Onderhoudsindicatie De bevestiging van het ruitenwisserblad con‐ troleren. De ruitenwisserarmen weer naar de voorruit klappen. Het contact inschakelen. Op de combischakelaar de toets î indrukken ( pagina 139). De ruitenwisserarmen gaan terug naar de uit‐ gangspositie.
  • Pagina 145 142 Licht en zicht Buitenspiegels in- en uitklappen De tijd tot het veranderen van de kleur is & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ afhankelijk van de gebruiksvoorwaarden. len bij gebruik van de buitenspiegel door verkeerde inschatting van de afstand Spiegels De buitenspiegels geven een verkleind beeld. De zichtbare objecten zijn dichterbij dan het Buitenspiegels bedienen lijkt.
  • Pagina 146 Licht en zicht 143 Werking van de automatisch dimmende spie‐ De toets kort indrukken. Geen braken opwekken. Zo snel mogelijk naar een arts gaan. Buitenspiegels instellen Met elektrolyt vervuilde kleding Met de toetsen de in te stellen bui‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel en direct vervangen.
  • Pagina 147 144 Licht en zicht Inparkeerstand van de buitenspiegel aan In de volgende situaties klapt de buitenspiegel Met de toets de buitenspiegel aan passa‐ aan passagierszijde omlaag in de richting van passagierszijde via de achteruitversnelling gierszijde in de gewenste inparkeerstand opslaan het achterwiel aan passagierszijde: brengen.
  • Pagina 148 ( pagina 148) altijd goed afgesloten wordt door het deksel. ¤ Achterruitverwarming in- of uitschake‐ Door Mercedes-Benz geadviseerde en vrijgege‐ ven filters gebruiken. Onderhoudswerkzaamhe‐ Auto's met aircobedieningseenheid THER‐ den altijd laten uitvoeren bij een gekwalificeerde MATIC zonder standverwarming: 0 Syn‐...
  • Pagina 149 146 Klimaatregeling Bedieningseenheid achterin bij auto's met Als de klimaatregeling is uitgeschakeld, kun‐ g Luchtrecirculatie in- of uitschakelen aircobedieningseenheid THERMOTRONIC nen de ruiten sneller beslaan. De klimaatre‐ pagina 148) geling slechts kortstondig uitschakelen. Auto's met aircobedieningseenheid THER‐ MATIC: ¿ A/C-functie in- of uitschakelen pagina 146) A/C-functie via aircobedieningseenheid in- of uitschakelen...
  • Pagina 150 Klimaatregeling 147 Klimaatmodus instellen De functie in- O of uitschakelen ª. De temperatuur instellen. Multimediasysteem: Voertuig b Klimaatregeling Klimaatregeling automatisch regelen Synchronisatiefunctie van de klimaatrege‐ Aircostijl ling via aircobedieningseenheid in- of uit‐ In de automatische stand wordt de ingestelde schakelen Bestuurder en/of Passagier...
  • Pagina 151 148 Klimaatregeling Synchronisatiefunctie van de klimaatrege‐ Luchtrecirculatie in- of uitschakelen Ionisering in- of uitschakelen ling via het multimediasysteem in- of uit‐ Multimediasysteem: De toets g indrukken. schakelen De interieurlucht wordt gerecirculeerd. Voertuig b Klimaatregeling Multimediasysteem: Ionisering Vanuit de luchtrecirculatiemodus wordt na enige Voertuig b Klimaatregeling tijd automatisch overgeschakeld naar de buiten‐...
  • Pagina 152 Verwijderen: De flacon eruit trekken. Bij aanhoudende klachten naar een arts Wanneer niet-originele Mercedes-Benz parfums gaan. worden gebruikt, de waarschuwing op de ver‐ pakking van de parfumvloeistof in acht nemen.
  • Pagina 153 150 Klimaatregeling De flacon met origineel Mercedes-Benz parfum Als de buitentemperatuur wijzigt, wordt auto‐ Als de motor of de standverwarming nadat deze opgebruikt is afvoeren en niet matisch omgeschakeld van de verwarmings- werken, de uitlaateindpijp en de omge‐ opnieuw vullen.
  • Pagina 154 Klimaatregeling 151 Geel: De vertrektijd is voorgeselecteerd. De brandstoftank is ten minste tot de reser‐ * AANWIJZING Accu-ontlading door vestand gevuld. gebruik van de standverwarming-ventila‐ De standverwarming/-ventilatie wordt na Direct inschakelen 50 minuten uitgeschakeld. Het gebruik van de standverwarming-ventila‐ Bediening via app: De standverwarming/-venti‐ tie belast de accu.
  • Pagina 155 152 Klimaatregeling De toets , of . zo vaak indrukken, tot Vertrektijd deactiveren: De gewenste ver‐ Geselecteerde vertrektijd de tijd die moet worden gewijzigd op het dis‐ trektijd selecteren en de toets ^ lang Resterende tijd van de standverwarming/- play verschijnt. indrukken.
  • Pagina 156 Klimaatregeling 153 Voorwaarden Problemen met de afstandsbediening van de slikt, kan dit zeer zware schade aan de standverwarming/-ventilatie gezondheid toebrengen. Een lithiumbatterij van het type CR2450 is beschikbaar. Op het display van de afstandsbediening ver‐ Er dreigt levensgevaar! schijnt FAIL ¨ ¨...
  • Pagina 157 154 Klimaatregeling Op het display van de afstandsbediening ver‐ Om de toevoer van buitenlucht via de luchtuit‐ ken en naar boven, beneden, links of rechts stroomopeningen naar het interieur te waarbor‐ zwenken. schijnt FAIL ¯ ¯ gen, de volgende aanwijzingen in acht nemen: Mogelijke oorzaak: Luchtuitstroomopeningen achterin instellen De luchtroosters in het interieur altijd vrij‐...
  • Pagina 158 Rijden en parkeren 155 Spanningsvoorziening of contact inschakelen Rijden Kinderen nooit zonder toezicht in het (zonder starten van de motor) voertuig laten. Aanwijzingen met betrekking tot Mercedes- AMG auto's Bij het verlaten van het voertuig altijd & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ de sleutel meenemen en het voertuig len en letsel als kinderen zonder toezicht De aanwijzingen over de volgende onderwerpen...
  • Pagina 159 156 Rijden en parkeren Auto starten De toets wordt nog tweemaal ingedrukt. Auto met start-stoptoets starten Contact inschakelen: De toets twee‐ maal indrukken. & GEVAAR Levensgevaar door uitlaatgas‐ Op het combi-instrument verschijnen de con‐ trolelampjes. Wanneer aan een van de volgende voorwaarden Verbrandingsmotoren stoten giftige uitlaat‐...
  • Pagina 160 (noodprogramma) handleiding. pagina 158). Voorwaarden Mercedes-Benz adviseert de noodsleutel mee te nemen, voor het geval dat functiebe‐ De sleutel bevindt zich in de auto en wordt perkingen optreden. herkend. Sleutel niet herkend Smartphone in oplaad-...
  • Pagina 161 De auto met de start-stoptoets starten. Met de start-stoptoets kan ook de span‐ ningsvoorziening of het contact worden inge‐ Na diefstal van de digitale voertuigsleutel-sticker schakeld. kan de sleutelfunctie bij een Mercedes-Benz-ser‐ Het opbergvak moet leeg zijn; dit contro‐ vicewerkplaats worden gedeactiveerd. leren.
  • Pagina 162 Rijden en parkeren 159 Auto starten (Remote Online) het starten van de motor met een smart‐ De auto met de smartphone starten. phone mogelijk. Na iedere start draait de motor tien minuten. & WAARSCHUWING Inklemgevaar door Het starten en laten draaien van de auto is U kunt maximaal twee startpogingen na elkaar het ongewild in werking treden van de zonder gevaar mogelijk op de parkeerplek.
  • Pagina 163 160 Rijden en parkeren Aanwijzingen met betrekking tot het inrijden Aanwijzingen met betrekking tot de geopti‐ Pas vanaf 1500 km kan het motortoerental geleidelijk worden verhoogd en het volledige maliseerde acceleratie snelheidsbereik worden gebruikt. * AANWIJZING Mercedes-AMG auto's Wanneer aan alle benodigde (activerings-)voor‐ waarden wordt voldaan, kan een optimale acce‐...
  • Pagina 164 Rijden en parkeren 161 Het ESP ® weer inschakelen. Niet voortdurend wegrijden met geopti‐ ® Als het ESP is uitgeschakeld, bestaat ver‐ maliseerde acceleratie. hoogd slipgevaar en gevaar voor ongevallen! Na het wegrijden met geoptimaliseerde acceleratie kunnen onderdelen van de aan‐ Er mogen zich geen personen of voor‐...
  • Pagina 165 162 Rijden en parkeren De vloermatten altijd stevig en zoals & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ & WAARSCHUWING Slipgevaar en gevaar voorgeschreven aanbrengen, zodat len bij uitgeschakeld contact tijdens het voor ongevallen door terugschakelen op altijd voldoende vrije ruimte voor de rijden een glad wegdek pedalen is gewaarborgd.
  • Pagina 166 Rijden en parkeren 163 Aan de luwzijde van de auto een ruit Maar weinig gas geven. * AANWIJZING Slijtage van de remblokken openen, om voldoende buitenlucht in door het continu indrukken van het rem‐ De oorzaak zo snel mogelijk laten ver‐ het interieur te laten komen.
  • Pagina 167 164 Rijden en parkeren Aanwijzingen met betrekking tot aquaplaning ECO start-stopsysteem De volgende aanwijzingen in acht nemen wan‐ Vanaf een bepaalde waterhoogte op de rijbaan neer u door water moet rijden: Werking van het ECO start-stopsysteem kan aquaplaning optreden. De waterhoogte bij rustig water mag maxi‐ Bij sterke neerslag of bij omstandigheden waar‐...
  • Pagina 168 Rijden en parkeren 165 Auto's met automatische transmissie: De Auto's met automatische transmissie: De intelligente stopverhinderaar herkend, bij‐ voorbeeld een stopbord. auto wordt in de transmissiestand h of i transmissiestand h of k wordt ingescha‐ gestopt. keld. Als de motor door het ECO start-stopsysteem is Auto's met automatische transmissie en Het gaspedaal wordt ingedrukt.
  • Pagina 169 166 Rijden en parkeren ECO start-stopsysteem uit- of inschakelen Functie van de ECO-aanduiding gelijkmatige snelheid De ECO-aanduiding verzamelt gegevens over het Het binnenste segment brandt niet en het bui‐ rijgedrag van de start tot het einde van de rit en tenste segment wordt leeggemaakt bij de vol‐...
  • Pagina 170 Rijden en parkeren 167 Functie van de ECO-assistent * AANWIJZING Plug-in-hybride-technolo‐ De aanwijzingen in de aanvullende handleiding in acht nemen. Anders kunt u gevaren niet herkennen. De ECO-assistent analyseert gegevens van de geplande route van de auto. Daardoor kan het Voorbeelden komende situatie systeem helpen om de rijstijl optimaal aan de Komende situatie...
  • Pagina 171 168 Rijden en parkeren helling de optimale snelheid voor een maximale symbool verschijnt ook als de assistentie‐ Het systeem kan in de volgende situaties moge‐ brandstofbesparing en recuperatie-energie. Op weergave niet is geselecteerd. lijk niet correct werken of buiten werking zijn: het multifunctioneel display verschijnt de mel‐...
  • Pagina 172 Rijden en parkeren 169 ECO-assistent weergeven Rijprogramma kiezen Met de DYNAMIC SELECT-schakelaar wordt gewisseld tussen de volgende rijprogramma's: Boordcomputer: = (Individual): Individuele instellingen Assistentie B (Sport +): Bijzonder sportief rijden C (Sport): Sportief rijden DYNAMIC SELECT-schakelaar A (Comfort): Comfortabel en zuinig rijge‐ Werking van de DYNAMIC SELECT-schakelaar drag ;...
  • Pagina 173 170 Rijden en parkeren Rijprogramma I configureren Voertuiggegevens weergeven Buitentemperatuur Bedrijfstemperatuur van de motor Multimediasysteem: Multimediasysteem: De weergegeven waarden dienen slechts als Voertuig e DYNAMIC SELECT Voertuig e DYNAMIC SELECT richtlijn. De op het mediadisplay weergege‐ Individual Voertuiggegevens selecteren. ven waarden voor motorvermogen en motor‐ De voertuiggegevens worden weergegeven.
  • Pagina 174 Rijden en parkeren 171 Uitrustingen van de auto bedienen en bij‐ * AANWIJZING Beschadiging van de * AANWIJZING Beschadiging van de ver‐ voorbeeld bekneld raken. motor en versnellingsbak door het snellingsbak door het inschakelen van de inschakelen van een te lage versnelling achteruitversnelling k tijdens het rijden Bovendien kunnen kinderen de auto in bewe‐...
  • Pagina 175 172 Rijden en parkeren Achteruitversnelling k inschakelen: Automatische transmissie Het koppelingspedaal volledig indrukken. DIRECT SELECT-keuzehendel De versnellingshendel met iets extra Functie van de DIRECT SELECT-keuzehendel kracht naar links tot voorbij de merkbare weerstand drukken en dan naar voren & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ schuiven.
  • Pagina 176 Rijden en parkeren 173 & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Bij het verlaten van het voertuig altijd de sleutel meenemen en het voertuig len en letsel als kinderen zonder toezicht vergrendelen. in de auto worden achtergelaten De sleutel buiten bereik van kinderen Wanneer kinderen zonder toezicht in de auto bewaren.
  • Pagina 177 174 Rijden en parkeren Neutraalstand N inschakelen Parkeerstand P inschakelen Om met geopend bestuurdersportier te Het rempedaal indrukken en de DIRECT De aanwijzingen met betrekking tot het afzet‐ manoeuvreren, opent u bij stilstand het SELECT-keuzehendel tot de eerste weerstand ten van de auto in acht nemen bestuurdersportier en schakelt u opnieuw de omhoog- of omlaagdrukken.
  • Pagina 178 Rijden en parkeren 175 Handmatig schakelen De transmissie zo snel mogelijk bij een Als het handmatig schakelen wordt gedeacti‐ gekwalificeerde werkplaats laten controle‐ veerd, worden de versnellingen automatisch ren. geschakeld. Kortstondige instelling: Het acceleratievermogen neemt af, de trans‐ missie schakelt niet meer. Activeren: Aan de stuurwielschakelpaddle trekken.
  • Pagina 179 176 Rijden en parkeren Terugschakelen: Aan de stuurwielschakel‐ Om de motor tegen een te hoog toerental te beschermen, schakelt de automatische trans‐ paddle trekken. missie bij het maximumtoerental in de eerstvol‐ Deactiveren: Aan de stuurwielschakelpaddle gende hogere versnelling. trekken en deze vasthouden. De transmissiestandaanduiding geeft h aan.
  • Pagina 180 Rijden en parkeren 177 De modus uitrollen heeft de volgende eigen‐ De modus uitrollen kan ook worden geacti‐ Functie van de 4MATIC schappen: veerd als in het rijprogramma = voor de De 4MATIC zorgt voor aandrijving van alle vier de aandrijving de instelling "Eco"...
  • Pagina 181 178 Rijden en parkeren Tanken Kinderen op afstand van brandstoffen & WAARSCHUWING Brand‑ en explosiege‐ houden. vaar door elektrostatische oplading Tanken Tijdens het tanken portieren en ruiten Elektrostatische oplading kan ervoor zorgen gesloten houden. & WAARSCHUWING Brand‑ en explosiege‐ dat brandstofdampen ontsteken. vaar door brandstof Voordat u de tankdop opent of het vul‐...
  • Pagina 182 Rijden en parkeren 179 Benzine met meer dan 3 vol.% methanol, een zwavelgehalte van minder dan * AANWIJZING Beschadiging door ver‐ bijvoorbeeld M15, M30 50 ppm. keerde brandstof Auto's zonder dieselpartikelfilter: Benzine met metaalhoudende additieven Auto's met benzinemotor: Alleen diesel met een zwavelgehalte Wanneer abusievelijk een verkeerde brand‐...
  • Pagina 183 180 Rijden en parkeren * AANWIJZING Geen diesel tanken bij * AANWIJZING Geen benzine tanken bij * AANWIJZING Plug-in-hybride-technolo‐ auto's met benzinemotor auto's met dieselmotor Wanneer abusievelijk een verkeerde brand‐ Wanneer abusievelijk een verkeerde brand‐ Bij auto's met benzinemotor de aanwij‐ stof wordt getankt: stof wordt getankt: zingen in de aanvullende handleiding in...
  • Pagina 184 Rijden en parkeren 181 De tankdop van bovenaf in de houder ® AdBlue (alleen auto's met dieselmotor) aanbrengen. Aanwijzingen met betrekking tot het bijvul‐ De vulpijp van het vulpistool volledig in de ® len van AdBlue tankvulbuis schuiven, laten rusten en tanken. ®...
  • Pagina 185 Direct AdBlue ® bijvullen. worden gevuld. ® AdBlue kunt u bij een gekwalificeerde werk‐ AdBlue bijvullen Noodloop over XXX km Zie plaats, bijvoorbeeld bij een Mercedes-Benz- ® ® AdBlue alleen in de AdBlue -tank vul‐ ® handleiding. De lage AdBlue -voorraad leidt servicewerkplaats, in het kader van de snel‐...
  • Pagina 186 Rijden en parkeren 183 ® ® ® AdBlue tankdop openen AdBlue bijvullen gegeven hoeveelheid AdBlue bijvullen. Het contact inschakelen en circa 60 seconden wachten. De motor starten. ® U kunt de AdBlue -actieradius en het peil op het multifunctioneel display in het menu Service laten weergeven.
  • Pagina 187 184 Rijden en parkeren De AdBlue ® bijvulcontainer kan gedeelte‐ Parkeren & WAARSCHUWING Brandgevaar bij hete lijk geleegd worden verwijderd. onderdelen van het uitlaatsysteem Auto afzetten ® De eenwegslang en de AdBlue bijvulcon‐ Brandbaar materiaal, bijvoorbeeld bladeren, tainer in omgekeerde volgorde losdraaien &...
  • Pagina 188 Rijden en parkeren 185 Uitrustingen van de auto bedienen en bij‐ * AANWIJZING Beschadigingen door het voorbeeld bekneld raken. laten zakken van de auto Bovendien kunnen kinderen de auto in bewe‐ Auto's met AIRMATIC resp. niveaurege‐ ging zetten, door bijvoorbeeld: ling: De auto kan door temperatuurverschil‐...
  • Pagina 189 186 Rijden en parkeren Auto's met handgeschakelde versnel‐ Garagedeurbediening bewegingsgebied van de garagedeur worden lingsbak: De 1e versnelling of de achteruit‐ ingeklemd of worden geraakt. Toetsen van de garagedeurbediening pro‐ versnelling k inschakelen. grammeren Altijd opletten dat zich niemand in het Auto's met automatische transmissie: Bij bewegingsgebied van de garagedeur stilstaande auto en ingedrukt rempedaal de...
  • Pagina 190 Rijden en parkeren 187 De afstandsbediening op een afstand tus‐ Uw auto bevindt zich binnen het bereik van sen 1 cm en 8 cm op de toets 1, het garage- of het buitendeurbedieningssys‐ richten. teem. De toets van de afstandsbediening De auto evenals personen en voorwerpen indrukken en ingedrukt houden tot een van bevinden zich buiten het bewegingsgebied...
  • Pagina 191 188 Rijden en parkeren Garagedeur openen of sluiten Elektrische parkeerrem De afstandsbediening onder verschil‐ lende hoeken op een afstand tussen 1 cm en Voorwaarden Werking van de elektrische parkeerrem 8 cm voor de binnenspiegel houden. Daarbij De betreffende toets is voor het bedienen (automatisch inschakelen) elke instelstand ten minste 25 seconden aan‐...
  • Pagina 192 Rijden en parkeren 189 De gordelslottong steekt niet in het gordel‐ De gordelslottong steekt niet in het gordel‐ Kinderen nooit zonder toezicht in het slot van de bestuurdersstoel en het bestuur‐ slot van de bestuurdersstoel en het bestuur‐ voertuig laten. dersportier wordt geopend.
  • Pagina 193 190 Rijden en parkeren Elektrische parkeerrem handmatig inschake‐ Als de elektrische parkeerrem ingeschakeld is, Auto's met automatische transmissie: De brandt in het combi-instrument het rode contro‐ len of vrijzetten transmissie staat in de stand h of k en lelampje !. het gaspedaal wordt ingedrukt of er wordt bij Aantrekken gesloten bestuurdersportier geschakeld van...
  • Pagina 194 Rijden en parkeren 191 Informatie over botsingsherkenning bij Systeemgrenzen Alleen wanneer het controlelampje continu geparkeerde auto brandt, is de elektrische parkeerrem correct De herkenning kan in de volgende situaties ingeschakeld. beperkt zijn: Wanneer bij de vergrendelde auto met ingescha‐ Vrijzetten kelde wegsleepbeveiliging een botsing wordt bij schade zonder botsing, bijvoorbeeld bij herkend, ontvangt u in het multimediasysteem...
  • Pagina 195 192 Rijden en parkeren De diefstal-/inbraakalarminstallatie (EDW) is De ruststand wordt automatisch gedeacti‐ * AANWIJZING Plug-in-hybride-technolo‐ niet beschikbaar. veerd als het contact wordt ingeschakeld. De functies interieurbeveiliging en wegsleep‐ Ruststand activeren of deactiveren De aanwijzingen met betrekking tot de beveiliging zijn niet beschikbaar. Multimediasysteem: hoogspanningsaccu in de aanvullende De functie botsingsherkenning bij gepar‐...
  • Pagina 196 Rijden en parkeren 193 Informatie over de sensoren en camera's van bestuurder is zelf verantwoordelijk voor de vei‐ De radarsensoren zijn, afhankelijk van de uit‐ de auto lige afstand, de gereden snelheid, het tijdig rem‐ rusting van de auto, achter de bumpers men en het aanhouden van de rijstrook.
  • Pagina 197 194 Rijden en parkeren Overzicht van de rijsystemen en rijveilig‐ Actieve afstandsassistent DISTRONIC Verkeerstekenassistent ( pagina 241) heidssystemen pagina 206) Dodehoek- en actieve dodehoekassistent Actieve snelheidslimietassistent met uitstapwaarschuwing ( pagina 243) ABS (AntiBlokkeerSysteem) ( pagina 194) pagina 211) BAS (Brems-Assistent-System = remassis‐ Actieve spoorassistent ( pagina 246) Routegebaseerde snelheidsaanpassing...
  • Pagina 198 Rijden en parkeren 195 Functie van het BAS Als het waarschuwingslampje å permanent Het ESP ® alleen uitschakelen, zolang de ® brandt, is het ESP uitgeschakeld: hieronder beschreven situaties zich Het Brake Assist System (BAS) ondersteunt u bij voordoen. De rijstabiliteit wordt niet meer verbeterd. een noodstop met extra remkracht.
  • Pagina 199 196 Rijden en parkeren Op zand of grind ® ® Invloed van de rijprogramma's op het ESP Sport De rijprogramma's maken een aanpassing van Rijprogramma C De doordraaiende wielen zorgen door frees‐ ® het ESP aan verschillende weersomstandighe‐ Stabiele, sportief georiënteerde instelling werking voor een betere tractie.
  • Pagina 200 Rijden en parkeren 197 ® ® (elektronisch stabiliteitsprogramma) Functie van de ESP zijwindassistent De rijstijl altijd aan de actuele verkeers‑ in- of uitschakelen en weersomstandigheden aanpassen. De ESP ® zijwindassistent herkent plotseling Multimediasysteem: optredende zijwind en helpt de bestuurder om ®...
  • Pagina 201 198 Rijden en parkeren Functie van de EBD Systeemgrenzen Het Active Brake Assist System kan u helpen om het aanrijdingsgevaar met voertuigen, fietsers of De stuurassistent STEER CONTROL kan in de De Electronic Brakeforce Distribution (EBD) voetgangers te minimaliseren of de gevolgen van volgende situaties nadelig beïnvloed of buiten heeft de volgende eigenschappen: een ongeval te beperken.
  • Pagina 202 Rijden en parkeren 199 anders kunt u gevaren niet herkennen Wanneer u vanaf een snelheid van circa De verkeerssituatie altijd goed in de pagina 192). 7 km/h een voertuig, fietser of voetganger gaten houden en niet uitsluitend op het tot een kritische afstand nadert, hoort u een Active Brake Assist System vertrouwen.
  • Pagina 203 200 Rijden en parkeren Afstandswaarschuwingsfunctie (auto's met Aan de situatie aangepaste remondersteu‐ bij snelheden tot circa 80 km/h op vooruitrij‐ rijassistentiepakket) dende fietsers ning (auto's zonder rijassistentiepakket) De afstandswaarschuwingsfunctie kan u in de bij snelheden tot circa 60 km/h op bewe‐ De aan de situatie aangepaste remondersteu‐...
  • Pagina 204 Rijden en parkeren 201 Uitwijkstuurassistent (alleen auto's met bij snelheden tot circa 60 km/h op stil‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ staande en bewegende voetgangers, krui‐ rijassistentiepakket) len ondanks uitwijk-stuurassistent sende voertuigen en stilstaande en kruisende De uitwijkstuurassistent heeft de volgende De uitwijkstuurassistent kan objecten en fietsers eigenschappen:...
  • Pagina 205 202 Rijden en parkeren niet de volledige werking van het systeem Wanneer de typische contour van een voet‐ Uw selectie blijft behouden als de auto weer beschikbaar. ganger niet voldoende afwijkt van de achter‐ wordt gestart. grond Het systeem kan in de volgende situaties moge‐ Active Brake Assist System uitschakelen lijk niet correct werken of buiten werking zijn: Wanneer een voetganger niet meer als zoda‐...
  • Pagina 206 Rijden en parkeren 203 Functie van het adaptieve remlicht TEMPOMAT en limiter Weergaven op het multifunctioneel display h (grijs): TEMPOMAT is geselecteerd, Het adaptieve remlicht waarschuwt het achter‐ Functie van de TEMPOMAT maar nog niet geactiveerd. opkomend verkeer bij een noodstopsituatie door De tempomat regelt de snelheid op de door de h (groen): De TEMPOMAT is geactiveerd.
  • Pagina 207 204 Rijden en parkeren De TEMPOMAT in de volgende situaties niet heid vanaf 20 km/h tot de door de constructie Als de gereden snelheid hoger dan de opge‐ gebruiken: bepaalde maximumsnelheid of de opgeslagen slagen snelheid is, knippert de aanduiding winterbandenlimiet instellen.
  • Pagina 208 Rijden en parkeren 205 Variabele limiter selecteren: Met de rech‐ Rekening houden met de verkeerssitua‐ ter tuimelschakelaar È selecteren. tie voordat de opgeslagen snelheid wordt opgeroepen. Auto's met actieve afstandsassistent DISTRONIC: De variabele limiter wordt via Voorwaarden een andere toets gekozen ( pagina 209).
  • Pagina 209 206 Rijden en parkeren Wanneer u de TEMPOMAT of de actieve Met de linker tuimelschakelaar J selecte‐ play. Als u de melding bevestigt, wordt zolang de afstandsassistent DISTRONIC activeert, ren. auto niet wordt geparkeerd geen melding meer wordt de laatst opgeslagen snelheid voor de De toegestane maximumsnelheid van het gegeven.
  • Pagina 210 Rijden en parkeren 207 tot stilstand. De auto wordt afhankelijk van de wordt ingeschakeld om naar de snellere rij‐ anders kunt u gevaren niet herkennen afstand tot de voorligger en de ingestelde snel‐ strook te wisselen pagina 192). heid versneld of vertraagd. Snelheid en de Auto's met rijassistentiepakket: Weergaven van de actieve afstandsassistent afstand worden in het stuurwiel ingesteld en...
  • Pagina 211 208 Rijden en parkeren Permanente statusindicatie van de actieve Weergave in de snelheidsmeter Als de radarsensoren vervuild of afgedekt afstandsassistent DISTRONIC De opgeslagen snelheid is in de snelheidsmeter zijn k (wit): actieve afstandsassistent gemarkeerd. Is de snelheid van de voorligger of In parkeergarages of op wegen met steile DISTRONIC geselecteerd, ingestelde voorge‐...
  • Pagina 212 Rijden en parkeren 209 Actieve afstandsassistent DISTRONIC bedie‐ Wanneer de opgeslagen snelheid wordt De snelheid aanpassen en voldoende opgeroepen terwijl deze duidelijk hoger of afstand houden. Voorwaarden lager is dan de actueel gereden snelheid. Zelf remmen en/of uitwijken. De elektrische parkeerrem is vrijgezet. Wanneer de actieve afstandsassistent DISTRONIC een voorligger niet meer her‐...
  • Pagina 213 210 Rijden en parkeren Actieve afstandsassistent DISTRONIC of vari‐ overgenomen. De auto past de snelheid aan abele limiter activeren die van de voorligger aan, tot maximaal de opgeslagen snelheid. Zonder opgeslagen snelheid activeren: De tuimelschakelaar omhoog-M of Met behulp van de actieve afstandsassistent omlaagdrukken N of met de linker tuimel‐...
  • Pagina 214 Rijden en parkeren 211 tisch overgenomen als opgeslagen snelheid & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ pagina 243). 10 km/h: De tuimelschakelaar tot voorbij len door ingeschakelde actieve afstands‐ het drukpunt omhoog- M of omlaagdruk‐ De rijsnelheid wordt uiterlijk ter hoogte van de assistent DISTRONIC bij het verlaten van ken N en vasthouden (stappen van verkeersborden aangepast.
  • Pagina 215 212 Rijden en parkeren De aanwijzingen met betrekking tot de rijsyste‐ van het gekozen rijprogramma, brandstofbespa‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ men en uw verantwoording in acht nemen, rend, comfortabel of dynamisch gereden. Is de len door aanpassing van de snelheid anders kunt u gevaren niet herkennen routegebeurtenis gepasseerd, dan accelereert door de actieve snelheidslimietassistent...
  • Pagina 216 Rijden en parkeren 213 Daarnaast wordt in de volgende situaties bij De aanpassing van de snelheid wordt in de vol‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ ingeschakelde richtingaanwijzer de snelheid gende gevallen beëindigd: len ondanks routegebaseerde snelheids‐ gereduceerd: wanneer de richtingaanwijzer voor de route‐ aanpassing Afslaan op kruisingen gebeurtenis wordt uitgeschakeld...
  • Pagina 217 214 Rijden en parkeren Routegebaseerde snelheidsaanpassing nodig kan de actieve stuurassistent dan ook Afhankelijk van de geselecteerde voertuigin‐ instellen ondersteunen door een decentrale positie op stellingen is de actieve stuurassistent niet de rijstrook aan te houden, om bijvoorbeeld beschikbaar. Voorwaarden een noodrijbaan voor hulpdiensten te Stuur- en aanrakingsherkenning De actieve afstandsassistent DISTRONIC is...
  • Pagina 218 Rijden en parkeren 215 Systeemgrenzen catie 1. Wanneer de bestuurder verder niet Als de rijstrookmarkeringen versleten, donker actief stuurt, klinkt naast de optische waarschu‐ De actieve stuurassistent beschikt over een of bedekt zijn, bijvoorbeeld door vuil of wing herhaald een waarschuwingssignaal. begrensd stuurmoment voor de dwarsgeleiding.
  • Pagina 219 216 Rijden en parkeren Actieve stuurassistent inschakelen Functie van de actieve noodstopassistent & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Voorwaarden len door onverwachte afbreking van de ® werking van de actieve stuurassistent Het ESP is ingeschakeld, maar mag niet regelen. Wanneer de systeemgrenzen van de actieve De actieve afstandsassistent DISTRONIC is stuurassistent worden bereikt, is niet ingeschakeld.
  • Pagina 220 De helling mag niet groter zijn dan 30 %. van de auto de Mercedes-Benz alarmcentrale verstuurd. Na korte tijd houdt de wegrijhulp voor op hel‐ De bestuurder kan de vertraging altijd afbreken lingen de auto niet meer tegen.
  • Pagina 221 218 Rijden en parkeren HOLD-functie in- en uitschakelen De motor draait of is door het ECO start- Auto's met automatische transmissie: De stopsysteem afgezet. transmissie wordt in de stand j gezet. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ De elektrische parkeerrem is vrijgezet. De auto wordt met de elektrische parkeer‐...
  • Pagina 222 Rijden en parkeren 219 AIRMATIC Beschikbare onderstelafstellingen matig geluidssignaal. Als wordt geprobeerd om de auto te vergrendelen, wordt dit geluidssignaal A (Comfort) Werking van de AIRMATIC luider. De auto kan niet worden vergrendeld, tot De AIRMATIC is een luchtvering met variabele De onderstelafstelling is comfortabel.
  • Pagina 223 220 Rijden en parkeren B (Sport Plus) die zich tussen de carrosserie en de banden * AANWIJZING Beschadigingen door zak‐ De onderstelafstelling is nog stugger. of onder de auto bevinden. kende auto De auto wordt op het lage niveau ingesteld. Bij het omlaagbrengen van de auto mag Bij het zakken van de auto kunnen carrosse‐...
  • Pagina 224 Rijden en parkeren 221 Auto omhoogbrengen Er wordt circa drie minuten met een snelheid De PARKTRONIC-parkeerassistent is slechts een tussen 60 km/h en 80 km/h gereden. hulpmiddel. Hij kan uw waarneming van de omgeving niet vervangen. De bestuurder blijft Er wordt een rijprogramma met de DYNAMIC altijd verantwoordelijk voor het veilig manoeu‐...
  • Pagina 225 222 Rijden en parkeren Weergave van de PARKTRONIC-parkeerassis‐ Oranje segmenten: Obstakels op een tent in het multimediasysteem afstand tussen circa 0,3 m en 0,6 m Rode segmenten: Obstakels op een zeer geringe afstand van circa 0,3 m of minder Systeemgrenzen De PARKTRONIC-parkeerassistent houdt eventu‐...
  • Pagina 226 Rijden en parkeren 223 hangwagen is aangesloten, is de PARKTRONIC- Wanneer bovendien iedere keer dat de motor Bij het parkeren of manoeuvreren worden obsta‐ parkeerassistent achter de auto uitgeschakeld. wordt gestart gedurende circa twee seconden kel tijdens het voorbij rijden gedetecteerd. Wan‐ een waarschuwingssignaal klinkt, kan dit de vol‐...
  • Pagina 227 224 Rijden en parkeren Systeemgrenzen Voor de passieve flankbescherming gelden in principe de systeemgrenzen van de PARKTRO‐ NIC-parkeerassistent. Onder andere de volgende objecten worden niet herkend: Voetgangers die aan de zijkant van de auto lopen Objecten die aan de zijkant van de auto staan Weergave van de PARKTRONIC-parkeerassis‐...
  • Pagina 228 Rijden en parkeren 225 Waarschuwingssignalen van de PARKTRO‐ De functie in- O of uitschakelen ª. wagendissels. Anders kunnen de auto NIC-parkeerassistent instellen of andere objecten worden beschadigd. Geluidsverlaging in- of uitschakelen Multimediasysteem: U kunt vastleggen, of tijdens een akoestische Voertuig k Assistentie De toets é...
  • Pagina 229 226 Rijden en parkeren woordelijk voor het veilig manoeuvreren en par‐ keren. Bij het manoeuvreren of parkeren mogen zich onder andere geen personen, dieren of voorwerpen in het manoeuvreergebied bevinden; dit controleren. De hulplijnen op het mediadisplay geven de afstanden tot de eigen auto aan. De weergege‐ ven afstanden gelden alleen op rijbaanhoogte.
  • Pagina 230 Rijden en parkeren 227 Rode hulplijn op circa 0,3 m afstand tot de Rode hulplijn op circa 0,3 m afstand tot het kogelkop van de aanhangwagenvoorziening achtergedeelte Kogelkop van de aanhangwagenvoorziening Gele waarschuwingsmelding van de PARK‐ TRONIC-parkeerassistent: Obstakels op een Auto's met PARKTRONIC-parkeerassistent afstand tussen circa 0,6 m en 1,0 m De volgende cameraweergaven zijn beschikbaar...
  • Pagina 231 228 Rijden en parkeren Systeemgrenzen Weergave van de achteruitrijcamera oproe‐ Het contrast van het display kan nadelig wor‐ den beïnvloed door invallend zonlicht of De achteruitrijcamera werkt in onder andere de andere lichtbronnen. Wees in dat geval extra volgende situaties slechts beperkt of helemaal voorzichtig.
  • Pagina 232 Rijden en parkeren 229 Als de functie is ingeschakeld, wordt bij het andere geen personen, dieren of voorwerpen in Top View met beeld van de zijcamera in de inschakelen van de achteruitversnelling auto‐ het manoeuvreergebied bevinden; dit controle‐ buitenspiegels matisch het beeld van de achteruitrijcamera ren.
  • Pagina 233 230 Rijden en parkeren Hulplijnen Wanneer de afstand tot een obstakel afneemt, De hulplijnen geven de afstanden ten verandert de kleur van de waarschuwingsmel‐ opzichte van de eigen auto aan. De afstan‐ ding 2. Vanaf een afstand van circa 0,6 m den gelden alleen op rijbaanhoogte.
  • Pagina 234 Rijden en parkeren 231 Gele hulplijn, richthulp Hulplijnen van de buitenmaten van de auto met uitgeklapte buitenspiegels Rode hulplijn op circa 0,3 m afstand tot de kogelkop van de aanhangwagenvoorziening Markering van de punten waar de wielen de grond raken Kogelkop van de aanhangwagenvoorziening Systeemuitval Wanneer de elektrische verbinding van de auto...
  • Pagina 235 232 Rijden en parkeren Systeemgrenzen Weergave van de 360°-camera met de toets Het contrast van het display kan door plotse‐ ling invallend zonlicht of andere lichtbronnen oproepen De 360°-camera werkt in onder andere de vol‐ nadelig worden beïnvloed, bijvoorbeeld bij gende situaties slechts beperkt of helemaal niet: het uitrijden van een garage.
  • Pagina 236 Rijden en parkeren 233 Auto's met actieve parkeerassistent: Multimediasysteem: Nieuwe favoriet selecteren. Door het indrukken van de toets gaat u Voertuig k Assistentie Voertuig selecteren. direct naar de weergave van de actieve par‐ Camera & parkeren Aut. achteruitrijcam. Camera selecteren. keerassistent ( pagina 235).
  • Pagina 237 234 Rijden en parkeren De parkeerplek kan vrij worden gekozen. De De actieve parkeerassistent wordt in de vol‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ inparkeerrichting (vooruit of achteruit) kan, gende situaties afgebroken: len door objecten boven of onder het afhankelijk van de parkeerplek, eveneens vrij De PARKTRONIC-parkeerassistent wordt uit‐...
  • Pagina 238 Rijden en parkeren 235 actieve parkeerassistent alleen gebruiken op een Parkeerplekken op een ongeschikte onder‐ vlakke, stroeve ondergrond. grond De actieve parkeerassistent in onder andere de Met de actieve parkeerassistent inparkeren volgende situaties niet gebruiken: Bij extreme weersomstandigheden, bijvoor‐ beeld ijs, sneeuw of bij zware regenval Bij het transport van ladingen die voorbij de auto uitsteken Bij steile hellingen van meer dan circa 15 %...
  • Pagina 239 236 Rijden en parkeren Eventueel de parkeerrichting vooruit of ach‐ overnemen. Eventueel kunnen nog manoeuvreer‐ Eventueel stoppen of de parkeerproce‐ teruit selecteren en bevestigen. procedures noodzakelijk zijn. dure met de actieve parkeerassistent Afhankelijk van de gekozen parkeerplek afbreken. Als het inparkeren is voltooid, de auto tegen en de parkeerrichting wordt de baan van de wegrollen beveiligen.
  • Pagina 240 Rijden en parkeren 237 Indien noodzakelijk de richtingaanwijzers over‐ eenkomstig gebruiken. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len door opzij bewegen van de auto bij het in- en uitparkeren De auto beweegt bij het in‑ en uitparkeren opzij en kan daarbij ook op de andere rij‐ strook komen.
  • Pagina 241 238 Rijden en parkeren Na het beëindigen van het uitparkeren wordt u In de volgende situaties kan bijvoorbeeld gevaar & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ door een waarschuwingssignaal en de melding voor een aanrijding ontstaan: len bij beperkte herkenningsmogelijkheid Ø Parkeerassistent beëindigd, auto overne- Het gas- en rempedaal worden met elkaar van de Drive Away Assist opgeroepen de besturing over te nemen.
  • Pagina 242 Rijden en parkeren 239 ATTENTION ASSIST Eveneens de systeemgrenzen van de PARK‐ Eveneens de aanwijzingen met betrekking TRONIC-parkeerassistent in acht nemen tot de dodehoekassistent en de actieve Functie van de ATTENTION ASSIST pagina 221). dodehoekassistent in acht nemen De ATTENTION ASSIST ondersteunt u bij lange, pagina 243).
  • Pagina 243 240 Rijden en parkeren Als vermoeidheid of een toenemende onoplet‐ De door de ATTENTION ASSIST vastgestelde De ATTENTION ASSIST werkt in de volgende situ‐ tendheid wordt herkend, verschijnt op het instru‐ aandachtstoestand (attentieniveau) aties beperkt en waarschuwingen wordt ver‐ mentendisplay de waarschuwing: Attention traagd of helemaal niet gegeven: Wanneer de ATTENTION ASSIST geen Attention...
  • Pagina 244 Rijden en parkeren 241 Verkeerstekenassistent Waarschuwing bij overschrijding van de toe‐ U doet de veiligheidsgordel af en opent het gestane maximumsnelheid bestuurdersportier (bijvoorbeeld wisselen Functie van de verkeerstekenassistent van bestuurder of pauze). Het systeem kan u waarschuwen als u per onge‐ De verkeerstekenassistent herkent verkeerste‐...
  • Pagina 245 242 Rijden en parkeren Weergave op het instrumentendisplay wege ontoereikende bewegwijzering), verschijnt ringen worden herkend en er zich voetgangers in de volgende weergave op het instrumentendis‐ de gevarenzone bevinden. play: Systeemgrenzen Het systeem kan in de volgende situaties moge‐ lijk niet correct werken of buiten werking zijn: Bij slecht zicht, bijvoorbeeld door onvol‐...
  • Pagina 246 Rijden en parkeren 243 Herkende verkeerstekens in het mediadis‐ Dodehoek- en actieve dodehoekassistent Bij meerdere wegmarkeringen, bijvoorbeeld play weergeven met uitstapwaarschuwing verkeerstekens bij wegwerkzaamheden of aangrenzende rijstroken Weergave in COMAND selecteren. Functie van de dodehoek- en actieve dode‐ Na scherpe bochten, bij het passeren van hoekassistent met uitstapwaarschuwing De functie in- O of uitschakelen ª.
  • Pagina 247 244 Rijden en parkeren Uitstapwaarschuwing melding in de buitenspiegel knipperen. Als de Deze extra functie is alleen beschikbaar als de richtingaanwijzer ingeschakeld blijft, worden alle De uitstapwaarschuwing is een extra functie van dodehoekassistent is ingeschakeld. De uitstap‐ overige herkende voertuigen alleen weergegeven de dodehoekassistent en kan de inzittenden bij waarschuwing kan u vanaf het inschakelen tot door het knipperen van het rode waarschuwings‐...
  • Pagina 248 Rijden en parkeren 245 Functie van de remingreep (actieve dodehoe‐ Bij zeer brede of smalle rijstroken kassistent) Bij sterk zijdelings versprongen rijdende voer‐ Als de actieve dodehoekassistent in het contro‐ tuigen legebied een zijdelings botsingsgevaar herkent, Bij vangrails en dergelijke obstakels kunnen wordt een corrigerende remingreep uitgevoerd.
  • Pagina 249 246 Rijden en parkeren Dodehoek- of actieve dodehoekassistent in- In de volgende situaties vindt er geen of een aan weg- en weersomstandigheden en de verkeerssi‐ de rijsituatie aangepaste corrigerende remin‐ of uitschakelen tuatie. De actieve spoorassistent is slechts een greep plaats: Multimediasysteem: hulpmiddel.
  • Pagina 250 Rijden en parkeren 247 vindt ondanks het gebruik van de richtingaanwij‐ dende voertuigen op de naastgelegen rij‐ Wanneer u de waarschuwing van de actieve zer een ingreep plaats. strook herkend. Het voorwiel rijdt over de spoorassistent uitschakelt en de rijstrookmarke‐ rijstrookmarkering.
  • Pagina 251 248 Rijden en parkeren Wanneer de afstand tot de voorligger te klein spoorassistent waarschuwt of corrige‐ niet waarschuwen. is en daardoor de rijstrookmarkeringen niet rend remt. De verkeerssituatie altijd goed in de worden herkend gaten houden en binnen de rijstrook Wanneer rijstrookmarkeringen snel wijzigen, &...
  • Pagina 252 Rijden en parkeren 249 De toets indrukken. De volgende waarden mogen niet worden over‐ Aanhangwagenvoorziening Als het controlelampje brandt, is de schreden: Aanwijzingen voor rijden met een aanhang‐ actieve spoorassistent ingeschakeld en zijn Toegestaan aanhangwagengewicht wagen de rijstrookmarkeringen in de assistentie‐ Toegestane achterasbelasting van de trek‐...
  • Pagina 253 250 Rijden en parkeren Kogelhals uitklappen hangwagen niet sneller dan 100 km/h worden De kogelhals alleen ontgrendelen als gereden. Dit geldt ook in landen waar voor het zwenkbereik vrij is. auto's met aanhangwagen in principe een maxi‐ Altijd controleren dat de kogelhals bij mumsnelheid boven 100 km/h is toegestaan.
  • Pagina 254 Rijden en parkeren 251 Aanhangwagen aan- of afkoppelen De afdekkap van de kogelkop verwijderen en veilig opbergen. & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel bij Erop letten dat de kogel van de kogelhals schoon een gewijzigde voertuighoogte is. Controleren of de trekhaak volgens de voor‐ Auto's met niveauregeling: De voertuig‐...
  • Pagina 255 252 Rijden en parkeren Aanhangwagens met een 7-polige stekker kun‐ Achteruitrijcamera nen via de volgende adapters op de auto worden 360°-camera aangesloten: AIRMATIC Adapterstekker Aanhangwagen aankoppelen Adapterkabel * AANWIJZING Beschadiging van de start‐ De aanhangwagen wordt alleen door de auto herkend indien aan de volgende voorwaarden accu door volledige ontlading wordt voldaan:...
  • Pagina 256 Rijden en parkeren 253 Ook bij een correct aangesloten aanhangwagen De elektrische verbinding tussen auto en * AANWIJZING Beschadiging bij het afkop‐ kan bij de volgende voorwaarden een melding op aanhangwagen losmaken. pelen als de aanhangwagen geremd is het multifunctioneel display verschijnen: De aanhangwagen afkoppelen.
  • Pagina 257 75 kg. van de auto verdelen. Het draagvermogen wordt berekend uit het Mercedes-Benz adviseert om voor het beladen gewicht van de fietsdrager en de belading van de van de fietsdrager alle aanbouwdelen op de fiet‐ fietsdrager.
  • Pagina 258 Rijden en parkeren 255 Belading van de fietsdrager sen te verwijderen, bijvoorbeeld fietsmanden, kinderzitjes of accu's. Daardoor kan de lucht‐ Totaalge‐ Max. afstand Max. afstand weerstand en het zwaartepunt van de fietsdrager wicht van worden verbeterd. fietsdrager De fietsen altijd tegen verschuiven beveiligen en en belading regelmatig controleren of deze nog goed vastzit‐...
  • Pagina 259 256 Instrumentendisplay en boordcomputer De boordcomputer toont op het multifunctioneel Aanwijzingen met betrekking tot het instru‐ keerssituatie worden afgeleid. Bovendien display alleen displaymeldingen en waarschuwin‐ mentendisplay en de boordcomputer kunt u de controle over de auto verliezen. gen van bepaalde systemen. Daarom erop letten Deze apparatuur alleen bedienen als de dat uw auto altijd bedrijfszeker is.
  • Pagina 260 Instrumentendisplay en boordcomputer 257 Overzicht instrumentendisplay Snelheidsmeter Gebied met meerdere weergaven (voorbeeld De koelvloeistoftemperatuurmeter mag toerenteller): Toerenteller/navigatie/ECO onder normale rijomstandigheden tot De segmenten in de snelheidsmeter geven aanduiding/verbruik/G-meter/datum 120 °C stijgen. de status van de volgende systemen aan: TEMPOMAT/limiter/actieve afstandsassis‐ Bij het bereiken van de rode markering in de Auto's met 48V-boordnet: POWER- en tent DISTRONIC...
  • Pagina 261 258 Instrumentendisplay en boordcomputer Geselecteerde transmissiestand ò Homescreen multimediasysteem Overzicht toetsen in het stuurwiel oproepen Multifunctioneel display (voorbeeld stan‐ daardweergave Reis): Assistentie/Telefoon/ Touch-Control multimediasysteem Navigatie/Reis/Media/Radio/Stijl en weer‐ % Terugtoets multimediasysteem gaven/Service/Instelmogelijkheden head- Lichtsterkteregelaar voor het instellen van up-display de verlichting van het instrumentendisplay Brandstofpeil en aanduiding tankdopkleppo‐...
  • Pagina 262 Instrumentendisplay en boordcomputer 259 Menu's op volledig scherm De boordcomputer wordt via de Touch-Control De menulijst oproepen: De terugtoets links links en de terug-/home-toets links bediend. U kunt de volgende menu's op het volledige indrukken tot de menulijst wordt weergege‐ ven.
  • Pagina 263 260 Instrumentendisplay en boordcomputer Weergave-inhoud ç Actieve afstandsassistent DISTRONIC Head-up-display pagina 206) Functie van het head-up-display æ Active Brake Assist System pagina 202) * AANWIJZING Mercedes-AMG auto's è Actieve stuurassistent ( pagina 214) De aanwijzingen in de aanvullende à Actieve spoorassistent ( pagina 246) handleiding in acht nemen.
  • Pagina 264 Instrumentendisplay en boordcomputer 261 Systeemgrenzen Head-up-display-instellingen in de boordcom‐ Weerg.-inhoud puter instellen De zichtbaarheid wordt door de volgende Een instelling selecteren: Op de Touch- omstandigheden beïnvloed: Boordcomputer: Control links een veegbeweging naar boven Zitpositie of beneden maken. Instelling van de beeldpositie Op de Touch-Control links drukken.
  • Pagina 265 262 Instrumentendisplay en boordcomputer Head-up-display in- of uitschakelen De toets indrukken.
  • Pagina 266 LINGUATRONIC 263 veranderen en daardoor uw telefoongesprek, Aanwijzingen voor de bedrijfsveiligheid bijvoorbeeld voor een noodoproep, vertra‐ gen. & WAARSCHUWING Gevaar voor afleiding door informatiesystemen en communica‐ Maakt u zich voor het begin van de rit eerst tieapparatuur vertrouwd met de functies van het spraakge‐ stuurd bedieningssysteem.
  • Pagina 267 264 LINGUATRONIC Overzicht soorten gesproken opdrachten Dialoog afbreken: De gesproken opdracht De tuimelschakelaar omhoogdrukken: 6 "Afbreken" spreken. Gesprek voeren/aannemen Er wordt onderscheid gemaakt tussen de vol‐ De tuimelschakelaar omlaagdrukken: ~ gende soorten gesproken opdrachten: Gesprek weigeren/beëindigen (LINGUA‐ Bedienbare functies Algemene gesproken opdrachten kunnen TRONIC beëindigen) te allen tijde en onafhankelijk van de actuele Met het spraakgestuurd bedieningssysteem...
  • Pagina 268 LINGUATRONIC 265 Informatie over de ingestelde taal De gesproken opdrachten samenhangend en De LINGUATRONIC effectief gebruiken duidelijk uitspreken, maar zonder te overdrij‐ U kunt de taal van de LINGUATRONIC wijzigen, Werking van de akoestische hulpfuncties ven. door de systeemtaal te wijzigen. Als de LINGUA‐ Voor de volgende onderwerpen ontvangt u infor‐...
  • Pagina 269 266 LINGUATRONIC gebruikt. De commandoselectie kan onafhanke‐ lijk van de op dat moment actieve toepassing worden gebruikt. Gesproken omschakelopdrachten Gesproken opdracht Functie Navigatie Omschakelen naar navigatie Kaart Omschakelen naar kaartweergave Adresboek Omschakelen naar adresboek Telefoon Omschakelen naar telefoonfunctie Omschakelen naar sms Radio Omschakelen naar radiofunctie Omschakelen naar tv-functie...
  • Pagina 270 LINGUATRONIC 267 Gesproken opdracht Functie Start van een Mercedes-Benz online applicatie. Voor het gebruik is eenmalig gericht oproepen van Internetapplicatie <Naam> de applicatie via het multimediasysteem noodzakelijk. Mercedes-Benz apps Omschakelen naar de Mercedes-Benz Apps Connect Omschakelen naar internetfunctie Voertuigmenu Omschakelen naar voertuiginstellingen...
  • Pagina 271 268 LINGUATRONIC Gesproken opdracht Functie Navigatie naar het thuisadres starten Thuis Navigatie naar het werkadres starten Werk Bestemmingsinvoer voor een speciale bestemming, bijvoorbeeld speciale bestemming Brandenbur‐ Speciale bestemming <POI> ger Tor. Het zoeken in de navigatiedatabank en op het internet wordt geactiveerd. POI Online zoeken <POI>...
  • Pagina 272 LINGUATRONIC 269 Gesproken opdracht Functie Zoek naar restaurants, parkeermogelijkheden, snelwegparkeerplekken met toilet en tankstations in Eten in de buurt de buurt Parkeren in de buurt Snelwegparkeerplek met toilet in de buurt Tanken in de buurt Restaurant langs de route Zoek naar restaurants, parkeermogelijkheden, snelwegparkeerplekken met toilet en tankstations langs de route Parkeren langs de route Snelwegparkeerplek met toilet langs de route...
  • Pagina 273 270 LINGUATRONIC Gesproken opdracht Functie Routebegeleiding afbreken Routebegeleiding afbreken Gesproken aanwijzingen van de routebegeleiding in- en uitschakelen Rijaanwijzingen aan Rijaanwijzingen uit Verkeerskaart in- en uitschakelen Verkeerskaart aan Verkeerskaart uit Symbolen voor speciale bestemmingen aan Weergave van de symbolen voor speciale bestemmingen op de kaart in- en uitschakelen Symbolen voor speciale bestemmingen uit Overzicht gesproken telefoonopdrachten Met de gesproken telefoonopdrachten kunt u...
  • Pagina 274 LINGUATRONIC 271 Gesproken opdracht Functie Weergave van de laatste gesprekken Gekozen telefoonnummers Kiezen van het laatstgekozen telefoonnummer Nummer herhalen Overzicht gesproken radio- en tv-opdrachten Gesproken radio- en tv-opdrachten kunnen ook worden gebruikt als de radio- of tv-functie op de achtergrond actief is. Gesproken radio- en tv-opdrachten Gesproken opdracht Functie...
  • Pagina 275 272 LINGUATRONIC Gesproken opdracht Functie Naam van alle ontvangbare zenders beluisteren Zenderlijst voorlezen Verkeersinformatie in- en uitschakelen Verkeersinformatie aan Verkeersinformatie uit Informatie over de actuele zender in- en uitschakelen Radio-informatie aan Radio-informatie uit Overzicht gesproken mediaspeler-opdrach‐ Gesproken mediaspeler-opdrachten kunnen ook worden gebruikt als de mediaspeler op de ach‐...
  • Pagina 276 LINGUATRONIC 273 Gesproken mediaspeler-opdrachten Gesproken opdracht Functie Speel <titel> Bij het zoeken worden de namen van alle beschikbare titels, albums, artiesten, componisten, muziekstijlen of afspeellijsten geaccepteerd. Speel <albums> Speel <artiesten> Speel <componisten> Speel <muziekstijlen> Speel <afspeellijsten> Mediazoeken<titel> Bij het zoeken worden de namen van alle beschikbare titels, albums, artiesten, componisten, muziekstijlen of afspeellijsten geaccepteerd.
  • Pagina 277 274 LINGUATRONIC Gesproken opdracht Functie Er wordt telkens naar de aanwezige albums, artiesten, componisten, muziekstijlen, titels of weerga‐ Toon alle albums velijsten gezocht. Toon alle artiesten Toon alle componisten Toon alle muziekgenres Toon alle titels Toon alle afspeellijsten Volgende titel Volgende titel selecteren Vorige titel Vorige titel selecteren...
  • Pagina 278 LINGUATRONIC 275 Gesproken berichten-opdrachten Gesproken opdracht Functie SMS aan <naam> Bericht opstellen. Alle namen van het adresboek zijn beschikbaar. Beantwoorden Een bericht beantwoorden. SMS doorsturen Bericht doorsturen. Overzicht gesproken auto-opdrachten Met de gesproken auto-opdrachten kunt u direct de overeenkomstige menu's voor de auto-instel‐ lingen oproepen.
  • Pagina 279 276 LINGUATRONIC Gesproken opdracht Functie Parfumeringsinstellingen weergeven Parfumeringsmenu Energiestroominstellingen weergeven Energiestroom Ioniseringsinstellingen weergeven Ioniseringsmenu Klimaatregelingsinstellingen weergeven Temperatuurregelingsmenu De automatische airconditioning aan bestuurderszijde inschakelen Automatische temperatuurregeling bestuurder Verlichtingsmenu Verlichtingsinstellingen weergeven Massagemenu Massage-instellingen weergeven Massage bestuurdersstoel aan De massagefuncties van de bestuurdersstoel inschakelen Massage bestuurdersstoel uit De massagefuncties van de bestuurdersstoel uitschakelen Buitentemperatuur weergeven...
  • Pagina 280 LINGUATRONIC 277 Gesproken opdracht Functie Verbruik weergeven Verbruiksmenu Voertuiggegevens weergeven Autogegevens...
  • Pagina 281 278 Multimediasysteem • Geluid in- of uitschakelen ( pagina 284) Overzicht en bediening Voor Mercedes-AMG auto's met AMG Perfor‐ Overzicht multimediasysteem mance-uitlaatsysteem: • Draaien: Volume instellen & WAARSCHUWING Gevaar voor afleiding • Indrukken: Multimediasysteem in- en uit‐ door informatiesystemen en communica‐ schakelen tieapparatuur Toets Ü...
  • Pagina 282 Multimediasysteem 279 Overzicht centrale bedieningselementen Touch-Control De aanwijzingen met betrekking tot de verzor‐ ging van het interieur in acht nemen Touch-Control bedienen pagina 404). Automatische temperatuuruitschakeling: Als de temperatuur te hoog is, wordt eerst de hel‐ derheid automatisch gereduceerd. Vervolgens kan het display tijdelijk volledig worden uitge‐...
  • Pagina 283 280 Multimediasysteem Controller bedienen Op de Touch-Control omlaag vegen. Favorieten oproepen: Wanneer de hoofd‐ functies worden weergegeven, de controller Lijst openen en sluiten omlaagschuiven. Openen: Op de Touch-Control drukken. Controller Sluiten: De toets indrukken. Bedieningsmogelijkheden van de controller: Linksom of rechtsom draaien 3. Op de Touch-Control naar rechts vegen.
  • Pagina 284 Multimediasysteem 281 Gevoeligheid voor de touchpad instellen De navigatie in menu's en lijsten gebeurt via het aanrakingsgevoelige oppervlak met een-vin‐ Multimediasysteem: ger-veegbewegingen: Systeem w Invoer Lijst openen of sluiten: Naar links of rechts Touchpad-gevoeligheid selecteren. vegen. Snel, Middel Langzaam selecteren. Menupunt selecteren: Omhoog, omlaag, Drukgevoeligheid instellen: Touchpad tik...
  • Pagina 285 282 Multimediasysteem Haptische bedieningsfeedback van de touch‐ Hoofdfuncties Met een vinger omhoog of omlaag vegen. pad in- en uitschakelen Radio: De vorige of de volgende zender wordt Hoofdfuncties oproepen Multimediasysteem: ingesteld. Systeem w Invoer Mediabron: De vorige of de volgende muziek‐ titel wordt geselecteerd.
  • Pagina 286 Multimediasysteem 283 Alternatief: De toets © op de Touch Con‐ Favorieten hernoemen ( pagina 283). Nieuwe favoriet selecteren. trol, controller of touchpad indrukken. De categorieën worden weergegeven. Favorieten verschuiven ( pagina 284). De hoofdfuncties worden weergegeven. Een categorie selecteren. Favorieten wissen ( pagina 284).
  • Pagina 287 284 Multimediasysteem Geluid in- en uitschakelen Een favoriet selecteren. Eenmaal omlaag navigeren. Eenmaal omlaag navigeren. Een favoriet selecteren. Het menu Favorieten verschijnt. Eenmaal omlaag navigeren. Het menu Favorieten verschijnt. Hernoemen selecteren. De tekens invoeren. Wissen: Wissen selecteren. De invoer bevestigen: ¡ selecteren. selecteren.
  • Pagina 288 Multimediasysteem 285 Inschakelen: Van mediabron wisselen of aan de volumeknop draaien. Volume instellen Met volumeknop instellen Op het multimediasysteem Op het multimediasysteem Met het multifunctioneel stuurwiel Uitschakelen: Op de volumeknop druk‐ De volumeknop draaien. ken. Het volume van de actuele radio- of media‐ bron wordt ingesteld.
  • Pagina 289 286 Multimediasysteem Invoeren van tekens tijdens een gesproken rij-aanwijzing Een speciale bestemming of een adres invoe‐ ren. Het volume van de gesproken rij-aanwij‐ Tekeninvoer gebruiken zing wijzigt afhankelijk van het volume Een telefoonnummer kiezen. van de actuele mediabron. & WAARSCHUWING Gevaar voor afleiding De volgende functies zijn beschikbaar: door informatiesystemen en communica‐...
  • Pagina 290 Multimediasysteem 287 Voorbeeld: bestemming invoeren (navigatie) De tekens op het aanrakingsgevoelige opper‐ De functie "Favoriet hernoemen" oproepen vlak van de touchpad schrijven. pagina 283). De speciale bestemming of het adres invoe‐ De handschriftherkenning ondersteunt met Teken invoeren: De controller draaien 3, ren ( pagina 302).
  • Pagina 291 288 Multimediasysteem Voorbeeld: bestemming invoeren (navigatie) Display uit- en inschakelen De functie "Favoriet hernoemen" oproepen pagina 283). De speciale bestemming of het adres invoe‐ Uit: Display uit selecteren. Teken invoeren: Het teken met een vinger ren ( pagina 302). Aan: Een toets indrukken, bijvoorbeeld %. op de touchpad schrijven.
  • Pagina 292 Multimediasysteem 289 Tijd en datum Tijd handmatig instellen Een tijdzone selecteren. Voorwaarden De ingestelde tijdzone wordt achter Tijdzone: Tijd en datum automatisch instellen weergegeven. De functie Handmatige tijdsinstelling is inge‐ Multimediasysteem: schakeld. Zomertijd instellen Systeem & Tijd en datum De opties Automatische zomertijd Zomertijd Multimediasysteem:...
  • Pagina 293 290 Multimediasysteem Wifi De functie in- O of uitschakelen ª. Bluetooth ® is een geregistreerde handelsmerk van de Bluetooth Special Interest Group (SIG) Overzicht WiFi-verbinding Inc. ® WiFi kan worden gebruikt om een verbinding met Bluetooth ® Internetverbinding via Bluetooth is niet in een WiFi-netwerk tot stand te brengen en toe‐...
  • Pagina 294 Multimediasysteem 291 Het multimediasysteem via WiFi met een De verbinding met een beveiligd WiFi-net‐ De verbindingssoort via een beveiligingssleu‐ apparaat verbinden werk vindt plaats met de druk op een toets tel ondersteunt alle apparaten. (Pushbutton). Als een HERMES communicatiemodule is Via WPS PIN gemonteerd, is deze functie niet beschikbaar.
  • Pagina 295 292 Multimediasysteem Via WPS PIN verbinden Op het multimediasysteem Verder selecte‐ Multimediasysteem: ren. Systeem ö Connectiviteit ¥ Via WPS PIN Invoer verbinden selecte‐ ren. Apparaat is reeds verbonden Multimediasysteem als wifi-hotspot configu‐ WPS PIN invoeren selecteren. reren Automatisch verbinden: In de lijst een WiFi- netwerk markeren.
  • Pagina 296 Multimediasysteem 293 Op het te verbinden apparaat de auto selec‐ Beveiligingssleutel opslaan: Opslaan selec‐ De beveiligingssleutel op het externe appa‐ teren. Deze wordt weergegeven met de SSID raat invoeren. teren. MB HOTSPOT XXXXX. Wanneer een nieuwe beveiligingssleutel De melding Start a.u.b. COMAND Touch op wordt opgeslagen, worden alle bestaande uw apparaat en volg de aanwijzingen.
  • Pagina 297 294 Multimediasysteem Systeemtaal Eenheid voor afstand instellen Het verbindingsverzoek van het apparaat Accepteren. Aanwijzingen voor de systeemtaal Multimediasysteem: De weergegeven pincode invoeren op het Met deze functie wordt de taal voor de menu‐ Systeem % Maateenheden externe apparaat. meldingen en de gesproken rij-aanwijzingen vast‐ mijl selecteren.
  • Pagina 298 Bij gegevens die van een andere auto afkom‐ Er is een internetverbinding aanwezig. stig zijn wordt dit bij het inlezen herkend. Mercedes-Benz is niet aansprakelijk voor Er is een Mercedes me account onder eventueel verlies van gegevens. Wanneer de gegevens geïmporteerd zijn, https://me.secure.mercedes-benz.com aan‐...
  • Pagina 299 De actuele pincode invoeren. Als alternatief kunt u de pinbeveiliging bij Automatische synchronisatie een Mercedes-Benz-servicewerkplaats laten PIN wijzigen selecteren. Bij het in- en uitschakelen van het contact vindt terugzetten. Een nieuwe pincode opslaan. elke keer een synchronisatie van de individuele gebruikersprofielen op het multimediasysteem Pinbeveiliging voor gegevensexport active‐...
  • Pagina 300 De gebruikersprofielen worden geïmpor‐ Het gastprofiel kan niet worden gewist of pagina 358). teerd. een andere naam krijgen. Er is een Mercedes me account onder Gebruikersprofiel exporteren https://me.secure.mercedes-benz.com aan‐ Software-updates Profielen naar server exporteren selecteren. wezig. De gebruikersprofielen worden geëxporteerd. Informatie over software-updates...
  • Pagina 301 Meer informatie over software-updates onder Software-update activeren auto nodig. Deze is niet in alle landen https://me.secure.mercedes-benz.com Het systeem opnieuw starten. beschikbaar. Voor meer informatie over de Software-updates uitvoeren internetverbinding, zie ( pagina 357).
  • Pagina 302 Multimediasysteem 299 Reset-functie (terugzetten) Wanneer de automatische online-update Voorwaarden voor de installatie: actief is, worden de systeemupdates auto‐ Het contact is ingeschakeld. Multimediasysteem: matisch gedownload ( pagina 298). De motor draait niet. Systeem Terugzetten Zodra een systeemupdate kan worden gedown‐ De aanwijzingen en waarschuwingen zijn Persoonlijke gegevens worden gewist, bijvoor‐...
  • Pagina 303 300 Multimediasysteem Als u uw pincode vergeten bent, kunt u de Warmte: Kan het welzijn van de inzittenden Behaaglijkheid: Kan een lichamelijke en pinbeveiliging door een Mercedes-Benz-ser‐ verhogen. De vlakken-, stoel- en stuurwiel‐ mentale ontspanning van de inzittenden vicewerkplaats laten deactiveren.
  • Pagina 304 Multimediasysteem 301 ENERGIZING Comfort programma starten De aan het programma deelnemende func‐ Navigatie Voorwaarden ties in- O of uitschakelen ª. Navigatie inschakelen Het contact is ingeschakeld. Training starten Multimediasysteem: ENERGIZING Comfort is circa vijf minuten na Trainingen selecteren. Navigatie het opstarten van het multimediasysteem Spierontspanning, Spieractivatie Balans...
  • Pagina 305 302 Multimediasysteem Wanneer een instelling in de klimaatregeling Multimediasysteem: wordt gewijzigd, verschijnt gedurende korte Navigatie De controller naar rechts schuiven. tijd de klimaatregel. Wanneer dieper liggende menuniveaus moe‐ ten worden weergegeven of verborgen, over‐ Menu Navigatie in- en uitschakelen eenkomstig vaak naar links of rechts vegen of schuiven.
  • Pagina 306 U hebt een gebruikersaccount op de Speciale-bestemmingscategorie, bijvoor‐ Mercedes me-Portal. beeld Tankstation De dienst is bij een Mercedes-Benz-service‐ Stad, naam speciale bestemming werkplaats vrijgeschakeld. Het land waarin de auto zich bevindt, is ingesteld Voorbeelden voor het invoeren van een Meer informatie vindt u onder: https:// bestemming zijn: www.mercedes.me...
  • Pagina 307 304 Multimediasysteem Het teken op de touchpad schrijven. Online-zoeken oproepen: 6 Online-zoe- Bestemming overnemen: 7 Bestemming selecteren. overnemen selecteren. Omschakelen op tekenselectie: De toets Na het opbouwen van de internetverbinding Als de bestemming niet eenduidig is, ver‐ % indrukken. verschijnt een lijst. Deze toont online- schijnt een lijst.
  • Pagina 308 Multimediasysteem 305 De volgorde bij de adresinvoer is willekeurig, Land wijzigen: Het land selecteren. Indien er al favorieten zijn opgeslagen bijvoorbeeld: pagina 319), Uit openbare favorieten Het land invoeren. Het is voldoende het eer‐ selecteren. Stad of postcode, Straat, Huisnr. ste teken in te voeren.
  • Pagina 309 306 Multimediasysteem Rijsituatie Hemelsbrede afstand naar speciale Speciale bestemmingen die tot de cate‐ bestemming De routebegeleiding is in werking. Het niveau in gorie Italiaanse keuken behoren. de brandstoftank heeft de brandstofreserve Bij het zoeken naar de actuele positie van ¡ selecteren. bereikt.
  • Pagina 310 Multimediasysteem 307 Als een routebegeleiding actief is, Nieuwe Multimediasysteem: Multimediasysteem: routebegeleiding starten Als volgende tus- Navigatie Navigatie senbestemming instellen selecteren. Tussenbestemmingen en informatie Tussenbestemmingen en informatie Nieuwe routebegeleiding starten: Het gese‐ Tussenbestemming zoeken selecteren. Kaart oproepen: De bestemming of tussen‐ lecteerde tankstation wordt ingesteld als bestemming markeren.
  • Pagina 311 308 Multimediasysteem De bestemming en ten minste één tussenbe‐ Het adres selecteren. Route berekenen: Routebegeleiding starten stemming zijn ingevoerd. De melding Wachten a.u.b... verschijnt. Er selecteren. wordt online gezocht. Als er reeds een route is, Nieuwe routebege- Multimediasysteem: De bestemming selecteren. leiding starten Als tussenbestemming Navigatie...
  • Pagina 312 Multimediasysteem 309 Bestemming op de kaart selecteren De bestemming in de lijst selecteren. Op de Touch-Control of de touchpad drukken De bestemmingsinformatie wordt weergege‐ Multimediasysteem: of de controller indrukken. ven. De route kan worden berekend. Wanneer meerdere bestemmingen in de Navigatie Z Opties omgeving van het vizier liggen, toont een lijst...
  • Pagina 313 310 Multimediasysteem Op de touchpad naar links of rechts vegen. De controller omlaag schuiven. Als een routebegeleiding actief is, Nieuwe De speciale-bestemmingencategorie selecte‐ routebegeleiding starten Als volgende tus- ren. senbestemming instellen selecteren. De controller naar links of rechts schuiven. Nieuwe routebegeleiding starten: De gese‐...
  • Pagina 314 Multimediasysteem 311 Telefoonnummer bellen: ¥ Opbellen Snelle route Live Traffic Information en FM RDS-TMC zijn niet in alle landen beschikbaar. selecteren (indien beschikbaar). Deze route wordt met kortst mogelijke reis‐ tijd berekend. Internetadres oproepen: ¥ selec‐ Vragen bij fileomleiding teren (indien beschikbaar). Korte route Wanneer op basis van verkeersinformatie een nieuwe route met een kortere reistijd...
  • Pagina 315 312 Multimediasysteem Wegen met vignet gebruiken Bestemmingsinformatie weergeven Met de geselecteerde route-opties kan niet altijd rekening worden gehouden. Een route kan bij‐ Voorwaarden Wegen met vignetplicht gebruiken selecte‐ voorbeeld een veerboot bevatten, hoewel de ver‐ De bestemming is ingevoerd. ren. mijd-optieVeerboten ingeschakeld is.
  • Pagina 316 Multimediasysteem 313 De actueel geselecteerde route wordt met route en in de omgeving worden weergege‐ Het wegrestaurant selecteren. een donkerblauwe lijn weergegeven. ven. Het adres van het wegrestaurant wordt weer‐ gegeven. De alternatieve route selecteren. Het tankstation selecteren. Als geen routebegeleiding actief is, Routebe- Wanneer er geen route is, het tankstation als Automatisch zoeken naar tankstations in- en...
  • Pagina 317 314 Multimediasysteem Routebegeleiding Verkeersregelingen hebben altijd voorrang op de Onvolledige digitale kaartgegevens gesproken rij-aanwijzingen van het multimedia‐ Aanwijzing met betrekking tot routebegelei‐ Aanwijzing met betrekking tot gps-ontvangst systeem. ding Het correct functioneren van het navigatiesys‐ U kunt de volgende rij-aanwijzingen gebruiken: teem is onder meer ook afhankelijk van de gps- &...
  • Pagina 318 Multimediasysteem 315 Overzicht rij-aanwijzingen "Zo meteen rechts afslaan", wordt weergege‐ het geaccentueerde manoeuvreerpunt heeft ven. bereikt. De kaart verschijnt in een volledig beeld‐ Als de rij-aanwijzing is beëindigd, verschijnt scherm. de kaart weer in de volledige schermweer‐ gave. Aankondigingsfase Het multimediasysteem kondigt de eerstvol‐ Rij-aanwijzingen worden ook in het instru‐...
  • Pagina 319 316 Multimediasysteem Mogelijke rijstrook De routebegeleiding is actief. Op deze rijstrook is het mogelijk om de vol‐ Uitschakelen: Tijdens een gesproken rij-aan‐ gende rij-aanwijzing uit te voeren. wijzing op de volumeknop in het multifunctio‐ Niet-geadviseerde rijstrook neel stuurwiel drukken ( pagina 284).
  • Pagina 320 õ Audio selecteren. De route wordt nieuw berekend. Multimediasysteem: Navigatie- en verkeersinformatie selecteren. Het minimumvolume kunt u bij een Navigatie Rij-aanwijzingen tijdens telefoongesprek Mercedes-Benz-servicewerkplaats individu‐ Rij-aanwijzing selecteren. O of uitschakelen ª. eel laten instellen. Rij-aanwijzing selecteren. Via systeeminstellingen: Systeem selecte‐...
  • Pagina 321 318 Multimediasysteem Overzicht routebegeleiding van Offroad-posi‐ Multimediasysteem: Wanneer de auto als offroad wordt weergege‐ tie naar bestemming ven , verschijnen de volgende weergeven: Navigatie Offroad-positie: De actuele positie van de auto De melding Straat niet opgenomen Bestemmingsgeleiding afbreken selec‐ ligt binnen de digitale kaart buiten de beschik‐ teren.
  • Pagina 322 Externe bestemmingen kunnen van de volgende Als volgende tussenbestemming instellen: De ¬ Laatste bestemmingen en overige bronnen worden ontvangen: ontvangen bestemming wordt ingesteld als Laatste bestemmingen Mercedes-Benz apps volgende tussenbestemming. De routebege‐ Een van de laatste bestemmingen markeren. Deur tot deur navigatie leiding begint.
  • Pagina 323 (voor geselecteerde landen) ontvangen. Wanneer u geen posities van de auto wilt verstu‐ Routebegeleiding met actuele verkeersinfor‐ ren, kunt u deze dienst in een Mercedes-Benz matie De verkeerssituatie wordt in korte, regelma‐ servicewerkplaats laten deactiveren. tige tijdsintervallen geactualiseerd.
  • Pagina 324 Het aflopen van het abonnement wordt automa‐ (VIN) aanmaken. Voorwaarden tisch weergegeven: Bij een Mercedes-Benz-servicewerkplaats de een maand voor de verloopdatum Voor Live Traffic Information: De auto is uit‐ auto aan het Mercedes me gebruikersac‐ gerust met een communicatiemodule met een week voor de verloopdatum count laten koppelen.
  • Pagina 325 322 Multimediasysteem Details weergeven Wegwerkzaamheden Wanneer de auto een gevaarlijk punt op de route nadert, wordt een waarschu‐ Afgesloten wegen De verkeerskaart weergeven wingsmelding op de kaart weergegeven. pagina 321). Waarschuwingsmeldingen Bovendien kan een waarschuwingsmel‐ De kaart verschuiven ( pagina 324). ding worden aangekondigd De symbolen voor verkeerssituaties worden Wanneer een verkeersinformatiesymbool...
  • Pagina 326 Multimediasysteem 323 Verkeersinformatiesymbool selecteren: Kaart en kompas • Een gevarenmelding via Car-to-X verzen‐ Volgende Vorige selecteren. den. Overzicht kaart en kompas Op het centrale bedieningselement drukken. • De weergave van speciale bestemmingen De details over de verkeersinformatie worden in de omgeving op speciale-bestemmingen‐ weergegeven.
  • Pagina 327 U hebt een gebruikersaccount op de De kaart wordt weergegeven. op een volledig scherm, op het centrale Mercedes me-Portal. bedieningselement drukken. Multimediasysteem: De dienst is bij een Mercedes-Benz-ser‐ Het kaartmenu verschijnt. Navigatie vicewerkplaats vrijgeschakeld. In het kaartmenu "Kaart verschuiven" Inzoomen: Op de Touch-Control omlaag...
  • Pagina 328 Multimediasysteem 325 Symbolen voor speciale bestemmingen Weergave van informatie in tekstvorm op de beweegt, hoe sneller de kaart wordt verscho‐ selecteren kaart selecteren ven. Multimediasysteem: Multimediasysteem: Kaartoriëntatie selecteren Navigatie Z Opties Kaartinhoud Navigatie Z Opties Multimediasysteem: Tekstinformatie Speciale bestemmingen zijn bijvoorbeeld tank‐ Navigatie Z Opties Kaartmenu...
  • Pagina 329 326 Multimediasysteem Wanneer de kaart wordt verschoven, ver‐ Informatie over nieuwe versies van de digi‐ De kaart verschuiven. schijnt deze informatie niet. tale kaart is verkrijgbaar bij een Mercedes- Benz-servicewerkplaats. Klimaatregeling toont de actuele instellingen Gebied via adres zoeken: Adresinvoer Overzicht gebied mijden van de klimaatregeling.
  • Pagina 330 Automatische online- update zijn ingeschakeld ( pagina 298). De update bij een Mercedes-Benz-service‐ De controller omhoog of omlaag schuiven. werkplaats laten uitvoeren De handmatige kaartupdate werkt de kaart‐ Beëindigen: Op de Touch Control of de Net zoals conventionele autokaarten verouderen gegevens voor meerdere of alle regio's bij.
  • Pagina 331 328 Multimediasysteem Zie voor meer informatie over de online kaartup‐ De dienst Online kaartupdate is niet in alle Lengte en breedtegraad coördinaten in date: https://www.mercedes.me. landen beschikbaar. graden, minuten en seconden Meer informatie over de actualisering: https:// Bij het invoeren van de vrijschakelcode op het Hoogte (afgerond) moba.i.daimler.com/markets/ece-row/baix/ volgende letten:...
  • Pagina 332 De dienst is beschikbaar. door het bedienen van de geïntegreerde enkele seconden keert de instelling weer communicatieapparatuur tijdens het rij‐ De dienst is bij een Mercedes-Benz-service‐ terug naar automatisch. werkplaats vrijgeschakeld. Satellietkaart weergeven Als u tijdens het rijden in de auto geïnte‐...
  • Pagina 333 Bij het gebruik van mobiele communicatieappa‐ ratuur in de auto de wettelijke voorschriften in acht nemen van het land waarin u zich bevindt. Meer informatie is verkrijgbaar bij een Mercedes-Benz-servicewerkplaats of onder: https://www.mercedes-benz-mobile.com/...
  • Pagina 334 Multimediasysteem 331 Overzicht telefoonmenu Twee mobiele telefoons verbonden: Weerga‐ ® ¢ (telefoon gereed) of w (gesprek Bluetooth -apparaatnaam van de momen‐ actief) vewisseling tussen telefoon 1 en 2 of Actief teel verbonden mobiele telefoon gesprek Contacten pagina 338) Veldsterkte van het mobiele-telefoonnet voor Apparaten pagina 332) de actueel verbonden en geselecteerde...
  • Pagina 335 332 Multimediasysteem gen zijn afhankelijk van de mobiele telefoon en De spraakkwaliteit kan wijzigen afhankelijk van Twee mobiele telefoons zijn via Bluetooth ® de provider van het mobiele netwerk. de kwaliteit van de verbinding. met het multimediasysteem verbonden (tweede telefoonfunctie) ( pagina 333).
  • Pagina 336 Multimediasysteem 333 Mobiele telefoon verbinden (autorisatie via Tweede mobiele telefoon koppelen (tweede Om de tweede mobiele telefoon te verbin‐ Secure Simple Pairing) telefoonfunctie) den: Telefoon 2 selecteren. Voorwaarden De nieuwe mobiele telefoon wordt als Tele- De mobiele telefoon selecteren. foon 2 verbonden.
  • Pagina 337 334 Multimediasysteem Functies van de mobiele telefoon bij tweede Mobiele telefoon loskoppelen telefoonfunctie pagina 334) Mobiele telefoon deautoriseren Overzicht functies pagina 335) Mobiele telefoon op Mobiele telefoon op Als een nieuwe mobiele telefoon wordt ver‐ de voorgrond de achtergrond bonden en bijvoorbeeld als Telefoon 1 wordt Volledige functie-...
  • Pagina 338 Multimediasysteem 335 Mobiele telefoon deautoriseren Meer informatie vindt u op: https:// Multimediasysteem: www.mercedes-benz-mobile.com/ Telefoon ª Apparaten Mobiele telefoon via Near Field Communica‐ In de regel van de mobiele telefoon het sym‐ tion (NFC) gebruiken bool % selecteren. Voorwaarden De bevestigingsvraag met beantwoorden.
  • Pagina 339 In het multifunctioneel stuurwiel de toets Meer over het geadviseerde ontvangst- en zend‐ logo houden. 8 of ~indrukken. volume: ://www.mercedes-benz-mobile.com/ Wanneer de mobiele telefoon al bij het multi‐ mediasysteem is geautoriseerd, wordt deze Gespreks- en beltoonvolume instellen Gesprekken nu verbonden.
  • Pagina 340 Multimediasysteem 337 Binnenkomend gesprek noteren in "In-Car Wisselgesprek aannemen/weigeren Er is een actief gesprek aanwezig Office" Voorwaarden pagina 336). Er is nog een gesprek tot stand gebracht. Er is een actief gesprek aanwezig Als "In-Car Office" beschikbaar is: Noteren selecteren ( pagina 343).
  • Pagina 341 338 Multimediasysteem Contacten pagina 332) en automatisch ophalen Zoeken naar telefoonnummer pagina 338) ingeschakeld is. Informatie over het menu Contacten Tekens in het zoekveld invoeren. Het contacten-menu bevat alle contacten uit de Contacten van de mobiele telefoon downloa‐ Een selectie van mogelijke contacten ver‐ aanwezige gegevensbronnen, zoals de mobiele schijnt.
  • Pagina 342 Multimediasysteem 339 Contact bellen Een optie selecteren. ® Als het versturen van vCards via Bluetooth Multimediasysteem: wordt ondersteund, kunnen vCards bijvoor‐ Overzicht voor het importeren van contacten beeld via mobiele telefoons of netbooks wor‐ Telefoon ª Contacten den ontvangen. Contacten uit verschillende bronnen De tekens in het zoekveld invoeren.
  • Pagina 343 ® Wanneer het Bluetooth profiel PBAP niet wordt Mercedes-Benz-servicewerkplaats of via: Het contact zoeken. ondersteund, heeft dit onderstaande gevolgen: https://www.mercedes-benz-mobile.com/ Het contact selecteren. Het multimediasysteem stelt zelf een oproep‐ Bij sommige mobiele telefoons zijn na de verbin‐...
  • Pagina 344 Multimediasysteem 341 Instellen van weergegeven sms-berichten Sms voorlezen Dicteerfunctie starten: Op het centrale Multimediasysteem: Multimediasysteem: bedieningselement drukken. De app voor de dicteerfunctie wordt geladen. Telefoon Z Opties Telefoon i SMS Berichtenweergave Als er nog geen internetverbinding was, Voorlezen wordt deze nu gemaakt. p selecteren.
  • Pagina 345 342 Multimediasysteem Sms wissen Uitbreiding van de woordkeuze Selecteren van de telefonische vergaderingen Multimediasysteem: voor het automatisch tot stand brengen van Wissen van de selectie een verbinding Telefoon i SMS Opnemen van een nieuw dictaat Weergave van de deelnemers aan een tele‐ p selecteren.
  • Pagina 346 Mercedes-Benz Link mediadisplay automatisch weergaven met Record in de to-do-lijst als uitgevoerd marke‐ opties voor de ophanden zijnde afspraken. Overzicht Mercedes-Benz Link Wanneer het automatisch starten van "In-Car Multimediasysteem & WAARSCHUWING Gevaar voor afleiding Office" uitgeschakeld is, kunt u de toepas‐...
  • Pagina 347 Multimediasysteem: U hebt daarvoor als extra uitrusting de regeleen‐ Connect Mercedes-Benz Link heid Mercedes-Benz Link nodig. Deze zijn ver‐ ® Apple CarPlay krijgbaar bij een Mercedes-Benz-servicewerk‐ MB Link selecteren. plaats.
  • Pagina 348 Multimediasysteem 345 Voor de volledige functionaliteit van Apple ® De beschikbaarheid van Apple CarPlay kan per Deze apparatuur alleen bedienen als de land variëren. CarPlay ® is een internetverbinding vereist. verkeerssituatie dit toelaat. Voor de applicatie en de daarmee verbonden De iPhone ®...
  • Pagina 349 ® Deze apparatuur alleen bedienen als de Indien Apple CarPlay vóór de laatste los‐ Mercedes-Benz adviseert, de verbinding via verkeerssituatie dit toelaat. koppeling niet op de voorgrond werd weerge‐ de aansluitkabel alleen los te maken als de geven, start de applicatie weer op de achter‐...
  • Pagina 350 Multimediasysteem 347 bedieningselement of spraakbediening. De begeleiding wordt gestart terwijl er op het multi‐ Voor de volledige functionaliteit van Android spraakbediening activeren door het lang indruk‐ mediasysteem een routebegeleiding actief is, Auto is een internetverbinding vereist. ken van de toets ó in het multifunctioneel wordt deze beëindigd.
  • Pagina 351 De toets ò, bijvoorbeeld in het multifunc‐ verbreken. tuigcode voor de auto op willekeurige manier tioneel stuurwiel, indrukken. Mercedes-Benz adviseert, de verbinding via gegenereerd. Indien Android Auto vóór de laatste loskop‐ een aansluitkabel alleen los te maken als de Deze hangt samen met het voertuigidentificatie‐...
  • Pagina 352 Er heeft een oproep via de me-toets naar de me-toets voor service- of informatieoproep Mercedes-Benz klantenservice via het bedie‐ Afdekking van de SOS-toets Mercedes me gesprekken zijn niet in elk land ningspaneel dakconsole of het multimediasys‐ mogelijk. Bij een Mercedes-Benz-service‐...
  • Pagina 353 Benz van de Mercedes-Benz klantenservice. vraag, of u ondersteuning wilt van de Mercedes- Tijdens de verbinding met de Mercedes-Benz Benz klantenservice. Meer informatie over Mercedes me connect, de klantenservice worden gegevens overgebracht aangeboden service-omvang en de bediening is Bellen selecteren.
  • Pagina 354 Wanneer u al in con‐ Ongeacht of u hebt ingestemd met het onder‐ Er is een service-oproep via het multimedia‐ tact staat met de Mercedes-Benz klantenser‐ houdsmanagement, herinnert het multimedia‐ systeem ( pagina 350) of via het bedie‐...
  • Pagina 355 Ingestelde taal van het multimediasysteem bovendien nog de volgende gegevens door de Aanwezige overdrachtstechnologie op het Telefoonnummer van het in de auto gemon‐ Mercedes-Benz klantenservice van de auto wor‐ mobiele netwerk teerde communicatieplatform den opgevraagd: Geactiveerde Mercedes me connect services Momentele locatie van de auto Geselecteerde service in het spraakdialoog‐...
  • Pagina 356 Houd er alstublieft rekening mee, dat Mercedes te vinden in de betreffende gebruiksvoorwaar‐ beschikbaar. me connect een service van Mercedes-Benz is. den voor Mercedes me connect services. Dit In noodgevallen eerst het bekende landelijke kunt u vinden in de Mercedes me-Portal: alarmnummer bellen.
  • Pagina 357 De gebruiksvoorwaarden voor Mercedes me Voor deze dienstverlening kunnen kosten connect en andere services in acht nemen. Deze worden berekend. Informatie over het Mercedes-Benz noodop‐ zijn beschikbaar in de Mercedes me-Portal: roepsysteem Meer informatie over Mercedes me connect ser‐ https://me.secure.mercedes-benz.com...
  • Pagina 358 Er wordt een spraakverbinding met de teem geen noodoproep kan opbouwen met de Mercedes-Benz alarmcentrale tot stand Tijdens een actieve noodoproep verschijnt op Mercedes-Benz alarmcentrale, wordt de noodop‐ gebracht. het display G. roep automatisch doorgestuurd naar de open‐ bare alarmcentrale.
  • Pagina 359 (enkele 100 m vóór het ongeval) Mercedes-Benz alarmcentrale tot stand Als het Mercedes-Benz noodoproepsysteem Rijrichting gebracht. geen noodoproep met de Mercedes-Benz alarm‐ Voertuigidentificatienummer Er wordt een sms met ongevalsgegevens aan centrale kan opbouwen, wordt de noodoproep Het soort aandrijving van de auto de Mercedes-Benz alarmcentrale gestuurd.
  • Pagina 360 Multimediasysteem 357 Handmatig of automatisch geactiveerde de rode melding SOS NOT READY op het display Online- en internetfuncties noodoproep geïnformeerd. Internetverbinding Het tijdstip van het ongeval Controleren of binnen 30 seconden na het Informatie over internetverbinding inschakelen van het contact de rode melding Spraakinstelling bij het multimediasysteem SOS NOT READY in de rechter bovenhoek van...
  • Pagina 361 Als inzittende mobiele communicatieap‐ aangeschaft. Bij auto's met een vast geïnstalleerde communi‐ paratuur alleen in het daarvoor Vraag bij een Mercedes-Benz-servicewerk‐ catiemodule wordt de internetverbinding ver‐ bedoelde gebied gebruiken, bijvoor‐ plaats na of het in uw land mogelijk is om zorgd via een vast ingebouwde simkaart.
  • Pagina 362 De mobiele telefoon is uitgeschakeld. Multimediasysteem: Meer informatie is verkrijgbaar op https:// Er is niet voldoende mobiele-telefoonnet‐ Systeem ö Connectiviteit www.mercedes-benz-mobile.com/ of bij een werkdekking beschikbaar. Internetinstellingen Mercedes-Benz servicewerkplaats. In de mobiele telefoon is het gebruik van Wi-Fi-netwerken zoeken mobiele-telefoondata gedeactiveerd.
  • Pagina 363 360 Multimediasysteem Multimediasysteem: Van PAN naar DUN wisselen: De mobiele De internetverbinding door vooraf gedefini‐ eerde of door handmatige toegangsgegevens telefoon selecteren. Systeem ö Connectiviteit configureren ( pagina 359). Internetinstellingen ¥ selecteren. Vrijgave van een mobiele telefoon voor inter‐ Configuratie wijzigen selecteren.
  • Pagina 364 Mercedes-Benz Apps is uitgevoerd. weergegeven: De algemene leveringsvoorwaarden zijn Netwerk bevestigd. Status online/offline Wanneer een Mercedes-Benz app via de spraak‐ bediening kan worden gebruikt, herkent u dit aan het symbool o in de app. Mercedes-Benz apps Een Mercedes-Benz app selecteren. Mercedes-Benz apps oproepen Het menu van de app wordt weergegeven.
  • Pagina 365 De services zijn afhankelijk van het betref‐ fende land. Adres of speciale bestemming invoeren selecteren. Voor meer informatie hierover contact opne‐ Een zendernaam via het invoerveld invoeren. men met een Mercedes-Benz-servicewerk‐ plaats. Bij het gebruik van TuneIn Radio kunnen grote hoeveelheden data worden overge‐ Multimediasysteem: bracht.
  • Pagina 366 Multimediasysteem 363 Opties van TuneIn Radio instellen Het centrale bedieningselement ingedrukt worden afgeleid. Bovendien kunt u de con‐ houden, tot een akoestisch signaal klinkt. Multimediasysteem: trole over de auto verliezen. Het symbool ß verschijnt bij de zender‐ Radio Þ Radiobron Gegevensdragers alleen bedienen als naam.
  • Pagina 367 364 Multimediasysteem Ondersteunde formaten: FLAC ALAC De volgende aanwijzingen in acht nemen: Gracenote, MusicID, Playlist Plus, het Gracenote- Door het grote aantal beschikbare logo en het opschrift "Powered by Gracenote" muziekbestanden met betrekking tot zijn geregistreerde merknamen of merknamen decoders, aftastfrequentie en gegevens‐ van Gracenote, Inc.
  • Pagina 368 Multimediasysteem 365 Mediafunctie inschakelen "Made for iPod", "Made for iPhone" betekent dat De sd-kaart na het gebruik verwijderen elektronische extra apparatuur speciaal voor Multimediasysteem: en uit de auto nemen. ® ® aansluiting op de iPod of de iPhone is gecon‐ Media à...
  • Pagina 369 366 Multimediasysteem Overzicht audiofunctie Usb-apparaten aansluiten Actieve gegevensdrager Geluid Albumcover Volledig scherm (voor videoweergave) * AANWIJZING Schade bij hoge tempera‐ Titel, artiest, album Opties turen Titelnummer en aantal titels in de titellijst Hoge temperaturen kunnen usb-apparaten Zoeken beschadigen. Afspeelregeling Mediabronnen...
  • Pagina 370 Multimediasysteem 367 Titel in de mediaweergave selecteren Afspeelmodus Sd-apparaten na gebruik verwijderen en Multimediasysteem: uit de auto nemen. Random-weergave van de actuele titellijst Media selecteren. De multimedia-aansluiteenheid bevindt zich in De actuele titellijst wordt in willekeurige volg‐ Titel via titelsprong selecteren het opbergvak onder de armsteun en beschikt orde afgespeeld.
  • Pagina 371 368 Multimediasysteem Weergave voortzetten: Met het centrale AVI, DivX, MKV bedieningselement opnieuw Y selecteren MP4, M4V en bevestigen. Het symbool Ì wordt weergegeven. Als sneller dan 5 km/h wordt gereden, is het Snel vooruit- of terugspoelen videobeeld voor de bestuurder uitgescha‐ Ë...
  • Pagina 372 Multimediasysteem 369 Overzicht videofunctie Modus volledig beeld in- en uitschakelen Actieve gegevensdrager Geluid Multimediasysteem: Albumcover Volledig scherm (voor videoweergave) Media à Mediabronnen Titel, artiest, album Opties Titelnummer en aantal titels in de titellijst Een gegevensdrager selecteren. Afspeelbare videobestanden worden afge‐ Zoeken speeld.
  • Pagina 373 370 Multimediasysteem Modus volledig beeld inschakelen: Mediazoeken Een categorie selecteren. Volledig scherm selecteren. De categorieën zijn beschikbaar, zodra de Mediazoeken starten gehele inhoud van het medium gelezen en Modus volledig beeld uitschakelen: Op de Multimediasysteem: geanalyseerd is. touchpad drukken. Media ª...
  • Pagina 374 Multimediasysteem 371 www.mercedes-benz.com/connect. Volgt de informatie onder de rubriek "Media Interface". Media Interface inschakelen Multimediasysteem: Media à Mediabronnen Een gegevensdrager met usb-aansluiting ver‐ binden ( pagina 366). Een media-apparaat selecteren. Afspeelbare muziekbestanden worden afge‐ speeld.
  • Pagina 375 372 Multimediasysteem Overzicht Media Interface Bluetooth ® -audio Actieve gegevensdrager Geluid Albumcover Volledig scherm (alleen voor videoweergave) ® Informatie over Bluetooth -audio Artiest, titel en album Opties Als uw Bluetooth ® audioapparatuur de eerste Titelnummer en aantal titels in de titellijst keer samen met het multimediasysteem wordt Zoeken gebruikt, moet deze worden geautoriseerd...
  • Pagina 376 Multimediasysteem 373 ® Overzicht Bluetooth -audio Op het multimediasysteem en op de audioap‐ Actieve gegevensdrager Geluid ® paratuur is Bluetooth ingeschakeld Albumcover Volledig scherm (alleen voor videoweergave) pagina 290). Titel, artiest, album Opties De audioapparatuur ondersteunt de Blue‐ Titelnummer en aantal titels in de titellijst Bluetooth ®...
  • Pagina 377 374 Multimediasysteem Multimediasysteem: benz-mobile.com/ of bij een Mercedes-Benz- Een Bluetooth ® -audioapparaat selecteren. servicewerkplaats. Media à Mediabronnen Verbinding vanaf Bluetooth ® -audioappara‐ á Bluetooth Audio ® Bluetooth -audio inschakelen tuur maken Multimediasysteem: De Bluetooth ® -apparaatnaam van het multime‐ ®...
  • Pagina 378 Multimediasysteem 375 ® Het NFC-gebied van de mobiele telefoon aan‐ Muziektitels op de Bluetooth audioappara‐ Radio tippen (zie de handleiding van de fabrikant). tuur zoeken Radio inschakelen Wanneer de mobiele telefoon reeds als Blue‐ Multimediasysteem: ® tooth audioapparatuur bij het multimedia‐ Multimediasysteem: Media à...
  • Pagina 379 376 Multimediasysteem Overzicht radio Radiozender instellen Actieve frequentieband Deze titel taggen Zendernaam of ingestelde frequentie Opties Multimediasysteem: Artiest, titel, album en radiotekst Radio Zenderlijst Frequentieband instellen Omhoog of omlaag navigeren. Zendergeheugen Multimediasysteem: Radiobron Radio Þ Radiobron Geluid Een frequentieband selecteren.
  • Pagina 380 Multimediasysteem 377 Radiozenderlijst oproepen Radiozendergeheugen bewerken Slideshow oproepen (FM/DAB-radiofunctie) Multimediasysteem: Multimediasysteem: Multimediasysteem: Radio è Radio ß Zendergeheugen Radio Þ Radiobron FM/DAB Radio Een zender selecteren. Zender verschuiven: Een geheugeninvoer markeren en naar links Radiozender via zendernaam of directe fre‐ navigeren. quentie-invoer zoeken Gemarkeerde zender verplaatsen selecteren.
  • Pagina 381 378 Multimediasysteem Radiotekst in- en uitschakelen Modus volledig beeld uitschakelen: % ♫→ Deze titel taggen selecteren. selecteren. De titelinformatie wordt opgeslagen. Multimediasysteem: Radio Z Opties Frequentie vastzetten functie in- of uitscha‐ Verkeersinformatie in- en uitschakelen Radiotekstinformatie weergeven kelen Multimediasysteem: De functie in- O of uitschakelen ª. Multimediasysteem: Systeem õ...
  • Pagina 382 Multimediasysteem 379 Voor het decoderen van HD-programma's vol‐ De tv-tuner kan programma's in Dolby Digital De tv-ontvangst is afhankelijk van de volgende gens de Cl+-standaard dient een CI+-module Plus ontvangen. factoren: (Common-Interface-module), die niet tot de leve‐ Snelheid ringsomvang behoort. In enkele landen is tevens Zendeigenschappen van de ingestelde tv-zen‐...
  • Pagina 383 380 Multimediasysteem Tv-functie inschakelen Multimediasysteem: Media à Mediabronnen selecteren. Het tv-beeld verschijnt. Indien beschikbaar wordt de zender- en programma-informatie weergegeven. Als sneller dan 5 km/h wordt gereden, is het tv-beeld voor de bestuurder uitgeschakeld. Indien beschikbaar wordt de zender- en pro‐ gramma-informatie continu weergegeven.
  • Pagina 384 Multimediasysteem 381 Overzicht tv-functie Overzicht van de weergaven in het tv-bestu‐ Actieve mediabron Volledig scherm ringsmenu Zendernaam Opties Actueel programma met start- en eindtijd De volgende informatie wordt weergegeven: Zenderlijsten Actuele tv-zender met symbool ß (wan‐ Zendergeheugen neer als favoriet opgeslagen) Mediabronnen Actueel programma met start- en eindtijd Geluid...
  • Pagina 385 382 Multimediasysteem Tv-zender instellen Zender vastzetten, functiebeschrijving De gezochte zender invoeren pagina 383) pagina 286). Tv-zender in besturingsmenu instellen Zender vastzetten in- of uitschakelen Een tv-zender selecteren. Multimediasysteem: pagina 383) Media à Mediabronnen Tv-zender in favorieten instellen Symbolen zoals voor: Voorwaarden Op de touchpad omhoog of omlaag vegen.
  • Pagina 386 Multimediasysteem 383 Werking van de instelling zender vastzetten Overzicht zenderlijst Omhoog of omlaag navigeren. De volgende of vorige tv-zender wordt inge‐ De tv-tuner geeft het actuele programma van de Zender vastzetten is ingeschakeld steld. momenteel te ontvangen digitale tv- of radiozen‐ Het kanaal wordt niet gewisseld.
  • Pagina 387 384 Multimediasysteem Zender in de favorieten verschuiven Voor de snelle toegang kunt u tv-zenders als De overdracht van de uitzending kan met de vol‐ favorieten opslaan. gende symbolen zijn gekenmerkt: Een zender in de favorieten markeren. m Uitzending met audioverklaring voor Tv-zender snel opslaan ¥...
  • Pagina 388 Multimediasysteem 385 Digitale teletekst MHEG-5 De selectie van de audiotaal geldt alleen Interactieve multimedia-toepassingen, zoals voor de lopende uitzending. bijvoorbeeld weerberichten, nieuws en sport‐ Als teletekst wordt weergegeven, lang op de uitslagen, zijn beschikbaar. touchpad drukken. Ondertiteling in de tv instellen Het kan enige tijd duren voordat alle pagina's De kleurselectielijst verschijnt.
  • Pagina 389 386 Multimediasysteem Beeldinstellingen selecteren Menu voor de CI+-module oproepen Erop letten dat de CI+-module niet lang Multimediasysteem: Multimediasysteem: aan aanhoudende hoge temperaturen Media à Mediabronnen Media à Mediabronnen wordt blootgesteld. Als de CI+-module beschadigd is, kun‐ Z Opties Z Opties nen geen gecodeerde zenders meer Beeldformaat selecteren.
  • Pagina 390 Multimediasysteem 387 Geluidsmenu oproepen Volumeaanpassing in- en uitschakelen ® Geluidsmenu in Burmester -surround sound Multimediasysteem: Multimediasysteem: system oproepen Multimediasysteem: Media à Geluid Media à Geluid Automatische volumeregeling Media à Geluid De volgende functies zijn beschikbaar: De automatische volumeaanpassing compen‐ De volgende functies zijn beschikbaar: Equalizer seert volumeverschillen bij wisseling tussen Equalizer...
  • Pagina 391 388 Multimediasysteem Geluidsmenu in het advanced sound system ® ® Volumeaanpassing in het Burmester sur‐ Surround sound in het Burmester surround oproepen round sound system in- en uitschakelen sound system in- en uitschakelen Multimediasysteem: Multimediasysteem: Multimediasysteem: Media à Geluid Media à...
  • Pagina 392 Multimediasysteem 389 Volumeaanpassing in het advanced sound system in- en uitschakelen Multimediasysteem: Media à Geluid Automatische volumeregeling De automatische volumeaanpassing compen‐ seert volumeverschillen bij het wisselen tussen audiobronnen. De functie in- O of uitschakelen ª. Balans/fader in het advanced sound system instellen Multimediasysteem: Media...
  • Pagina 393 390 Onderhoud en verzorging Informatie over het regelmatig uitvoeren van Mercedes-Benz adviseert om dergelijke bedrijfs‐ Weergave onderhoudsinterval ASSYST omstandigheden te vermijden. onderhoudswerkzaamheden PLUS Informatie met betrekking tot het onderhoud van Werking van de weergave onderhoudsinter‐ * AANWIJZING Voortijdige slijtage door...
  • Pagina 394 Onderhoud en verzorging 391 Standtijd met accukabels losgemaakt bestuurder van de auto is zelf verantwoordelijk Bij geactiveerde actieve motorkap kan de voet‐ voor het eventueel vaker laten uitvoeren van gangersbescherming beperkt zijn. De weergave van het onderhoudsinterval voorgeschreven onderhoudswerkzaamheden als De volledige functionaliteit van de actieve motor‐...
  • Pagina 395 392 Onderhoud en verzorging Motorkap openen en sluiten & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ wonden bij het openen van de motorkap & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Wanneer bij een oververhitte motor of bij len door ontgrendelde motorkap tijdens brand in de motorruimte de motorkap wordt het rijden geopend, kunt u in contact komen met hete De motorkap kan zich openen en het zicht...
  • Pagina 396 Onderhoud en verzorging 393 Motorkap openen Nooit in de gevarenzone van bewe‐ radiateur en onderdelen van het uitlaatsys‐ gende onderdelen, bijvoorbeeld het teem. draaibereik van de ventilator, reiken. De motor laten afkoelen en alleen de Sieraden en horloges afdoen. hierna beschreven onderdelen aanra‐ ken.
  • Pagina 397 394 Onderhoud en verzorging Voorwaarden met iets meer snelheid laten dichtvallen, tot hij correct vergrendelt. De motor is voorzien van een oliepeilstaaf. Zo niet, dan is een controle van het motor‐ oliepeil alleen mogelijk met de boordcompu‐ Motorolie ter ( pagina 395).
  • Pagina 398 Onderhoud en verzorging 395 Oliepeil te hoog: Het oliepeil ligt boven Boordcomputer: Service Motoroliepeil Wanneer het oliepeil te laag is, 1 l motorolie Op het multifunctioneel display verschijnt een bijvullen. van de volgende meldingen: Als het oliepeil te hoog is, teveel bijgevulde Motoroliepeil Oliepeil wordt gemeten: Nog motorolie aftappen.
  • Pagina 399 396 Onderhoud en verzorging Te veel bijgevulde motorolie aftappen. Daar‐ De motor laten afkoelen en alleen de De aanwijzingen van de weergave voor naar een gekwalificeerde werkplaats hierna beschreven onderdelen aanra‐ onderhoudsinterval voor het olie verver‐ gaan. ken. sen opvolgen en de voorgeschreven ver‐ Voor motoroliepeil contact aan versingsintervallen in acht nemen.
  • Pagina 400 Onderhoud en verzorging 397 Koelvloeistofniveau controleren & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ wonden door hete onderdelen in de motorruimte Bepaalde onderdelen in de motorruimte kun‐ nen zeer heet zijn, bijvoorbeeld de motor, de radiateur en onderdelen van het uitlaatsys‐ teem. De motor laten afkoelen en alleen de hierna beschreven onderdelen aanra‐...
  • Pagina 401 1,5 cm boven de markeringsrand ontvlambaar. Wanneer het op hete onderde‐ staat. len in de motorruimte of onderdelen van het Indien nodig een door Mercedes-Benz goed‐ uitlaatsysteem terechtkomt, kan het ontste‐ gekeurde koelvloeistof bijvullen. ken. Meer informatie over koelvloeistof, zie Ervoor zorgen dat er geen ruitensproei‐...
  • Pagina 402 Onderhoud en verzorging 399 Om schade aan de auto te vermijden, het vol‐ Reiniging en verzorging HOLD-functie gende in acht nemen bij gebruik van een was‐ Aanwijzingen met betrekking tot het auto Actieve parkeerassistent straat: wassen in een wasstraat Om schade aan de auto te vermijden, deze De actieve afstandsassistent DISTRONIC is systemen in de volgende of vergelijkbare uitgeschakeld.
  • Pagina 403 400 Onderhoud en verzorging Bij wasstraten met sleepinstallatie: Wanneer De sproeier van de hogedrukreiniger niet Beschadigde banden of onderdelen van u gedurende het wassen de auto verlaat, direct op gevoelige onderdelen richten, zoals het onderstel direct laten vervangen. erop letten dat de sleutel zich in de auto banden, kieren, elektrische onderdelen, bevindt.
  • Pagina 404 Bij vervuiling in het oppervlak of een doffe Lakwerkzaamheden uitsluitend laten uitvoe‐ Koelvloeistof en remvloeistof: Met een voch‐ decorfolie: Het voor Mercedes-Benz geadvi‐ ren bij een gekwalificeerde werkplaats. tige doek en schoon water verwijderen. seerde en vrijgegeven reinigingsmiddel Paint Cleaner gebruiken.
  • Pagina 405 Werkzaamheden of reparaties aan decorfolie den. bij een gekwalificeerde werkplaats laten uit‐ Weersomstandigheden In de omgeving van de uitlaateindpijpen voeren, bijvoorbeeld een Mercedes-Benz-ser‐ en uitlaatsierstukken altijd bijzonder Steenslag en vervuiling vicewerkplaats. voorzichtig zijn en in deze omgeving in Chemische reinigingsmiddelen het bijzonder kinderen in de gaten hou‐...
  • Pagina 406 Ruitenwisserbladen Geen hogedrukreiniger gebruiken. De weggeklapte ruitenwisserbladen met een vochtige doek reinigen. Uitlaateindpijp Met een door Mercedes-Benz geadviseerd Ruitenwisserbladen niet te vaak reinigen. reinigingsmiddel reinigen, met name in de winter en na het wassen van de auto.
  • Pagina 407 404 Onderhoud en verzorging Aanwijzingen met betrekking tot de verzor‐ Bij sterke vervuiling: Een voor Mercedes-Benz Veiligheidsgordels nooit bleken en kleu‐ ging van het interieur geadviseerd verzorgingsmiddel gebruiken. ren. Geen stickers, folie of iets dergelijks aan‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel Om voertuigschade te vermijden de aanwijzin‐...
  • Pagina 408 Onderhoud en verzorging 405 Lederverzorging: Een voor Mercedes-Benz geadviseerd lederverzorgingsmiddel gebrui‐ ken. Het leder niet te nat reinigen. Geen microvezeldoek gebruiken. Stoelhoezen van DINAMICA Met een vochtige doek reinigen. Geen microvezeldoek gebruiken. Stoelhoezen van kunstleder Met een vochtige doek en een 1%-zeepoplos‐...
  • Pagina 409 406 Pechhulp Het veiligheidsvest in de volgende gevallen ver‐ Noodgeval vangen: Veiligheidsvest uitnemen De reflecterende strepen zijn beschadigd of De veiligheidsvesten bevinden zich in de portier‐ vervuild. opbergvakken van het bestuurders- en passa‐ Het is te vaak gewassen. giersportier. De fluorescerende eigenschappen nemen af. Uitnemen: Het veiligheidsvestfoedraal aan de lus eruit trekken.
  • Pagina 410 Pechhulp 407 Gevarendriehoek Gevarendriehoek uitklappen Overzicht EHBO-set Gevarendriehoek uitnemen De reflectoren aan de zijkant tot een drie‐ hoeksvorm omhoogtrekken en met de boven‐ ste drukknop verbinden. De poten zijdelings naar onderen uitklap‐ pen. De EHBO-set bevindt zich afhankelijk van de uitvoering links of rechts in de bagageruimte in De gevarendriehoekhouder aan beide zij‐...
  • Pagina 411 408 Pechhulp Brandblusser uitnemen Banden zonder noodloopeigenschappen: Niet met drukloze band rijden. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ De drukloze band direct vervangen door len door een niet correct bevestigde het nood‑ of reservewiel of contact brandblusser in de beenruimte van de opnemen met een gekwalificeerde bestuurder werkplaats.
  • Pagina 412 Pechhulp 409 Daartoe de TIREFIT-set gebruiken Een MOExtended-band kunt u herkennen aan het rein) vermijden. Dit geldt in het bijzon‐ pagina 410). keurmerk "MOExtended" op de wang van de der als de auto beladen is. band. Auto's met Mercedes me connect: U kunt In de volgende gevallen het rijden in het in geval van pech een pechoproep starten Auto's met bandenspanningscontrole: MOEx‐...
  • Pagina 413 410 Pechhulp TIREFIT-set gebruiken stane maximumsnelheid van 80 km/h in acht nemen. Voorwaarden Wanneer na een lekke band niet meteen een Fles bandenafdichtmiddel MOExtended-band kan worden gemonteerd, mag Sticker TIREFIT tijdelijk ook een standaardband worden gebruikt. Bandenvulcompressor Handschoenen (afhankelijk van de uitrusting van de auto) Opbergplaats TIREFIT-set Plug-in-hybride: Beslist de aanwijzingen in de...
  • Pagina 414 Pechhulp 411 De binnengedrongen voorwerpen in de band Bij beschadigingen door het rijden met Als het bandenplakmiddel ingeslikt is, laten zitten. een zeer lage bandenspanning of een direct de mond grondig uitspoelen en lege band. veel water drinken. Geen braken opwek‐ ken en zo snel mogelijk naar een arts Niet verder rijden.
  • Pagina 415 412 Pechhulp De bandenvulcompressor tijdens deze fase niet uitschakelen! De bandenvulcompressor maximaal tien minuten laten draaien. Vervolgens moet een bandenspanning van ten minste 200 kPa (2,0 bar, 29 psi) bereikt zijn. Wanneer bandenplakmiddel weggelekt is, de getroffen plaatsen zo snel mogelijk reinigen. Bij voorkeur schoon water gebruiken.
  • Pagina 416 Het remgedrag en de rij-eigenschappen kun‐ band in acht nemen. een Mercedes-Benz-servicewerkplaats. nen sterk nadelig worden beïnvloed. De toegestane maximumsnelheid voor een Niet verder rijden. De bandenvulcompressor uitschakelen.
  • Pagina 417 Als de bandenspanning correct is, de vul‐ nafdichtmiddel en de vulslang laten vervan‐ slang losdraaien van het ventiel van de gere‐ Landen met Mercedes-Benz Service24h: Een gen. pareerde band. sticker met het telefoonnummer van Mercedes- Het ventieldopje op het ventiel van de gere‐...
  • Pagina 418 Ondeskundig uitgevoerde werkzaamheden Accuzuur is een agressieve stof. aan de accu kunnen bijvoorbeeld tot kortslui‐ Mercedes-Benz adviseert in verband met de vei‐ Contact met de huid, ogen of kleding ting leiden. Daardoor kunnen functiebeper‐ ligheid alleen accu's te gebruiken die door voorkomen.
  • Pagina 419 Als alternatief: De accu aansluiten op een Elektrolyt of accuzuur is agressief. stoffen. Het is wettelijk verboden om deze door Mercedes-Benz aanbevolen oplader of Het mag niet met de huid, ogen of samen met het huisvuil af te voeren. contact opnemen met een gekwalificeerde kleding in aanraking komen.
  • Pagina 420 Pechhulp 417 & WAARSCHUWING Explosiegevaar door & WAARSCHUWING Explosiegevaar bij het * AANWIJZING Beschadiging van de accu door te hoge spanning ontstekend waterstofgas opladen en bij starthulp Als u een kortsluiting veroorzaakt of als Bij het opladen en bij starthulp kan een Bij het opladen met een oplader zonder vonkvorming optreedt, kan het waterstofgas explosief gasmengsel uit de accu ontsnap‐...
  • Pagina 421 Alleen door Mercedes-Benz geteste en goed‐ Het contact en alle elektrische verbruikers Veelvuldige en langdurige startpogingen gekeurde opladers gebruiken. zijn uitgeschakeld.
  • Pagina 422 Pechhulp 419 De minpool van de externe accu en het mas‐ sapunt aan de eigen auto met de start-/ laadkabel verbinden. Daarbij met de externe accu beginnen. Bij starthulp: De motor van de eigen auto starten. Bij opladen: Het opladen starten. Bij starthulp: De motoren enkele minuten laten draaien.
  • Pagina 423 12‑V‑accu in acht nemen ( pagina 415). aangesloten. aties automatisch: Mercedes-Benz adviseert de 12‑V‑accu te laten Aanwezige of meegeleverde afdichtstoppen Active Brake Assist System vervangen bij een gekwalificeerde werkplaats, monteren. Actieve afstandsassistent DISTRONIC bijvoorbeeld een Mercedes-Benz-servicewerk‐...
  • Pagina 424 Pechhulp 421 Auto slepen met beide assen op de grond Mercedes-Benz adviseert om de auto bij pech te Auto's met automatische transmissie transporteren in plaats van te slepen. De aanwijzingen met betrekking tot de toege‐ Beide assen Ja, maximaal 50 km met...
  • Pagina 425 422 Pechhulp Als een auto moet worden weggesleept * AANWIJZING Beschadiging door te snel * AANWIJZING Beschadiging door ver‐ of aangesleept, mag het toegestaan of te ver slepen keerde bevestiging van de sleepkabel of - totaalgewicht daarvan het toegestaan stang Door te snel of te ver slepen kan de aandrijf‐...
  • Pagina 426 Pechhulp 423 Auto's met automatische transmissie: De Langzaam en niet plotseling wegrijden. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ automatische transmissie in de stand j zet‐ len door beperkte veiligheidsrelevante ten. functies bij het slepen Auto voor transport opladen Auto's met handgeschakelde versnel‐ Veiligheidsrelevante functies zijn in de vol‐...
  • Pagina 427 424 Pechhulp Auto's met 4MATIC/auto's met automatische Opbergplaats sleepoog de toegestane maximumsnelheid transmissie van 60 km/h bij het transport niet Het sleepoog bevindt zich in de bagageruimte overschreden wordt. onder de bagageruimtebodem. * AANWIJZING Schade aan de auto door Sleepoog aanbrengen verkeerd vastsjorren Na het opladen moet de auto aan alle vier wielen worden vastgezet.
  • Pagina 428 Pechhulp 425 Auto aanslepen (motornoodstart) Het sleepoog rechtsom tot de aanslag erin Bij volledig ingedrukt koppelingspedaal de draaien en vastzetten. auto aanslepen. Auto's met automatische transmissie Het koppelingspedaal langzaam loslaten. Auto's met aanhangwagenvoorziening: Achter Als de motor aanslaat, direct de neutraal‐ aan de auto bevindt zich geen bevestiging voor * AANWIJZING Beschadiging van de auto‐...
  • Pagina 429 Zekeringenkast in de motorruimte openen en Alleen door Mercedes-Benz vrijgegeven sluiten zekeringen met het aangegeven ampe‐ Als een nieuw aangebrachte zekering opnieuw rage gebruiken.
  • Pagina 430 Pechhulp 427 Openen & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door het gebruik van de ruitenwissers bij geopende motorkap Als de ruitenwissers zich in beweging zetten als de motorkap geopend is, kunt u bekneld raken in het mechanisme. Alvorens de motorkap te openen, altijd de ruitenwissers en het contact uitscha‐...
  • Pagina 431 428 Pechhulp Het deksel achter aan de zekeringenkast in de houder aanbrengen. Het deksel van de zekeringenkast omlaagklappen en de schroeven vast‐ draaien. De afdekking omlaagklappen. De klem op de afdekking een kwart slag rechtsom draaien. De motorkap sluiten. De afdekking in de richting van de pijl omhoogklappen.
  • Pagina 432 Banden en velgen 429 De volgende controles regelmatig, ten minste Aanwijzingen met betrekking tot geluids‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor aquapla‐ eenmaal per maand of indien nodig, bijvoorbeeld ontwikkeling of ongewoon rijgedrag ning door te lage profieldiepte voor een langere rit of rijden in het terrein, bij Tijdens het rijden letten op trillingen, geluiden en Bij een te lage profieldiepte laat de grip van alle wielen uitvoeren:...
  • Pagina 433 Benz-servicewerkplaats. De rij-eigenschappen en het stuur‑ en Om veiligheidsredenen alleen de voor remgedrag kunnen sterk nadelig beïn‐ Mercedes-Benz goedgekeurde sneeuwkettin‐ vloed worden. gen of sneeuwkettingen met dezelfde kwali‐ Geadviseerde bandenspanningen in teitsstandaard gebruiken. acht nemen en de bandenspanning van...
  • Pagina 434 Banden en velgen 431 Het uiterlijk van een band geeft geen uitsluitsel ten minste maandelijks & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ over de bandenspanning. len bij herhaaldelijk drukverlies in de bij veranderde belading De bandenspanning alleen corrigeren als de ban‐ band voor aanvang van een langere rit den koud zijn.
  • Pagina 435 432 Banden en velgen De beladingstoestanden "gedeeltelijk beladen" De bandenspanningscontrole is slechts een of "volledig beladen" worden in de tabel weerge‐ hulpmiddel. De bestuurder is ervoor verantwoor‐ geven door een verschillend aantal personen en delijk, de bandenspanning in te stellen op de bagage.
  • Pagina 436 Banden en velgen 433 Het contact is ingeschakeld. De bandenspanning vergelijken met de voor Boordcomputer: de actuele bedrijfstoestand geadviseerde Service Banden Boordcomputer: bandenspanning ( pagina 431). Daarbij de Een veegbeweging omlaag maken op de Service Banden aanwijzingen met betrekking tot de banden‐ Touch-Control links op het stuurwiel.
  • Pagina 437 Als banden en velgen met verkeerde afmetin‐ snelheidsindex gen zijn gemonteerd, kunnen de wielremmen MOE = Mercedes-Benz Original Extended Het overschrijden kan leiden tot beschadi‐ of onderdelen van de wielophanging worden (banden met noodloopeigenschappen beschadigd.
  • Pagina 438 Banden en velgen 435 MO1 = Mercedes-Benz Original (alleen Geen gebruikte banden gebruiken, Altijd op een zo vlak mogelijke onder‐ bepaalde AMG banden) waarvan het eerdere gebruik onbekend grond parkeren. Bij het parkeren stoepranden en kuilen Anders kunnen bepaalde eigenschappen, en wegoneffenheden vermijden.
  • Pagina 439 ® Het ESP inschakelen en de rijstijl aan‐ afgeweken. passen. Accessoires die niet door Mercedes-Benz voor Geen nabewerking aan het remsysteem, de Bij buitentemperaturen onder 10 °C uw auto zijn goedgekeurd, of waar niet vakkun‐ velgen en de banden uitvoeren.
  • Pagina 440 Banden en velgen 437 De toegestane maximumsnelheid van de Ook beslist de volgende aanvullende informatie Als bij verschillende afmetingen van banden en gemonteerde M+S-banden in acht nemen. in acht nemen: velgen de voor- met de achterwielen worden ver‐ wisseld, kan dit leiden tot verlies van de type‐ Wanneer de toegestane maximumsnelheid Aanwijzingen met betrekking tot de banden‐...
  • Pagina 441 438 Banden en velgen Aanwijzingen met betrekking tot het opslaan Afgezien van enkele landspecifieke varianten zijn van wielen de auto's niet uitgerust met wielwisselgereed‐ schap. Informeer bij een gekwalificeerde werk‐ Bij het opslaan van wielen de volgende aanwij‐ plaats welk wielwisselgereedschap voor het ver‐ zingen opvolgen: wisselen van een wiel van de auto nodig en Gedemonteerde wielen koel, droog en zo...
  • Pagina 442 Banden en velgen 439 Kunststof naafdop De auto bevindt zich niet op een helling. De auto opkrikken ( pagina 440). De auto staat op een stevige, stroeve en Verwijderen: De middenkap van de naafdop vlakke ondergrond. linksom draaien en verwijderen. Wieldoppen verwijderen en aanbrengen Aanbrengen: De middenkap van de naafdop De elektrische parkeerrem handmatig bedie‐...
  • Pagina 443 440 Banden en velgen De wielsleutel op de dopsleutel aan‐ De krik is uitsluitend geschikt voor het kort‐ De motor niet starten en de elektrische par‐ brengen. stondig opkrikken van de auto en niet voor keerrem niet vrijzetten. onderhoudswerkzaamheden onder de auto. Met de wielsleutel de naafdop Geen portieren of kofferdeksel openen of...
  • Pagina 444 Banden en velgen 441 De krik uitsluitend plaatsen bij de betreffende kriksteunpunten van de auto. De voet van de krik moet zich loodrecht onder het kriksteunpunt van de auto bevinden. * AANWIJZING Voertuigschade door krik Wanneer u de krik niet op de daarvoor bedoelde kriksteunpunten aanbrengt, kunt u uw auto beschadigen.
  • Pagina 445 442 Banden en velgen Het wiel losmaken en verwijderen * AANWIJZING Mercedes-AMG auto's pagina 442). De aanwijzingen in de aanvullende handleiding in acht nemen. Anders kunt Wiel verwijderen u gevaren niet herkennen. Voorwaarden & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ De auto is opgekrikt ( pagina 440).
  • Pagina 446 Banden en velgen 443 De aanwijzingen met betrekking tot de selec‐ Om veiligheidsredenen alleen de voor tie van banden in acht nemen Mercedes-Benz en het betreffende wiel goed‐ pagina 434). gekeurde wielbouten gebruiken. De wielbouten erin draaien en in de aangege‐...
  • Pagina 447 444 Banden en velgen De wielbouten of de wielmoeren moe‐ Noodwiel gende gekwalificeerde werkplaats laten ten met het voorgeschreven aanhaalmo‐ vervangen. Beslist op de correcte wiel‑ Aanwijzingen met betrekking tot het nood‐ ment aangetrokken zijn; dit controleren. en bandenmaten en het bandentype let‐ wiel ten.
  • Pagina 448 Banden en velgen 445 Auto's met bandenspanningscontrole: Bij een gemonteerd noodwiel kan de banden‐ spanningscontrole niet betrouwbaar werken. De bandenspanning van het verwijderde wiel kan nog enkele minuten worden aangegeven. Deze pas opnieuw starten nadat het nood‐ wiel door een nieuw wiel is vervangen. Ook de volgende aanvullende informatie in acht nemen: Aanwijzingen met betrekking tot de banden‐...
  • Pagina 449 & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Meer informatie is verkrijgbaar bij een len door ondeskundig gebruik van mobi‐ Mercedes-Benz-servicewerkplaats. lofoons Alleen voor bepaalde landen: De voertuigspe‐ cifieke voertuiggegevens kunt u in de COC-docu‐ Als in de auto op ondeskundige wijze gebruik menten (EC-CERTIFICATE OF CONFORMITY) vin‐...
  • Pagina 450 Technische gegevens 447 elektromagnetische straling daarvan de voer‐ Alleen vrijgegeven frequentiebanden tuigelektronica storen, bijvoorbeeld wanneer gebruiken. de mobilofoon niet op een buitenantenne Het maximaal toegestane uitgangsver‐ is aangesloten. mogen in deze frequentiebanden in acht nemen. de buitenantenne verkeerd gemonteerd of niet reflectiearm is. Alleen vrijgegeven antenneposities gebruiken.
  • Pagina 451 448 Technische gegevens Frequentieband en maximaal zendvermogen Bij de achterspatschermen wordt geadviseerd de De volgende onderdelen kunnen zonder beper‐ antenne te monteren aan de zijde van de auto kingen in de auto worden gebruikt: Frequentieband Maximaal zendver‐ die naar het midden van de straat wijst. Mobilofoons met een maximaal zendvermo‐...
  • Pagina 452 Technische gegevens 449 Overzicht voertuigtypeplaatje, FIN en motornummer Voertuigtypeplaatje Voertuigtypeplaatje (voorbeeld - Koeweit) Voertuigtypeplaatje (voorbeeld - alle andere landen) Autofabrikant Autofabrikant Fabricageplaats EG-typegoedkeuringsnummer (alleen voor Productiedatum bepaalde landen) Voertuigtype VIN (voertuigidentificatienummer) Toegestaan totaalgewicht (kg) Toegestaan totaalgewicht (kg) (alleen voor bepaalde landen)
  • Pagina 453 450 Technische gegevens VIN onder de rechter voorstoel VIN bij de onderste rand van de voorruit Toegestane voorasbelasting (kg) Toegestane achterasbelasting (kg) Lakcode De gegevens in de afbeelding zijn voorbeel‐ den. VIN (voertuigidentificatienummer) als label Het VIN als label op de onderste rand van de voorruit is alleen voor bepaalde landen beschik‐...
  • Pagina 454 Bedrijfsstoffen altijd in de afgesloten staan door het gebruik van niet-goedgekeurde originele verpakking bewaren. producten, valt niet onder de Mercedes-Benz Brandstoffen zijn licht ontvlambaar. garantie en coulance. Kinderen altijd op afstand van bedrijfs‐ Beslist vuur, open licht, roken en vonk‐...
  • Pagina 455 452 Technische gegevens Voor en tijdens het tanken de ontste‐ Wanneer brandstof in de ogen terecht Alleen loodvrije, zwavelvrije benzine king en, indien aanwezig, de standver‐ gekomen is, de ogen direct grondig met tanken die voldoet aan de Europese warming uitschakelen. schoon water uitspoelen.
  • Pagina 456 Voor benzine met een maximaal ethanolge‐ toevoegen. C 180: 93 RON halte van 10 vol.% Alle andere modellen: 91 RON Mercedes-Benz adviseert merkbrandstoffen met additieven te gebruiken. Daardoor kan het motorvermogen lager zijn en In sommige landen kan het voorkomen dat de het brandstofverbruik hoger.
  • Pagina 457 * AANWIJZING Beschadiging door ver‐ overleg met een Mercedes-Benz-servicewerk‐ keerde brandstof Petroleum of kerosine plaats, het door Mercedes-Benz geadviseerde Kleine hoeveelheden van de verkeerde reinigingsadditief aan de brandstof worden bijge‐ Wanneer abusievelijk een verkeerde brand‐ brandstof kunnen al leiden tot schade aan mengd.
  • Pagina 458 Technische gegevens 455 Tankinhoud en brandstofreserve Inhoud Overeenkomstig de Europese norm EN 16942 vindt u het verdraagzaamheidskeurmerk op de Afhankelijk van de uitrusting kan de totale Model Totale inhoud volgende punten: inhoud van de brandstoftank variëren. C 300 d 50,0 l op het informatieplaatje in de tankdopklep van de auto ( pagina 178)
  • Pagina 459 456 Technische gegevens ® ® AdBlue Inhoud en verbruik AdBlue ® AdBlue niet met water verdunnen. Aanwijzingen met betrekking tot AdBlue ® ® Geen AdBlue gebruiken waaraan addi‐ Model Totale inhoud De aanwijzingen met betrekking tot de bedrijfs‐ tieven zijn toegevoegd. stoffen in acht nemen ( pagina 451).
  • Pagina 460 De motorolie met het voorgeschreven 229.6* stoffen in acht nemen ( pagina 451). interval laten verversen. C 400 4MATIC 229.5 Mercedes-Benz adviseert, het verversen van de 229.6* olie bij een gekwalificeerde werkplaats uit te Alle andere modellen 229.51, 229.52, laten voeren. 229.61 Alleen door Mercedes-Benz goedgekeurde moto‐...
  • Pagina 461 458 Technische gegevens MB-Freigabe of MB-Approval Verversingshoeveelheid Motorolie voor het eenmalig vullen alleen bij wijze van uitzondering: Dieselmotor Motoroliespecifica‐ Model Verversingshoeveel‐ Auto's met benzinemotor: ties heid C 160, C 180: MB-Freigabe of MB-Appro‐ Alle modellen 228.51, 229.31, C160 (205.044) 7,0 l val 229.3, 229.51, 229.52 of 229.51, 229.52, C180 (205.040)
  • Pagina 462 Wanneer het kook‐ steken. punt te laag wordt, kunnen zich bij een hoge in de Mercedes-Benz BeVo App De motor laten afkoelen alvorens anti‐ belasting van de remmen dampbellen in het vriesmiddel bij te vullen.
  • Pagina 463 460 Technische gegevens Geen gedestilleerd of gedemineraliseerd water De aanwijzingen in het Mercedes-Benz len in de motorruimte of onderdelen van het gebruiken, anders kan de niveausensor een bedrijfsstoffenvoorschrift 310.1 in acht uitlaatsysteem terechtkomt, kan het ontste‐ onjuist niveau detecteren. nemen.
  • Pagina 464 Technische gegevens 461 Zwenkhoogte Model Hoogte Model Zwenk‐ C 160 1542 mm hoogte C 180 1442 mm C 300 1768 mm C 200 C 300 d 1542 mm C 200 4MATIC 1774 mm C 180 d 1442 mm C 220 d 4MATIC C 200 d C 300 4MATIC C 220 d...
  • Pagina 465 462 Technische gegevens Inbouwmaten Specifieke gewichtsaanduidingen vindt u op De achteroverbouw en de bevestigingspunten het voertuigtypeplaatje ( pagina 449). gelden voor een af fabriek gemonteerde aan‐ hangwagenvoorziening. Dakbelasting Alle modellen Model Achter‐ overbouw Maximumdakbelas‐ 75 kg ting Alle modellen 1158 mm Aanhangwagengewicht Aanhangwagenvoorziening Algemene aanwijzingen over de aanhangwa‐...
  • Pagina 466 Technische gegevens 463 Aanhangwagengewicht, geremd (bij mini‐ Aanhangwagengewicht, geremd (bij mini‐ Model Handge‐ Automa‐ maal klimvermogen bij wegrijden van 8%) maal klimvermogen bij wegrijden van 12%) scha‐ tische Model Handge‐ Automa‐ Model Handge‐ Automa‐ kelde trans‐ scha‐ tische scha‐ tische versnel‐...
  • Pagina 467 464 Technische gegevens Toegestane asbelasting achteras (rijden met * AANWIJZING Beschadiging door het los‐ Model Asbelasting aanhangwagen) raken van de fietsdrager C 300 d 1280 kg Bij het gebruik van een fietsdrager moet Model Asbelasting C 300 d 4MATIC 1275 kg naast de maximale kogeldruk eveneens het C 160, handgescha‐...
  • Pagina 468 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 465 symbool selecteren. Door te drukken op Õ Met een veegbeweging omhoog of omlaag op Displaymeldingen wordt meer informatie op het mediadisplay de Touch-Control links door de displaymel‐ Inleiding weergegeven. Door te drukken op ¨ ver‐ dingen bladeren.
  • Pagina 469 466 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Veiligheid voor inzittenden Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het veiligheidssysteem vertoont een storing ( pagina 37). & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door storingen in de werking van het veiligheidssysteem Onderdelen van het veiligheidssysteem kunnen onbedoeld worden geactiveerd of bij een ongeval niet zoals Veiligheidssysteem Storing bedoeld worden geactiveerd.
  • Pagina 470 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 467 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Voorpass.-airbag uitgescha- * De passagiersairbag is gedeactiveerd, hoewel een volwassen persoon of een persoon met een overeenkomstig pos‐ keld zie handleiding tuur op de passagiersstoel zit. Wanneer extra krachten op de stoel worden uitgeoefend, kan het systeem een te gering gewicht meten.
  • Pagina 471 468 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of levensgevaar door gebruik van een kinderzitjesbevestigingssys‐ teem bij ingeschakelde passagiersairbag Als een kind in een kinderzitjesbevestigingssysteem op de passagiersstoel wordt beveiligd en de passagiersair‐ bag ingeschakeld is, kan de passagiersairbag bij een ongeval worden geactiveerd.
  • Pagina 472 Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen À * Er zijn slechts weinig of geen toestemmingen voor het starten van de motor beschikbaar. Bij een Mercedes-Benz-servicewerkplaats een nieuwe digitale voertuigsleutel-sticker bestellen. Sleutel vervangen Zie hand- leiding Á * De sleutel moet worden vervangen.
  • Pagina 473 470 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Á * De sleutel wordt momenteel niet herkend. De plaats van de sleutel in de auto veranderen. Wanneer de sleutel nog steeds niet wordt herkend, de sleutel in het opbergvak voor het starten met de sleutel Sleutel niet herkend (witte plaatsen (...
  • Pagina 474 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 471 Verlichting Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De betreffende lichtbron is defect. Voorzichtig verder rijden. Meteen naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Dimlicht links (voorbeeld) Controleren of de lichtbron mag worden vervangen ( pagina 136).
  • Pagina 475 472 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De actieve bochtenverlichting vertoont een storing. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Act. bochtverlicht. functio- neert niet * U rijdt zonder dimlicht. De verlichtingsschakelaar in de stand L of à draaien. Verlichting inschakelen * De auto wordt verlaten en de verlichting is nog ingeschakeld.
  • Pagina 476 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 473 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Adaptieve grootlichtassis- * De adaptieve grootlichtassistent is tijdelijk niet beschikbaar. tent nu niet beschikbaar De systeemgrenzen zijn bereikt ( pagina 131). zie handleiding Het systeem is weer beschikbaar als de oorzaken niet meer aanwezig zijn. De displaymelding Adaptieve grootlicht- assistent weer beschikbaar verschijnt.
  • Pagina 477 474 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Het systeem is weer beschikbaar als de oorzaken niet meer aanwezig zijn. De displaymelding Adaptieve grootlicht- assistent Plus weer beschikbaar verschijnt. Verder rijden. * De adaptieve grootlichtassistent Plus vertoont een storing. Adaptieve grootlichtassis- tent Plus functioneert niet Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan.
  • Pagina 478 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 475 Klimaatregeling Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen & * De standverwarming vertoont tijdelijk een storing. Als de auto horizontaal staat en de motor is afgekoeld: Viermaal met tussenpozen van een aantal minuten pro‐ beren de standverwarming in te schakelen.
  • Pagina 479 476 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Auto Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * U wilt de auto in rijklare toestand verlaten. Bij het verlaten van de auto het contact uitschakelen, de auto tegen wegrollen beveiligen en de sleutel meene‐ men.
  • Pagina 480 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 477 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Als de displaymelding niet verdwijnt, vertoont de aanhangwagenvoorziening een storing en is de kogelhals niet ver‐ grendeld. De aanhangwagen niet aankoppelen en verder rijden zonder aanhangwagen. Daarbij letten op de beperkte bodemvrijheid door de niet vergrendelde kogelhals.
  • Pagina 481 478 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Ù * De bekrachtiging van de stuurinrichting vertoont een storing. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door gewijzigd stuurgedrag Wanneer de bekrachtiging van de stuurinrichting gedeeltelijk of geheel uitvalt, is er meer kracht nodig om te Storing besturing Meer sturen.
  • Pagina 482 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 479 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De motorkap is geopend. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door ontgrendelde motorkap tijdens het rijden De motorkap kan zich openen en het zicht belemmeren. Nooit de motorkap ontgrendelen tijdens het rijden. Voor iedere rit controleren dat de motorkap vergrendeld is.
  • Pagina 483 480 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De rugleuning van de betreffende stoel is niet vergrendeld. De rugleuning terugklappen tot deze vergrendelt. Rugleuning achterbank links niet vergrendeld (voor‐ beeld) û * Auto's met handgeschakelde versnellingsbak: De elektrische stuurwielblokkering kon de stuurinrichting niet ontgrendelen.
  • Pagina 484 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 481 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Onmiddellijk, rekening houdend met het verkeer, stoppen. Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats. ¥ * Het ruitensproeiervloeistofniveau in het ruitensproeiervloeistofreservoir is tot onder het minimum gedaald. Ruitensproeiervloeistof bijvullen ( pagina 398).
  • Pagina 485 482 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het koelvloeistofniveau is te laag. * AANWIJZING Motorschade door te weinig koelvloeistof Koelvloeistof bijvullen zie Langere ritten met te weinig koelvloeistof vermijden. handleiding Koelvloeistof bijvullen ( pagina 397).
  • Pagina 486 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 483 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ÿ * De ventilatormotor is defect. Tot de volgende gekwalificeerde werkplaats verder rijden zonder hoge motorbelasting. Daarbij erop letten dat de koelvloeistoftemperatuurmeter onder 120 °C blijft. * De brandstofvoorraad heeft het reservegebied bereikt. Tanken.
  • Pagina 487 484 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Transmissie Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Schakelstand P alleen bij * De parkeerstand j kan alleen worden ingeschakeld als de auto stilstaat. stilstaand voertuig Om te stoppen het rempedaal indrukken. Als de auto stilstaat de transmissie in de parkeerstand j zetten. * U hebt geprobeerd om vanuit de parkeerstand j een andere transmissiestand in te schakelen.
  • Pagina 488 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 485 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Stand N permanent geacti- * Terwijl de auto rolt of rijdt is de neutraalstand i ingeschakeld. veerd Wegrolgevaar Om te stoppen het rempedaal indrukken. Als de auto stilstaat de transmissie in de parkeerstand j zetten. Om verder te rijden de transmissiestand h of k inschakelen.
  • Pagina 489 486 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Voertuig stoppen Motor * De transmissie is oververhit. Het wegrijden kan tijdelijk belemmerd of onmogelijk zijn. laten draaien Wachten Onmiddellijk, rekening houdend met het verkeer, stoppen. Niet verder rijden! Transmissie koelt af De motor laten draaien.
  • Pagina 490 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 487 Remmen Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het gele controlelampje ! brandt. De elektrische parkeerrem vertoont een storing. Om in te schakelen: Het contact uit- en weer inschakelen. Parkeerrem zie handleiding De elektrische parkeerrem handmatig bedienen ( pagina 190).
  • Pagina 491 488 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het gele controlelampje ! brandt en het rode controlelampje ! knippert. De elektrische parkeerrem ver‐ toont een storing. De elektrische parkeerrem kan niet worden vastgezet of gelost. Het contact uit- en weer inschakelen.
  • Pagina 492 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 489 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Om in te schakelen: Het contact uitschakelen. De elektrische parkeerrem wordt automatisch ingeschakeld. Als de elektrische parkeerrem niet moet worden ingeschakeld, bijvoorbeeld in de wasstraat of bij het slepen, het contact ingeschakeld laten.
  • Pagina 493 490 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het rode controlelampje ! knippert. De elektrische parkeerrem is vastgezet tijdens het rijden: Aan een voorwaarde voor het automatisch vrijzetten van de elektrische parkeerrem is niet voldaan Parkeerrem ontgrendelen pagina 190).
  • Pagina 494 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 491 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Auto's met handgeschakelde versnellingsbak: Bij ingeschakelde HOLD-functie is een storing opgetreden. Tevens klinkt een regelmatig waarschuwingssignaal. Dit wordt intensiever als wordt geprobeerd de auto te vergren‐ delen.
  • Pagina 495 492 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Rijsystemen Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ¯ * De TEMPOMAT kan niet worden ingeschakeld, omdat niet aan alle inschakelvoorwaarden voldaan is. De inschakelvoorwaarden van de TEMPOMAT controleren ( pagina 204). - - - km/h TEMPOMAT functioneert * De TEMPOMAT vertoont een storing.
  • Pagina 496 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 493 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Limiter passief * Wanneer het gaspedaal tot voorbij het drukpunt wordt ingedrukt (kickdown), wordt de limiter passief geschakeld pagina 204). Limiter functioneert niet * De limiter vertoont een storing. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan.
  • Pagina 497 494 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Actieve afstandsassistent * De actieve afstandsassistent DISTRONIC is tijdelijk niet beschikbaar. nu niet beschikbaar Zie De omgevingsomstandigheden liggen buiten de systeemgrenzen ( pagina 206). handleiding Het systeem is weer beschikbaar wanneer de omgevingsomstandigheden binnen de systeemgrenzen liggen. Verder rijden.
  • Pagina 498 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 495 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Actieve stuurassistent nu * De actieve stuurassistent is tijdelijk niet beschikbaar. niet beschikbaar Zie hand- De omgevingsomstandigheden liggen buiten de systeemgrenzen ( pagina 214). leiding Het systeem is weer beschikbaar wanneer de omgevingsomstandigheden binnen de systeemgrenzen liggen. Verder rijden.
  • Pagina 499 496 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Ø * De actieve stuurassistent heeft de systeemgrens bereikt ( pagina 214). U hebt al geruime tijd niet zelf gestuurd. De besturing overnemen en op veilige wijze verder rijden. ë...
  • Pagina 500 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 497 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen É * U bent weggereden hoewel de voertuighoogte te laag was. Stoppen; daarbij op de verkeerssituatie letten. De auto wordt tot de geselecteerde voertuighoogte omhooggebracht. STOP Auto te laag Pas verder rijden wanneer de displaymelding verdwijnt.
  • Pagina 501 498 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen É * De auto stelt zich op de gekozen rijhoogte in. Auto komt omhoog É * De voertuighoogte is te laag. De auto wordt tot de geselecteerde voertuighoogte omhooggebracht. Pas wegrijden wanneer de displaymelding verdwijnt.
  • Pagina 502 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 499 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Parkeerassistent Manoeu- * De manoeuvreerondersteuning van de parkeerassistent is tijdelijk niet of slechts ten dele beschikbaar. vreerondersteuning Alle sensoren van het parkeersysteem en van het camerasysteem reinigen ( pagina 402).
  • Pagina 503 500 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Verkeerstekenassistent * De verkeerstekenassistent vertoont een storing. functioneert niet Veilig stoppen en de motor opnieuw starten. Wanneer de displaymelding nog steeds verschijnt, naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. * Het zicht van de camera is gereduceerd.
  • Pagina 504 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 501 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Indien nodig de achterbumper reinigen. Als de bumper sterk vervuild is, kunnen de sensoren in de bumper een storing vertonen. Dodehoekassistent functio- * De dodehoekassistent vertoont een storing. neert niet Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan.
  • Pagina 505 502 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Actieve spoorassistent nu * De actieve spoorassistent is tijdelijk niet beschikbaar. niet beschikbaar zie hand- De omgevingsomstandigheden liggen buiten de systeemgrenzen ( pagina 246). leiding Het systeem is weer beschikbaar wanneer de omgevingsomstandigheden binnen de systeemgrenzen liggen. Auto's met actieve stuurassistent: Het camerabeeld door de voorruit kan beperkt zijn.
  • Pagina 506 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 503 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Stoppen; daarbij op de verkeerssituatie letten. De voorruit reinigen. Rijveiligheidssystemen Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het ABS en het ESP ® zijn tijdelijk niet beschikbaar. Ook andere rijsystemen en rijveiligheidssystemen, bijvoorbeeld het BAS, kunnen tijdelijk niet beschikbaar zijn.
  • Pagina 507 504 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het ABS en het ESP ® vertonen een storing. Ook andere rijsystemen en rijveiligheidssystemen, bijvoorbeeld het BAS, kunnen een storing vertonen. Het remsysteem werkt verder op normale wijze. De remweg kan bij een noodstop langer worden. ÷...
  • Pagina 508 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 505 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Wanneer de displaymelding niet verdwijnt, direct naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Daarbij voor‐ zichtig rijden. ÷ * Het ESP ® vertoont een storing. Ook andere rijsystemen en rijveiligheidssystemen, bijvoorbeeld het BAS, kunnen een storing vertonen. Het remsysteem werkt verder op normale wijze.
  • Pagina 509 506 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het EBD, het ABS en het ESP ® vertonen een storing. Ook andere rijsystemen en rijveiligheidssystemen, bijvoorbeeld het BAS, kunnen een storing vertonen. & WAARSCHUWING Slipgevaar bij storing van het EBD, het ABS en het ESP ®...
  • Pagina 510 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 507 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Actieve remassistent Func- * Auto's met rijassistentiepakket of dodehoekassistent: Het Active Brake Assist System met kruisingsfunctie, de tie beperkt beschikbaar Zie ® uitwijkstuurassistent of PRE‑SAFE PLUS vertoont een storing. handleiding Auto's zonder rijassistentiepakket: Het Active Brake Assist System vertoont een storing.
  • Pagina 511 508 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Mercedes me connect Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Mercedes me connect * De functies van de auto voor de storingsherkenning zijn beperkt. Diensten beperkt Zie hand- Een of meerdere hoofdfuncties van het Mercedes me connect systeem vertonen een storing. leiding De aanwijzingen met betrekking tot de diagnose-interface in acht nemen ( pagina 30).
  • Pagina 512 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 509 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. * De 12V-accu wordt niet meer opgeladen. * AANWIJZING Mogelijke motorschade als verder wordt gereden zie handleiding Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats. Rekening houdend met de verkeerssituatie zo snel mogelijk stoppen en de motor afzetten.
  • Pagina 513 510 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De 12V-accu heeft een te lage laadtoestand. Onmiddellijk, rekening houdend met het verkeer, stoppen. Niet verder rijden! De motor laten draaien. Voertuig stoppen Motor Pas verder rijden wanneer de displaymelding verdwijnt. laten draaien Wanneer de displaymelding niet verdwijnt: Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats.
  • Pagina 514 * De laadtoestand van de 48V-accu is te laag. U kunt de motor niet meer starten. Zie handleiding Niet benodigde elektrische verbruikers uitschakelen. Een door Mercedes-Benz goedgekeurde, geschikte oplader met voldoende laadvermogen aansluiten op het hulpstartpunt van de 12V-accu ( pagina 418).
  • Pagina 515 512 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Banden met een te lage bandenspanning kunnen bijvoorbeeld het rijgedrag en het stuur‑ en remgedrag beïn‐ vloeden. De bandenspanningscontrole bij een gekwalificeerde werkplaats laten controleren. Bandensp.contr. functio- * De gemonteerde wielen hebben geen geschikte bandenspanningssensoren.
  • Pagina 516 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 513 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen De geadviseerde bandenspanningen in acht nemen. Indien noodzakelijk de bandenspanning aanpassen. De auto op een veilige plaats stoppen. De bandenspanning ( pagina 430) en de banden controleren. * Ten minste één band heeft een te lage bandenspanning, of de bandenspanningen van de afzonderlijke banden wij‐...
  • Pagina 517 514 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen De auto op een veilige plaats stoppen. De banden controleren. * Ten minste een band is oververhit. De betroffen banden worden rood afgebeeld. Bij een temperatuur dicht bij de Banden oververhit grenswaarde worden de banden geel afgebeeld.
  • Pagina 518 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 515 Uitlaatgasnabehandeling Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Ø * De AdBlue ® voorraad is tot onder de reservemarkering gedaald. Direct AdBlue ® bijvullen ( pagina 182). AdBlue bijvullen zie handlei- ding Ø * De lage AdBlue ®...
  • Pagina 519 516 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Ø * De AdBlue ® -voorraad is opgebruikt. U kunt de motor niet meer starten. ® Ten minste de aangegeven hoeveelheid AdBlue bijvullen ( pagina 182). Het contact inschakelen en circa 60 seconden wachten. XX,X l AdBlue bijvullen Con- De motor starten.
  • Pagina 520 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 517 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ¯ * Vermogensbeperking vanwege de AdBlue ® systeem storing. Na de getoonde afstand kan de motor niet meer wor‐ den gestart. Meteen naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. AdBlue systeemstoring Noodloop: max XXX km/h Geen start na XXX km...
  • Pagina 521 518 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Motorolie Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het motoroliepeil is tot het minimum gedaald. * AANWIJZING Motorschade door rijden met te weinig motorolie Bij tankstop motoroliepeil Langere ritten met te weinig motorolie vermijden. controleren Het motoroliepeil bij de volgende tankstop controleren.
  • Pagina 522 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 519 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Displaymelding alleen bij bepaalde motortypen: Het motoroliepeil is te hoog. * AANWIJZING Motorschade door rijden met te veel motorolie Motoroliepeil Oliepeil verla- Langere ritten met te veel motorolie vermijden. Direct naar een gekwalificeerde werkplaats gaan en het motoroliepeil laten verlagen.
  • Pagina 523 520 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Displaymelding alleen bij bepaalde motortypen: De oliedruk is te laag. * AANWIJZING Motorschade door rijden met een te lage oliedruk Motoroliedruk Stoppen Motor uit Rijden met een te lage oliedruk vermijden. Onmiddellijk, rekening houdend met het verkeer, stoppen.
  • Pagina 524 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 521 Instrumentendisplay standaard De posities van de controlelampjes in het instru‐ Remmen (rood) ( pagina 528) mentendisplay kunnen afhankelijk van de dis‐ Afstandswaarschuwing play-instelling afwijken van het voorbeeld. pagina 531) Waarschuwings- en controlelampjes: ä AIRMATIC ( pagina 531) Veiligheidssysteem ( pagina 522)
  • Pagina 525 522 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Veiligheid voor inzittenden Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het rode waarschuwingslampje veiligheidssysteem brandt als de motor draait. *Het veiligheidssysteem vertoont een storing ( pagina 37). & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door storingen in de werking van het veiligheidssysteem Waarschuwingslampje vei‐...
  • Pagina 526 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 523 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje De veiligheidsgordel omgespen ( pagina 41). Er liggen voorwerpen op de passagiersstoel. De voorwerpen van de passagiersstoel verwijderen. * Het rode waarschuwingslampje veiligheidsgordels brandt na het starten van de motor: Bovendien kan een onderbroken waarschuwingssignaal klinken.
  • Pagina 527 524 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Auto Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje ï Het rode waarschuwingslampje aanhangwagenvoorziening brandt. *De aanhangwagenvoorziening is niet klaar voor gebruik of zwenkt. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door niet vergrendelde kogelhals Waarschuwingslampje aan‐ hangwagenvoorziening De aanhangwagen kan loskomen.
  • Pagina 528 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 525 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Ù Het rode waarschuwingslampje stuurbekrachtiging brandt terwijl de motor draait. *De stuurbekrachtiging of de stuurinrichting zelf vertoont een storing. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen bij beperkte bestuurbaarheid Waarschuwingslampje stuurbekrachtiging (rood) Wanneer de stuurinrichting niet meer zoals bedoeld functioneert, is de bedrijfsveiligheid van de auto in gevaar.
  • Pagina 529 526 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Ventilator van de radiateur defect Als bovendien een waarschuwingssignaal klinkt, heeft de koelvloeistof een temperatuur van 120 °C overschreden. & WAARSCHUWING Gevaar voor brandwonden bij het openen van de motorkap Wanneer bij een oververhitte motor of bij brand in de motorruimte de motorkap wordt geopend, kunt u in contact komen met hete gassen of andere ontsnappende bedrijfsstoffen.
  • Pagina 530 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 527 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Tot de volgende gekwalificeerde werkplaats verder rijden zonder hoge motorbelasting. Daarbij erop letten dat de koelvloeistoftemperatuurmeter onder 120 °C blijft. Het gele waarschuwingslampje motordiagnose brandt als de motor draait. *Er is een storing van de motor, het uitlaatsysteem of het brandstofsysteem aanwezig.
  • Pagina 531 528 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het gele waarschuwingslampje brandstofreserve brandt als de motor draait. * De brandstofvoorraad heeft het reservegebied bereikt. Tanken. Waarschuwingslampje brandstofreserve brandt Remmen Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het rode controlelampje elektrische parkeerrem knippert of brandt.
  • Pagina 532 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 529 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het gele waarschuwingslampje remmen brandt als de motor draait. * & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen bij storing van het remsysteem Wanneer het remsysteem een storing vertoont, kan het remgedrag nadelig beïnvloed zijn. Remwaarschuwingslampje Voorzichtig verder rijden.
  • Pagina 533 530 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen en letsel bij storing van de rembekrachtiging Wanneer de rembekrachtiging een storing vertoont, is het mogelijk dat er meer kracht op het rempedaal moet worden uitgeoefend tijdens het remmen.
  • Pagina 534 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 531 Rijsystemen Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het rode waarschuwingslampje afstandswaarschuwing brandt tijdens het rijden. *De afstand tot de voorligger is voor de gekozen snelheid te gering. Als bovendien het waarschuwingssignaal klinkt, wordt een obstakel met een te hoge snelheid genaderd. Waarschuwingslampje Klaar zijn om direct te kunnen remmen.
  • Pagina 535 532 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Rijveiligheidssystemen Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het gele ABS-waarschuwingslampje brandt als de motor draait. *Het ABS vertoont een storing. Als bovendien een waarschuwingssignaal klinkt, vertoont de EBD een storing. ABS-waarschuwingslampje Ook andere rijsystemen en rijveiligheidssystemen kunnen een storing vertonen. De meldingen op het multifunctioneel display in acht nemen.
  • Pagina 536 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 533 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Een of meerdere wielen hebben hun slipgrens bereikt ( pagina 195). De rijstijl aan de weersomstandigheden en de toestand van het wegdek aanpassen. * Het gele waarschuwingslampje ESP ®...
  • Pagina 537 534 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje & WAARSCHUWING Slipgevaar tijdens het rijden met uitgeschakeld ESP ® ® Het ESP voert geen stabilisatie van de auto uit. Bovendien zijn verder rijveiligheidssystemen slechts beperkt beschikbaar.
  • Pagina 538 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 535 Bandenspanningscontrole Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het gele waarschuwingslampje bandenspanningscontrole (drukverlies/storing) knippert circa één minuut lang en brandt dan permanent. Waarschuwingslampje ban‐ Het gele waarschuwingslampje bandenspanningscontrole (drukverlies/storing) brandt. denspanningscontrole * Het gele waarschuwingslampje bandenspanningscontrole (drukverlies/storing) knippert circa één minuut lang en brandt dan permanent: De bandenspanningscontrole vertoont een storing.
  • Pagina 539 536 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door een te lage bandenspanning De banden kunnen klappen. De banden kunnen overmatig en/of ongelijkmatig slijten. De rij-eigenschappen en het stuur‑ en remgedrag kunnen sterk nadelig beïnvloed worden. U kunt dan de controle over de auto verliezen.
  • Pagina 540 Trefwoordenregister 537 Aanjager 1, 2, 3 ... Zie Klimaatregeling A/C-functie 4MATIC ............. 177 Aanrijdingsbeveiliging ......238 In- en uitschakelen (bedieningseen‐ Functie ..........177 heid) ............ 146 Aanslepen ..........425 12‑V‑accu In- en uitschakelen (MBUX multime‐ Zie Accu (auto) Aansprakelijkheid voor gebreken diasysteem) .........
  • Pagina 541 538 Trefwoordenregister Achterruit Functie ..........206 Actieve parkeerassistent ......233 Rolzonnescherm ........97 Inschakelen/activeren ......209 Functie ..........233 Routegebaseerde snelheidsaanpas‐ Inparkeren ........... 235 Achterruitverwarming ......145 sing ............212 Systeemgrenzen ........233 Achteruitkijkspiegel Selecteren ........... 209 Uitparkeren ......... 236 Zie Buitenspiegels Snelheid oproepen ......
  • Pagina 542 Trefwoordenregister 539 Adaptieve grootlichtassistent Adresboek Airbag ............43 Functie ..........131 Zie Contacten Activering ..........37 In- en uitschakelen ......132 Beschermingspotentieel ......44 Advanced sound system Beschermingspotentieel beperkt ... 46 Adaptieve grootlichtassistent Plus Balans/fader instellen ......389 Controlelampje PASSENGER AIR BAG ... 48 In- en uitschakelen ......
  • Pagina 543 540 Trefwoordenregister Alternatieve route Assistentiesystemen Audioweergave Zie Route Zie Rijveiligheidssysteem Pauze- en weergavefunctie ....367 Android Auto ..........346 ASSYST PLUS ........... 390 Auteursrecht ..........35 Aanwijzing ........... 347 Bijzonder onderhoud ......390 Auto ............158 Klankinstellingen ......... 348 Onderhoudstermijn weergeven ... 390 Aansprakelijkheid voor gebreken ...
  • Pagina 544 Trefwoordenregister 541 Automatische motorstart (ECO start- Automatische transmissie (probleem) Registratie ..........31 Ruststand activeren of deactiveren ..192 stopsysteem) ........... 164 Zie Transmissie (probleem) Ruststand functie ........ 192 Automatische motorstop (ECO start- Starten (digitale voertuigsleutel-stic‐ stopsysteem) ........... 164 ker) ............157 Bagage Automatische passagiersairbaguit‐...
  • Pagina 545 542 Trefwoordenregister Controleren ......... 429 Controleren (bandenspanningscon‐ Additieven (brandstof) ......453 Geluidsontwikkeling ......429 trole) ........... 432 Brandstof (benzine) ......452 MOExtended-banden ......409 TIREFIT-set ........... 410 Brandstof (dieselbrandstof) ....454 Monteren ..........442 Koelvloeistof (motor) ......459 Bandenspanningscontrole Ongebruikelijk rijgedrag ...... 429 Motorolie ..........
  • Pagina 546 Trefwoordenregister 543 Sjorogen ..........117 Laatste bestemmingen selecteren ..305 Bochtenverlichting ........130 Tashaken ..........118 Op de kaart selecteren ......309 Boordcomputer ........258 Speciale bestemming of adres invoe‐ Belading Bedienen ..........258 ren ............302 Verankeren ........... 112 Menu Head-up-display ......
  • Pagina 547 544 Trefwoordenregister Combi-instrument Auto's met Flexible Fuel-technologie ... 452 Balans/fader instellen ......388 Benzine ..........452 Geluidsfocus instellen ......388 Werking en aanwijzingen ..... 256, 257 Brandstofreserve ......... 455 Geluidsmenu oproepen ....... 387 Combischakelaar ........128 Dieselbrandstof ........454 Hoge, midden en lage tonen instellen Comfortopening ........
  • Pagina 548 Trefwoordenregister 545 Datum Downloaden (van de mobiele tele‐ Auto starten ......... 157 foon) ............ 338 Datum en tijd automatisch instellen ..289 Auto vergrendelen ......... 80 Importeren (overzicht) ......339 Datumformaat instellen ......289 Dimlicht Informatie ..........338 In- en uitschakelen ......126 Decorfolie (reinigingsaanwijzigingen) ...
  • Pagina 549 546 Trefwoordenregister Displaymelding ........465 ¯ AdBlue systeemstoring Starten Brandstofreserve ......483 Aanwijzingen ........465 niet mogelijk ........517 Dimlicht links (voorbeeld) ... 471 Oproepen (boordcomputer) ....465 ¯ AdBlue systeemstoring Zie Direct remmen ......491 Displaymeldingen handleiding .......... 516 &...
  • Pagina 550 Trefwoordenregister 547 ÿ Koelvloeistof Stoppen Motor ÷ nu niet beschikbaar Zie hand‐ À Sleutel vervangen Zie handlei‐ ............482 leiding ..........504 ding ............. 469 ¢ komt omlaag ......497 Ø ........... 515 Á Sleutel vervangen ....... 469 É Langzamer rijden .......
  • Pagina 551 548 Trefwoordenregister Verlichting inschakelen ....472 Act. dodehoekassistent met aan‐ Actieve spoorassistent Camerazicht hangwagen niet beschikbaar Zie gereduceerd zie handleiding ....502 Voertuig klaar om te rijden Voor het verlaten contact uitschake‐ handleiding .......... 501 Actieve spoorassistent functioneert Actieve afstandsassistent functio‐ niet ............
  • Pagina 552 Trefwoordenregister 549 Adaptieve grootlichtassistent plus Koppeling oververhit Wegrijden de Radarsensoren vervuild zie handlei‐ Camerazicht gereduceerd zie hand‐ eerste XX:XX min. vermijden ....486 ding ............. 507 leiding ..........474 Limiter functioneert niet ...... 493 Schakelstand P alleen bij stilstaand Adaptieve grootlichtassistent Plus Limiter passief ........
  • Pagina 553 550 Trefwoordenregister Bedienen (DYNAMIC SELECT-schake‐ Verkeerstekensassistent Camera‐ Wegrolgevaar Portier open en trans‐ laar) ............. 169 zicht gereduceerd zie handleiding ..500 missie niet in P ........484 Bedieningsfeedback weergeven ... 170 Voertuig stoppen Motor laten Zonder schakelen Werkplaats opzoe‐ Functie ..........169 draaien Wachten Transmissie koelt af ............
  • Pagina 554 Trefwoordenregister 551 ECO-assistent Elektromagnetische verdraagzaam‐ Exterieurverlichting Weergeven ........... 169 heid Zie Verlichting Werking en aanwijzingen ..... 167 Conformiteitsverklaring ......25 Exterieurverlichting (verzorging) ... 402 EDW (diefstal-/inbraakalarminstalla‐ Elektronisch stabiliteitsprogramma Extern apparaat blokkeren (kinder‐ tie) .............. 97 ® Zie ESP (elektronisch stabiliteits‐ slot) ............
  • Pagina 555 552 Trefwoordenregister Flacon Gereedschap voor het verwisselen Opstellen ..........296 Aanbrengen/verwijderen ....149 Opties ..........297 van een wiel Overzicht ..........438 Flankbescherming ........223 Gegevensopslag Auto ............33 Gesprekken ..........336 Flat Towing Elektronische regeleenheden ....33 Aannemen ........... 336 Zie Tow-Bar-systeem Online-diensten ........
  • Pagina 556 Huisdieren in de auto ........ 73 Functie ..........42 Functie ..........260 Hulpoproep In- en uitschakelen ........ 42 Helderheid instellen (boordcompu‐ Zie Mercedes-Benz noodoproepsysteem ter) ............261 Gordelspanners In- en uitschakelen ......262 Activering ..........37 Menu (boordcomputer) ......261...
  • Pagina 557 554 Trefwoordenregister To-do als uitgevoerd markeren .... 343 Werking en aanwijzingen ..... 257 Interieurverlichting ......... 135 Instellen ..........135 In geval van nood Instrumentendisplay en boordcompu‐ Leeslampje .......... 135 EHBO-set ..........407 Sfeerverlichting ........135 Gevarendriehoek uitklappen ....407 Werking en aanwijzingen ..... 256 Uitschakelvertragingstijd verlichting ..
  • Pagina 558 Kinderen Schaal automatisch instellen ....328 ® Zie Apple CarPlay Algemene aanwijzingen ......52 Schaal instellen ........324 Zie Mercedes-Benz Link Gevaren in de auto vermijden ....53 Symbolen voor speciale bestemmin‐ gen selecteren ........325 ISOFIX-kinderzitjesbevestiging Kinderslot Verkeerskaart weergeven ....321 Monteren ..........
  • Pagina 559 556 Trefwoordenregister Op de zitplaats achterin met een gor‐ Klimaatregeling ........145 Parfumeringssysteem instellen .... 148 del bevestigen ........67 Restwarmte ......... 148 A/C-functie in- en uitschakelen Passagiersstoel (aanwijzingen) ....70 (bedieningseenheid) ......146 Standverwarming of -ventilatie .... 150 Passagiersstoel (zonder automati‐ Synchroniseringsfunctie in- en uit‐...
  • Pagina 560 Trefwoordenregister 557 Afzonderlijk vergrendelen ...... 88 Lakcode ............ 449 Zijbekleding openen en sluiten .... 138 HANDS-FREE ACCESS ......86 Lamp Lichtbundel instellen ......127 Openen ..........83 Zie Interieurverlichting Lichtsignaal ..........128 Openingsmaat ........460 Lampje (instrumentendisplay) Sluiten ........... 84 Limiter ............
  • Pagina 561 558 Trefwoordenregister Luchthoeveelheid Massage-instellingen Gesproken auto-opdrachten ....275 Gesproken berichten-opdrachten ..274 Instellen ..........145 Terugzetten .......... 107 Gesproken mediaspeler-opdrachten ..272 Luchtinlaat Massageprogramma's Gesproken navigatie-opdrachten ..267 Zie Lucht-waterkanaal Instellingen terugzetten ....... 107 Gesproken omschakelopdrachten ..265 Voorstoelen selecteren ......107 Luchtrecirculatie ........
  • Pagina 562 Oproepen ..........361 Mistachterlicht Meldingengeheugen ........ 465 Via spraakbediening gebruiken .... 361 In- en uitschakelen ......127 Menu (boordcomputer) Mercedes-Benz Link ........ 343 Mistlicht (uitgebreid) ....... 131 Head-up-display ........261 Gebruiken ..........344 Mobiele telefoon Overzicht ..........258 Overzicht ..........343 Draadloos opladen ......
  • Pagina 563 560 Trefwoordenregister Moeheidsherkenning Motorolie ..........396 ENERGIZING Comfort programma's Zie ATTENTION ASSIST (overzicht) ........... 300 Additieven ........... 457 Bijvullen ..........396 Favorieten ........... 283 MOExtended-banden ....... 409 Geluid in- en uitschakelen ....284 Inhoud ..........457 Motor Kwaliteit ..........457 Hoofdfuncties ........
  • Pagina 564 Trefwoordenregister 561 Noodeigenschappen Onboard-diagnose-interface Zie Kaart Zie Route MOExtended-banden ......409 Zie Diagnose-interface Zie Routebegeleiding Noodgeval Onderhoud Zie Verkeersinformatie Brandblusser ........408 Zie ASSYST PLUS Near Field Communication (NFC) ..335 Gevarendriehoek uitnemen ....407 Onderstel Auto ontgrendelen (digitale voertuig‐ Noodprogramma Dempingskarakteristiek .......
  • Pagina 565 562 Trefwoordenregister Overdracht van de positie van de auto Parkeerhulp Opbergvak ..........114 In- en uitschakelen ......289 Zie Actieve parkeerassistent Armsteun ..........114 Dashboardkastje ........114 Zie PARKTRONIC-parkeerassistent Overgebrachte voertuiggegevens Middenconsole ........114 Android Auto ........348 Parkeerlicht ..........126 Portier ..........
  • Pagina 566 Trefwoordenregister 563 Pech PRE-SAFE ® Sound ........51 Aanslepen ........... 425 ® PRE-SAFE PLUS (preventieve inzit‐ Radar- en ultrasone sensoren Auto vervoeren ........423 tendenbescherming Plus) ......52 Beschadiging ........193 Overzicht van de hulp ......18 Functie ..........52 Radio Slepen ..........
  • Pagina 567 564 Trefwoordenregister Reservewiel Zender zoeken ........377 Adaptief remlicht ......... 203 Zendergeheugen bewerken ....377 BAS (Brake Assist System) ....195 Zie Noodwiel Zenderlijst oproepen ......377 Beperkte remwerking (met zout Reset-functie (multimediasysteem) ..299 Zenders wissen ........377 gestrooide wegen) ........ 161 Restwarmte ..........
  • Pagina 568 Trefwoordenregister 565 Rijstand Rijtips Route ..........310, 312 Inschakelen .......... 174 Algemene rijtips ........161 Alternatieve route selecteren ....312 Buitenlandse reis (symmetrisch dim‐ Automatisch naar een wegrestaurant Rijstrookherkenning (automatisch) licht) ............ 126 zoeken starten ........313 Zie Actieve spoorassistent Inrij-aanwijzingen .........
  • Pagina 569 566 Trefwoordenregister Ruststand Sd-kaart Van een Offroad-positie ....... 318 Activeren of deactiveren ...... 192 Aanbrengen/verwijderen ....365 Routegebaseerde snelheidsaanpas‐ Functie ..........192 sing Sensoren (verzorging) ......402 Functie ..........212 Service Instellen ..........214 Zie ASSYST PLUS Satellietkaart ........... 329 Ruitbediening Servicewerkplaats Zie Zijruiten...
  • Pagina 570 Smartphone Snelheid begrenzen Zie Gekwalificeerde werkplaats Zie Android Auto Zie Limiter Spiegels Zie Apple CarPlay ® Snelheid instellen Zie Buitenspiegels Zie Mercedes-Benz Link Zie TEMPOMAT Spoorassistent Zie Telefoon Snelheidsbegrenzing winterbanden Zie Actieve spoorassistent Smeermiddeladditieven Instellen ..........206 Spraakdialoogsysteem Zie Additieven...
  • Pagina 571 568 Trefwoordenregister Spraakherkenning mobiele telefoon Startaccu Instellingen terugzetten ....... 107 Starten ..........336 Opladen (Remote Online) ..... 159 Instelmogelijkheden ....... 16 Stoppen ..........336 Leuning (achter) blokkeren ....117 Startaccu Leuning (achter) naar voren klappen ..115 Standlicht ..........126 Zie Accu (auto) Leuning (achter) terugklappen .....
  • Pagina 572 Trefwoordenregister 569 Technische gegevens Toetsen ..........258 Pincode-controle in- en uitschakelen ... 295 Reset-functie (multimediasysteem) ..299 Aanhangwagengewicht (rijden met Stuurwielschakelpaddles ....... 175 Tijd- en datumformaat instellen ... 289 aanhangwagen) ........462 Stuurwielverwarming Tijdzone instellen ......... 289 Aanwijzingen (aanhangwagenvoorzie‐ In- en uitschakelen ....... 110 ning) ............
  • Pagina 573 570 Trefwoordenregister Binnenkomend gesprek tijdens een Van mobiele telefoon wisselen .... 334 Toetsen ..........204 gesprek ..........337 Van mobiele telefoon wisselen (Near Uitschakelen ........204 Contacten importeren (overzicht) ..339 Field Communication (NFC)) ....335 Voorwaarden ........204 Contacten worden geïmporteerd ..339 Telefoonboek Terugname van de oude auto ....
  • Pagina 574 Trefwoordenregister 571 TuneIn Toegestane asbelasting ......449 Functie/aanwijzingen (audiotaal, Aanmelden .......... 363 ondertiteling) ........384 Toegestane sleepmethoden ....420 Afmelden ..........363 Gesproken opdrachten (LINGUA‐ Toetsen Gebruiksvoorwaarden ......363 TRONIC) ..........271 Stuurwiel ..........258 Opties instellen ........363 Helderheid instellen ......386 Top Tether ..........
  • Pagina 575 572 Trefwoordenregister Usb-aansluiting Zender vast in- en uitschakelen ... 383 Middelste zitplaats achterin (deblok‐ Zender vastzetten ........ 383 Achterin ..........122 keren) ............ 41 Omgespen ..........41 Tweede telefoon ........334 Usb-apparaten Statusindicatie veiligheidsgordels Functies ..........334 Aansluiten ........... 366 achterin ..........
  • Pagina 576 Trefwoordenregister 573 Ventileren Overzicht ..........320 Lichtsignaal ......... 128 Comfortopening ........90 Verkeerskaart weergeven ....321 Mistachterlicht ........126 Verkeerssituatie weergeven ....322 Mistlicht (uitgebreid) ......131 Ver- en ontgrendeling Noodknipperlichten ......129 Automatische vergrendeling in- en Verkeerskaart Oriëntatieverlichting instellen ....135 uitschakelen ..........
  • Pagina 577 574 Trefwoordenregister Vervoeren Vierwielaandrijving Kunststof bekleding ......404 Auto ............ 423 Lak ............401 Zie 4MATIC Lucht-waterkanaal ....... 398 Verwarming Vloerbedekking (verzorging) ....404 Matte lak ..........401 Zie Klimaatregeling Vloermat ........... 124 Met de hand wassen ......400 Verwisselen van een wiel ....... 437 Voertuig Ruitenwisserbladen ......
  • Pagina 578 Trefwoordenregister 575 Voertuigtypeplaatje ........ 449 # Waarschuwingslampje elektri‐ EG-typegoedkeuringsnummer ..... 449 sche storing ......... 527 Waarschuwings- en controlelampje ..520 FIN ............449 Overzicht ..........520 ® ÷ Waarschuwingslampje ESP ..532 Lakcode ..........449 PASSENGER AIR BAG ......48 Toegestaan totaalgewicht ....
  • Pagina 579 576 Trefwoordenregister Waarschuwingslampje Wegsleepbeveiliging Controleren ......... 429 Zie Waarschuwings- en controlelampje Functie ..........98 Geluidsontwikkeling ......429 In- en uitschakelen ........ 99 MOExtended-banden ......409 Waarschuwingssysteem Monteren ..........442 what3words Zie EDW (diefstal-/inbraakalarminstallatie) Ongebruikelijk rijgedrag ...... 429 Bestemmingsinvoer met driewoor‐ Wasstraat (verzorging) ......
  • Pagina 580 Trefwoordenregister 577 Wrappen Zender volgen Zijwindassistent Radar- en ultrasone sensoren ....193 Instellen ..........378 Werking en aanwijzingen ..... 197 Zendergeheugen Zitplaats achterin Bewerkt ..........377 Zie Stoel Zekeringen ..........425 Zenderlijst Zoeken naar tankstations Aansluitschema ........425 Oproepen ..........377 Automatisch zoeken gebruiken ....
  • Pagina 584 Impressum Internet Meer informatie over Mercedes-Benz-voertuigen en over Mercedes‑Benz AG vindt u op internet onder: https://www.mercedes-benz.com https://www.daimler.com Redactie Bij vragen of suggesties ten aanzien van deze handleiding kunt u de Technische Redactie op het volgende adres bereiken: Mercedes‑Benz AG, HPC: CAC, Customer Service, 70546 Stuttgart, Duitsland ©...
  • Pagina 585 De inhoud van de handleiding Hier vindt u alle informatie over U vindt de handleiding op uw De Mercedes-Benz Guides app is direct in het multimediasysteem de bediening, de serviceverlenin‐ Mercedes-Benz homepage. gratis beschikbaar in de gang‐...

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Glc 2020C205 c-klasse 2020