Download Print deze pagina

Advertenties

Disclaimer
De volgende online-versie van de handleiding
beschrijft alle modellen, standaarduitrustingen en
opties van uw auto. Landspecifieke afwijkingen in
de taalvarianten zijn mogelijk. Neem in acht dat
uw auto mogelijk niet met alle beschreven func-
ties is uitgerust. Dit betreft ook veiligheidsrele-
vante systemen en functies.
Neem alstublieft contact op met uw geautori-
seerde Mercedes-Benz-dealer om een gedrukte
handleiding voor andere modellen en modeljaren
te ontvangen. De online-handleiding is altijd de
meest actuele versie. Er kon geen rekening wor-
den gehouden met alle afwijkingen met het daad-
werkelijke voertuig, omdat Mercedes-Benz haar
voertuigen continu aanpast aan de nieuwste stand
der techniek en de vorm en uitvoering wijzigt.
Ook de gedrukte handleiding, aanvullende docu-
menten en de digitale handleiding lezen.
Auteursrecht
Alle rechten voorbehouden. Alle teksten,foto's en
afbeeldingen vallen onder het auteursrecht en
andere wetten ter bescherming van intellectueel
eigendom. Deze mogen niet voor handelsdoelein-
den of voor verspreiding worden gekopieerd, noch
veranderd en op andere websites worden
gebruikt.

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Mercedes-Benz C-Klasse Cabriolet 2020

  • Pagina 1 Dit betreft ook veiligheidsrele- vante systemen en functies. Neem alstublieft contact op met uw geautori- seerde Mercedes-Benz-dealer om een gedrukte handleiding voor andere modellen en modeljaren te ontvangen. De online-handleiding is altijd de meest actuele versie. Er kon geen rekening wor-...
  • Pagina 2 C-Klasse Cabriolet Handleiding Mercedes-Benz...
  • Pagina 3 Het hoofdstuk "Kinderen in de auto" in acht Waarschuwing passagiersairbag nemen. & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of levensgevaar bij ingeschakelde bijrijders‐ airbag Als de bijrijdersairbag is ingeschakeld, kan een kind op de bijrijdersstoel bij een ongeval door de bijrijdersairbag worden geraakt. NOOIT een naar achteren gericht kinderzit‐...
  • Pagina 4 Mercedes-Benz behoudt zich daarom het recht Welkom in de wereld van Mercedes-Benz voor de volgende punten te wijzigen: Voor de eerste rit dient u zich aan de hand van vorm deze handleiding vertrouwd te maken met de auto. Voor uw eigen veiligheid en voor een lan‐...
  • Pagina 5 Licht en zicht ..........127 Terugname van de oude auto ......21 ren in de auto ..........76 Exterieurverlichting ........127 Mercedes-Benz Originele Onderdelen ..22 Interieurverlichting ........134 Handleiding ..........23 Ruitenwissers en ruitensproeierinstalla‐ Openen en sluiten ........78 Bedrijfsveiligheid ..........
  • Pagina 6 Inhoudsopgave Spiegels ............137 Instrumentendisplay en boordcompu‐ Onderhoud en verzorging ....... 338 ter .............. 238 Weergave onderhoudsinterval ASSYST Aanwijzingen met betrekking tot het PLUS ............338 Klimaatregeling ........141 instrumentendisplay en de boordcompu‐ Motorruimte ..........339 Overzicht temperatuurregelsystemen ..141 ter ...............
  • Pagina 7 Inhoudsopgave Technische gegevens ....... 397 Aanwijzingen met betrekking tot de tech‐ nische gegevens ......... 397 Boordelektronica ........397 Zendvergunningen voertuigcomponenten .. 399 Overzicht voertuigtypeplaatje, FIN en motornummer ..........400 Bedrijfsstoffen ..........402 Autogegevens ..........411 Aanhangwagenvoorziening ......413 Displaymeldingen met waarschu‐ wings- en controlelampjes ......
  • Pagina 8 Symbolen In deze handleiding vindt u de volgende symbo‐ Geeft een oorzaak aan * AANWIJZING Materiële schade door het len: niet in acht nemen van aanwijzingen m.b.t. materiële schade & GEVAAR Gevaar door het niet in acht Aanwijzingen m.b.t. materiële schade wijzen nemen van waarschuwingsaanwijzingen op risico's die tot schade aan de auto kunnen Waarschuwingsaanwijzingen wijzen op geva‐...
  • Pagina 9 In één oogopslag – Cockpit Linkse besturing...
  • Pagina 10 In één oogopslag – Cockpit → → Stuurwielschakelpaddles Opbergvak openen → → Combischakelaar Zijruiten openen en sluiten → → Instrumentendisplay ECO start-stopsysteem → → DIRECT SELECT-keuzehendel 360°-camera → → Mediadisplay Voertuighoogte instellen → → Dashboardkastje DYNAMIC SELECT-schakelaar → → Start-stoptoets Touchpad →...
  • Pagina 11 In één oogopslag – Cockpit → → Lichtschakelaar Actieve spoorassistent → Bedieningspaneel voor: PARKTRONIC-parkeerassistent → → Actieve stuurassistent Head-up-display...
  • Pagina 13 In één oogopslag – Waarschuwings- en controlelampjes (standaard) Instrumentendisplay standaard...
  • Pagina 14 In één oogopslag – Waarschuwings- en controlelampjes (standaard) → → L Afstandswaarschuwing 6 Veiligheidssysteem → → Ð Stuurbekrachtiging ü Veiligheidsgordel → → #! Knipperlichten K Grootlicht → → ; Motordiagnose L Dimlicht → % Dieselmotor: Voorgloeien 8 Brandstofreserve met aanduiding tank‐ dopkleppositie →...
  • Pagina 15 In één oogopslag – Waarschuwings- en controlelampjes (widescreen cockpit) Instrumentendisplay widescreen cockpit...
  • Pagina 16 In één oogopslag – Waarschuwings- en controlelampjes (widescreen cockpit) → → ï Aanhangwagenvoorziening #! Knipperlichten → → R Mistachterlicht J Remmen (rood) → → K Grootlicht 8 Brandstofreserve met aanduiding tank‐ dopkleppositie → L Dimlicht → Brandstofpeil → T Standlicht →...
  • Pagina 17 In één oogopslag – Bedieningspaneel dakconsole...
  • Pagina 18 In één oogopslag – Bedieningspaneel dakconsole → Zonnekleppen p Linker leeslampje in- en uitschakelen → → ; me-toets c Interieurverlichting in- en uitschakelen → → | Automatische interieurverlichtingsrege‐ Binnenspiegel ling in- en uitschakelen → G SOS-toets → p Rechter leeslampje in- en uitschakelen Brillenvak...
  • Pagina 19 In één oogopslag – Portierbedieningseenheid en stoelinstellingen...
  • Pagina 20 In één oogopslag – Portierbedieningseenheid en stoelinstellingen → → Geheugenfunctie bedienen Auto ver- en ontgrendelen → → Stoel elektrisch instellen Stoellengterichting instellen → → Stoelverwarming in- en uitschakelen Alleen auto's met zitcomfortpakket: Zitting‐ diepte instellen → Stoelventilatie in- en uitschakelen →...
  • Pagina 21 In één oogopslag – In geval van nood en pech...
  • Pagina 22 In één oogopslag – In geval van nood en pech → B-stijl met: Brandblusser → QR-code voor het bepalen van de reddings‐ Tankdopklep met: kaart → Informatieplaatje voor brandstofsoort → Veiligheidsvesten → Informatieplaatje voor bandenspanning → me-toets en SOS-toets → QR-code voor het bepalen van de reddings‐...
  • Pagina 23 Digitale handleiding De digitale handleiding bevat de volgende menu‐ Digitale handleiding oproepen punten: Multimediasysteem: Zoeken: Hier kunt u gericht naar trefwoorden Voertuig Õ Handleiding zoeken. Menupunt selecteren. Snelstart: Hier vindt u de belangrijkste infor‐ matie om direct met uw auto te kunnen star‐ Bovendien hebt u de mogelijkheid om de hand‐...
  • Pagina 24 Terugname van de oude auto uitvoeren bij een gekwalificeerde werk‐ Alleen voor EU-landen: MILIEU-AANWIJZING Milieuschade door plaats. Mercedes-Benz neemt uw oude auto weer terug bedrijfsomstandigheden en persoonlijke om deze overeenkomstig de richtlijn autowrak‐ Uw persoonlijke rijstijl: rijstijl ken van de Europese Unie (EU) milieuvriendelijk Tijdens het starten geen gas geven.
  • Pagina 25 Mercedes-Benz, ondanks voort‐ In deze gebieden geen accessoires durende marktverkenningen, niet beoordelen. monteren zoals een audiosysteem. Ook als in een enkel geval een goedkeuring door Geen reparaties of laswerkzaamheden een keuringsinstantie of officiële instantie aan‐ uitvoeren. wezig is, neemt Mercedes-Benz geen verant‐...
  • Pagina 26 Wijzigingen aan elektronische onderdelen, de De handleiding en het onderhoudsboekje zijn software en bedrading hiervan kunnen de Bij het bestellen van Mercedes-Benz Originele belangrijke documenten en moeten in de auto werking en/of de werking van andere gekop‐ Onderdelen altijd het voertuigidentificatienum‐...
  • Pagina 27 Algemene aanwijzingen Niet ingrijpen in de bedrading, de elek‐ In het bijzonder ingeklemde delen van De carrosserie, de bodemplaat, onderdelen tronische onderdelen en de software. planten of ander brandbaar materiaal van het onderstel, wielen of banden kunnen verwijderen. in dergelijke of vergelijkbare situaties ook Werkzaamheden aan elektrische en niet-zichtbaar worden beschadigd.
  • Pagina 28 2014/53/EU. Meer infor‐ spanning. matie is verkrijgbaar bij een Mercedes-Benz-ser‐ Als u componenten van deze hoogspannings‐ vicewerkplaats. onderdelen verandert of beschadigde com‐ Alleen voor Brazilië:...
  • Pagina 29 Soort radiografische toepassingen in de auto Alleen voor Oekraïne: Naast de typische frequenties voor mobiele Hierbij verklaart de fabrikant dat de radiogra‐ communicatie maken auto's van Mercedes-Benz fische onderdelen van de auto voldoen aan de Soort radiografische toepassingen in de auto Technologie...
  • Pagina 30 Algemene aanwijzingen Technologie Frequentiebereik Zendvermogen/sterkte van het magnetisch veld Afstandsbediening functie "extra verwarmen", 868 MHz (868,0 – 868,6 MHz) ≤ 25 mW e.r.p. garagedeurbediening Afstandsbediening functie "extra verwarmen", 869 MHz (868,7 – 869,2 MHz) ≤ 25 mW e.r.p. garagedeurbediening 2,4 GHz ISM-band (2400 – 2483,5 MHz) ≤...
  • Pagina 31 Algemene aanwijzingen Technologie Frequentiebereik Zendvermogen/sterkte van het magnetisch veld 76 GHz radar 76 – 77 GHz ≤ 55 dBm peak e.i.r.p. NFC: NFC: Carsharing-module 13,553 – 13,567 MHz ≤ 42 dBμA/m bij 10 m Bluetooth: Bluetooth: 2402 – 2480 MHz ≤...
  • Pagina 32 Algemene aanwijzingen Onderdelen van de auto (omschrijving conform EU DoC) SAR-waarde in W/kg Tablet-PC SM-T230NZ < 0,82 W/kg DAI RSE < 1,8 W/kg Krik voldoet aan de volgende richtlijnen: BOSAL Automotive Phone: +49 7145 EU2006/42/EC Carrier and Protection 9350-0 Afschrift en vertaling van de originele conformi‐ Tijdens de ontwikkeling hebben wij ons geba‐...
  • Pagina 33 Algemene aanwijzingen EU-conformiteitsverklaring Hiermee verklaren wij, dat het product Diagnose-interface Overeenkomstig EU-richtlijn 2006/42/EG Productbenaming: Elektrische luchtpomp De diagnose-interface is een technische inter‐ Daimler Hiermee verklaren wij, dat het product face in de auto. Het wordt door een werkplaats Typeaanduiding: 0855 , DT/UW 200036 - LK2 Productbenaming: Elektrische luchtpomp gebruikt voor bijvoorbeeld reparatie- en onder‐...
  • Pagina 34 Algemene aanwijzingen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ * AANWIJZING Accu-ontlading door het len door voorwerpen in de beenruimte gebruik van apparaten op de diagnose- van de bestuurder interface Voorwerpen in de beenruimte van de Door het gebruik van de apparaten op de dia‐ bestuurder kunnen de slag van de pedalen gnose-interface wordt de accu belast.
  • Pagina 35 De wegenverkeerswetten en veiligheidsstan‐ Service‑ en onderhoudswerkzaamheden is aangeschaft. daards Reparatiewerkzaamheden Als de auto nog niet bij een Mercedes-Benz- Wijzigingen evenals in‑ en ombouwen servicewerkplaats is onderzocht. Informatie over de REACH-verordening Werkzaamheden aan elektronische onderde‐ Alleen voor EU- en EFTA-landen:...
  • Pagina 36 Ondanks een zorgvuldige ontwikkeling kan Dergelijke schade wordt noch door de de hulpmiddelen, adviseert Mercedes‑Benz AG Mercedes‑Benz AG een onderlinge beïnvloeding Mercedes-Benz aansprakelijkheid voor gebre‐ zo weinig mogelijk elektrische voertuigsystemen van voertuigsystemen en elektronische medi‐...
  • Pagina 37 Wettelijke vereisten voor de openbaarma‐ Meer informatie vindt u op https:// direct verband met de aanwijzingen omtrent de king van gegevens www.mercedes-benz.de/qr-code. betreffende functiekenmerken vinden in de In het kader van wettelijke voorschriften zijn diverse handleidingen. Deze zijn ook online en...
  • Pagina 38 Algemene aanwijzingen het geval zijn bij het onderzoeken van een straf‐ gens, bijvoorbeeld de autosleutel. Deze worden Wanneer u diensten laat uitvoeren, bijvoorbeeld baar feit. gebruikt om tijdelijk of permanent informatie te reparatie- of onderhoudswerkzaamheden, kun‐ kunnen documenteren over de toestand van de nen - indien noodzakelijk - de opgeslagen Krachtens de toepasselijke wetgeving zijn over‐...
  • Pagina 39 Algemene aanwijzingen Smartphone integratie (bijvoorbeeld Android kelijkheid. Ook hiervoor gebruikt de fabrikant Daartoe behoren, afhankelijk van de betreffende bedrijfsgegevens uit auto's, bijvoorbeeld voor uitrusting, bijvoorbeeld de volgende gegevens: Auto of Apple CarPlay) terugroepacties. Deze gegevens kunnen ook Wanneer uw auto overeenkomstig is uitgerust, Multimedia-gegevens, bijvoorbeeld muziek, worden gebruikt om aanspraken van de klant op kunt u uw smartphone of een ander mobiel...
  • Pagina 40 Algemene aanwijzingen van de betreffende app en van het besturings‐ sten mogelijk te maken, kunnen persoonlijke Win daarom informatie in bij de betreffende aan‐ systeem van uw smartphone. gegevens worden gebruikt. De bijbehorende bieder over het soort, de omvang en het doel van gegevensuitwisseling vindt plaats via een het verzamelen en het gebruiken van persoons‐...
  • Pagina 41 Algemene aanwijzingen Auteursrecht Meer informatie over de licenties van de gebruikte vrije en open source software in uw auto vindt u op de gegevensdrager in uw map met voertuigdocumentatie en bijgewerkt op internet onder: https://www.mercedes-benz.com/opensource...
  • Pagina 42 Mercedes-Benz adviseert om voertuigaanpassin‐ dig worden uitgesloten. vulling op de correct omgegespte veiligheidsgor‐ gen te gebruiken die Mercedes-Benz voor uw del. De gordelspanners en/of airbags worden auto heeft goedgekeurd. niet bij elk ongeval geactiveerd.
  • Pagina 43 Veiligheid voor inzittenden Bedrijfsklare status van het veiligheidssys‐ De activeringsdrempels voor de onderdelen van & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel teem het veiligheidssysteem worden bepaald door het door storingen in de werking van het vei‐ evalueren van de sensorwaarden die op verschil‐ ligheidssysteem Bij ingeschakeld contact gaat het waarschu‐...
  • Pagina 44 Beschermingspotentieel van de veiligheids‐ Kneebag: Frontale aanrijding gordel Mercedes-Benz adviseert om de auto na een Sidebag: Aanrijding van opzij ongeval naar een gekwalificeerde werkplaats te De veiligheidsgordel voor aanvang van de rit laten slepen. Dit advies in het bijzonder opvolgen Headbag: Aanrijding van opzij, over de kop altijd correct omgespen.
  • Pagina 45 Veiligheid voor inzittenden De schoudergordel mag niet de hals raken en Eveneens controleren dat zich nooit voorwer‐ Bovendien kan een verkeerd omgegespte vei‐ ook niet onder de arm of achter de rug wor‐ pen tussen een persoon en de zitting bevin‐ ligheidsgordel bijvoorbeeld bij een ongeval, den doorgevoerd.
  • Pagina 46 Veiligheid voor inzittenden gordel moet over het midden van de & WAARSCHUWING Letsel‑ of levensge‐ Er zijn wijzigingen aan gordelspanners, schouder lopen; dit controleren. gordelverankeringen of gordeloprolauto‐ vaar zonder aanvullend veiligheidssys‐ maten uitgevoerd. teem voor kleine personen & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of Personen kleiner dan 1,50 m kunnen de vei‐...
  • Pagina 47 Veiligheid voor inzittenden Mercedes-Benz adviseert om veiligheidsgordels Als de gordelaanreikerschakelaar õ in dit Altijd controleren of ongebruikte veilig‐ te gebruiken die door Mercedes-Benz voor uw geval opnieuw wordt ingedrukt, komt de gor‐ heidsgordels volledig zijn opgerold. auto zijn goedgekeurd. delaanreiker weer naar buiten.
  • Pagina 48 Veiligheid voor inzittenden Functie van de gordelaanpassing * AANWIJZING Activeren van de gordel‐ spanner en sidebags bij onbezette passa‐ Auto's met PRE-SAFE ® : Nadat een veiligheids‐ giersstoel gordel voorin is omgegespt, kan automatisch een gordelaanpassing met een bepaalde terug‐ Als de gordelslottong van de veiligheidsgor‐...
  • Pagina 49 Veiligheid voor inzittenden Werking van de gordelwaarschuwing voor heidsgordel achterin niet met de toets terug bestuurder en passagier links in het stuurwiel verbergen. Het waarschuwingslampje veiligheidsgordel ü op het instrumentendisplay maakt u erop Airbags attent, dat alle inzittenden de veiligheidsgordel Overzicht van de airbags correct moeten omgespen.
  • Pagina 50 Veiligheid voor inzittenden Een airbag kan bij activering het beschermings‐ NOOIT een naar achteren gericht kinderzit‐ * AANWIJZING Bij onbezette passagiers‐ potentieel voor de betreffende inzittende vergro‐ jesbevestigingssysteem op een stoel met stoel beslist in acht nemen ten. INGESCHAKELDE FRONTAIRBAG gebruiken, Bij een ongeval kunnen aan passagierszijde Mogelijk beschermingspotentieel per airbag: want dat kan voor het kind DODELIJKE of...
  • Pagina 51 Veiligheid voor inzittenden Beschermingspotentieel van de airbags cockpit leggen. Anders bevinden uw voeten Altijd controleren of zich geen voorwer‐ zich in het ontplooiingsgebied van de airbag. pen tussen de airbag en de inzittende Afhankelijk van de ongevalssituatie kan een air‐ bevinden.
  • Pagina 52 Bovendien mag geen aansluitkabel, span‐ Alleen stoelhoezen gebruiken die door wijzigingen aan de afdekking van band of bevestigingsriem in het ontplooiings‐ Mercedes-Benz voor de betreffende een airbag gebied van een airbag lopen of worden stoel heeft goedgekeurd. bevestigd. Altijd de montagehandleiding van...
  • Pagina 53 Veiligheid voor inzittenden Nooit voorwerpen onder of achter het kinder‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of zitjesbevestigingssysteem leggen, zoals een door een reeds geactiveerde airbag levensgevaar door voorwerpen onder de kussen. bijrijdersstoel Een reeds geactiveerde airbag biedt geen De zittinghoogteverstelling in de laagste beschermende werking meer.
  • Pagina 54 Veiligheid voor inzittenden Een persoon op de passagiersstoel moet de vol‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of Een persoon op de passagiersstoel kan dan gende aanwijzingen in acht nemen: bijvoorbeeldmet delen van het interieur in levensgevaar door voorwerpen tussen De veiligheidsgordel correct omgespen aanraking komen, in het bijzonder als hij zitvlak en kinderzitjesbevestigingssys‐...
  • Pagina 55 Veiligheid voor inzittenden AIR BAG controlelampjes geven de status van de Auto's zonder automatische uitschakeling van de SENGER AIR BAG OFF de status van de passa‐ passagiersairbag weer. passagiersairbag hebben aan passagierszijde giersairbag aan. Het controlelampje PASSENGER een speciale sticker op de cockpit AIR BAG OFF kan continu branden of gedoofd Altijd de aanwijzingen met betrekking tot de wer‐...
  • Pagina 56 Veiligheid voor inzittenden fieke aanwijzingen in acht nemen & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel pagina 74). levensgevaar door gebruik van een naar door verkeerde plaatsing van het naar Afhankelijk van het kinderzitjesbevestigingssys‐ achteren gericht kinderzitjesbevesti‐ voren gerichte kinderzitjesbevestigings‐...
  • Pagina 57 Veiligheid voor inzittenden mee wordt aangegeven dat de passagiersair‐ nemen. De schoudergordelband moet & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of bag geactiveerd is. vanaf de gordeldoorvoeropening naar levensgevaar bij brandend PASSENGER voren en omlaag verlopen. De passa‐ Als het controlelampje PASSENGER AIR BAG AIR BAG OFF-controlelampje giersstoel indien nodig overeenkomstig OFF continu brandt, mag een volwassene of...
  • Pagina 58 Veiligheid voor inzittenden Geschikte plaatsing van het kinderzitjesbe‐ De rolbeugels bevinden zich onder de afdekkin‐ & WAARSCHUWING Letsel‑ of levensge‐ vestigingssysteem ( pagina 62) gen achter de hoofdsteunen, achter. De rolbeu‐ vaar door belemmering van de rolbeugels gels worden geactiveerd als wordt herkend dat Als u voorwerpen of kledingstukken op de de auto over de kop dreigt te slaan.
  • Pagina 59 Veiligheid voor inzittenden Auto's met geheugenfunctie: Een gunstiger Bepaalde instellingen dient u zelf uit te voeren. Als er geen ongeval plaatsvindt, worden de pre‐ ventieve maatregelen ongedaan gemaakt. zitpositie van de passagiersstoel instellen. Als de gordelvoorspanning niet afneemt, de rugleuning iets naar achteren zetten. Auto's met multicontourstoel: De lucht‐...
  • Pagina 60 Wees altijd conse‐ Het overkoepelend begrip kinderzitjesbeves‐ is verkrijgbaar in een gekwalificeerde werk‐ quent en beveilig kinderen voor iedere rit zorg‐ tigingssysteem plaats. Mercedes-Benz adviseert een Mercedes- vuldig. Benz-servicewerkplaats. In deze handleiding wordt het overkoepelend Mercedes-Benz adviseert voor een betere begrip kinderzitjesbevestigingssysteem gebruikt.
  • Pagina 61 Veiligheid voor inzittenden Informatie met betrekking tot de toelatingscate‐ van het kind en het toegestaan totaalgewicht van Beslist de montagehandleiding van de gorieën voor kinderzitjesbevestigingssystemen het kinderzitjesbevestigingssysteem in acht fabrikant van het kinderzitjesbevesti‐ en de opgaven op het goedkeuringslabel nemen ( pagina 67).
  • Pagina 62 Beslist de montagehandleiding van de sagiersairbag controleren ( pagina 52). fabrikant van het kinderzitjesbevesti‐ Mercedes-Benz adviseert u voor het reinigen van De waarschuwingsstickers in het interieur gingssysteem in acht nemen. de door Mercedes-Benz geadviseerde kinderzit‐ van de auto en op het kinderzitjesbevesti‐...
  • Pagina 63 Veiligheid voor inzittenden Bij het stoppen of parkeren in acht nemen Beschadigde of bij een ongeval belaste Altijd erop letten dat het kinderzitjesbe‐ kinderzitjesbevestigingssystemen direct vestigingssysteem niet aan directe zon‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ vervangen. nestraling wordt blootgesteld. len en letsel als kinderen zonder toezicht De bevestigingssystemen van de kin‐...
  • Pagina 64 Veiligheid voor inzittenden Benz adviseert een Mercedes-Benz-service‐ Bij het verlaten van het voertuig altijd DUO plus Type werkplaats. de sleutel meenemen en het voertuig A 000 970 43 02 vergrendelen. Bestelnummer Bevestiging met ISOFIX De sleutel buiten bereik van kinderen 1 Fabrikant: Britax Römer..
  • Pagina 65 Veiligheid voor inzittenden Gewichtsgroep I (9 tot 18 kg en van circa Overzicht geschikte zitplaatsen in de auto Beslist in acht nemen: 9 maanden tot 4 jaar) voor het aanbrengen van een kinderzitjesbe‐ Bij een bezette passagiersstoel voor en ook vestigingssysteem tijdens het rijden en afhankelijk van de situ‐...
  • Pagina 66 Veiligheid voor inzittenden Kenmerk op kinderzitjesbevestigingssys‐ Toelatingscategorieën volgens UN-R44 systemen op de met U, UF of IUF geken‐ teem merkte zitplaatsen worden gebruikt. Op het goedkeuringslabel van het kinderzitjesbe‐ De kenmerking IUF heeft betrekking op vestigingssysteem bevinden zich bijvoorbeeld ISOFIX-kinderzitjesbevestigingsystemen van gegevens over de toelatingscategorie, gewichts‐...
  • Pagina 67 Veiligheid voor inzittenden Toelatingscategorieën volgens UN-R129 Kinderzitjesbevestigingssysteem met ISOFIX kinderzitjesbevestigingssystemen op de met i‑U gekenmerkte zitplaatsen worden gebruikt. of i-Size op de zitplaats achterin bevestigen Het kenmerk i‑U heeft betrekking op i‑Size Overzicht geschiktheid van zitplaatsen voor kinderzitjesbevestigingssystemen van de bevestiging van ISOFIX-kinderzitjesbevestig‐...
  • Pagina 68 Veiligheid voor inzittenden Babydraagzak Gewichtsgroep 0+ (tot 13 kg en tot circa 15 Gewichtsgroep 0+ (tot 13 kg en tot circa 15 maanden) maanden) Grootteklasse – Linker/rechter zit‐ plaats achterin Grootteklasse – Zitplaats achterin ach‐ Grootteklasse – Zitplaats achterin ach‐ Systeem ter passagiersstoel ter bestuurdersstoel...
  • Pagina 69 Veiligheid voor inzittenden Gewichtsgroep I (9–18 kg en circa 9 maan‐ Gewichtsgroep I (9–18 kg en circa 9 maan‐ Grootteklasse – Zitplaats achterin ach‐ den tot 4 jaar) den tot 4 jaar) ter passagiersstoel Systeem Grootteklasse – Zitplaats achterin ach‐ Grootteklasse –...
  • Pagina 70 Veiligheid voor inzittenden Overzicht geschiktheid van zitplaatsen voor i‑Size-kinderzitjesbevestigingssystemen Daardoor wordt de inzittende krachtiger bevestiging van i‑Size-kinderzitjesbevesti‐ (ISO/R2, ISO/F2X, ISO/B2, ISO/B3) in de veiligheidsgordel gedrukt. De veilig‐ gingssystemen heidsgordel kan niet meer zoals bedoeld Passagiersstoel Linker/rechter zit‐ i‑Size is een gestandaardiseerd bevestigingssys‐ beschermen en extra letsel veroorzaken.
  • Pagina 71 Veiligheid voor inzittenden Bij de montage van een kinderzitjesbevestigings‐ plaats achterin: De voorstoel zo instellen, Als het kind en het kinderzitjesbevesti‐ systeem altijd het volgende in acht nemen: dat deze het kinderzitjesbevestigingssys‐ gingssysteem samen meer dan 33 kg teem niet raakt. wegen, alleen een ISOFIX‑...
  • Pagina 72 Veiligheid voor inzittenden O Het kinderzitjesbevestigingssysteem mag brengen en alle hoofdsteunen correct instel‐ beide bevestigingsbeugels van de auto vergren‐ niet onder spanning en/of getordeerd tus‐ len. deld is. sen het dak en het zitvlak worden inge‐ Het ISOFIX- of het i‑Size-kinderzitjesbevesti‐ bouwd.
  • Pagina 73 Veiligheid voor inzittenden Wanneer de linker en rechter rugleuning niet vastgeklikt en vergrendeld zijn, wordt dit op het multifunctioneel display van het combi-instru‐ ment weergegeven. ¯ Indien het kinderzitjesbevestigingssys‐ teem van een Top Tether-gordel voorzien Top Tether kan het gevaar voor letsel ver‐ minderen.
  • Pagina 74 Veiligheid voor inzittenden Daarbij beslist de montagehandleiding van zingen voor kinderzitjesbevestigingssyste‐ Linker/rechter zitplaats achterin U, L de fabrikant van het kinderzitjesbevestigings‐ men op de passagiersstoel in acht nemen systeem in acht nemen. pagina 75). Gewichtsgroep II: 15 tot 25 kg De specifieke aanwijzingen met betrekking Linker/rechter zitplaats achterin U, L...
  • Pagina 75 Veiligheid voor inzittenden Daardoor wordt de inzittende krachtiger U, L Passagiersairbag uitgeschakeld 1, 2 L Geschikt voor semi-universele kinderzitjesbevesti‐ in de veiligheidsgordel gedrukt. De veilig‐ gingssystemen overeenkomstig de tabel in "Geadvi‐ Gewichtsgroep II: 15 tot 25 kg heidsgordel kan niet meer zoals bedoeld seerde kinderzitjesbevestigingssystemen", of als de beschermen en extra letsel veroorzaken.
  • Pagina 76 Veiligheid voor inzittenden versal" controleren of dit voor de zitplaats dig mogelijk tegen de rugleuning van de zit‐ men van de gewichtsgroep II of III het kinder‐ van de auto is toegestaan. plaats achterin aan liggen. zitjesbevestigingssysteem worden verwij‐ derd, of moet de hoofdsteun van het kinder‐ De aanwijzingen onder "Geschiktheid van de O Wanneer de hoofdsteun van het kinderzitje zitjesbevestigingssysteem in de onderste...
  • Pagina 77 Veiligheid voor inzittenden Aanwijzingen voor auto's zonder automati‐ Aanwijzingen met betrekking tot naar achte‐ Beslist de volgende aanwijzingen in acht nemen: sche uitschakeling van de passagiersairbag ren en naar voren gerichte kinderzitjesbeves‐ Een naar achteren gericht kinderzitjesbeves‐ tigingssystemen op de passagiersstoel tigingssysteem nooit op de passagiersstoel monteren.
  • Pagina 78 Veiligheid voor inzittenden moet worden gemonteerd, beslist de aanwij‐ O De montage- en gebruikshandleiding van de dat kan voor het kind DODELIJKE of ERN‐ zingen met betrekking tot de automatische fabrikant van het gebruikte kinderzitjesbe‐ STIGE VERWONDINGEN tot gevolg hebben. uitschakeling van de passagiersairbag in acht vestigingssysteem in acht nemen.
  • Pagina 79 Veiligheid voor inzittenden O Wanneer de hoofdsteun van het kinderzitje De zittinghoogteverstelling in de laagste Aanwijzingen met betrekking tot huisdieren in aangebrachte toestand in de auto niet stand zetten. in de auto compleet kan worden uitgeschoven, leidt dit De zittinghoek zo instellen dat de voorste tot een beperking in de maximale grootte- &...
  • Pagina 80 Veiligheid voor inzittenden Dieren tijdens het rijden altijd goed beveiligen, bijvoorbeeld in een geschikte transportbox.
  • Pagina 81 Openen en sluiten Sleutel Kinderen nooit zonder toezicht in het voertuig laten. Overzicht sleutelfuncties Bij het verlaten van het voertuig altijd de sleutel meenemen en het voertuig & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ vergrendelen. len en letsel als kinderen zonder toezicht in het voertuig worden achtergelaten De sleutel buiten bereik van kinderen bewaren.
  • Pagina 82 Openen en sluiten Met de sleutel worden de volgende onderdelen keersregels. In sommige landen, waaronder Auto's met KEYLESS-GO: Als de binnenzijde ver- en ontgrendeld: Duitsland, is het gebruik van het akoestisch van de portiergreep van het bestuurderspor‐ sluitsignaal wettelijk niet toegestaan (in tier wordt aangeraakt, worden alleen het Portieren Duitsland conform §16 Abs.
  • Pagina 83 Opnieuw de ontgrendelingsknop indruk‐ nodig. snel mogelijk naar een arts gaan. ken en de noodsleutel er helemaal uit‐ trekken. Mercedes-Benz adviseert de batterij te laten ver‐ vangen bij een gekwalificeerde werkplaats. Noodsleutel aanbrengen De noodsleutel verwijderen ( pagina 80). De ontgrendelingsknop indrukken.
  • Pagina 84 Openen en sluiten Problemen met de sleutel verhelpen afscherming door metalen voorwerpen of contactlussen voor poort- of slagboominstal‐ U kunt de auto niet meer ver- of ontgrende‐ laties len. Op voldoende afstand tussen de sleutel en Mogelijke oorzaken: een potentiële storingsbron letten. De batterij van de sleutel is zwak of leeg.
  • Pagina 85 Openen en sluiten Na de vergrendeling kunt u met de claxon & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel een signaal laten geven. voor personen in de auto bij geacti‐ De activering van de extra portiervergrendeling veerde extra portiervergrendeling kan worden voorkomen, door voor het vergren‐ Wanneer de extra portiervergrendeling geac‐...
  • Pagina 86 Openen en sluiten Auto van binnenuit centraal ver- en ontgren‐ Als de auto met KEYLESS-GO vergrendeld is. delen Auto met KEYLESS-GO ver- en ontgrendelen Voorwaarden De sleutel bevindt zich buiten de auto. De afstand van de sleutel tot de auto is niet meer dan 1 m.
  • Pagina 87 Openen en sluiten Een sterke radiobron veroorzaakt een sto‐ Als het kofferdeksel van buitenaf wordt geopend, wordt dit automatisch ontgrendeld. ring. De KEYLESS-GO functie wordt gestoord door bij‐ voorbeeld: Problemen met KEYLESS-GO verhelpen hoogspanningskabels De auto kan niet meer met de KEYLESS-GO mobiele telefoons worden ver- en ontgrendeld.
  • Pagina 88 Openen en sluiten In de volgende situaties bestaat gevaar voor bui‐ De portiergreep loslaten. tensluiten als de functie is ingeschakeld: Bij het aanslepen of aanduwen van het voer‐ tuig Als de auto zich op een rollentestbank bevindt Bestuurdersportier met de noodsleutel ver- en ontgrendelen Wanneer de auto volledig met de noodsleutel moet worden vergrendeld, bij geopend...
  • Pagina 89 Openen en sluiten Kofferdeksel sluiten Bagageruimte Kofferdeksel openen & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door niet-vastgezette voorwerpen in de & GEVAAR Vergiftigingsgevaar door uitlaat‐ auto gassen Wanneer voorwerpen, bagage of lading niet Verbrandingsmotoren stoten giftige uitlaat‐ of onvoldoende vastgezet is, kan het ver‐ gassen uit, bijvoorbeeld koolmonoxide.
  • Pagina 90 Openen en sluiten Afzonderlijke vergrendeling van de bagage‐ Uitschakelen: De schakelaar in de stand 2 Cabriokap ruimte in- en uitschakelen schuiven. Cabriokap met cabriokapschakelaar openen Als een ongeval wordt herkend, wordt de Als bij een ingeschakelde afzonderlijke vergren‐ en sluiten bagageruimte ontgrendeld, ook als de afzon‐...
  • Pagina 91 De cabriokap kan bij het openen of het slui‐ van de cabriokap zitten. ten beschadigd raken. Op voldoende vrije ruimte boven de Om veiligheidsredenen adviseert Mercedes-Benz auto letten. de cabriokap alleen te openen of te sluiten als De bagageruimte alleen onder het baga‐...
  • Pagina 92 Openen en sluiten Sluiten: De cabriokapschakelaar indruk‐ De snelheid verlagen en opnieuw aan de De snelheid verlagen tot onder 60 km/h of ken en ingedrukt houden, tot de cabriokap cabriokapschakelaar trekken of deze op een veilige plaats stoppen. volledig gesloten is. opnieuw indrukken.
  • Pagina 93 Openen en sluiten Auto's met een semi-elektrisch bediend * AANWIJZING Beschadiging van de bagagescherm: De toets indrukken. cabriokap of de lading door lange voor‐ Het bagagescherm opent of sluit zelfstan‐ werpen dig. De cabriokap of de lading kunnen worden Als het systeem uitvalt kan het semi-elek‐ beschadigd als de cabriokap geopend is.
  • Pagina 94 Openen en sluiten Als de AIRCAP wordt geactiveerd, komen de Als de auto wordt geparkeerd met geopende windgeleider en het windscherm tegelijkertijd cabriokap en het contact wordt uitgeschakeld, omhoog. schuift de AIRCAP automatisch in. De AIRCAP kan tot een snelheid van circa Wanneer na het parkeren de motor wordt 160 km/h worden geactiveerd of gedeactiveerd.
  • Pagina 95 Openen en sluiten Het hoekwindscherm wordt aangebracht over de Alle zijruiten en de cabriokap openen en slui‐ Het windscherm zoals beschreven mon‐ zitplaatsen achterin, ter bescherming tegen de ten. teren. rijwind als de cabriokap geopend is. Als het hoe‐ De zitplaatsen achterin naar voren klappen Geen voorwerpen op het ingebouwde kwindscherm is aangebracht mogen alleen de om het foedraal uit te nemen.
  • Pagina 96 Openen en sluiten De handgreep op het hoekwindscherm volledig naar achteren schuiven. Het hoekwindscherm is vergrendeld. Het hoekwindscherm moet in omgekeerde volg‐ orde worden verwijderd. Problemen met de cabriokap De cabriokap kan niet worden geopend of gesloten. Mogelijke oorzaken: Het contact is niet ingeschakeld. Het contact moet ingeschakeld zijn.
  • Pagina 97 Openen en sluiten Het kofferdeksel is geopend. Zijruiten Wanneer iemand bekneld raakt, direct de toets loslaten of de toets indrukken Het kofferdeksel sluiten ( pagina 86). Zijruiten openen en sluiten om de zijruit weer te openen. De cabriokap is meerdere malen achter &...
  • Pagina 98 Openen en sluiten Automatische beweging onderbreken: De Met de toets kunnen alle zijruiten tegelijker‐ tijd worden geopend of gesloten. toets W opnieuw indrukken of eraan trek‐ ken. Het contact inschakelen. De automatische sluitbeweging is alleen Openen: De toets tot het drukpunt inge‐ voor de voorste zijruiten beschikbaar.
  • Pagina 99 Openen en sluiten De regen wordt gedetecteerd door een Bij het openen controleren dat niemand & WAARSCHUWING Inklemgevaar regensensor in de voorruit. de zijruit aanraakt. ondanks anti-inklemfunctie van de zijruit bij extreme temperaturen Wanneer iemand bekneld raakt, direct De anti-inklemfunctie reageert niet: na een bepaalde tijd (afhankelijk van de de toets loslaten.
  • Pagina 100 Openen en sluiten Problemen met de zijruiten verhelpen De cabriokap wordt bij gesloten bagage‐ & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het scherm geopend. openen of sluiten van de cabriokap & WAARSCHUWING Inklem- of levensge‐ De stoelventilatie van de bestuurders‐ Er kunnen lichaamsdelen bekneld raken. vaar door niet actieve anti-inklemfunctie stoel wordt ingeschakeld.
  • Pagina 101 Openen en sluiten Als een zijruit bij het sluiten wordt geblokkeerd Met het controlelampje de batterij controle‐ Bij het openen van de motorkap en direct weer opent: ren ( pagina 78). Bij het activeren van de interieurbeveiliging Onmiddellijk na het blokkeren de betreffende Eventueel de batterij van de sleutel vervan‐...
  • Pagina 102 Openen en sluiten Bij een actief Mercedes‑Benz noodoproep‐ De wegsleepbeveiliging wordt automatisch na systeem wordt tijdens een alarm van meer circa 60 seconden geactiveerd: dan 30 seconden automatisch contact opge‐ Na de vergrendeling met de sleutel nomen met de klantenservice Na de vergrendeling met KEYLESS-GO pagina 315).
  • Pagina 103 100 Openen en sluiten Wegsleepbeveiliging in- of uitschakelen Interieurbeveiliging in- en uitschakelen De interieurbeveiliging wordt alleen geactiveerd als de volgende onderdelen gesloten zijn: Multimediasysteem: Multimediasysteem: Portieren Voertuig î Voertuiginstellingen Voertuig î Voertuiginstellingen Kofferdeksel Wegsleepbeveiliging Interieurbeveiliging De interieurbeveiliging wordt automatisch De functie in- O of uitschakelen ª. De functie in- O of uitschakelen ª.
  • Pagina 104 Stoelen en opbergen 101 Uw benen zijn niet volledig gestrekt en u kunt Aanwijzingen voor een correcte stand van de pedalen goed indrukken. de bestuurdersstoel Uw achterhoofd wordt op ooghoogte door & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ het midden van de hoofdsteun ondersteund. len door voertuiginstellingen tijdens het U kunt het stuurwiel met licht gebogen rijden...
  • Pagina 105 102 Stoelen en opbergen Stoelen raken, bijvoorbeeld door de geleiderail van de & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ stoel. len door voertuiginstellingen tijdens het Voorstoel mechanisch en elektrisch instellen rijden (zonder zitcomfortpakket) Bij het instellen van een stoel mogen zich geen lichaamsdelen in het bewe‐ U kunt in het bijzonder in de volgende situ‐...
  • Pagina 106 Stoelen en opbergen 103 De hoofdsteunen van de zitplaatsen voor- en In het bijzonder kinderen kunnen de toetsen & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel achterin niet verwisselen. Anders kunnen de voor de elektrische stoelinstelling onbedoeld door overmatige belasting van de hand‐ hoogte en hoek van de hoofdsteunen niet in de bedienen en bekneld raken.
  • Pagina 107 104 Stoelen en opbergen Voorstoel mechanisch en elektrisch instellen * AANWIJZING Beschadiging van de stoe‐ (met zitcomfortpakket) len bij het terugzetten De stoelen kunnen bij het terugzetten door voorwerpen worden beschadigd. Bij het terugzetten van de stoelen mogen zich geen voorwerpen in de beenruimte, onder of achter de stoelen bevinden;...
  • Pagina 108 Stoelen en opbergen 105 Voorstoel elektrisch instellen In stoellengterichting instellen: De hendel De instellingen met de geheugenfunctie omhoogbrengen en de stoel in de gewen‐ opslaan ( pagina 116). ste positie schuiven. Zorg ervoor dat de stoel vergrendeld is. Viervoudig verstelbare lendensteun instellen Zittingdiepte instellen: De hendel omhoogbrengen en het voorste deel van de zitting naar voren‑...
  • Pagina 109 106 Stoelen en opbergen Met de toetsen de rugleuningwel‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel ving individueel aan uw wervelkolom aanpas‐ door niet aangebrachte of verkeerd inge‐ sen. stelde hoofdsteunen Als hoofdsteunen niet zijn ingebouwd of niet Hoofdsteunen correct zijn ingesteld is er een verhoogd risico op letsel aan het hoofd en de nek, bij‐...
  • Pagina 110 Stoelen en opbergen 107 Aanbrengen Naar achteren verstellen: De ontgrende‐ lingsknop indrukken en ingedrukt hou‐ De hoofdsteun zodanig aanbrengen dat de den. inkepingen in de bevestigingsbeugel zich, in rijrichting gezien, aan de linkerzijde bevin‐ De hoofdsteun naar achteren drukken en de ontgrendelingsknop loslaten.
  • Pagina 111 108 Stoelen en opbergen Massageprogramma voor voorstoelen selec‐ teerd, kan alleen de geselecteerde stoel worden teren teruggezet. Multimediasysteem: Rugleuning van de voorstoelen naar voren of Voertuig a Stoelen naar achteren klappen (auto's met geheu‐ Bestuurdersstoel Voorpassagier selecte‐ genfunctie) ren. Als u de rugleuning naar voren klapt, schuift de Massage selecteren.
  • Pagina 112 Stoelen en opbergen 109 Terugklappen Terugklappen: De rugleuning horizontaal terugklappen. De stoel horizontaal aan de rugleuning tot in Als de rugleuning niet vergrendeld is, wordt de ingestelde zitpositie naar achteren schui‐ dit op het multifunctioneel display in het ven. combi-instrument weergegeven. Bovendien De rugleuning naar achteren klappen, tot klinkt een waarschuwingssignaal.
  • Pagina 113 110 Stoelen en opbergen Stoelverwarming in- of uitschakelen * AANWIJZING Beschadiging van de stoe‐ len door voorwerpen of zittingaccessoi‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ res bij ingeschakelde stoelverwarming wonden door herhaaldelijk inschakelen Wanneer de stoelverwarming is ingescha‐ van de stoelverwarming keld, kan door voorwerpen of zittingaccessoi‐...
  • Pagina 114 Stoelen en opbergen 111 Voorwaarden De stoelverwarming schakelt automatisch in De toets zo vaak indrukken, tot de gewen‐ drie verwarmingsstanden in tijdsintervallen ste aanjagerstand bereikt is. De spanningsvoorziening is ingeschakeld. van 8, 10 en 20 minuten terug tot het uit‐ Afhankelijk van de aanjagerstand gaan een schakelen van de stoelverwarming.
  • Pagina 115 112 Stoelen en opbergen Bij het inschakelen gaat de aanjager na een Stuurwiel & WAARSCHUWING Inklemgevaar voor opwarmperiode van zeven seconden kinderen bij het instellen van het stuur‐ Stuurwiel mechanisch instellen draaien. wiel Lagere stand: De toets zo vaak indruk‐ &...
  • Pagina 116 Stoelen en opbergen 113 Stuurwiel elektrisch instellen Stuurwielverwarming in- en uitschakelen Het stuurwiel kan worden ingesteld als de span‐ Voorwaarden ningsvoorziening is uitgeschakeld. Het contact is ingeschakeld. Ontgrendelen: De ontgrendelingshendel volledig omlaagklappen. De hoogte en de afstand tot het stuur‐ wiel instellen.
  • Pagina 117 114 Stoelen en opbergen Als het contact wordt uitgeschakeld wordt de & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij acti‐ Bij gevaar voor inklemming door het stuur‐ stuurwielverwarming ook uitgeschakeld. vering van de in‑ en uitstaphulp door kin‐ wiel: deren De bedieningshendel van het stuurwiel In- en uitstaphulp Wanneer kinderen de in‑...
  • Pagina 118 Stoelen en opbergen 115 In- en uitstaphulp instellen Het stuurwiel zwenkt alleen omhoog, als dit & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het zich niet al tegen de bovenste aanslag instellen van de stoelen met de geheu‐ Multimediasysteem: bevindt. De bestuurdersstoel schuift alleen genfunctie Voertuig î...
  • Pagina 119 116 Stoelen en opbergen Geheugenfunctie bedienen geheugenplaatstoetsen 4, T of U Kinderen nooit zonder toezicht in de indrukken. auto laten. Opslaan Er klinkt een geluidssignaal. De instellingen Bij het verlaten van de auto altijd de zijn opgeslagen. sleutel meenemen en de auto vergren‐ Oproepen: De geheugenplaatstoets 4, delen.
  • Pagina 120 Stoelen en opbergen 117 nen uitlaatgassen in het interieur terecht Zware, harde, scherpe, breekbare of te & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel komen. grote voorwerpen altijd in de bagage‐ door ongeschikt opbergen van voorwer‐ ruimte opbergen en beveiligen. Altijd de motor afzetten alvorens het kofferdeksel te openen.
  • Pagina 121 118 Stoelen en opbergen den afgeleid en de controle over de auto ver‐ De sigarettenaansteker altijd aan de * AANWIJZING Beschadiging van het liezen. handgreep vasthouden. opbergvak onder de asbak door grote hitte De bekerhouder alleen gebruiken als de Altijd ervoor zorgen dat kinderen niet auto stilstaat.
  • Pagina 122 Stoelen en opbergen 119 Opbergvakken in het interieur Doorlaadmogelijkheid achterbank (EASY- Het rijgedrag van de auto is afhankelijk van de verdeling van de bagage. Daarom bij het beladen PACK Quickfold) Overzicht van de voorste opbergvakken de volgende aanwijzingen in acht nemen: Rugleuning achterin naar voren klappen Met de lading en personen niet het toege‐...
  • Pagina 123 120 Stoelen en opbergen Linker en rechter rugleuning ontgrende‐ multifunctioneel display van het combi-instru‐ ment weergegeven. Bovendien klinkt een waar‐ len: Aan de rechter of linker toets trek‐ schuwingssignaal. ken. Voorwaarden Om de middelste rugleuning om te klappen: De vergrendeling van de middelste rugleu‐ ning is gedeblokkeerd.
  • Pagina 124 Stoelen en opbergen 121 Rugleuning achterin terugklappen De betreffende rugleuning naar achteren kantelen, tot deze vergrendelt. * AANWIJZING Beschadiging van de veilig‐ Linker en rechter rugleuning: Als de rug‐ heidsgordel door inklemmen bij het leuning niet vastgeklikt en vergrendeld is, terugklappen van de rugleuning wordt dit op het multifunctioneel display van het combi-instrument weergegeven.
  • Pagina 125 122 Stoelen en opbergen Bagagenet bevestigen De afsluitbare opbergvakken voor aan‐ Contactdozen vang van de rit sluiten. 12V-aansluiting gebruiken & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel Zware, harde, scherpe, breekbare of te door ongeschikt opbergen van voorwer‐ Voorwaarden grote voorwerpen altijd in de bagage‐ Er zijn slechts apparaten tot maximaal 180 W ruimte opbergen en beveiligen.
  • Pagina 126 Stoelen en opbergen 123 Draadloos opladen van de mobiele telefoon Altijd erop letten dat voorwerpen niet en koppeling met de buitenantenne uit opbergvakken, bagagenetten of opbergnetten steken. Aanwijzingen met betrekking tot het draad‐ loos opladen van de mobiele telefoon De afsluitbare opbergvakken voor aan‐ vang van de rit sluiten.
  • Pagina 127 Een lijst met geschikte mobiele telefoons Kleine mobiele telefoons kunnen mogelijk vindt u op: https://www.mercedes-benz- niet op elke plaats van de mobiele-telefoon‐ mobile.com * AANWIJZING Beschadiging van de houder worden opgeladen.
  • Pagina 128 Stoelen en opbergen 125 De mobiele telefoon zo mogelijk in het mid‐ Meer informatie is verkrijgbaar op de website altijd voldoende vrije ruimte voor de den, met het display omhoog, op de mat van ANATEL. www.anatel.gov.br pedalen is gewaarborgd. leggen. Meer informatie over de conformiteitsverkla‐...
  • Pagina 129 126 Stoelen en opbergen De drukknoppen op de houders druk‐ ken. De betreffende stoel instellen. Verwijderen: De vloermatten van de hou‐ ders trekken. De vloermat verwijderen.
  • Pagina 130 Licht en zicht 127 Aanwijzingen over verlichtingssystemen en Verlichtingsschakelaar Exterieurverlichting uw verantwoordelijkheid Lichtschakelaar bedienen Aanwijzingen voor het aanpassen van de ver‐ lichting bij buitenlandse reizen De verschillende verlichtingssystemen van de auto zijn slechts hulpmiddelen. De verantwoor‐ Auto's met statische LED-koplampen: Het delijkheid voor de correcte voertuigverlichting omschakelen van de koplamp is niet nodig.
  • Pagina 131 128 Licht en zicht De exterieurverlichting (behalve stads- en par‐ Het automatisch rijlicht is slechts een hulpmid‐ L Dimlicht/grootlicht keerlicht) wordt automatisch uitgeschakeld wan‐ del. De verantwoordelijkheid voor het inschake‐ R Mistachterlicht in- of uitschakelen neer het bestuurdersportier wordt geopend. len van de verlichting ligt altijd bij de bestuurder.
  • Pagina 132 Licht en zicht 129 Combischakelaar verlichting bedienen Grootlicht inschakelen Permanent knipperen: De combischakelaar tot voorbij het drukpunt in de richting van de De lichtschakelaar in de stand L of à pijl drukken. draaien. De combischakelaar in de richting van de pijl Noodknipperlichten in- of uitschakelen tot voorbij het drukpunt indrukken.
  • Pagina 133 130 Licht en zicht In de volgende situaties wordt het noodknipper‐ Slechtweerverlichting ( pagina 131) geanalyseerd en de actieve bochtenverlichting licht automatisch ingeschakeld: anticiperend aangestuurd. Citylicht ( pagina 131) De airbag werd geactiveerd. Werking van de bochtenverlichting Systeemgrenzen De auto wordt vanaf een snelheid boven Het systeem werkt alleen als het donker is.
  • Pagina 134 Licht en zicht 131 Rotonde- en kruisingsfunctie: De bochtenver‐ of via het GPS De functie wordt in de volgende situatie automa‐ lichting wordt door de verwerking van de actuele tisch gedeactiveerd: In de volgende gevallen is de functie niet actief: GPS-positie van de auto aan beide zijden geacti‐...
  • Pagina 135 132 Licht en zicht Intelligent Light System in- of uitschakelen Bij vervuilde of afgedekte sensoren Verkeersdeelnemers die een zwakke ver‐ lichting hebben, bijvoorbeeld fietsers Voorwaarden De adaptieve grootlichtassistent Plus is slechts Het contact is ingeschakeld. Verkeersdeelnemers waarvan de verlich‐ een hulpmiddel. De verantwoordelijkheid voor de ting afgedekt is, bijvoorbeeld door een correcte voertuigverlichting overeenkomstig de Multimediasysteem:...
  • Pagina 136 Licht en zicht 133 Adaptieve grootlichtassistent Plus in- of uit‐ De adaptieve grootlichtassistent Plus wisselt Als andere verkeersdeelnemers worden her‐ schakelen automatisch tussen de volgende lichttypen: kend, wordt automatisch het gedeeltelijk grootlicht ingeschakeld. Dimlicht Inschakelen Gedeeltelijk grootlicht Bij snelheden boven 40 km/h: De lichtschakelaar in de stand Ã...
  • Pagina 137 134 Licht en zicht Uitschakelvertragingstijd buitenverlichting Automatische besturing van interieurver‐ Interieurverlichting instellen lichting uitschakelen: De toets naar Interieurverlichting instellen rechts drukken. Multimediasysteem: Voertuig ÷ Lichtinstellingen Sfeerverlichting instellen Uitschakelvertr. buiten Multimediasysteem: De uitschakelvertragingstijd van de verlich‐ ting instellen. Voertuig ÷ Lichtinstellingen Sfeerverlichting Oriëntatieverlichting instellen Kleur instellen...
  • Pagina 138 Licht en zicht 135 Uitschakelvertragingstijd interieurverlichting De combischakelaar in de betreffende stand Ruitenwissers en ruitensproeierinstallatie instellen 1 - 5 draaien. Ruitenwissers voorruit in- of uitschakelen Eenmaal wissen resp. sproeien: De toets Multimediasysteem: op de combischakelaar in de richting van de Voertuig ÷...
  • Pagina 139 136 Licht en zicht Ruitenwisserarmen in de vervangingsstand Ruitenwisserbladen aanbrengen zetten Het contact in- en direct weer uitschakelen. Binnen circa 15 seconden de toets î op de combischakelaar gedurende circa drie seconden indrukken ( pagina 135). De ruitenwisserarmen gaan naar de vervan‐ gingsstand.
  • Pagina 140 Licht en zicht 137 Onderhoudsindicatie De bevestiging van het ruitenwisserblad con‐ De tijd tot het veranderen van de kleur is troleren. afhankelijk van de gebruiksvoorwaarden. De ruitenwisserarmen weer naar de voorruit klappen. Spiegels Het contact inschakelen. Buitenspiegels bedienen Op de combischakelaar de toets î indrukken ( pagina 135).
  • Pagina 141 138 Licht en zicht Buitenspiegels in- en uitklappen De toets kort indrukken. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len bij gebruik van de buitenspiegel door Buitenspiegels instellen verkeerde inschatting van de afstand Met de toetsen de in te stellen bui‐ De buitenspiegels geven een verkleind beeld. tenspiegel selecteren.
  • Pagina 142 Licht en zicht 139 Werking van de automatisch dimmende spie‐ In de volgende situaties klapt de buitenspiegel Geen braken opwekken. Zo snel aan passagierszijde omlaag in de richting van mogelijk naar een arts gaan. het achterwiel aan passagierszijde: Met elektrolyt vervuilde kleding &...
  • Pagina 143 140 Licht en zicht Inparkeerstand van de buitenspiegel aan Met de toets de buitenspiegel aan passa‐ passagierszijde via de achteruitversnelling gierszijde in de gewenste inparkeerstand opslaan brengen. Oproepen Opslaan Via de toets de buitenspiegel aan passa‐ gierszijde selecteren. De achteruitversnelling inschakelen. De buitenspiegel aan passagierszijde kantelt naar de opgeslagen inparkeerstand.
  • Pagina 144 Aircobedieningseenheid THERMATIC zonder altijd goed afgesloten wordt door het deksel. toets H in de stand 1 of hoger instellen. standverwarming Door Mercedes-Benz geadviseerde en vrijgege‐ Uitschakelen: De luchthoeveelheid met de w Temperatuur bestuurderszijde instellen ven filters gebruiken. Onderhoudswerkzaamhe‐ toets H in de stand 0 instellen.
  • Pagina 145 142 Klimaatregeling De A/C-functie slechts kortstondig uitschakelen, De toets 0 indrukken. Als de luchtrecirculatie is ingeschakeld kun‐ omdat anders de ruiten sneller beslaan. nen de ruiten sneller beslaan. De luchtrecir‐ Als de instelling van een andere klimaatrege‐ culatie slechts kortstondig inschakelen. Aan de onderzijde van de auto kan tijdens het lingszone wordt gewijzigd, wordt de synchronisa‐...
  • Pagina 146 Klimaatregeling 143 Openen of sluiten: De luchtuitstroomope‐ en naar boven, beneden, links of rechts Altijd ervoor zorgen, dat alle inzittenden zwenken. ning in het midden vastpakken en tot de voldoende afstand houden tot de lucht‐ aanslag omhoog, omlaag, linksom (open) of uitstroomopeningen.
  • Pagina 147 144 Klimaatregeling Daardoor kan de AIRSCARF oververhit raken en worden beschadigd. Geen beschermhoezen voor hoofdsteu‐ nen met AIRSCARF gebruiken. Erop letten dat het luchtinlaatrooster in de ach‐ terzijde van de hoofdsteunen niet wordt afge‐ dekt. De aanjagerstand van de AIRSCARF-lucht‐ roosters via de AIRSCARF-toets instellen pagina 111).
  • Pagina 148 Rijden en parkeren 145 Spanningsvoorziening of contact inschakelen Rijden Bij het verlaten van het voertuig altijd de sleutel meenemen en het voertuig Aanwijzingen met betrekking tot Mercedes- & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ vergrendelen. AMG auto's len en letsel als kinderen zonder toezicht De sleutel buiten bereik van kinderen in het voertuig worden achtergelaten De aanwijzingen over de volgende onderwerpen...
  • Pagina 149 146 Rijden en parkeren De toets wordt nog tweemaal ingedrukt. lijk voor de gezondheid en leidt tot vergifti‐ ging. Contact inschakelen: De toets twee‐ De motor en de eventueel aanwezige maal indrukken. standverwarming nooit in een gesloten Op het combi-instrument verschijnen de con‐ ruimte zonder voldoende ventilatie laten trolelampjes.
  • Pagina 150 Rijden en parkeren 147 Als de auto niet start: Niet benodigde ver‐ sleutel echter tijdens de gehele rit in het bruikers uitschakelen en de toets een‐ opbergvak op het symbool liggen. maal indrukken. De sleutel bij een gekwalificeerde werk‐ Als de auto nog steeds niet start en op het plaats laten controleren.
  • Pagina 151 148 Rijden en parkeren Auto starten (Remote Online) Het starten en laten draaien van de auto is De auto met de smartphone starten. zonder gevaar mogelijk op de parkeerplek. Na iedere start draait de motor tien minuten. & WAARSCHUWING Inklemgevaar door De brandstoftank is voldoende gevuld.
  • Pagina 152 Rijden en parkeren 149 Wegrijden met geoptimaliseerde acceleratie Niet sneller dan 140 km/h rijden. Nieuwe of vervangen remblokken, remschij‐ ven en banden bereiken pas na enkele hon‐ In het rijprogramma A of ; rijden. derden kilometers de optimale remwerking & WAARSCHUWING Slipgevaar en gevaar Tijdig opschakelen, uiterlijk wanneer de wij‐...
  • Pagina 153 150 Rijden en parkeren Aanwijzingen met betrekking tot het rijden Na uiterlijk vijf seconden de linkervoet vlot * AANWIJZING Verhoogde slijtage door van het rempedaal nemen, daarbij het gaspe‐ geoptimaliseerde acceleratie daal ingedrukt houden. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Bij het wegrijden met geoptimaliseerde acce‐ De auto rijdt met maximale acceleratie weg.
  • Pagina 154 Rijden en parkeren 151 & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ & GEVAAR Levensgevaar door uitlaatgas‐ & GEVAAR Levensgevaar door giftige uit‐ len door ongeschikte schoenen laatgassen Ongeschikte schoenen zijn bijvoorbeeld: Verbrandingsmotoren stoten giftige uitlaat‐ Wanneer de uitlaateindpijp geblokkeerd is of gassen, bijvoorbeeld koolmonoxide, uit. Het geen voldoende ventilatie mogelijk is, kunnen Schoenen met plateauzolen inademen van deze uitlaatgassen is schade‐...
  • Pagina 155 152 Rijden en parkeren Daarom de volgende aanwijzingen in acht Het rempedaal nooit als voetensteun * AANWIJZING Beschadiging van de aan‐ nemen: gebruiken. drijflijn en de motor bij het wegrijden Door een zoutlaag op de remschijven en rem‐ Tijdens het rijden niet tegelijkertijd het De motor niet stationair laten warm‐...
  • Pagina 156 Rijden en parkeren 153 Door spoorvorming ontstane geulen vermij‐ Voorliggers of tegenliggers kunnen voor gol‐ Auto's met 48V-boordnet: U drukt bij lage den. ven zorgen, waardoor de maximaal toege‐ snelheid het rempedaal in. stane hoeveelheid water op de weg kan wor‐ Snelle stuurbewegingen vermijden.
  • Pagina 157 154 Rijden en parkeren ECO start-stopsysteem uit- of inschakelen De cabriokap wordt geopend of gesloten. Als de motor door het ECO start-stopsysteem is afgezet en de auto wordt verlaten, klinkt een Er moet een automatische motorstart bij de waarschuwingssignaal en wordt de motor niet auto worden uitgevoerd.
  • Pagina 158 Rijden en parkeren 155 Functie van de ECO-aanduiding gelijkmatige snelheid systeem helpen om de rijstijl optimaal aan de geplande route aan te passen, brandstof te De ECO-aanduiding verzamelt gegevens over het Het binnenste segment brandt niet en het bui‐ besparen en te recupereren. rijgedrag van de start tot het einde van de rit en tenste segment wordt leeggemaakt bij de vol‐...
  • Pagina 159 156 Rijden en parkeren ding Voet van het gas 3. De eerste segmenten Wanneer het systeem niet op de komende situ‐ atie reageert, vindt er geen indicatie plaats. Het vóór de auto kleuren groen. De resterende seg‐ menten blijven in eerste instantie wit. Wanneer systeem is passief.
  • Pagina 160 Rijden en parkeren 157 selende schaduwen of door sneeuw, regen, Benadrukt de bij de auto behorende onder- DYNAMIC SELECT-schakelaar mist of veel spatwater. en overstuureigenschappen voor een nog Functie van de DYNAMIC SELECT-schakelaar actievere rijstijl Bij verblinding, bijvoorbeeld door tegemoet‐ komend verkeer, direct invallend zonlicht of Alleen geschikt voor een goede staat van de * AANWIJZING Mercedes-AMG auto's...
  • Pagina 161 158 Rijden en parkeren Rijprogramma kiezen Rijprogramma I configureren Compromis tussen grip en stabiliteit Voor alle wegdekomstandigheden geadvi‐ Multimediasysteem: seerd Voertuig e DYNAMIC SELECT De eigenschappen van de volgende systemen Individual veranderen door het ingestelde rijprogramma: De individuele instelling selecteren. Aandrijving Motor- en transmissiemanagement Bedieningsfeedback voor rijprogramma's in-...
  • Pagina 162 Rijden en parkeren 159 Voertuiggegevens weergeven Buitentemperatuur & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Bedrijfstemperatuur van de motor len en letsel als kinderen zonder toezicht Multimediasysteem: in het voertuig worden achtergelaten De weergegeven waarden dienen slechts als Voertuig e DYNAMIC SELECT richtlijn. De op het mediadisplay weergege‐ Wanneer kinderen zonder toezicht in het Voertuiggegevens selecteren.
  • Pagina 163 160 Rijden en parkeren Neutraalstand N inschakelen Bij het verlaten van het voertuig altijd Het rempedaal indrukken en de DIRECT de sleutel meenemen en het voertuig SELECT-keuzehendel tot de eerste weerstand vergrendelen. omhoog- of omlaagdrukken. De sleutel buiten bereik van kinderen Om de neutraalstand i te kiezen wanneer bewaren.
  • Pagina 164 Rijden en parkeren 161 Problemen met de transmissie Wanneer de auto aansluitend wordt verlaten Als aan een van de volgende voorwaarden is vol‐ en de sleutel zich in de auto bevindt, blijft de daan, wordt de parkeerstand j automatisch De transmissie heeft schakelproblemen automatische transmissie in de neutraal‐...
  • Pagina 165 162 Rijden en parkeren De transmissie in de stand h of k zetten. Om de automatische transmissie handmatig te Opnieuw inschakelen van de transmissie‐ schakelen, hebt u twee mogelijkheden: De transmissie schakelt bij h slechts in één stand h versnelling, bij k in de achteruitversnelling. Kortstondige instelling Rijstijl De transmissie zo snel mogelijk bij een...
  • Pagina 166 Rijden en parkeren 163 Werking van de modus uitrollen De snelheid ligt in het geschikte gebied. Er is een geschikt wegverloop aanwezig, bij‐ * AANWIJZING Mercedes-AMG auto's voorbeeld geen steile hellingen of krappe bochten. De aanwijzingen in de aanvullende handleiding in acht nemen. Anders kunt Aan de aanhangwagenvoorziening is geen aanhangwagen gekoppeld of fietsdrager u gevaren niet herkennen.
  • Pagina 167 164 Rijden en parkeren Snelheid Alleen als bij een winterse staat van het weg‐ Beslist voorkomen dat brandstof met de dek winterbanden (M+S-banden) worden Bedrijfstoestand van de motor huid, de ogen of de kleding in aanraking gebruikt, zo nodig met sneeuwkettingen, komt, of dat het wordt ingeslikt.
  • Pagina 168 Rijden en parkeren 165 & WAARSCHUWING Brand‑ en explosiege‐ Benzine met meer dan 3 vol.% methanol, * AANWIJZING Beschadiging door ver‐ bijvoorbeeld M15, M30 vaar door elektrostatische oplading keerde brandstof Benzine met metaalhoudende additieven Elektrostatische oplading kan ervoor zorgen Auto's met benzinemotor: dat brandstofdampen ontsteken.
  • Pagina 169 166 Rijden en parkeren een zwavelgehalte van minder dan * AANWIJZING Geen diesel tanken bij * AANWIJZING Geen benzine tanken bij 50 ppm. auto's met benzinemotor auto's met dieselmotor Auto's zonder dieselpartikelfilter: Wanneer abusievelijk een verkeerde brand‐ Wanneer abusievelijk een verkeerde brand‐ Alleen diesel met een zwavelgehalte stof wordt getankt: stof wordt getankt:...
  • Pagina 170 Rijden en parkeren 167 De tankdop linksom draaien en verwijderen. * AANWIJZING Eruit spuitende brandstof De tankdop van bovenaf in de houder bij het verwijderen van het vulpistool aanbrengen. De brandstoftank slechts zo ver vullen De vulpijp van het vulpistool volledig in de tot het vulpistool afslaat.
  • Pagina 171 Voor een correcte werking van de uitlaat‐ worden gevuld. ® AdBlue kunt u bij een gekwalificeerde werk‐ gasnabehandeling alleen AdBlue ® volgens ISO plaats, bijvoorbeeld bij een Mercedes-Benz- ® ® AdBlue alleen in de AdBlue -tank vul‐ 22241 gebruiken. servicewerkplaats, in het kader van de snel‐...
  • Pagina 172 De AdBlue ® bijvullen AdBlue ® -voorraad is opgebruikt. U kunt de motor niet meer starten. Ten minste de aan‐ Mercedes-Benz adviseert om AdBlue ® bij te vul‐ len met behulp van een dispenser. Als er geen...
  • Pagina 173 170 Rijden en parkeren AdBlue ® -dispenser beschikbaar is, kunt u ook De AdBlue ® bijvulcontainer kan gedeelte‐ Parkeren lijk geleegd worden verwijderd. AdBlue ® bijvullen met behulp van een jerrycan. Auto afzetten ® De eenwegslang en de AdBlue bijvulcon‐ tainer in omgekeerde volgorde losdraaien &...
  • Pagina 174 Rijden en parkeren 171 Niet op een droge wei of afgeoogste Kinderen nooit zonder toezicht in het van de carrosserie bevinden; dit contro‐ graanvelden parkeren. voertuig laten. leren. Bij het verlaten van het voertuig altijd & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ de sleutel meenemen en het voertuig vergrendelen.
  • Pagina 175 172 Rijden en parkeren De elektrische parkeerrem inschakelen. Het contact is ingeschakeld. lijk voor de gezondheid en leidt tot vergifti‐ Bij stilstaande auto en ingedrukt rempedaal ging. De garagedeuropeningsfunctie is altijd de transmissiestand j inschakelen De motor en de eventueel aanwezige mogelijk bij ingeschakeld contact.
  • Pagina 176 Rijden en parkeren 173 Wisselcode-synchronisatie uitvoeren Problemen bij het programmeren van de De eerder ingedrukte toetsen loslaten. afstandsbediening verhelpen Het controlelampje knippert verder geel. Voorwaarden Controleren of de zendfrequentie van de De afstandsbediening op een afstand tus‐ Het deurbedieningssysteem werkt met een afstandsbediening wordt ondersteund.
  • Pagina 177 174 Rijden en parkeren Geheugen van de garagedeurbediening wis‐ Ondersteuning en aanvullende informatie Uitstappen en door het verkeer worden voor de programmering: gegrepen. De toetsen indrukken en ingedrukt ® Bij de HomeLink Hotline via het num‐ Uitrustingen van het voertuig bedienen en houden.
  • Pagina 178 Rijden en parkeren 175 De gordelslottong steekt niet in het gordel‐ De auto staat langere tijd stil. Als de gordelslottong niet in het gordelslot slot van de bestuurdersstoel en het bestuur‐ van de bestuurdersstoel steekt, moet aan Als de elektrische parkeerrem ingeschakeld is, dersportier wordt geopend.
  • Pagina 179 176 Rijden en parkeren Elektrische parkeerrem handmatig inschake‐ Informatie over botsingherkenning bij gepar‐ Alleen wanneer het controlelampje continu len of vrijzetten brandt, is de elektrische parkeerrem correct keerde auto ingeschakeld. Aantrekken Wanneer bij de vergrendelde auto met ingescha‐ kelde wegsleepbeveiliging een botsing wordt Vrijzetten herkend, ontvangt u in het multimediasysteem Het contact inschakelen.
  • Pagina 180 Rijden en parkeren 177 Systeemgrenzen Rusttoestand (verlenging van de standtijd Wanneer aan de volgende voorwaarden is vol‐ van de startaccu) daan, kan de ruststand via het multimediasys‐ De herkenning kan in de volgende situaties teem worden geactiveerd of gedeactiveerd: beperkt zijn: Functie van de ruststand De motor is afgezet.
  • Pagina 181 Rijsystemen en uw verantwoordelijkheid De radarsensoren zijn achter de bumpers naast uw auto. Uw auto is voorzien van rijsystemen die u onder‐ en/of achter de Mercedes-Benz ster geïnte‐ steunen bij het rijden, parkeren en manoeuvre‐ greerd. ren. De rijsystemen zijn slechts hulpmiddelen.
  • Pagina 182 Rijden en parkeren 179 camera's aanbrengen. Erop letten dat er geen Stuurassistent STEER CONTROL & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ uitstekende lading in het registratiegebied hangt. pagina 183) len bij beperkte herkenningsmogelijkheid Bij een beschadiging van de bumper of de radia‐ HOLD-functie ( pagina 183) van de sensoren en camera's van de...
  • Pagina 183 180 Rijden en parkeren Active Brake Assist System ( pagina 200) Bij het remmen blijft de bestuurbaarheid van ® Functie van het ESP (elektronisch stabili‐ de auto gewaarborgd. teitsprogramma) Actieve stuurassistent (landsafhankelijk) pagina 197) Als het ABS regelt, is pulseren van het rempe‐ &...
  • Pagina 184 Rijden en parkeren 181 Wanneer de auto van de door de bestuurder Het ETS/4ETS kan door de volgende ingrepen de ® Het ESP in geen geval uitschakelen. tractie van de auto verbeteren: gewenste koers afwijkt, kan het ESP ® de auto Het gaspedaal bij het wegrijden slechts zo door de volgende ingrepen stabiliseren: Als de aangedreven wielen doordraaien, wor‐...
  • Pagina 185 182 Rijden en parkeren ® ® Functie van de ESP zijwindassistent (elektronisch stabiliteitsprogramma) De rijstijl altijd aan de actuele verkeers‑ in- of uitschakelen en weersomstandigheden aanpassen. ® De ESP zijwindassistent herkent plotseling Multimediasysteem: optredende zijwind en helpt de bestuurder om ®...
  • Pagina 186 Rijden en parkeren 183 HOLD-functie in- en uitschakelen Verbetering van de rijstabiliteit bij het rem‐ Als het ESP ® een storing vertoont, wordt u ver‐ men, in het bijzonder in bochten. der ondersteund door de elektrische stuurbe‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ krachtiging.
  • Pagina 187 184 Rijden en parkeren De motor draait of is door het ECO start- De transmissie wordt in de stand j gezet. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ stopsysteem afgezet. De auto wordt met de elektrische parkeer‐ len en gevaar voor letsel door wegrollen De elektrische parkeerrem is vrijgezet.
  • Pagina 188 Rijden en parkeren 185 Als de snelheid bij het begin van het afremmen U kunt kiezen tussen twee instellingen: hoger dan 70 km/h is, wordt de alarmknipper‐ Standaard: Normale gevoeligheid van het lichtinstallatie ingeschakeld zodra de auto tot systeem stilstand is gekomen. Als vervolgens wordt ver‐ Gevoelig: Verhoogde gevoeligheid van het der gereden, wordt de alarmknipperlichtinstalla‐...
  • Pagina 189 186 Rijden en parkeren ATTENTION ASSIST automatisch weer ingescha‐ In de volgende situaties wordt de vermoei‐ Voorgesteld wegrestaurant kiezen: U keld. De laatst geselecteerde gevoeligheid blijft dheids- en opmerkzaamheidsanalyse van de wordt naar het gekozen wegrestaurant gena‐ opgeslagen. ATTENTION ASSIST teruggezet en bij verder rij‐ vigeerd.
  • Pagina 190 Rijden en parkeren 187 Weergaven op het multifunctioneel display De TEMPOMAT in de volgende situaties niet opgeslagen winterbandenlimiet instellen. Als de h (grijs): TEMPOMAT is geselecteerd, gebruiken: auto is gestart, kunt u de instelling ook uitvoeren maar nog niet geactiveerd. bij stilstaande auto.
  • Pagina 191 188 Rijden en parkeren Kickdown Voorwaarden Als het gaspedaal tot voorbij het drukpunt wordt TEMPOMAT ingedrukt (kickdown), wordt de variabele limiter De TEMPOMAT is geselecteerd. passief geschakeld. Op het multifunctioneel dis‐ ® play verschijnt de melding Limiter passief Het ESP is ingeschakeld, maar mag niet regelen.
  • Pagina 192 Rijden en parkeren 189 Variabele limiter selecteren: Met de rech‐ Wanneer u de TEMPOMAT of de actieve Met de linker tuimelschakelaar J selecte‐ afstandsassistent DISTRONIC activeert, ren. ter tuimelschakelaar È selecteren. wordt de laatst opgeslagen snelheid voor de De toegestane maximumsnelheid van het Auto's met actieve afstandsassistent variabele limiter gewist.
  • Pagina 193 190 Rijden en parkeren play. Als u de melding bevestigt, wordt zolang de tot stilstand. De auto wordt afhankelijk van de Inachtneming van eenzijdige inhaalverbo‐ auto niet wordt geparkeerd geen melding meer afstand tot de voorligger en de ingestelde snel‐ den op autosnelwegen of meerbaans gegeven.
  • Pagina 194 Rijden en parkeren 191 Weergaven van de actieve afstandsassistent Weergave in de snelheidsmeter k (witte auto, groene snelheidsmeter): DISTRONIC in het combi-instrument actieve afstandsassistent DISTRONIC actief, De opgeslagen snelheid is in de snelheidsmeter ingestelde voorgeschreven afstand, geen gemarkeerd. Is de snelheid van de voorligger of voertuig herkend de snelheidsaanpassing op basis van de ver‐...
  • Pagina 195 192 Rijden en parkeren Als de radarsensoren vervuild of afgedekt Wanneer de opgeslagen snelheid wordt De snelheid aanpassen en voldoende zijn opgeroepen terwijl deze duidelijk hoger of afstand houden. In parkeergarages of op wegen met steile lager is dan de actueel gereden snelheid. Zelf remmen en/of uitwijken.
  • Pagina 196 Rijden en parkeren 193 Actieve afstandsassistent DISTRONIC bedie‐ Actieve afstandsassistent DISTRONIC of vari‐ abele limiter activeren Zonder opgeslagen snelheid activeren: De Voorwaarden tuimelschakelaar omhoog-M of De elektrische parkeerrem is vrijgezet. omlaagdrukken N of met de linker tuimel‐ ® Het ESP is ingeschakeld en regelt niet.
  • Pagina 197 194 Rijden en parkeren overgenomen. De auto past de snelheid aan & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ die van de voorligger aan, tot maximaal de 10 km/h: De tuimelschakelaar tot voorbij len door ingeschakelde actieve afstands‐ opgeslagen snelheid. het drukpunt omhoog- M of omlaagdruk‐ assistent DISTRONIC bij het verlaten van ken N en vasthouden (stappen van de bestuurdersstoel...
  • Pagina 198 Rijden en parkeren 195 Systeemgrenzen De rijsnelheid wordt uiterlijk ter hoogte van de bij het rijden met een aanhangwagen verkeersborden aangepast. Bij plaatsnaambor‐ Voor de herkenning van verkeerstekens gelden Erop letten dat de rijsnelheid altijd over‐ den wordt de snelheid overeenkomstig de in de de systeemgrenzen van de verkeerstekenassis‐...
  • Pagina 199 196 Rijden en parkeren De volgende routegebeurtenissen worden in aan‐ omdat de routegebaseerde snelheidsaanpassing In het bijzonder in de volgende situaties kan de merking genomen: de auto niet tot stilstand afremt. keuze van de snelheid door het systeem niet geschikt zijn voor de situatie: Bochten Bij actieve routebegeleiding wordt automatisch een eerste aanpassing van de snelheid uitge‐...
  • Pagina 200 Rijden en parkeren 197 Actieve stuurassistent Statusindicatie van de actieve stuurassistent wanneer kaartgegevens niet actueel of op het multifunctioneel display niet beschikbaar zijn Functie van de actieve stuurassistent Ø (grijs): Ingeschakeld en passief De actieve stuurassistent is slechts tot een snel‐ bij wegwerkzaamheden Ø...
  • Pagina 201 198 Rijden en parkeren toestand naar de passieve toestand of omge‐ Wanneer de bestuurder een terugmelding aan Het systeem kan in de volgende situaties moge‐ keerd. het systeem geeft, vindt geen waarschuwing lijk niet correct werken of buiten werking zijn: plaats of wordt deze beëindigd: Bij slecht zicht, bijvoorbeeld door sneeuw, De bestuurder stuurt zelf.
  • Pagina 202 Rijden en parkeren 199 Bij zeer smalle en bochtige rijbanen De auto altijd afhankelijk van het ver‐ Bij obstakels die op de rijstrook staan of over keer en de situatie besturen. de rand van de rijstrook uitsteken, bijvoor‐ beeld geleidebakens &...
  • Pagina 203 Indien mogelijk, wordt een noodoproep naar van het stuurwiel neemt, verschijnt de melding voetgangers te minimaliseren of de gevolgen van de Mercedes-Benz alarmcentrale verstuurd. 1op het multifunctioneel display. Als de een ongeval te beperken. bestuurder nog steeds niet actief stuurt of geen...
  • Pagina 204 Rijden en parkeren 201 De afzonderlijke deelfuncties zijn in de vol‐ In bijzonder kritische situaties kan het Active Wanneer het systeem autonoom remt, of een gende snelheidsbereiken beschikbaar: Brake Assist System ervoor zorgen dat direct aan de situatie aangepaste remondersteuning autonoom kan worden afgeremd.
  • Pagina 205 202 Rijden en parkeren Afstandswaarschuwingsfunctie (auto's zon‐ Autonome remfunctie (auto's met rijassis‐ bij snelheden tot circa 80 km/h op bewe‐ der rijassistentiepakket) gende voetgangers en vooruitrijdende fiet‐ tentiepakket) sers De afstandswaarschuwingsfunctie kan u in de De autonome remfunctie kan vanaf een snelheid volgende situaties met een onderbroken waar‐...
  • Pagina 206 Rijden en parkeren 203 Afbreken van een remingreep van het Active bij snelheden tot circa 80 km/h op stil‐ Activering door snelle stuurbeweging bij een staande voertuigen en vooruitrijdende fiet‐ Brake Assist System uitwijkmanoeuvre sers Een remingreep van het Active Brake Assist Sys‐ Ondersteuning bij het uitwijken en weer in bij snelheden tot circa 60 km/h op bewe‐...
  • Pagina 207 204 Rijden en parkeren Het systeem kan met name in de volgende situ‐ Wanneer de typische contour van een voet‐ Bovendien is de stuurondersteuning van de aties mogelijk niet correct werken of buiten wer‐ ganger niet voldoende afwijkt van de achter‐ uitwijk-stuurassistent niet voldoende om een king zijn: grond...
  • Pagina 208 Rijden en parkeren 205 Dodehoek- en actieve dodehoekassistent Uw selectie blijft behouden als de auto weer melding in de buitenspiegel knipperen. Als de wordt gestart. met uitstapwaarschuwing richtingaanwijzer ingeschakeld blijft, worden alle overige herkende voertuigen alleen weergegeven Functie van de dodehoek- en actieve dode‐ Active Brake Assist System uitschakelen door het knipperen van het rode waarschuwings‐...
  • Pagina 209 206 Rijden en parkeren Uitstapwaarschuwing Deze extra functie is alleen beschikbaar als de Bij zeer brede of smalle rijstroken De uitstapwaarschuwing is een extra functie van dodehoekassistent is ingeschakeld. De uitstap‐ Bij sterk zijdelings versprongen rijdende voer‐ de dodehoekassistent en kan de inzittenden bij waarschuwing kan u vanaf het inschakelen tot tuigen het verlaten van de auto waarschuwen voor...
  • Pagina 210 Rijden en parkeren 207 Functie van de remingreep (actieve dodehoe‐ Systeemgrenzen kassistent) Eveneens de systeemgrenzen van de actieve Wanneer de actieve dodehoekassistent in het dodehoekassistent in acht nemen, anders kunt u controlegebied een zijdelings botsingsgevaar gevaren niet herkennen ( pagina 205). herkent, wordt een corrigerende remingreep uit‐...
  • Pagina 211 208 Rijden en parkeren U rijdt met een aanhangwagen en de elektri‐ De actieve spoorassistent kan het gevaar voor Als u de richtingaanwijzer inschakelt, vindt geen sche verbinding met de aanhangwagenvoor‐ ongevallen door een niet aangepaste rijstijl niet remingreep aan de betreffende zijde plaats. ziening functioneert correct.
  • Pagina 212 Rijden en parkeren 209 Voorwaarden voor een corrigerende remin‐ de camera beslagen, beschadigd of afgedekt ® Wanneer het ESP uitgeschakeld is greep (auto's met rijassistentiepakket) Wanneer u met een aanhangwagen rijdt en Er is een onderbroken rijstrookmarkering Wanneer er geen of meerdere, niet duidelijk de elektrische verbinding met de aanhangwa‐...
  • Pagina 213 210 Rijden en parkeren Actieve spoorassistent in- en uitschakelen Altijd voldoende zijdelingse afstand tot andere verkeersdeelnemers en obsta‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ kels aanhouden. len ondanks de waarschuwing van de actieve spoorassistent & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ De corrigerende remingreep kan de auto niet len ondanks de spoorassistent altijd terugbrengen naar de oorspronkelijke De spoorassistent kan rijstrookmarkeringen...
  • Pagina 214 Rijden en parkeren 211 Actieve spoorassistent instellen Het rijprogramma kan worden ingesteld met de DYNAMIC SELECT-schakelaar en niveautoets Multimediasysteem: DYNAMIC SELECT-schakelaar. Beschikbare onderstelafstellingen Voertuig k Assistentie A (Comfort) Actieve spoorassistent AIRMATIC De onderstelafstelling is comfortabel. Waarschuwing in- en uitschakelen Functie van de AIRMATIC De auto wordt op het normale niveau inge‐...
  • Pagina 215 212 Rijden en parkeren B (Sport Plus) Een voertuighoogte kiezen die overeen‐ Daardoor kunnen u en personen in de buurt De onderstelafstelling is nog stugger. komt met de rijstijl en de staat van het van de spatbordrand of de bodemplaat wegdek.
  • Pagina 216 Rijden en parkeren 213 Auto omhoogbrengen Er wordt circa drie minuten met een snelheid De achteruitrijcamera is slechts een hulpmiddel. tussen 60 km/h en 80 km/h gereden. Hij kan uw waarneming van de omgeving niet vervangen. De bestuurder blijft altijd verant‐ Er wordt een rijprogramma met de DYNAMIC woordelijk voor het veilig manoeuvreren en par‐...
  • Pagina 217 214 Rijden en parkeren Rode hulplijn op circa 0,3 m afstand tot de kogelkop van de aanhangwagenvoorziening Kogelkop van de aanhangwagenvoorziening Auto's met PARKTRONIC-parkeerassistent De volgende cameraweergaven zijn beschikbaar in het multimediasysteem: Normale weergave Groothoekweergave Gele hulplijnen, breedte van de auto (vlak waarover wordt gereden) afhankelijk van de momentele stuuruitslag (dynamisch) Geel rijspoor van de banden bij actuele...
  • Pagina 218 Rijden en parkeren 215 Systeemgrenzen Rode hulplijn op circa 0,3 m afstand tot het achtergedeelte De achteruitrijcamera werkt in onder andere de volgende situaties slechts beperkt of helemaal Gele waarschuwingsmelding van de PARK‐ TRONIC-parkeerassistent: Obstakels op een niet: afstand tussen circa 0,6 m en 1,0 m Het kofferdeksel is geopend.
  • Pagina 219 216 Rijden en parkeren Het contrast van het display kan nadelig wor‐ andere geen personen, dieren of voorwerpen in Top View met beeld van de zijcamera in de den beïnvloed door invallend zonlicht of het manoeuvreergebied bevinden; dit controle‐ buitenspiegels andere lichtbronnen.
  • Pagina 220 Rijden en parkeren 217 Hulplijnen Wanneer de afstand tot een obstakel afneemt, De hulplijnen geven de afstanden ten verandert de kleur van de waarschuwingsmel‐ opzichte van de eigen auto aan. De afstan‐ ding 2. Vanaf een afstand van circa 0,6 m den gelden alleen op rijbaanhoogte.
  • Pagina 221 218 Rijden en parkeren Gele hulplijn, richthulp Hulplijnen van de buitenmaten van de auto met uitgeklapte buitenspiegels Rode hulplijn op circa 0,3 m afstand tot de kogelkop van de aanhangwagenvoorziening Markering van de punten waar de wielen de grond raken Kogelkop van de aanhangwagenvoorziening Systeemuitval Wanneer de elektrische verbinding van de auto...
  • Pagina 222 Rijden en parkeren 219 Systeemgrenzen Weergave van de 360°-camera met de toets Het contrast van het display kan door plotse‐ oproepen ling invallend zonlicht of andere lichtbronnen De 360°-camera werkt in onder andere de vol‐ nadelig worden beïnvloed, bijvoorbeeld bij gende situaties slechts beperkt of helemaal niet: het uitrijden van een garage.
  • Pagina 223 220 Rijden en parkeren Auto's met actieve parkeerassistent: Multimediasysteem: Nieuwe favoriet selecteren. Door het indrukken van de toets gaat u Voertuig k Assistentie Voertuig selecteren. direct naar de weergave van de actieve par‐ Camera & parkeren Aut. achteruitrijcam. Camera selecteren. keerassistent ( pagina 226).
  • Pagina 224 Rijden en parkeren 221 Weergave van de PARKTRONIC-parkeerassis‐ In de standaardinstelling klinkt voor vanaf een tent in het multimediasysteem afstand van circa 0,3 m en achter circa 1,0 m tot het obstakel een onderbroken waarschuwings‐ signaal. Vanaf een afstand van circa 0,2 m klinkt een ononderbroken waarschuwingssignaal.
  • Pagina 225 222 Rijden en parkeren Oranje segmenten: Obstakels op een hangwagen is aangesloten, is de PARKTRONIC- Wanneer bovendien iedere keer dat de motor parkeerassistent achter de auto uitgeschakeld. wordt gestart gedurende circa twee seconden afstand tussen circa 0,3 m en 0,6 m een waarschuwingssignaal klinkt, kan dit de vol‐...
  • Pagina 226 Rijden en parkeren 223 Bij het parkeren of manoeuvreren worden obsta‐ kel tijdens het voorbij rijden gedetecteerd. Wan‐ neer u in de richting van een gedetecteerd obstakel stuurt en daardoor een zijdelings aanrij‐ dingsgevaar bestaat, volgt een waarschuwing en gaan de segmenten op het display in een bepaalde kleur branden.
  • Pagina 227 224 Rijden en parkeren Systeemgrenzen Waarschuwingssignalen van de PARKTRO‐ wagendissels. Anders kunnen de auto Voor de passieve flankbescherming gelden in NIC-parkeerassistent instellen of andere objecten worden beschadigd. principe de systeemgrenzen van de PARKTRO‐ Multimediasysteem: NIC-parkeerassistent. De toets é in de middenconsole indruk‐ Voertuig k Assistentie Onder andere de volgende objecten worden niet...
  • Pagina 228 Rijden en parkeren 225 De functie in- O of uitschakelen ª. Zodra aan alle voorwaarden wordt voldaan voor nen, dieren of voorwerpen in de baan van de het zoeken naar parkeerplekken, verschijnt de auto bevinden. Geluidsverlaging in- of uitschakelen weergave Ç op het multifunctioneel display. De actieve parkeerassistent wordt in de vol‐...
  • Pagina 229 226 Rijden en parkeren de parkeerprocedure. De actieve parkeerassis‐ parkeerplek herkend of niet correct gemeten. De De actieve parkeerassistent kan mogelijk ook tent stuurt daarom foutief de parkeerplek in. actieve parkeerassistent alleen gebruiken op een parkeerplekken weergeven die niet voor parke‐ vlakke, stroeve ondergrond.
  • Pagina 230 Rijden en parkeren 227 De toets indrukken. Eventueel de parkeerrichting (vooruit of ach‐ Eventueel stoppen of de parkeerproce‐ teruit) selecteren en bevestigen. dure met de actieve parkeerassistent Afhankelijk van de gekozen parkeerplek afbreken. en de parkeerrichting wordt de baan van de auto weergegeven.
  • Pagina 231 228 Rijden en parkeren U kunt de auto tijdens het inparkeren tot stil‐ stand brengen en een andere transmissie‐ stand kiezen. Daarop berekent het systeem een nieuwe baan van de auto. Als geen nieuwe baan van de auto beschikbaar is, kan het systeem opnieuw van transmissiestand wisselen of het parkeren afbreken.
  • Pagina 232 Rijden en parkeren 229 Indien noodzakelijk de richtingaanwijzers over‐ Na beëindiging van het uitparkeren verzoeken & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ eenkomstig gebruiken. een waarschuwingssignaal en de melding Ø len bij beperkte herkenningsmogelijkheid Parkeerassistent beëindigd, auto overnemen van de Drive Away Assist &...
  • Pagina 233 230 Rijden en parkeren In de volgende situaties kan bijvoorbeeld gevaar Eveneens de systeemgrenzen van de PARK‐ Eveneens de aanwijzingen met betrekking voor een aanrijding ontstaan: TRONIC-parkeerassistent in acht nemen tot de dodehoekassistent en de actieve pagina 220). dodehoekassistent in acht nemen Het gas- en rempedaal worden met elkaar pagina 205).
  • Pagina 234 Rijden en parkeren 231 Kogelhals uit- of inklappen Toegestaan totaalgewicht van de aanhangwa‐ Aanhangwagenvoorziening Aanwijzingen voor rijden met een aanhang‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Toegestane maximumsnelheid van de aan‐ wagen len door een niet vergrendelde kogelhals hangwagen Als de kogelhals niet vergrendeld is, kan de * AANWIJZING Mercedes-AMG auto's Voor het wegrijden het volgende controleren: aanhangwagen losraken.
  • Pagina 235 232 Rijden en parkeren Het zwenkbereik is vrij. Het controlelampje knippert. play de displaymelding Trekhaak vergrende- ling control.. De aanhangwagenkabel of adapterstekker is verwijderd. De afdekkap van de kogelkop verwijderen en veilig opbergen. Kogelhals uitklappen Erop letten dat de kogel van de kogelhals schoon is.
  • Pagina 236 Rijden en parkeren 233 Raadpleeg de informatie over de weergaven in De werking van de volgende systemen is onder De niveauregeling niet starten en de het combi-instrument: andere afhankelijk van een correct aangesloten DYNAMIC SELECT-schakelaar niet aanhangwagen: Waarschuwings- en controlelampjes bedienen.
  • Pagina 237 234 Rijden en parkeren Het deksel laten vergrendelen. De spanningsvoorziening van de auto uw hand tussen de auto en de aanhangwa‐ niet gebruiken om de aanhangwagen‐ De kabel met kabelbinders aan de aanhang‐ gendissel bekneld raken. accu op te laden. wagen bevestigen (alleen bij adapterkabels).
  • Pagina 238 De fietsdrager is op de kogelhals onder onder de auto bevinden. drager de kogelkop bevestigd. Alleen door Mercedes-Benz goedge‐ Voor uw eigen veiligheid en die van andere Voorkomen dat de aanhangwagen kan weg‐ keurde fietsdragers gebruiken. verkeersdeelnemers het volgende in acht rollen.
  • Pagina 239 Het draagvermogen wordt berekend uit het van de auto verdelen. gewicht van de fietsdrager en de belading van de Mercedes-Benz adviseert om voor het beladen fietsdrager. van de fietsdrager alle aanbouwdelen op de fiet‐ Met een fietsdrager verandert het rijgedrag van...
  • Pagina 240 Rijden en parkeren 237 Belading van de fietsdrager Totaalge‐ Max. afstand Max. afstand wicht van fietsdrager en belading tot 75 kg 420 mm 300 mm Aanwijzingen met betrekking tot het trek‐ ken van auto's De auto is niet geschikt voor het gebruik van Tow-Bar-systemen, die bijvoorbeeld worden gebruikt voor Flat Towing of Dinghy Towing.
  • Pagina 241 238 Instrumentendisplay en boordcomputer zetten. Contact opnemen met een gekwalifi‐ Aanwijzingen met betrekking tot het instru‐ keerssituatie worden afgeleid. Bovendien ceerde werkplaats. mentendisplay en de boordcomputer kunt u de controle over de auto verliezen. Deze apparatuur alleen bedienen als de &...
  • Pagina 242 Instrumentendisplay en boordcomputer 239 Overzicht instrumentendisplay Snelheidsmeter Gebied met meerdere weergaven (voorbeeld De koelvloeistoftemperatuurmeter mag toerenteller): Toerenteller/navigatie/ECO onder normale rijomstandigheden tot De segmenten in de snelheidsmeter geven aanduiding/verbruik/G-meter/datum 120 °C stijgen. de status van de volgende systemen aan: TEMPOMAT/limiter/actieve afstandsassis‐ Bij het bereiken van de rode markering in de Auto's met 48V-boordnet: POWER en tent DISTRONIC...
  • Pagina 243 240 Instrumentendisplay en boordcomputer Geselecteerde transmissiestand ò Homescreen multimediasysteem Overzicht toetsen in het stuurwiel oproepen Multifunctioneel display (voorbeeld stan‐ daardweergave Reis): Assistentie/Telefoon/ Touch-Control multimediasysteem Navigatie/Reis/Media/Radio/Stijl en weer‐ % Terugtoets multimediasysteem gaven/Service/Instelmogelijkheden head- Lichtsterkteregelaar voor het instellen van up-display de verlichting van het instrumentendisplay Brandstofpeil en aanduiding tankdopkleppo‐...
  • Pagina 244 Instrumentendisplay en boordcomputer 241 Menu's op volledig scherm De boordcomputer wordt via de Touch-Control De menulijst oproepen: De terugtoets links links en de terug-/home-toets links bediend. U kunt de volgende menu's op het volledige indrukken tot de menulijst wordt weergege‐ ven.
  • Pagina 245 242 Instrumentendisplay en boordcomputer ç Actieve afstandsassistent DISTRONIC Het head-up-display projecteert in het blikveld Wanneer u wordt opgebeld, toont het head-up- pagina 190) van de bestuurder: display de melding 6 Binnenk. gesprek. æ Active Brake Assist System Informatie van het navigatiesysteem In de audiofunctie worden bij actieve bediening pagina 204) van de audiobron tijdelijk zendernamen of titels...
  • Pagina 246 Instrumentendisplay en boordcomputer 243 Head-up-display-instellingen in de boordcom‐ Head-up-display in- of uitschakelen Weerg.-inhoud puter instellen Een instelling selecteren: Op de Touch- Boordcomputer: Control links een veegbeweging naar boven of beneden maken. Op de Touch-Control links drukken. Een waarde instellen: Op de Touch-Control links een veegbeweging naar boven of bene‐...
  • Pagina 247 244 Multimediasysteem • Geluid in- of uitschakelen ( pagina 250) Overzicht en bediening Voor Mercedes-AMG auto's met AMG Perfor‐ Overzicht multimediasysteem mance-uitlaatsysteem: • Draaien: Volume instellen & WAARSCHUWING Gevaar voor afleiding • Indrukken: Multimediasysteem in- en uit‐ door informatiesystemen en communica‐ schakelen tieapparatuur Toets Ü...
  • Pagina 248 Multimediasysteem 245 Overzicht centrale bedieningselementen Touch-Control De aanwijzingen met betrekking tot de verzor‐ ging van het interieur in acht nemen Touch-Control bedienen pagina 354). Automatische temperatuuruitschakeling: Als de temperatuur te hoog is, wordt eerst de hel‐ derheid automatisch gereduceerd. Vervolgens kan het display tijdelijk volledig worden uitge‐...
  • Pagina 249 246 Multimediasysteem Controller bedienen Op de Touch-Control omlaag vegen. Favorieten oproepen: Wanneer de hoofd‐ functies worden weergegeven, de controller Lijst openen en sluiten omlaagschuiven. Openen: Op de Touch-Control drukken. Controller Sluiten: De toets indrukken. Bedieningsmogelijkheden van de controller: Linksom of rechtsom draaien 3. Op de Touch-Control naar rechts vegen.
  • Pagina 250 Multimediasysteem 247 Gevoeligheid voor de touchpad instellen De navigatie in menu's en lijsten gebeurt via het aanrakingsgevoelige oppervlak met een-vin‐ Multimediasysteem: ger-veegbewegingen: Systeem w Invoer Lijst openen of sluiten: Naar links of rechts Touchpad-gevoeligheid selecteren. vegen. Snel, Middel Langzaam selecteren. Menupunt selecteren: Omhoog, omlaag, Drukgevoeligheid instellen: Touchpad tik...
  • Pagina 251 248 Multimediasysteem Haptische bedieningsfeedback van de touch‐ Hoofdfuncties Met een vinger omhoog of omlaag vegen. pad in- en uitschakelen Radio: De vorige of de volgende zender wordt Hoofdfuncties oproepen Multimediasysteem: ingesteld. Systeem w Invoer Mediabron: De vorige of de volgende muziek‐ titel wordt geselecteerd.
  • Pagina 252 Multimediasysteem 249 Alternatief: De toets © op de Touch-Con‐ Favorieten hernoemen ( pagina 249). Nieuwe favoriet selecteren. trol, controller of touchpad indrukken. De categorieën worden weergegeven. Favorieten verschuiven ( pagina 250). De hoofdfuncties worden weergegeven. Een categorie selecteren. Favorieten wissen ( pagina 250).
  • Pagina 253 250 Multimediasysteem Geluid in- en uitschakelen Een favoriet selecteren. Eenmaal omlaag navigeren. Eenmaal omlaag navigeren. Een favoriet selecteren. Het menu Favorieten verschijnt. Eenmaal omlaag navigeren. Het menu Favorieten verschijnt. Hernoemen selecteren. De tekens invoeren. Wissen: Wissen selecteren. De invoer bevestigen: ¡ selecteren. selecteren.
  • Pagina 254 Multimediasysteem 251 Inschakelen: Van mediabron wisselen of aan de volumeknop draaien. Volume instellen Met volumeknop instellen Op het multimediasysteem Op het multimediasysteem Met het multifunctioneel stuurwiel Uitschakelen: Op de volumeknop druk‐ De volumeknop draaien. ken. Het volume van de actuele radio- of media‐ bron wordt ingesteld.
  • Pagina 255 252 Multimediasysteem Invoeren van tekens tijdens een gesproken rij-aanwijzing Een speciale bestemming of een adres invoe‐ ren. Het volume van de gesproken rij-aanwij‐ Tekeninvoer gebruiken zing wijzigt afhankelijk van het volume Een telefoonnummer kiezen. van de actuele mediabron. & WAARSCHUWING Gevaar voor afleiding De volgende functies zijn beschikbaar: door informatiesystemen en communica‐...
  • Pagina 256 Multimediasysteem 253 Voorbeeld: bestemming invoeren (navigatie) De tekens op het aanrakingsgevoelige opper‐ De functie "Favoriet hernoemen" oproepen vlak van de touchpad schrijven. pagina 249). De speciale bestemming of het adres invoe‐ De handschriftherkenning ondersteunt met Teken invoeren: De controller draaien 3, ren ( pagina 266).
  • Pagina 257 254 Multimediasysteem Voorbeeld: bestemming invoeren (navigatie) Displayhelderheid instellen De functie "Favoriet hernoemen" oproepen pagina 249). De speciale bestemming of het adres invoe‐ Helderheid display selecteren. Teken invoeren: Het teken met een vinger ren ( pagina 266). De lichtsterkte selecteren. op de touchpad schrijven. Display uit- en inschakelen Het teken wordt in de invoerregel ingevoerd.
  • Pagina 258 Multimediasysteem 255 Tijdzone instellen De volgende weergaven kunnen worden geselec‐ Zomertijd selecteren. teerd: Multimediasysteem: selecteren. Systeem & Tijd en datum Dynamisch Tijd- en datumformaat instellen Tijdzone: Navigatiekaart Multimediasysteem: De landenlijst wordt weergegeven. Verbruik Systeem & Tijd en datum Een land selecteren #. Tijd en datum Formaat instellen Afhankelijk van het land worden tijdzones...
  • Pagina 259 256 Multimediasysteem De datum wordt automatisch via GPS ingesteld. Nummerlijsten ( pagina 302) selecteren. ® Android Auto wordt beëindigd en Bluetooth Internetverbinding ( pagina 317) wordt uitgeschakeld. Verbinding ® Muziek via Bluetooth -audio beluisteren Overdracht van de positie van de auto in- en Visitekaartjes (vCard) overbrengen naar de Wifi uitschakelen...
  • Pagina 260 Multimediasysteem 257 De verbinding met een beveiligd WiFi-net‐ met de HERMES communicatiemodule wor‐ Op het te verbinden apparaat de beveiligings‐ werk vindt plaats via een pincode. den gemaakt. Functies zoals de dynamische sleutel laten weergeven (zie de handleiding routebegeleiding met Live Traffic Information van de fabrikant).
  • Pagina 261 258 Multimediasysteem Systeemtaal Eenheid voor afstand instellen ¥ Via WPS PBC verbinden selecteren. Bij het te verbinden apparaat in de optie "Via Aanwijzingen voor de systeemtaal Multimediasysteem: WPS PBC verbinden" selecteren. Met deze functie wordt de taal voor de menu‐ Systeem % Maateenheden meldingen en de gesproken rij-aanwijzingen vast‐...
  • Pagina 262 Bij gegevens die van een andere auto afkom‐ Er is een internetverbinding aanwezig. stig zijn wordt dit bij het inlezen herkend. Mercedes-Benz is niet aansprakelijk voor Er is een Mercedes me account onder eventueel verlies van gegevens. Wanneer de gegevens geïmporteerd zijn, https://me.secure.mercedes-benz.com aan‐...
  • Pagina 263 De actuele pincode invoeren. Als alternatief kunt u de pinbeveiliging bij Automatische synchronisatie een Mercedes-Benz-servicewerkplaats laten PIN wijzigen selecteren. Bij het in- en uitschakelen van het contact vindt terugzetten. Een nieuwe pincode opslaan. elke keer een synchronisatie van de individuele gebruikersprofielen op het multimediasysteem Pinbeveiliging voor gegevensexport active‐...
  • Pagina 264 318). De gebruikersprofielen worden geïmpor‐ Het gastprofiel kan niet worden gewist of Er is een Mercedes me account onder teerd. een andere naam krijgen. https://me.secure.mercedes-benz.com aan‐ Gebruikersprofiel exporteren wezig. Software-updates Profielen naar server exporteren selecteren. De dienst Personalisering is geactiveerd.
  • Pagina 265 Een software-update uit de lijst selecteren en foon is een actieve internetverbinding van de de actualisering starten. Meer informatie over software-updates onder auto nodig. Deze is niet in alle landen https://me.secure.mercedes-benz.com Software-update activeren beschikbaar. Voor meer informatie over de Software-updates uitvoeren Het systeem opnieuw starten.
  • Pagina 266 Multimediasysteem 263 Reset-functie (terugzetten) Wanneer de automatische online-update Voorwaarden voor de installatie: actief is, worden de systeemupdates auto‐ Het contact is ingeschakeld. Multimediasysteem: matisch gedownload ( pagina 262). De motor draait niet. Systeem Terugzetten Zodra een systeemupdate kan worden gedown‐ De aanwijzingen en waarschuwingen zijn Persoonlijke gegevens worden gewist, bijvoor‐...
  • Pagina 267 264 Multimediasysteem Als u uw pincode vergeten bent, kunt u de De zijde met de contacten moet omlaag wij‐ * AANWIJZING Schade bij handmatige wij‐ pinbeveiliging door een Mercedes-Benz-ser‐ zen. ziging vicewerkplaats laten deactiveren. Wanneer u de sd-kaart voor de eerste keer in...
  • Pagina 268 Multimediasysteem 265 Navigatie inschakelen Wanneer een instelling in de klimaatregeling Multimediasysteem: wordt gewijzigd, verschijnt gedurende korte Navigatie Multimediasysteem: tijd de klimaatregel. Navigatie Menu Navigatie in- en uitschakelen Voorwaarden De kaart toont de actuele positie van de auto. Weergeven: Op de touchpad of de Touch- Control naar links vegen.
  • Pagina 269 U hebt een gebruikersaccount op de Mercedes me-Portal. Bestemmingsinvoer De dienst is bij een Mercedes-Benz-service‐ Speciale bestemming of adres invoeren werkplaats vrijgeschakeld. Het land waarin de auto zich bevindt, is ingesteld & WAARSCHUWING Gevaar voor afleiding Meer informatie vindt u onder: https:// door informatiesystemen en communica‐...
  • Pagina 270 Multimediasysteem 267 Bijvoorbeeld deze adresbestanddelen invoe‐ Het teken op de touchpad schrijven. Online-zoeken oproepen: 6 Online-zoe- ren: selecteren. Omschakelen op tekenselectie: De toets Na het opbouwen van de internetverbinding Stad, straat, huisnummer % indrukken. verschijnt een lijst. Deze toont online- Straat, stad bestemmingen overeenkomstig de invoer tot Postcode...
  • Pagina 271 268 Multimediasysteem Bestemming overnemen: 7 Bestemming De volgorde bij de adresinvoer is willekeurig, Land wijzigen: Het land selecteren. bijvoorbeeld: overnemen selecteren. Het land invoeren. Het is voldoende het eer‐ Als de bestemming niet eenduidig is, ver‐ Stad of postcode, Straat, Huisnr.
  • Pagina 272 Multimediasysteem 269 Indien er al favorieten zijn opgeslagen Rechtstreekse afstand naar de speciale Speciale bestemmingen die tot de cate‐ pagina 282), Uit openbare favorieten bestemming gorie Italiaanse keuken behoren. selecteren. Bij het zoeken rondom de actuele positie ¡ selecteren. De favorieten selecteren. van de auto wordt de rechtstreekse rich‐...
  • Pagina 273 270 Multimediasysteem Rijsituatie Als een routebegeleiding actief is, Nieuwe Multimediasysteem: De routebegeleiding is in werking. Het niveau in routebegeleiding starten Als volgende tus- Navigatie de brandstoftank heeft de brandstofreserve senbestemming instellen selecteren. Tussenbestemmingen en informatie bereikt. Nieuwe routebegeleiding starten: Het gese‐ Tussenbestemming zoeken selecteren.
  • Pagina 274 Multimediasysteem 271 Multimediasysteem: Multimediasysteem: Het adres selecteren. De melding Wachten a.u.b... verschijnt. Er Navigatie Navigatie wordt online gezocht. Tussenbestemmingen en informatie Tussenbestemmingen en informatie De bestemming selecteren. Kaart oproepen: De bestemming of tussen‐ Nieuwe routebegeleiding starten selecteren. bestemming markeren. De route wordt met de ingestelde tussenbe‐ Weergave filteren op contacten stemmingen berekend.
  • Pagina 275 272 Multimediasysteem Geo-coördinaten invoeren Bestemming zoeken via het driewoorden‐ De Brandenburger Tor heeft het volgende Multimediasysteem: adres invoeren is niet in alle landen beschik‐ taalafhankelijke driewoordenadres: baar. Navigatie Duits: tapfer.gebäude.verliehen ¬ Laatste bestemmingen en overige Multimediasysteem: Engels: that.lands.winning Geo-coördinaten Navigatie ª...
  • Pagina 276 Multimediasysteem 273 Kaartrichting 2D of 3D instellen Speciale bestemmingen in omgeving weerge‐ In het kaartmenu "Kaart verschuiven" selecteren ( pagina 286). Kaartoriëntatie: 2D/3D markeren. De vinger op de Touch-Control of de touch‐ Speciale bestemmingen in omgeving selecte‐ Op de Touch-Control of de touchpad drukken pad in een willekeurige richting bewegen.
  • Pagina 277 274 Multimediasysteem Route als volgende tussenbestemming. De routebe‐ Het routetype selecteren. geleiding begint. Wanneer de routebegeleiding actief is, wordt Route berekenen de route berekend met het nieuwe routetype. Met alternatieve routes rekening houden Voorwaarden Wanneer geen routebegeleiding actief is, Een alternatieve routes selecteren De bestemming is ingevoerd.
  • Pagina 278 Multimediasysteem 275 Route-opties selecteren Tolwegen gebruiken neer Automatische fileomleiding ingeschakeld is, Vragen bij fileomleiding geselecteerd wor‐ Multimediasysteem: Met tolwegen selecteren. den. Navigatie À Route en positie Contant betalen Elektronisch betalen De instellingen Automatische fileomleiding Te vermijden opties selecteren. Vragen bij fileomleiding zijn niet in alle landen Deze route houdt rekening met wegen, waar‐...
  • Pagina 279 276 Multimediasysteem Automatisch zoeken naar tankstations in- of De volgende meldingen kunnen worden geselec‐ Multimediasysteem: teerd: uitschakelen Navigatie Multimediasysteem: Verkeerswaarschuwingen voorlezen Tussenbestemmingen en informatie selecte‐ Navigatie Z Opties Deze functie is niet in alle landen beschik‐ ren. baar. Brandstofreserve in- O of uitschakelen ª. De volgende informatie wordt weergegeven: Ingeschakeld O: Als de brandstofreserve is Gesproken aanwijzingen rijveiligheid...
  • Pagina 280 Multimediasysteem 277 Routebegeleiding Het wegrestaurant selecteren. Verkeersregelingen hebben altijd voorrang op de Het adres van het wegrestaurant wordt weer‐ rij-instructies van het multimediasysteem. Aanwijzing met betrekking tot routebegelei‐ gegeven. Rij-aanwijzingen zijn: ding Als geen routebegeleiding actief is, Routebe- Gesproken rij-aanwijzingen geleiding starten selecteren.
  • Pagina 281 278 Multimediasysteem Aanwijzing met betrekking tot gps-ontvangst Rij-aanwijzingen bestaan uit drie fasen: Het multimediasysteem kondigt de actuele Het correct functioneren van het navigatiesys‐ rij-aanwijzing aan, bijvoorbeeld met de Voorbereidingsfase teem is onder meer ook afhankelijk van de gps- gesproken aanwijzing "Nu rechts afslaan". Wanneer voldoende tijd tussen de rij-aanwij‐...
  • Pagina 282 Multimediasysteem 279 Gesproken rij-aanwijzing in- en uitschakelen Mogelijke rijstrook Op deze rijstrook is het mogelijk om de vol‐ Voorwaarden gende rij-aanwijzing uit te voeren. De routebegeleiding is actief. Niet-geadviseerde rijstrook Uitschakelen: Tijdens een gesproken rij-aan‐ Op deze rijstrook is het niet mogelijk de vol‐ wijzing op de volumeknop in het multifunctio‐...
  • Pagina 283 De route wordt nieuw berekend. De routebegeleiding is actief. õ Audio selecteren. Het minimumvolume kunt u bij een Multimediasysteem: Navigatie- en verkeersinformatie selecteren. Mercedes-Benz-servicewerkplaats individu‐ Navigatie Rij-aanwijzingen tijdens telefoongesprek eel laten instellen. Rij-aanwijzing selecteren. O of uitschakelen ª. Via systeeminstellingen: Systeem selecte‐...
  • Pagina 284 Multimediasysteem 281 Routebegeleiding afbreken weergave verschijnt een richtingspijl met de positie van de auto tijdelijk niet in de digitale rechtstreekse afstand tot de bestemming. kaart plaatsen. De auto is Offroad. Voorwaarden Wanneer de auto als offroad wordt weergege‐ Overzicht routebegeleiding van Offroad-posi‐ Er is een route.
  • Pagina 285 Externe bestemmingen kunnen van de volgende Laatste bestemmingen Kaartpositie opslaan bronnen worden ontvangen: Multimediasysteem: Een van de laatste bestemmingen markeren. Mercedes-Benz apps Navigatie Als favoriet opslaan: ¥ Opslaan als Deur tot deur navigatie De kaart verschijnt in een volledig beeldscherm.
  • Pagina 286 Wanneer u geen posities van de auto wilt verstu‐ Routebegeleiding met actuele verkeersinfor‐ De verkeerssituatie wordt in korte, regelma‐ ren, kunt u deze dienst in een Mercedes-Benz matie tige tijdsintervallen geactualiseerd. servicewerkplaats laten deactiveren. Overzicht verkeersinformatie...
  • Pagina 287 Navigatie Z Opties (VIN) aanmaken. Voorwaarden Het aflopen van het abonnement wordt automa‐ Bij een Mercedes-Benz-servicewerkplaats de Voor Live Traffic Information: De auto is uit‐ tisch weergegeven: auto aan het Mercedes me gebruikersac‐ gerust met een communicatiemodule met een maand voor de verloopdatum count laten koppelen.
  • Pagina 288 Multimediasysteem 285 Weergave vrij baan en verkeersvertraging Control of de touchpad drukken of de con‐ Waarschuwingsmeldingsymbolen: inschakelen troller indrukken. Symbool d Het kaartmenu verschijnt. Vrije verkeersstroom Verkeersvertraging Aanvullende verkeersveiligheidsaanwijzin‐ º inschakelen O. inschakelen O. gen met betrekking tot het naderen van De verkeerskaart toont bijvoorbeeld de volgende een verkeerssituatie, bijvoorbeeld een De verkeersvertraging wordt voor de actuele...
  • Pagina 289 286 Multimediasysteem Kaart en kompas Informatie met betrekking tot de verkeers‐ • Een gevarenmelding via Car-to-X verzen‐ melding wordt in de statusregel weergege‐ den. Overzicht kaart en kompas ven: • De weergave van speciale bestemmingen Verkeersinformatiesymbool in de omgeving op speciale-bestemmingen‐ categorieën filteren.
  • Pagina 290 Multimediasysteem: Mercedes me-Portal. Het kaartmenu verschijnt. Navigatie In het kaartmenu "Kaart verschuiven" De dienst is bij een Mercedes-Benz-ser‐ Inzoomen: Op de Touch-Control omlaag vicewerkplaats vrijgeschakeld. selecteren ( pagina 286). vegen. De vinger op de Touch Control of de touch‐...
  • Pagina 291 288 Multimediasysteem Kaartoriëntatie selecteren Symbolen van speciale bestemmingen selec‐ Wanneer de kaart verschoven wordt, ver‐ Multimediasysteem: schijnt onder het vizier een van de volgende teren. De punt # geeft de actuele instelling aan. informatiesoorten: Navigatie Z Opties Kaartmenu Straatnaam Standaard toont symbolen van vooraf vastge‐...
  • Pagina 292 Multimediasysteem 289 Volgende dwarsstraat aangeven De route kan in de volgende situaties een te ver‐ Bestemming overnemen selecteren. mijden gebied omvatten: De kaart verschijnt. Voorwaarden Gebied aangeven: Op de Touch-Control of De bestemming ligt in een te vermijden De routebegeleiding is niet actief. de touchpad drukken of de controller indruk‐...
  • Pagina 293 Deze bevat de kaartgege‐ Een gebied in de lijst vermijden O. baar bij een Mercedes-Benz-servicewerkplaats. vens en de software voor de navigatie. Als de routebegeleiding actief is, wordt een Daar zijn ook kaart- en software-updates ver‐...
  • Pagina 294 Mercedes me-Portal. Multimediasysteem: krijgbaar bij een Mercedes-Benz-servicewerk‐ De dienst is beschikbaar. plaats. Navigatie À Route en positie De dienst is bij een Mercedes-Benz-service‐ Qibla selecteren. Kompas weergeven werkplaats vrijgeschakeld. De pijl op het kompas geeft de gebedsrich‐ Multimediasysteem: ting naar Mekka ten opzichte van de actuele...
  • Pagina 295 Meer informatie is verkrijgbaar bij een Mercedes-Benz-servicewerkplaats of onder: https://www.mercedes-benz-mobile.com/...
  • Pagina 296 Multimediasysteem 293 Overzicht telefoonmenu Twee mobiele telefoons verbonden: Weerga‐ ® ¢ (telefoon gereed) of w (gesprek Bluetooth -apparaatnaam van de momen‐ actief) vewisseling tussen telefoon 1 en 2 of Actief teel verbonden mobiele telefoon gesprek Contacten pagina 299) Veldsterkte van het mobiele-telefoonnet voor Apparaten pagina 294) de actueel verbonden en geselecteerde...
  • Pagina 297 294 Multimediasysteem gen zijn afhankelijk van uw mobiele telefoon en De spraakkwaliteit kan wijzigen afhankelijk van Twee mobiele telefoons zijn via Bluetooth ® de provider van het mobiele netwerk. de kwaliteit van de verbinding. met het multimediasysteem verbonden (tweede telefoonfunctie) ( pagina 295).
  • Pagina 298 Multimediasysteem 295 Mobiele telefoon verbinden (autorisatie via Tweede mobiele telefoon koppelen (tweede Om de tweede mobiele telefoon te verbin‐ Secure Simple Pairing) telefoonfunctie) den: Telefoon 2 selecteren. De nieuwe mobiele telefoon wordt als Tele- De mobiele telefoon selecteren. Voorwaarden foon 2 verbonden.
  • Pagina 299 296 Multimediasysteem Functies van de mobiele telefoon bij tweede Mobiele telefoon loskoppelen telefoonfunctie pagina 296) Mobiele telefoon deautoriseren Overzicht functies pagina 297) Mobiele telefoon op Mobiele telefoon op Als een nieuwe mobiele telefoon wordt ver‐ de voorgrond de achtergrond bonden en bijvoorbeeld als Telefoon 1 wordt Volledige functie-...
  • Pagina 300 Overdracht van een URL voor weergave in gen van de mobiele telefoon (zie de handlei‐ het multimediasysteem (zie de handleiding ding van de fabrikant) verbonden. van de fabrikant). Meer informatie vindt u op: https:// Meer informatie vindt u op: https:// www.mercedes-benz-mobile.com/ www.mercedes-benz-mobile.com/...
  • Pagina 301 Het volume instellen. foon kan worden gebruikt. Gesprek aannemen Meer over het geadviseerde ontvangst- en zend‐ Spraakherkenning van de mobiele telefoon Accepteren selecteren. volume: ://www.mercedes-benz-mobile.com/ stoppen Gesprek weigeren In het multifunctioneel stuurwiel de toets Gespreks- en beltoonvolume instellen Weigeren selecteren.
  • Pagina 302 Multimediasysteem 299 Gesprek in de wacht activeren of ophangen De volgende functies zijn beschikbaar tijdens het Aannemen selecteren. bellen: Het binnenkomende gesprek is actief. Gesprek voortzetten Gesprek beëindigen Gesprek beëindigen selecteren. Wanneer slechts één mobiele telefoon met het multimediasysteem is verbonden, wordt Nog een gesprek voeren Conferentiegesprek voeren het vorige gesprek vastgehouden.
  • Pagina 303 300 Multimediasysteem Contacten van de mobiele telefoon downloa‐ Afhankelijk van de gegevensbron is het volgende Tekens in het zoekveld invoeren. aantal contact beschikbaar: Een selectie van mogelijke contacten ver‐ Multimediasysteem: schijnt. Hoe meer tekens u invoert in het permanent opgeslagen contacten: 3000 zoekveld, hoe verder de keuzemogelijkheden Telefoon Z Opties...
  • Pagina 304 Multimediasysteem 301 Overzicht voor het importeren van contacten beeld via mobiele telefoons of netbooks wor‐ Het contact selecteren. den ontvangen. Het telefoonnummer selecteren. Contacten uit verschillende bronnen Het nummer wordt gekozen. Contacten in het contacten-menu importeren Bron Voorwaarden Multimediasysteem: Overige opties in het contacten-menu selec‐ ò...
  • Pagina 305 Bluetooth geschikte fiel PBAP eventueel worden bevestigd. mobiele telefoons is verkrijgbaar bij een Telefoon ª Contacten Mercedes-Benz-servicewerkplaats of via: In de auto opgeslagen contacten kunnen worden ® Wanneer het Bluetooth profiel PBAP niet wordt https://www.mercedes-benz-mobile.com/ gewist.
  • Pagina 306 Afzender opbellen selecteren. Sms wissen Met Mercedes-Benz Link kunnen verschillende Multimediasysteem: functies en geselecteerde mobiele telefoonapps Telefoon i SMS naar het mediadisplay worden overgezet.
  • Pagina 307 304 Multimediasysteem U hebt daarvoor als extra uitrusting de regeleen‐ Multimediasysteem: ® Apple CarPlay heid Mercedes-Benz Link nodig. Deze zijn ver‐ Connect Mercedes-Benz Link Overzicht Apple CarPlay ® krijgbaar bij een Mercedes-Benz-servicewerk‐ MB Link selecteren. plaats. De functies en apps van de mobiele telefoon &...
  • Pagina 308 Multimediasysteem 305 kunt de spraakbediening activeren door het lang ® ® iPhone via Apple CarPlay verbinden ® De iPhone in apparatenlijst selecteren. indrukken van de toets ó in het multifunctio‐ Voorwaarden Gegevensbeveiligingsbepalingen accepte‐ neel stuurwiel . ren/weigeren Op de iPhone ®...
  • Pagina 309 Bij het gebruik van het multimediasysteem de Mercedes-Benz adviseert, de verbinding via Er kan altijd slechts één routebegeleiding actief wettelijke bepalingen in acht nemen van het land de aansluitkabel alleen los te maken als de zijn.
  • Pagina 310 Multimediasysteem 307 Mobiele telefoon via Android Auto verbinden Multimediasysteem: Indien Android Auto vóór de laatste loskop‐ peling niet op de voorgrond werd weergege‐ Connect Android Auto Voorwaarden ven, start de applicatie weer op de achter‐ De eerste activering van Android Auto via het De mobiele telefoon in de apparatenlijst grond als opnieuw verbinding wordt selecteren.
  • Pagina 311 (als bijvoorbeeld in een tunnel wordt gere‐ Mercedes-Benz adviseert, de verbinding via gegenereerd. den). een aansluitkabel alleen los te maken als de Deze hangt samen met het voertuigidentificatie‐...
  • Pagina 312 Andere producten en services van Mercedes- Meer informatie over Mercedes me connect en Benz verdere services vindt u onder: https:// Tijdens de verbinding met de Mercedes-Benz www.mercedes.me klantenservice worden gegevens overgebracht Informatie over de Mercedes me-oproep via pagina 311).
  • Pagina 313 Wanneer u al in con‐ Meer informatie over Mercedes me connect, de tact staat met de Mercedes-Benz klantenser‐ Na het verlaten van de weergave van de nood‐ aangeboden service-omvang en de bediening is vice, of wanneer u al hulp hebt gekregen,...
  • Pagina 314 De meertraps overdracht is afhankelijk van de Mercedes-Benz klantenservice maakt een de auto naar de Mercedes-Benz Klantenservice volgende factoren: onderhoudsafspraak met u. De informatie versturen?.
  • Pagina 315 Mercedes me-Portal: bovendien nog de volgende gegevens door de Bevestiging van gegevensbeveiligingsvraag https://me.secure.mercedes-benz.com Mercedes-Benz klantenservice van de auto wor‐ Landcode van de auto den opgevraagd: Ingestelde taal van het multimediasysteem Momentele locatie van de auto...
  • Pagina 316 Houd er alstublieft rekening mee, dat Mercedes beschikbaar. en pechmanagement. Het doorsturen van de me connect een service van Mercedes-Benz is. oproep is echter niet in alle landen mogelijk. In noodgevallen eerst het bekende landelijke alarmnummer bellen. In geval van nood kunt u...
  • Pagina 317 Mercedes-Benz noodoproepsysteem Voor deze dienstverlening kunnen kosten locatiebepaling bij een moeilijk te omschrijven worden berekend. ongevalsplaats. Informatie over het Mercedes-Benz noodop‐ De noodoproep kan automatisch roepsysteem Meer informatie over Mercedes me connect ser‐ pagina 315) of handmatig ( pagina 315)
  • Pagina 318 De noodoproep is geactiveerd: De noodoproep is geactiveerd: Mercedes-Benz alarmcentrale, wordt de noodop‐ Er wordt een spraakverbinding met de Er wordt een spraakverbinding met de roep automatisch doorgestuurd naar de open‐...
  • Pagina 319 (enkele 100 m vóór het ongeval) Als het Mercedes-Benz noodoproepsysteem Functie van de zelfdiagnose van het noodop‐ Rijrichting geen noodoproep met de Mercedes-Benz alarm‐ roepsysteem Voertuigidentificatienummer centrale kan opbouwen, wordt de noodoproep Uw auto controleert de werking van het noodop‐...
  • Pagina 320 Multimediasysteem 317 de rode melding SOS NOT READY op het display Testmodus starten: De toets ~ in het Deze apparatuur alleen bedienen als de geïnformeerd. multifunctioneel stuurwiel ten minste vijf verkeerssituatie dit toelaat. seconden lang indrukken. Controleren of binnen 30 seconden na het Als dit niet kan worden gewaarborgd, De testmodus wordt gestart en eindigt auto‐...
  • Pagina 321 Bij auto's met een vast geïnstalleerde communi‐ vider mobiel netwerk worden gekocht. Op het externe apparaat is de functie Wi-Fi catiemodule wordt de internetverbinding ver‐ Bij een Mercedes-Benz-servicewerkplaats uitgeschakeld. zorgd via een vast ingebouwde simkaart. navragen of het in uw land mogelijk is om In het externe apparaat is gedeeld internet via Wi-Fi gedeactiveerd.
  • Pagina 322 Multimediasysteem 319 Multimediasysteem: Er is niet voldoende mobiele-telefoonnet‐ Meer informatie is verkrijgbaar op https:// werkdekking beschikbaar. www.mercedes-benz-mobile.com/ of bij een Systeem ö Connectiviteit Mercedes-Benz servicewerkplaats. In de mobiele telefoon is het gebruik van Internetinstellingen mobiele-telefoondata gedeactiveerd. Multimediasysteem: Wi-Fi-netwerken zoeken Systeem ö...
  • Pagina 323 320 Multimediasysteem Automatische configuratie inschakelen O. ¥ selecteren. ¥ selecteren. De internetverbinding wordt automatisch via Configuratie wijzigen selecteren. Details selecteren. ® het Bluetooth -profiel PAN geconfigureerd. Voor mobiele telefoons met PAN en DUN: Van PAN naar DUN wisselen: De mobiele Via COMAND configureren selecteren.
  • Pagina 324 De juiste waarde kunt u bij uw provider mobiel Voor meer informatie hierover contact opne‐ netwerk opvragen. men met een Mercedes-Benz-servicewerk‐ plaats. Bij een verbinding via de communicatiemo‐ dule wordt de volgende statusinformatie Multimediasysteem: weergegeven: Radio Þ...
  • Pagina 325 322 Multimediasysteem TuneIn radiozenders selecteren en verbinden Opties van TuneIn Radio instellen Het centrale bedieningselement ingedrukt Multimediasysteem: houden, tot een akoestisch signaal klinkt. Multimediasysteem: Het symbool ß verschijnt bij de zender‐ Radio Þ Radiobron Radio Þ Radiobron naam. TuneIn radio è...
  • Pagina 326 Multimediasysteem 323 Ondersteunde formaten: worden afgeleid. Bovendien kunt u de con‐ trole over de auto verliezen. Gegevensdragers alleen bedienen als de auto stilstaat. Toegestane bestandsformaten: FLAC FAT32 ALAC exFAT De volgende aanwijzingen in acht nemen: NTFS "Made for iPod", "Made for iPhone" betekent dat Door het grote aantal beschikbare Toegestane gegevensdragers: elektronische extra apparatuur speciaal voor...
  • Pagina 327 324 Multimediasysteem geregistreerde handelsmerken van Apple Inc. De sd-kaart in de sd-kaartsleuf steken tot Ze kunnen worden ingeslikt en tot verstikking deze vergrendelt. De zijde met de contacten ® Lightning is een handelsmerk van Apple Inc. leiden. moet omlaag wijzen. Sd-kaarten buiten bereik van kinderen Aanwijzingen inzake auteursrecht Afspeelbare muziekbestanden worden afge‐...
  • Pagina 328 Multimediasysteem 325 Overzicht audiofunctie Usb-apparaten aansluiten Actieve gegevensdrager Geluid Albumcover Opties * AANWIJZING Schade bij hoge tempera‐ Titel, artiest, album turen Titelnummer en aantal titels in de titellijst Hoge temperaturen kunnen usb-apparaten Zoeken beschadigen. Afspeelregeling Mediabronnen...
  • Pagina 329 326 Multimediasysteem Titel in de mediaweergave selecteren Random-weergave van het actuele medium Sd-apparaten na gebruik verwijderen en Multimediasysteem: selecteren. uit de auto nemen. Alle titels op de actieve gegevensdrager wor‐ Media den in willekeurige volgorde afgespeeld. De multimedia-aansluiteenheid bevindt zich in Titel via titelsprong selecteren het opbergvak onder de armsteun en beschikt Normale titelvolgorde...
  • Pagina 330 ® Gesproken boeken (Apple apparatuur) De toets % indrukken. www.mercedes-benz.com/connect. Volgt de Een categorie selecteren. informatie onder de rubriek "Media Interface". Mediazoeken De categorieën zijn beschikbaar, zodra de Media Interface inschakelen gehele inhoud van het medium gelezen en...
  • Pagina 331 328 Multimediasysteem Overzicht Media Interface gebruikt, moet deze worden geautoriseerd Actieve gegevensdrager Geluid pagina 329). Albumcover Opties Artiest, titel en album Titelnummer en aantal titels in de titellijst Bluetooth ® -audio Zoeken ® Informatie over Bluetooth -audio Afspeelregeling ® Als uw Bluetooth audioapparatuur de eerste Mediabronnen keer samen met het multimediasysteem wordt...
  • Pagina 332 Multimediasysteem 329 ® Overzicht Bluetooth -audio ® Bluetooth audioapparatuur zoeken en auto‐ Actieve gegevensdrager Geluid riseren Albumcover Opties Titel, artiest, album Voorwaarden Titelnummer en aantal titels in de titellijst Op het multimediasysteem en op de audioap‐ ® Zoeken paratuur is Bluetooth ingeschakeld pagina 256).
  • Pagina 333 à Mediabronnen ® voor Bluetooth geschikte mobiele telefoons ¥ selecteren. á Bluetooth Audio is verkrijgbaar op https://www.mercedes- ® Een Bluetooth -audioapparaat selecteren. benz-mobile.com/ of bij een Mercedes-Benz- Nieuwe Bluetooth ® -audioapparatuur autori‐ servicewerkplaats. ® seren Verbinding vanaf Bluetooth -audioappara‐ ®...
  • Pagina 334 Multimediasysteem 331 ® De functie is alleen beschikbaar als de mobiele telefoon (zie de handleiding van de Mediaplayer op de Bluetooth -audioappara‐ mobiele telefoon en de geselecteerde audio‐ fabrikant) verbonden. tuur selecteren player op de mobiele telefoon deze functie Multimediasysteem: ®...
  • Pagina 335 332 Multimediasysteem Overzicht radio Radiozender instellen Actieve frequentieband Deze titel taggen Zendernaam of ingestelde frequentie Opties Multimediasysteem: Artiest, titel, album en radiotekst Radio Zenderlijst Frequentieband instellen Omhoog of omlaag navigeren. Zendergeheugen Multimediasysteem: Radiobron Radio Þ Radiobron Geluid Een frequentieband selecteren.
  • Pagina 336 Multimediasysteem 333 Radiozenderlijst oproepen Radiozendergeheugen bewerken Slideshow oproepen (FM/DAB-radiofunctie) Multimediasysteem: Multimediasysteem: Multimediasysteem: Radio è Radio ß Zendergeheugen Radio Þ Radiobron FM/DAB Radio Een zender selecteren. Zender verschuiven: Een geheugeninvoer markeren en naar links Radiozender via zendernaam of directe fre‐ navigeren. quentie-invoer zoeken Gemarkeerde zender verplaatsen selecteren.
  • Pagina 337 334 Multimediasysteem Radiotekst in- en uitschakelen Modus volledig beeld uitschakelen: % ♫→ Deze titel taggen selecteren. selecteren. De titelinformatie wordt opgeslagen. Multimediasysteem: Radio Z Opties Frequentie vastzetten functie in- of uitscha‐ Verkeersinformatie in- en uitschakelen Radiotekstinformatie weergeven kelen Multimediasysteem: De functie in- O of uitschakelen ª. Multimediasysteem: Systeem õ...
  • Pagina 338 Multimediasysteem 335 Balans/fader instellen Balans en Fader ® Geluidsmenu in het Burmester -surround Multimediasysteem: sound system oproepen Automatische volumeregeling Multimediasysteem: Media à Geluid Overige geluidsinstellingen Balans en Fader Media à Geluid Een geluidsmenu selecteren. Balans en fader instellen. De volgende functies zijn beschikbaar: Hoge, midden en lage tonen instellen Menu verlaten: De toets % indrukken.
  • Pagina 339 336 Multimediasysteem Geluidsmenu in het advanced sound system ® ® Volumeaanpassing in het Burmester sur‐ Surround sound in het Burmester surround oproepen round sound system in- of uitschakelen sound system in- of uitschakelen Multimediasysteem: Multimediasysteem: Multimediasysteem: Media à Geluid Media à...
  • Pagina 340 Multimediasysteem 337 Volumeaanpassing in het advanced sound system in- en uitschakelen Multimediasysteem: Media à Geluid Automatische volumeregeling De automatische volumeaanpassing compen‐ seert volumeverschillen bij het wisselen tussen audiobronnen. De functie in- O of uitschakelen ª. Balans/fader in het advanced sound system instellen Multimediasysteem: Media...
  • Pagina 341 338 Onderhoud en verzorging Informatie over het regelmatig uitvoeren van Mercedes-Benz adviseert om dergelijke bedrijfs‐ Weergave onderhoudsinterval ASSYST omstandigheden te vermijden. onderhoudswerkzaamheden PLUS Informatie met betrekking tot het onderhoud van Werking van de weergave onderhoudsinter‐ * AANWIJZING Voortijdige slijtage door...
  • Pagina 342 Onderhoud en verzorging 339 De weergave van het onderhoudsinterval Meer informatie is verkrijgbaar in een gekwalifi‐ De geactiveerde actieve motorkap voor de rit ASSYST PLUS is slechts een hulpmiddel. De ceerde werkplaats. naar de werkplaats zelf terugzetten bestuurder van de auto is zelf verantwoordelijk pagina 339).
  • Pagina 343 340 Onderhoud en verzorging Motorkap openen en sluiten & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ wonden bij het openen van de motorkap & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Wanneer bij een oververhitte motor of bij len door ontgrendelde motorkap tijdens brand in de motorruimte de motorkap wordt het rijden geopend, kunnen de volgende situaties De motorkap kan zich openen en het zicht...
  • Pagina 344 Onderhoud en verzorging 341 Motorkap openen Voordat werkzaamheden in de motorruimte & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ worden uitgevoerd het volgende in acht wonden door hete onderdelen in de nemen: motorruimte Het contact uitschakelen. Bepaalde onderdelen in de motorruimte kun‐ Nooit in de gevarenzone van bewe‐ nen zeer heet zijn, bijvoorbeeld de motor, de radiateur en onderdelen van het uitlaatsys‐...
  • Pagina 345 342 Onderhoud en verzorging met iets meer snelheid laten dichtvallen, tot Afhankelijk van het motortype kan de oliepeil‐ hij correct vergrendelt. staaf op verschillende plaatsen in de motor‐ ruimte aangebracht zijn. De wachttijd voor de controle van het oliepeil bij Motorolie bedrijfswarme motor is vijf minuten.
  • Pagina 346 Onderhoud en verzorging 343 De oliepeilstaaf langzaam tot de aanslag De motor draait met stationair toerental. 1 l motorolie bijvullen. in de geleidepijp schuiven en na drie secon‐ De motorkap is gesloten. Motoroliepeil verlagen en de balk voor de den eruit trekken. weergave van het oliepeil op het multifunctio‐...
  • Pagina 347 344 Onderhoud en verzorging Motorolie bijvullen bruik kan ook hoger zijn wanneer de auto * AANWIJZING Motorschade door ver‐ nieuw is of als er vaker met een hoog motor‐ keerd oliefilter, verkeerde olie of additie‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ toerental wordt gereden.
  • Pagina 348 Wanneer de koelvloeistof bij warme motor hierna beschreven onderdelen aanra‐ max. 1,5 cm boven de markeringsrand ken. staat. Indien nodig een door Mercedes-Benz goed‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor verbran‐ gekeurde koelvloeistof bijvullen. ding door hete koelvloeistof Meer informatie over koelvloeistof...
  • Pagina 349 346 Onderhoud en verzorging Ruitensproeierinstallatie bijvullen Lucht-waterkanaal vrijhouden Ervoor zorgen dat er geen ruitensproei‐ ervloeistofconcentraat naast de vulope‐ Het gebied tussen de motorkap en de voor‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ ning terecht komt. ruit vrijhouden van afzettingen, bijvoorbeeld wonden door hete onderdelen in de ijs, sneeuw of bladeren.
  • Pagina 350 Onderhoud en verzorging 347 De zijruiten en de cabriokap moeten volledig Erop letten dat er voldoende bodemvrij‐ * AANWIJZING Beschadiging door zelf‐ gesloten zijn. heid tussen de bodemplaat en de gelei‐ standig remmen derails van de wasstraat aanwezig is. De aanjager van de ventilatie en de verwar‐ Wanneer een van de volgende functies inge‐...
  • Pagina 351 348 Onderhoud en verzorging Aanwijzingen met betrekking tot het gebruik Auto met de hand wassen Auto's met decorfolie: Onderdelen van de van een hogedrukreiniger auto zijn bedekt met een decorfolie. Een minimale afstand van 70 cm tussen de met * AANWIJZING Motorschade door binnen‐ &...
  • Pagina 352 Bij vervuiling in het oppervlak of een doffe Lakwerkzaamheden uitsluitend laten uitvoe‐ Koelvloeistof en remvloeistof: Met een voch‐ decorfolie: Het voor Mercedes-Benz geadvi‐ ren bij een gekwalificeerde werkplaats. tige doek en schoon water verwijderen. seerde en vrijgegeven reinigingsmiddel Paint Cleaner gebruiken.
  • Pagina 353 Vlekken en overige sterke vervuiling met een De levensduur en de kleurechtheid van gingsmiddelen is verkrijgbaar bij de fabrikant. borstel en door Mercedes-Benz geadviseerde decorfolie kan door de volgende zaken wor‐ en goedgekeurde kapreinigingsmiddelen rei‐ Bij met folie bedekte oppervlakken kunnen na den beïnvloed:...
  • Pagina 354 Sterkere vervuiling: Het net met de In geen geval het net van de windgelei‐ door Mercedes-Benz geadviseerde en goed‐ der met een hogedrukreiniger reinigen. gekeurde verzorgings- en reinigingsmiddelen Aan de toets trekken. Voorwaarden reinigen.
  • Pagina 355 91). Het net van het hoekwindscherm met een vochtige doek en de door Mercedes-Benz geadviseerde en goedgekeurde onderhouds- en reinigingsmiddelen reinigen. Het net van het windscherm met een Aanwijzingen met betrekking tot de verzor‐...
  • Pagina 356 Onderhoud en verzorging 353 Voor het verwijderen van remstof geen zuur‐ De ruitenwisserbladen niet te vaak reinigen. & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ houdende velgenreiniger gebruiken. Anders wonden door uitlaateindpijpen en uitlaat‐ Exterieurverlichting kunnen eventueel de wielbouten en onderde‐ sierstukken De ruiten met een natte spons en een mild len van de remmen worden beschadigd.
  • Pagina 357 354 Onderhoud en verzorging Uitlaateindpijp Aanwijzingen met betrekking tot de verzor‐ Veiligheidsgordels nooit bleken en kleu‐ Met een door Mercedes-Benz geadviseerd ging van het interieur ren. reinigingsmiddel reinigen, met name in de winter en na het wassen van de auto.
  • Pagina 358 Onderhoud en verzorging 355 Stuurwiel van echt leder of DINAMICA Bij sterke vervuiling: Een voor Mercedes-Benz len in de structuur, groei- en letselsporen of geadviseerd reinigingsmiddel gebruiken. lichte kleurnuances. * AANWIJZING Beschadigingen door ver‐ Geen stickers, folie of iets dergelijks aan‐...
  • Pagina 359 356 Pechhulp Gevarendriehoek Niet strijken Noodgeval Geen wasdroger gebruiken Gevarendriehoek uitnemen Veiligheidsvest uitnemen Niet chemisch reinigen De veiligheidsvesten bevinden zich in de portier‐ Veiligheidsvest klasse 2 opbergvakken van het bestuurders- en passa‐ giersportier. Aan de in de wettelijke norm vastgelegde eisen kan alleen worden voldaan als het veiligheids‐...
  • Pagina 360 Pechhulp 357 Gevarendriehoek uitklappen Overzicht EHBO-set Brandblusser uitnemen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len door een niet correct bevestigde brandblusser in de beenruimte van de bestuurder Een brandblusser kan de slag van de pedalen beperken of een ingedrukt pedaal blokkeren. Hierdoor wordt de bedrijfs‑...
  • Pagina 361 358 Pechhulp Auto's met Mercedes me connect: U kunt Niet met drukloze band rijden. in geval van pech een pechoproep starten De drukloze band direct vervangen door met het bedieningspaneel dakconsole het nood‑ of reservewiel of contact pagina 308). opnemen met een gekwalificeerde Alle auto's: Het wiel vervangen werkplaats.
  • Pagina 362 Pechhulp 359 Auto's met bandenspanningswaarschu‐ De bereikbare nog af te leggen afstand kan afwij‐ In de volgende gevallen het rijden in het wingssysteem: MOExtended-banden mogen ken afhankelijk van de rijstijl. Daarbij de toege‐ noodprogramma beëindigen: alleen in combinatie met geactiveerd banden‐ stane maximumsnelheid van 80 km/h in acht bij klapperende geluiden nemen.
  • Pagina 363 360 Pechhulp Afhankelijk van de uitvoering kan de TIREFIT-set Handschoenen (afhankelijk van de uitrusting zich ook op andere plaatsen onder de bagage‐ van de auto) ruimtebodem of in een foedraal in de baga‐ Opbergplaats TIREFIT-set: ( pagina 359) geruimte bevinden. Met het bandenplakmiddel TIREFIT kunnen Afhankelijk van de vermogensklasse (LK) kleine perforaties tot 4 mm, in het bijzonder in...
  • Pagina 364 Pechhulp 361 & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel en Bij allergische reacties direct naar een arts gaan. vergiftigingsgevaar door bandenplakmid‐ * AANWIJZING Oververhitting door te Het bandenplakmiddel is schadelijk voor de lange looptijd van de bandenvulcompres‐ gezondheid en veroorzaakt irritaties. Het mag niet in contact met huid, ogen of kleding komen of ingeslikt worden.
  • Pagina 365 362 Pechhulp De bandenvulcompressor tijdens deze fase niet uitschakelen! De bandenvulcompressor maximaal tien minuten laten draaien. Vervolgens moet een bandenspanning van ten minste 200 kPa (2,0 bar, 29 psi) bereikt zijn. Wanneer bandenplakmiddel weggelekt is, de getroffen plaatsen zo snel mogelijk reinigen. Bij voorkeur schoon water gebruiken.
  • Pagina 366 Het remgedrag en de rij-eigenschappen kun‐ band in acht nemen. een Mercedes-Benz-servicewerkplaats. nen sterk nadelig worden beïnvloed. De toegestane maximumsnelheid voor een Niet verder rijden. De bandenvulcompressor uitschakelen.
  • Pagina 367 Als de bandenspanning correct is, de vul‐ nafdichtmiddel en de vulslang laten vervan‐ slang losdraaien van het ventiel van de gere‐ Landen met Mercedes-Benz Service24h: Een gen. pareerde band. sticker met het telefoonnummer van Mercedes- Het ventieldopje op het ventiel van de gere‐...
  • Pagina 368 Ondeskundig uitgevoerde werkzaamheden Accuzuur is een agressieve stof. aan de accu kunnen bijvoorbeeld tot kortslui‐ Mercedes-Benz adviseert in verband met de vei‐ Contact met de huid, ogen of kleding ting leiden. Daardoor kunnen functiebeper‐ ligheid alleen accu's te gebruiken die door voorkomen.
  • Pagina 369 Als alternatief: De accu aansluiten op een Elektrolyt of accuzuur is agressief. stoffen. Het is wettelijk verboden om deze door Mercedes-Benz aanbevolen oplader of Het mag niet met de huid, ogen of samen met het huisvuil af te voeren. contact opnemen met een gekwalificeerde kleding in aanraking komen.
  • Pagina 370 Pechhulp 367 & WAARSCHUWING Explosiegevaar door & WAARSCHUWING Explosiegevaar bij het * AANWIJZING Beschadiging van de accu door te hoge spanning ontstekend waterstofgas opladen en bij starthulp Als u een kortsluiting veroorzaakt of als Bij het opladen en bij starthulp kan een Bij het opladen met een oplader zonder vonkvorming optreedt, kan het waterstofgas explosief gasmengsel uit de accu ontsnap‐...
  • Pagina 371 Bij het opladen van de accu bovendien de vol‐ voorkomen. Handgeschakelde versnellingsbak: De gende punten in acht nemen: transmissie in de neutraalstand schakelen. Alleen door Mercedes-Benz geteste en goed‐ Het contact en alle elektrische verbruikers gekeurde opladers gebruiken. uitschakelen. De handleiding van de oplader lezen voordat De motorkap openen.
  • Pagina 372 Pechhulp 369 De motor van de andere auto met stationair toerental laten draaien. De minpool van de externe accu en het mas‐ sapunt van de eigen auto met de startka‐ bel verbinden. Daarbij met de externe accu beginnen. De motor van de eigen auto starten. De motoren enkele minuten laten draaien.
  • Pagina 373 Erop letten dat de ontluchtingsslang altijd op Het pluscontact van de auto en de plus‐ Mercedes-Benz adviseert de 12‑V‑accu te laten de oorspronkelijke opening aan accuzijde is pool van de oplader met de laadkabel verbin‐ vervangen bij een gekwalificeerde werkplaats, aangesloten.
  • Pagina 374 Vooras opge‐ bij het slepen opgetild 50 km/h tild in de wasstraat Achteras Mercedes-Benz adviseert om de auto bij pech te opgetild transporteren in plaats van te slepen. Slepen met opgetilde as: Het wegslepen moet door een bergingsbedrijf worden uitgevoerd.
  • Pagina 375 372 Pechhulp Auto slepen met beide assen op de grond Als een auto moet worden weggesleept * AANWIJZING Beschadiging door te snel of aangesleept, mag het toegestaan of te ver slepen De aanwijzingen met betrekking tot de toege‐ totaalgewicht daarvan het toegestaan stane sleepmethoden in acht nemen Door te snel of te ver slepen kan de aandrijf‐...
  • Pagina 376 Pechhulp 373 & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Langzaam en niet plotseling wegrijden. * AANWIJZING Beschadiging door ver‐ keerde bevestiging van de sleepkabel of - len door beperkte veiligheidsrelevante stang functies bij het slepen Auto voor transport opladen Veiligheidsrelevante functies zijn in de vol‐ De sleepkabel of sleepstang alleen aan De aanwijzingen met betrekking tot het sle‐...
  • Pagina 377 374 Pechhulp Auto's met 4MATIC/auto's met automatische De auto met de elektrische parkeerrem tegen * AANWIJZING Schade aan de auto door wegrollen beveiligen. transmissie verkeerd vastsjorren De auto alleen bij de wielen vastzetten. Na het opladen moet de auto aan alle Auto's met ADS PLUS (adaptief dempingssys‐...
  • Pagina 378 Pechhulp 375 Opbergplaats sleepoog Auto aanslepen (motornoodstart) Het sleepoog rechtsom tot de aanslag erin draaien en vastzetten. Het sleepoog bevindt zich in de bagageruimte Auto's met automatische transmissie onder de bagageruimtebodem. Auto's met aanhangwagenvoorziening: Achter * AANWIJZING Beschadiging van de auto‐ aan de auto bevindt zich geen bevestiging voor matische transmissie door aanslepen het inschroefbare sleepoog.
  • Pagina 379 376 Pechhulp Elektrische zekeringen Alleen door Mercedes-Benz vrijgegeven deksel correct op de zekeringenkast is zekeringen met het aangegeven ampe‐ aangebracht. Aanwijzingen met betrekking tot elektrische rage gebruiken. zekeringen Als een nieuw aangebrachte zekering opnieuw Doorgebrande zekeringen moeten worden ver‐ doorbrandt, de oorzaak laten vaststellen en ver‐...
  • Pagina 380 Pechhulp 377 Zekeringenkast in de motorruimte openen en sluiten Voorwaarden Een droge doek en een schroevendraaier zijn beschikbaar. De aanwijzingen met betrekking tot elektrische zekeringen in acht nemen ( pagina 376). Openen & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door het gebruik van de ruitenwissers bij geopende motorkap Als de ruitenwissers zich in beweging zetten als de motorkap geopend is, kunt u bekneld...
  • Pagina 381 378 Pechhulp Zekeringenkast in de beenruimte van de pas‐ Zekeringenkast in de bagageruimte openen Het deksel achter op de zekeringenkast in de houder aanbrengen. sagier openen en sluiten en sluiten Het deksel van de zekeringenkast De aanwijzingen met betrekking tot elektrische De aanwijzingen met betrekking tot elektrische omlaagklappen en de schroeven vast‐...
  • Pagina 382 Banden en velgen 379 De volgende controles regelmatig, ten minste Aanwijzingen met betrekking tot geluids‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor aquapla‐ eenmaal per maand of indien nodig, bijvoorbeeld ontwikkeling of ongewoon rijgedrag ning door te lage profieldiepte voor een langere rit of rijden in het terrein, bij Tijdens het rijden letten op trillingen, geluiden en Bij een te lage profieldiepte laat de grip van alle wielen uitvoeren:...
  • Pagina 383 Aanwijzingen met betrekking tot de banden‐ Om veiligheidsredenen alleen de voor spanning Daardoor kan schade aan de auto of de ban‐ Mercedes-Benz goedgekeurde sneeuwkettin‐ den ontstaan. Een te lage of te hoge bandenspanning heeft de gen of sneeuwkettingen met dezelfde kwali‐...
  • Pagina 384 Banden en velgen 381 Auto's met bandenspanningscontrole: De Controleren of de velg of het ventiel lek bandenspanning kan ook via de boordcomputer worden gecontroleerd. Als de schade niet verholpen worden kan, contact opnemen met een gekwali‐ Aanwijzingen voor rijden met een aanhang‐ ficeerde werkplaats.
  • Pagina 385 382 Banden en velgen Bandenspanning met bandenspanningscon‐ De beladingstoestanden "gedeeltelijk beladen" De bandenspanningscontrole is slechts een of "volledig beladen" worden in de tabel weerge‐ hulpmiddel. De bestuurder is ervoor verantwoor‐ trole controleren geven door een verschillend aantal personen en delijk, de bandenspanning in te stellen op de Voorwaarden bagage.
  • Pagina 386 Banden en velgen 383 Bandenspanningscontrole actief: De inleer‐ De bandenspanningscontrole in de volgende volgens worden de actuele bandenspan‐ procedure van het systeem is nog niet afge‐ situaties opnieuw starten: ningswaarden als nieuwe referentiewaarden sloten. De bandenspanningen worden dan aangenomen en bewaakt. De bandenspanning is gewijzigd.
  • Pagina 387 384 Banden en velgen Bij gelijkmatig drukverlies in meerdere ban‐ Displaymeldingen over de banden Op de Touch-Control links op het stuurwiel pagina 460) drukken om het opnieuw opstarten te star‐ ten. Bandenspanningswaarschuwingssysteem Het systeem werkt in het bijzonder in de vol‐ Het multifunctioneel display toont de mel‐...
  • Pagina 388 Het overschrijden kan leiden tot beschadi‐ MOE = Mercedes-Benz Original Extended Banden en velgen altijd vervangen door ging van de banden of tot het klappen van de (banden met noodloopeigenschappen banden en velgen die aan de specifica‐...
  • Pagina 389 Auto's met bandenspanningscontrole: In Alleen de door Mercedes-Benz gecontro‐ over obstakels de velgen en banden bescha‐ het wiel bevinden zich elektronische onder‐ leerde en geadviseerde banden, velgen en digd raken, toe.
  • Pagina 390 M+S--banden gebruiken. passen. afgeweken. Bij een buitentemperatuur lager dan Accessoires die niet door Mercedes-Benz voor Geen nabewerking aan het remsysteem, de 10 °C i M+S ‑-banden gebruiken. uw auto zijn goedgekeurd, of waar niet vakkun‐ velgen en de banden uitvoeren.
  • Pagina 391 388 Banden en velgen in het gezichtsveld van de bestuurder hier‐ Bandenspanningstabel ( pagina 381) Voor- en achterwielen slijten verschillend: voor waarschuwen. Aanwijzingen met betrekking tot het nood‐ Voorwielen sneller bij de bandschouder Nieuwe banden tijdens de eerste 100 km wiel ( pagina 395) Achterwielen sterker in het midden van de...
  • Pagina 392 Banden en velgen 389 De banden tegen olie, vet en brandstof De krik heeft een gewicht van circa 2,1 kg. Handschoenen beschermen. Het maximumdraagvermogen van de krik Wielsleutel vindt u op de sticker op de krik. Centreerpen De krik is onderhoudsvrij. Bij een storing in Overzicht wielwisselgereedschap Uitklapbare wielkeg de werking contact opnemen met een...
  • Pagina 393 390 Banden en velgen Kunststof naafdop Auto's met automatische transmissie: De De wielsleutel op de dopsleutel aan‐ brengen. transmissie in de stand j zetten. Verwijderen: De middenkap van de naafdop Met de wielsleutel de naafdop Auto's met niveauregeling: De normale linksom draaien en verwijderen.
  • Pagina 394 Banden en velgen 391 De krik is uitsluitend geschikt voor het kort‐ stondig opkrikken van de auto en niet voor onderhoudswerkzaamheden onder de auto. De ondergrond waar de krik op rust moet stevig, vlak en stroef zijn. Indien nodig een grote, vlakke, stevige en stroeve ondergrond gebruiken.
  • Pagina 395 392 Banden en velgen De krik uitsluitend plaatsen bij de betreffende kriksteunpunten van de auto. De voet van de krik moet zich loodrecht onder het kriksteunpunt van de auto bevinden. * AANWIJZING Voertuigschade door krik Wanneer u de krik niet op de daarvoor bedoelde kriksteunpunten aanbrengt, kunt u uw auto beschadigen.
  • Pagina 396 Banden en velgen 393 Het wiel losmaken en verwijderen * AANWIJZING Mercedes-AMG auto's pagina 393). De aanwijzingen in de aanvullende handleiding in acht nemen. Anders kunt Wiel verwijderen u gevaren niet herkennen. Voorwaarden De auto is opgekrikt ( pagina 390). &...
  • Pagina 397 394 Banden en velgen De aanwijzingen met betrekking tot de selec‐ Om veiligheidsredenen alleen de voor tie van banden in acht nemen Mercedes-Benz en het betreffende wiel goed‐ pagina 385). gekeurde wielbouten gebruiken. De wielbouten erin draaien en in de aangege‐...
  • Pagina 398 Banden en velgen 395 Noodwiel De wielbouten of de wielmoeren moe‐ gende gekwalificeerde werkplaats laten ten met het voorgeschreven aanhaalmo‐ vervangen. Beslist op de correcte wiel‑ Aanwijzingen met betrekking tot het nood‐ ment aangetrokken zijn; dit controleren. en bandenmaten en het bandentype let‐ wiel ten.
  • Pagina 399 396 Banden en velgen Auto's met bandenspanningswaarschu‐ wingssysteem: Bij een gemonteerd nood‐ wiel kan het bandenspanningswaarschu‐ wingssysteem niet betrouwbaar werken. Deze pas opnieuw starten nadat het nood‐ wiel door een nieuw wiel is vervangen. Auto's met bandenspanningscontrole: Bij een gemonteerd noodwiel kan de banden‐ spanningscontrole niet betrouwbaar werken.
  • Pagina 400 Meer informatie is verkrijgbaar bij een van de auto in gevaar brengen. lificeerde werkplaats laten onderhou‐ Mercedes-Benz-servicewerkplaats. Werkzaamheden aan elektrische en den. Alleen voor bepaalde landen: De voertuigspe‐ elektronische apparaten altijd laten uit‐...
  • Pagina 401 398 Technische gegevens de voertuigelektronica storen. Dit geldt met Alleen vrijgegeven frequentiebanden name in de volgende gevallen: gebruiken. Wanneer de mobilofoon niet op een bui‐ Het maximaal toegestane uitgangsver‐ tenantenne is aangesloten. mogen in deze frequentiebanden in acht nemen. Wanneer de buitenantenne verkeerd gemonteerd of niet reflectiearm is.
  • Pagina 402 Technische gegevens 399 Als de auto met een mobilofoon is uitgerust, Zendvergunningen voertuigcomponenten Frequentieband Maximaal zendver‐ moeten de in de voorbereiding aanwezige span‐ mogen Informatie van de fabrikant over radiografische ningsvoorziening- en antenne-aansluiting worden onderdelen van de auto kunnen onder het tref‐ gebruikt.
  • Pagina 403 400 Technische gegevens Overzicht voertuigtypeplaatje, FIN en motornummer Voertuigtypeplaatje Voertuigtypeplaatje (voorbeeld - Koeweit) Voertuigtypeplaatje (voorbeeld - alle andere landen) Autofabrikant Autofabrikant Fabricageplaats EG-typegoedkeuringsnummer (alleen voor Productiedatum bepaalde landen) Voertuigtype VIN (voertuigidentificatienummer) Toegestaan totaalgewicht (kg) Toegestaan totaalgewicht (kg) (alleen voor bepaalde landen)
  • Pagina 404 Technische gegevens 401 VIN onder de rechter voorstoel VIN bij de onderste rand van de voorruit Toegestane voorasbelasting (kg) Toegestane achterasbelasting (kg) Lakcode De gegevens in de afbeelding zijn voorbeel‐ den. VIN (voertuigidentificatienummer) als label Het VIN als label op de onderste rand van de voorruit is alleen voor bepaalde landen beschik‐...
  • Pagina 405 Schade die aan de auto is ont‐ Bedrijfsstoffen zijn: * AANWIJZING Mercedes-AMG auto's staan door het gebruik van niet-goedgekeurde Brandstoffen producten, valt niet onder de Mercedes-Benz De aanwijzingen in de aanvullende Toevoegingen voor uitlaatgasnabehande‐ garantie en coulance. handleiding in acht nemen. Anders kunt ®...
  • Pagina 406 Technische gegevens 403 Bij een gekwalificeerde werkplaats een mengsel van E85-brandstof en loodvrije Tijdens het tanken portieren en ruiten euro gesloten houden. & WAARSCHUWING Brand‑ en explosiege‐ Auto's met Flexible Fuel-technologie kunt u her‐ vaar door brandstof Als u of anderen met brandstof in aanraking kennen aan de sticker Ethanol up to E85 aan zijn geweest, de volgende punten in acht Brandstoffen zijn licht ontvlambaar.
  • Pagina 407 404 Technische gegevens Overeenkomstig de Europese norm EN 16942 het brandstofsysteem, de motor en het uit‐ Het contact niet inschakelen. vindt u de verdraagzaamheidskeurmerken op de laatgasreinigingssysteem. Contact opnemen met een gekwalifi‐ volgende punten: Alleen loodvrije, zwavelvrije benzine ceerde werkplaats. Op het informatieplaatje in de tankdopklep tanken die voldoet aan de Europese van de auto (...
  • Pagina 408 * AANWIJZING Beschadiging door ver‐ waarde tanken. overleg met een Mercedes-Benz-servicewerk‐ keerde brandstof plaats, het door Mercedes-Benz geadviseerde Meer informatie over de brandstof is verkrijgbaar Kleine hoeveelheden van de verkeerde reinigingsadditief aan de brandstof worden bijge‐ bij een tankstation of een gekwalificeerde werk‐...
  • Pagina 409 406 Technische gegevens Tankinhoud en brandstofreserve Overeenkomstig de Europese norm EN 16942 Pure biodiesel of plantaardige olie vindt u het verdraagzaamheidskeurmerk op de Afhankelijk van de uitrusting kan de totale Petroleum of kerosine volgende punten: inhoud van de brandstoftank variëren. Wanneer abusievelijk een verkeerde brand‐...
  • Pagina 410 Technische gegevens 407 ® ® AdBlue (alleen auto's met dieselmotor) Inhoud en verbruik AdBlue ® AdBlue niet met water verdunnen. Aanwijzingen met betrekking tot AdBlue ® ® Geen AdBlue gebruiken waaraan addi‐ Model Totale inhoud De aanwijzingen met betrekking tot de bedrijfs‐ tieven zijn toegevoegd.
  • Pagina 411 De motorolie met het voorgeschreven 229.6* stoffen in acht nemen ( pagina 402). interval laten verversen. C 400 4MATIC 229.5 Mercedes-Benz adviseert, het verversen van de 229.6* olie bij een gekwalificeerde werkplaats uit te Alle andere modellen 229.51, 229.52, laten voeren. 229.61 Alleen door Mercedes-Benz goedgekeurde moto‐...
  • Pagina 412 Technische gegevens 409 MB-Freigabe of MB-Approval Verversingshoeveelheid Motorolie voor het eenmalig vullen alleen bij wijze van uitzondering: Dieselmotor Motoroliespecifica‐ Model Verversingshoeveel‐ Auto's met benzinemotor: ties heid C 180, handgeschakelde versnellings‐ Alle modellen 228.51, 229.31, C 180, handgescha‐ 7,0 l bak: MB-Freigabe of MB-Approval 229.3, 229.51, 229.52, kelde versnellingsbak 229.51, 229.52 of ACEA A3/B4...
  • Pagina 413 Daardoor wordt de remwerking nadelig beïn‐ benz.com steken. vloedt. in de Mercedes-Benz BeVo App De motor laten afkoelen alvorens anti‐ De remvloeistof met het voorgeschre‐ vriesmiddel bij te vullen. ven interval laten verversen.
  • Pagina 414 Technische gegevens 411 Geen gedestilleerd of gedemineraliseerd water De aanwijzingen in het Mercedes-Benz len in de motorruimte of onderdelen van het gebruiken, anders kan de niveausensor een bedrijfsstoffenvoorschrift 310.1 in acht uitlaatsysteem terechtkomt, kan het ontste‐ onjuist niveau detecteren. nemen.
  • Pagina 415 412 Technische gegevens Zwenkhoogte Hoogte Model Zwenk‐ Model hoogte C 200 4MATIC 1416 mm C 200 4MATIC 1495 mm C 220 d 4MATIC C 220 d 4MATIC C 300 4MATIC C 300 4MATIC C 400 4MATIC C 400 4MATIC Alle andere modellen 1409 mm Alle andere modellen 1486 mm...
  • Pagina 416 Technische gegevens 413 Gewichten en belastingen Inbouwmaten De achteroverbouw en de bevestigingspunten gelden voor een af fabriek gemonteerde aan‐ Met betrekking tot de aangegeven autogegevens hangwagenvoorziening. de volgende aanwijzingen in acht nemen: Opties verhogen het ledig gewicht, waardoor Model Achter‐ het nuttig laadvermogen wordt verlaagd.
  • Pagina 417 414 Technische gegevens Aanhangwagengewicht, geremd (bij mini‐ Draagvermogen Een kogeldruk van 50 kg niet overschrij‐ maal klimvermogen bij wegrijden van 12%) den. Model Maximumdraagver‐ Model Aanhangwagenge‐ mogen De maximaal toegestane kogeldruk wicht, geremd indien mogelijk benutten. Alle modellen C 180, handgescha‐ 1400 kg * AANWIJZING Beschadiging door het los‐...
  • Pagina 418 Technische gegevens 415 Model Asbelasting C 300 1295 kg C 300 d C 300 4MATIC 1310 kg...
  • Pagina 419 416 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes symbool selecteren. Door te drukken op Õ Met een veegbeweging naar boven of naar Displaymeldingen wordt meer informatie op het mediadisplay beneden op de Touch-Control links door de Inleiding weergegeven. Door te drukken op ¨ ver‐ displaymeldingen bladeren.
  • Pagina 420 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 417 Veiligheid voor inzittenden Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het veiligheidssysteem vertoont een storing ( pagina 40). & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door storingen in de werking van het veiligheidssysteem Onderdelen van het veiligheidssysteem kunnen onbedoeld worden geactiveerd of bij een ongeval niet zoals Veiligheidssysteem Storing bedoeld worden geactiveerd.
  • Pagina 421 418 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Voorpass.-airbag uitgescha- * De passagiersairbag is gedeactiveerd, hoewel een volwassen persoon of een persoon met een overeenkomstig pos‐ keld zie handleiding tuur op de passagiersstoel zit. Wanneer extra krachten op de stoel worden uitgeoefend, kan het systeem een te gering gewicht meten.
  • Pagina 422 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 419 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of levensgevaar door gebruik van een kinderzitjesbevestigingssys‐ teem bij ingeschakelde passagiersairbag Als een kind in een kinderzitjesbevestigingssysteem op de passagiersstoel wordt beveiligd en de passagiersair‐ bag ingeschakeld is, kan de passagiersairbag bij een ongeval worden geactiveerd.
  • Pagina 423 420 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Sleutel Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Á * De sleutel laten vervangen. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Sleutel vervangen Á * De batterij van de sleutel is leeg. De batterij vervangen ( pagina 80).
  • Pagina 424 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 421 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Á * De sleutel wordt niet herkend en is eventueel niet meer in de auto aanwezig. De sleutel bevindt zich niet meer in de auto is en u zet de motor af: U kunt de motor niet meer starten.
  • Pagina 425 422 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Cabriokap Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De auto staat stil en u probeert de cabriokap te openen of te sluiten. Het rempedaal indrukken. Opnieuw aan de cabriokapschakelaar trekken of hierop drukken, tot de cabriokap volledig opent of sluit. Bij stilstand voor bediening van kap rem bedienen * Als sneller dan 60 km/h wordt gereden, kan de cabriokap niet meer worden geopend of gesloten.
  • Pagina 426 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 423 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De cabriokap is niet vergrendeld. Als sneller dan 60 km/h wordt gereden, kan de cabriokap niet meer worden geopend of gesloten. Niet sneller dan 60 km/h rijden. Kap geheel openen / slui- De cabriokap volledig openen of sluiten.
  • Pagina 427 424 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Verlichting Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De betreffende lichtbron is defect. Voorzichtig verder rijden. Meteen naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Dimlicht links (voorbeeld) LED-lichtbronnen: Alleen wanneer alle lichtdiodes defect zijn, verschijnt de displaymelding voor de betreffende verlichting.
  • Pagina 428 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 425 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De actieve bochtenverlichting vertoont een storing. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Act. bochtverlicht. functio- neert niet * U rijdt zonder dimlicht. De lichtschakelaar in de stand L of à draaien. Verlichting inschakelen * De auto wordt verlaten en de verlichting is nog ingeschakeld.
  • Pagina 429 426 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Adaptieve grootlichtassis- * De adaptieve grootlichtassistent Plus is tijdelijk niet beschikbaar. tent Plus nu niet beschik- De systeemgrenzen zijn bereikt ( pagina 132). baar Zie handleiding Het systeem is weer beschikbaar als de oorzaken niet meer aanwezig zijn. De displaymelding Adaptieve grootlicht- assistent Plus weer beschikbaar verschijnt.
  • Pagina 430 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 427 Auto Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * U wilt de auto in rijklare toestand verlaten. Bij het verlaten van de auto het contact uitschakelen, de auto tegen wegrollen beveiligen en de sleutel meene‐ men.
  • Pagina 431 428 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Als de displaymelding niet verdwijnt, vertoont de aanhangwagenvoorziening een storing en is de kogelhals niet ver‐ grendeld. De aanhangwagen niet aankoppelen en verder rijden zonder aanhangwagen. Daarbij letten op de beperkte bodemvrijheid door de niet vergrendelde kogelhals.
  • Pagina 432 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 429 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Ù * De bekrachtiging van de stuurinrichting vertoont een storing. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door gewijzigd stuurgedrag Wanneer de bekrachtiging van de stuurinrichting gedeeltelijk of geheel uitvalt, is er meer kracht nodig om te Storing besturing Meer sturen.
  • Pagina 433 430 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De motorkap is geopend. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door ontgrendelde motorkap tijdens het rijden De motorkap kan zich openen en het zicht belemmeren. Nooit de motorkap ontgrendelen tijdens het rijden. Voor iedere rit controleren dat de motorkap vergrendeld is.
  • Pagina 434 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 431 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De rugleuning van de betreffende stoel is niet vergrendeld. De rugleuning terugklappen tot deze vergrendelt. Rugleuning achterbank links niet vergrendeld (voor‐ beeld) * De rugleuning van de betreffende voorstoel is niet vergrendeld. De rugleuning terugklappen tot deze vergrendelt.
  • Pagina 435 432 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Motor Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Om de motor af te zetten * U hebt tijdens het rijden de start-stoptoets ingedrukt. de start-stop-toets gedu- Informatie over het afzetten van de motor tijdens het rijden ( pagina 146).
  • Pagina 436 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 433 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen & WAARSCHUWING Gevaar voor brandwonden bij het openen van de motorkap Wanneer bij een oververhitte motor of bij brand in de motorruimte de motorkap wordt geopend, kunnen de vol‐ gende situaties optreden: U kunt met hete gassen in contact komen.
  • Pagina 437 434 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De brandstofvoorraad heeft het reservegebied bereikt. Tanken. Brandstofreserve * Auto's met dieselmotor: Het brandstoffilter is vervuild of het water in het brandstoffilter moet worden afgetapt. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Brandstoffilter reinigen ¸...
  • Pagina 438 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 435 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Als de auto stilstaat de transmissie in de parkeerstand j zetten. * U hebt geprobeerd om vanuit de parkeerstand j een andere transmissiestand in te schakelen. Voor verlaten van schakel- stand P rem bedienen Het rempedaal indrukken.
  • Pagina 439 436 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Om verder te rijden de transmissiestand h of k inschakelen. * De transmissie vertoont een storing. Het wijzigen van de transmissiestand is niet meer mogelijk. Zonder schakelen Werk- plaats opzoeken Wanneer de transmissiestand h is ingeschakeld, de transmissiestand niet meer wijzigen en naar een gekwalifi‐...
  • Pagina 440 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 437 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Backup accu Storing * De noodaccu voor de transmissie wordt niet meer opgeladen. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Tot die tijd voordat u de motor afzet altijd handmatig de parkeerstand j inschakelen. Voordat u de auto verlaat de elektrische parkeerrem bedienen.
  • Pagina 441 438 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Het contact uit- en weer inschakelen. De elektrische parkeerrem handmatig vrijzetten ( pagina 176). De elektrische parkeerrem automatisch vrijzetten ( pagina 175). Als de elektrische parkeerrem vervolgens niet kan worden vrijgezet: Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats.
  • Pagina 442 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 439 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het gele controlelampje ! knippert en het rode controlelampje ! knippert gedurende circa tien seconden na het inschakelen of vrijzetten van de elektrische parkeerrem. Vervolgens blijft het branden of het dooft. De elek‐ trische parkeerrem vertoont een storing.
  • Pagina 443 440 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Als is voldaan aan de voorwaarden voor het automatisch vrijzetten, en de elektrische parkeerrem wordt niet automatisch vrijgezet, de elektrische parkeerrem handmatig vrijzetten ( pagina 176). Als de elektrische parkeerrem vervolgens niet kan worden vrijgezet: Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats.
  • Pagina 444 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 441 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Er bevindt zich te weinig remvloeistof in het remvloeistofreservoir. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen bij een te laag remvloeistofniveau Wanneer het remvloeistofniveau te laag is, kan de remwerking en daarmee het remgedrag nadelig beïnvloed Remvloeistofpeil controle- zijn.
  • Pagina 445 442 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Rijsystemen Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ë * De HOLD-functie is uitgeschakeld, omdat de auto slipt of omdat niet is voldaan aan een inschakelvoorwaarde. De HOLD-functie later weer inschakelen of de inschakelvoorwaarden van de HOLD-functie controleren pagina 183).
  • Pagina 446 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 443 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen TEMPOMAT functioneert * De TEMPOMAT vertoont een storing. niet Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. * De TEMPOMAT en de limiter vertonen een storing. TEMPOMAT en limiter func- tioneren niet Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan.
  • Pagina 447 444 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ç * De actieve afstandsassistent DISTRONIC kan niet worden ingeschakeld, omdat niet aan alle inschakelvoorwaarden voldaan is. De inschakelvoorwaarden van de actieve afstandsassistent DISTRONIC in acht nemen ( pagina 193).
  • Pagina 448 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 445 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Actieve afstandsassistent * De actieve afstandsassistent DISTRONIC is weer gereed voor gebruik. weer beschikbaar De actieve afstandsassistent DISTRONIC inschakelen ( pagina 193). ð...
  • Pagina 449 446 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Actieve stuurassistent * De actieve stuurassistent is vanwege meerdere noodstops tijdelijk niet beschikbaar. momenteel niet beschik- De besturing overnemen en op veilige wijze stoppen. baar wegens meerdere Het contact uit- en weer inschakelen.
  • Pagina 450 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 447 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Wanneer de displaymelding niet verdwijnt, op een veilige plaats stoppen en de motor opnieuw starten. Indien nodig de achterbumper reinigen. Als de bumper sterk vervuild is, kunnen de sensoren in de bumper een storing vertonen.
  • Pagina 451 448 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Act. dodehoekassistent * Wanneer de elektrische verbinding met de aanhangwagen wordt gemaakt, is de actieve dodehoekassistent niet met aanhangwagen niet beschikbaar. beschikbaar Zie handleiding Op de Touch-Control links drukken en de displaymelding bevestigen. Actieve spoorassistent nu * De actieve spoorassistent is tijdelijk niet beschikbaar.
  • Pagina 452 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 449 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Rijsystemen en rijveiligheidssystemen kunnen een storing vertonen of tijdelijk niet beschikbaar zijn. De rijsystemen en rijveiligheidssystemen zijn weer beschikbaar als de oorzaken niet meer van toepassing zijn. Wanneer de displaymelding niet verdwijnt: Stoppen;...
  • Pagina 453 450 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen É * U bent weggereden hoewel de voertuighoogte te laag was. Stoppen; daarbij op de verkeerssituatie letten. De auto wordt tot de geselecteerde voertuighoogte omhooggebracht. STOP Auto te laag Pas verder rijden wanneer de displaymelding verdwijnt.
  • Pagina 454 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 451 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen É * De auto stelt zich op de gekozen rijhoogte in. Auto komt omhoog É * De voertuighoogte is te laag. De auto wordt tot de geselecteerde voertuighoogte omhooggebracht. Pas wegrijden wanneer de displaymelding verdwijnt.
  • Pagina 455 452 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Actieve parkeerassistent * Auto's met actieve parkeerassistent: De actieve parkeerassistent en de PARKTRONIC-parkeerassistent vertonen en PARKTRONIC functione- een storing. ren niet Zie handleiding Auto's zonder actieve parkeerassistent: De PARKTRONIC-parkeerassistent vertoont een storing. Veilig stoppen en de motor opnieuw starten.
  • Pagina 456 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 453 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Wanneer de displaymelding niet verdwijnt, direct naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Daarbij voor‐ zichtig rijden. * Het ABS en het ESP ® vertonen een storing. Ook andere rijsystemen en rijveiligheidssystemen, bijvoorbeeld het BAS, kunnen een storing vertonen. Het remsysteem werkt verder op normale wijze.
  • Pagina 457 454 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Voorzichtig een korte route met wat flauwe bochten rijden met een snelheid boven 30 km/h. Wanneer de displaymelding niet verdwijnt, direct naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Daarbij voor‐ zichtig rijden.
  • Pagina 458 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 455 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het EBD, het ABS en het ESP ® vertonen een storing. Ook andere rijsystemen en rijveiligheidssystemen, bijvoorbeeld het BAS, kunnen een storing vertonen. & WAARSCHUWING Slipgevaar bij storing van het EBD, het ABS en het ESP ®...
  • Pagina 459 456 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Auto's zonder rijassistentiepakket: Het Active Brake Assist System is tijdelijk niet of slechts ten dele beschik‐ baar. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. * Het radarsensorsysteem vertonen een storing. Mogelijke oorzaken: Radarsensoren vervuild zie handleiding Sensoren vervuild...
  • Pagina 460 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 457 Mercedes me connect Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Mercedes me connect * De functies van de auto voor de storingsherkenning zijn beperkt. Diensten beperkt Zie hand- Een of meerdere hoofdfuncties van het Mercedes me connect systeem vertonen een storing. leiding De aanwijzingen met betrekking tot de diagnose-interface in acht nemen ( pagina 30).
  • Pagina 461 458 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. * De 12V-accu wordt niet meer opgeladen. * AANWIJZING Mogelijke motorschade als verder wordt gereden zie handleiding Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats. Rekening houdend met de verkeerssituatie zo snel mogelijk stoppen en de motor afzetten.
  • Pagina 462 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 459 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De 12V-accu heeft een te lage laadtoestand. Onmiddellijk, rekening houdend met het verkeer, stoppen. Niet verder rijden! De motor laten draaien. Voertuig stoppen Motor Wanneer de displaymelding verdwijnt: Verder rijden. laten draaien Wanneer de displaymelding niet verdwijnt: Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats.
  • Pagina 463 * De laadtoestand van de 48V-accu is te laag. U kunt de motor niet meer starten. Zie handleiding Niet benodigde elektrische verbruikers uitschakelen. Een door Mercedes-Benz goedgekeurde, geschikte oplader met voldoende laadvermogen aansluiten op het hulpstartpunt van de 12V-accu ( pagina 368).
  • Pagina 464 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 461 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Banden met een te lage bandenspanning kunnen bijvoorbeeld het rijgedrag en het stuur‑ en remgedrag beïn‐ vloeden. De bandenspanningscontrole bij een gekwalificeerde werkplaats laten controleren. Bandensp.contr. functio- * De gemonteerde wielen hebben geen geschikte bandenspanningssensoren.
  • Pagina 465 462 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen U kunt dan de controle over de auto verliezen. De geadviseerde bandenspanningen in acht nemen. Indien noodzakelijk de bandenspanning aanpassen. De auto op een veilige plaats stoppen. De bandenspanning ( pagina 380) en de banden controleren.
  • Pagina 466 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 463 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Bij drukloze MOExtended-band de toegestane nog af te leggen afstand en toegestane maximumsnelheid niet overschrijden. De aanwijzingen met betrekking tot bandenpech in acht nemen. Aanwijzingen met betrekking tot bandenpech ( pagina 358).
  • Pagina 467 464 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Bandenspanningswaarschuwingssysteem Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Bandenspanning Banden * Het bandenspanningswaarschuwingssysteem heeft een sterk drukverlies herkend. controleren & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door een te lage bandenspanning De banden kunnen klappen. De banden kunnen overmatig en/of ongelijkmatig slijten. De rij-eigenschappen en het stuur‑...
  • Pagina 468 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 465 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Bandenspanningsbewaking * Het bandenspanningswaarschuwingssysteem vertoont een storing. functioneert niet Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Uitlaatgasnabehandeling Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Ø * De AdBlue ® -voorraad is tot onder de reservemarkering gedaald.
  • Pagina 469 466 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Ø * De lage AdBlue ® voorraad leidt tot een beperking van het vermogen vanaf de weergegeven snelheid. Na de getoonde resterende afstand kan de motor niet meer worden gestart. ®...
  • Pagina 470 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 467 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ¯ * Het AdBlue ® systeem vertoont een storing. Het vermogen wordt beperkt na de getoonde resterende afstand. Meteen naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. AdBlue systeemstoring Noodloop over XXX km Zie handleiding ¯...
  • Pagina 471 468 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Motorolie Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het motoroliepeil is tot het minimum gedaald. * AANWIJZING Motorschade door rijden met te weinig motorolie Bij tankstop motoroliepeil Langere ritten met te weinig motorolie vermijden. controleren Het motoroliepeil bij de volgende tankstop controleren.
  • Pagina 472 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 469 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Displaymelding alleen bij bepaalde motortypen: Het motoroliepeil is te hoog. * AANWIJZING Motorschade door rijden met te veel motorolie Motoroliepeil Oliepeil verla- Langere ritten met te veel motorolie vermijden. Direct naar een gekwalificeerde werkplaats gaan en het motoroliepeil laten verlagen.
  • Pagina 473 470 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Displaymelding alleen bij bepaalde motortypen: De oliedruk is te laag. * AANWIJZING Motorschade door rijden met een te lage oliedruk Motoroliedruk Stoppen Motor uit Rijden met een te lage oliedruk vermijden. Onmiddellijk, rekening houdend met het verkeer, stoppen.
  • Pagina 474 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 471 Instrumentendisplay standaard De posities van de controlelampjes in het instru‐ Remmen (rood) ( pagina 478) mentendisplay kunnen afhankelijk van de dis‐ Afstandswaarschuwing play-instelling afwijken van het voorbeeld. pagina 480) Waarschuwings- en controlelampjes: ä AIRMATIC ( pagina 480) Veiligheidssysteem ( pagina 472)
  • Pagina 475 472 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Veiligheid voor inzittenden Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje * Het rode waarschuwingslampje veiligheidssysteem brandt als de motor draait. Het veiligheidssysteem vertoont een storing ( pagina 40). & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door storingen in de werking van het veiligheidssysteem Waarschuwingslampje vei‐...
  • Pagina 476 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 473 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje De veiligheidsgordel omgespen ( pagina 44). Er liggen voorwerpen op de passagiersstoel. De voorwerpen van de passagiersstoel verwijderen. Het rode waarschuwingslampje veiligheidsgordels brandt na het starten van de motor: Bovendien kan een onderbroken waarschuwingssignaal klinken.
  • Pagina 477 474 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Auto Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Ù * Het rode waarschuwingslampje stuurbekrachtiging brandt terwijl de motor draait. De stuurbekrachtiging of de stuurinrichting zelf vertoont een storing. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen bij beperkte bestuurbaarheid Waarschuwingslampje Wanneer de stuurinrichting niet meer zoals bedoeld functioneert, is de bedrijfsveiligheid van de auto in gevaar.
  • Pagina 478 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 475 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje De meldingen op het multifunctioneel display in acht nemen. Motor Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje ÿ * Het rode waarschuwingslampje koelvloeistof brandt terwijl de motor draait. Mogelijke oorzaken: Temperatuursensor vertoont een storing Waarschuwingslampje koel‐...
  • Pagina 479 476 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje & WAARSCHUWING Gevaar voor brandwonden bij het openen van de motorkap Wanneer bij een oververhitte motor of bij brand in de motorruimte de motorkap wordt geopend, kunnen de vol‐ gende situaties optreden: U kunt met hete gassen in contact komen.
  • Pagina 480 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 477 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje * Het gele waarschuwingslampje motordiagnose brandt als de motor draait. Er is een storing van de motor, het uitlaatsysteem of het brandstofsysteem aanwezig. De emissiegrenswaarden kunnen daardoor worden overschreden en de motor kan in het noodprogramma draaien. Waarschuwingslampje Het voertuig zo snel mogelijk laten controleren bij een gekwalificeerde werkplaats.
  • Pagina 481 478 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Remmen Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje * Het rode controlelampje elektrische parkeerrem knippert of brandt. Het gele controlelampje elektrische parkeerrem brandt bovendien bij een storing. De meldingen op het multifunctioneel display in acht nemen. Controlelampje elektrische parkeerrem (rood) Controlelampje elektrische...
  • Pagina 482 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 479 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Wanneer het multifunctioneel display een displaymelding weergeeft, deze in acht nemen. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. * Het rode waarschuwingslampje remmen brandt als de motor draait. Mogelijke oorzaken: De rembekrachtiging vertoont een storing en het remgedrag kan veranderen.
  • Pagina 483 480 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Direct op een veilige plaats stoppen. Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats. Geen remvloeistof bijvullen. Rijsystemen Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje * Het rode waarschuwingslampje afstandswaarschuwing brandt tijdens het rijden.
  • Pagina 484 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 481 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje ä * Het gele waarschuwingslampje AIRMATIC brandt. Het gele waarschuwingslampje DYNAMIC BODY CONTROL brandt. Er is een storing in de AIRMATIC aanwezig. Waarschuwingslampje Er is een storing van de DYNAMIC BODY CONTROL aanwezig. onderstel (geel) De meldingen op het multifunctioneel display in acht nemen.
  • Pagina 485 482 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje De bestuurbaarheid en het remgedrag worden sterk nadelig beïnvloed en de remweg kan langer zijn. Bovendien zijn verdere rijveiligheidssystemen uitgeschakeld. Voorzichtig verder rijden. Het remsysteem direct bij een gekwalificeerde werkplaats laten controleren. ÷...
  • Pagina 486 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 483 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje & WAARSCHUWING Slipgevaar door een storing in het ESP ® ® ® Als het ESP is uitgeschakeld, wordt de auto niet door het ESP gestabiliseerd. Bovendien zijn verdere rijveilig‐ heidssystemen uitgeschakeld.
  • Pagina 487 484 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje ® De aanwijzingen met betrekking tot het uitschakelen van het ESP in acht nemen ( pagina 180). Bandenspanningscontrole Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje *Het gele waarschuwingslampje bandenspanningscontrole (drukverlies/storing) knippert circa één minuut lang en brandt dan permanent.
  • Pagina 488 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 485 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het gele waarschuwingslampje bandenspanningscontrole (drukverlies/storing) brandt: De bandenspanningscontrole heeft bandenspanningsverlies bij ten minste één band geconstateerd. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door een te lage bandenspanning De banden kunnen klappen.
  • Pagina 489 486 Trefwoordenregister Aanrijdingsbeveiliging......229 1, 2, 3 ... Aanslepen..........375 4MATIC A/C-functie Functie..........164 In- en uitschakelen (bedieningseen‐ Aansprakelijkheid voor gebreken heid)............141 Auto............33 12‑V‑accu Zie Accu (auto) Aanduiding rijprogramma......158 ABS (antiblokkeersysteem)...... 180 12V-aansluiting Aanhangwagenstabilisatie Acceleratie Zie Contactdoos (12V) Werking en aanwijzingen.......
  • Pagina 490 Trefwoordenregister 487 Camera-afdekking openen (360°- Voorwaarden......... 193 Systeemgrenzen........208 camera)..........220 Waarschuwing in- en uitschakelen..211 Actieve bochtenverlichting....... 130 Favoriet instellen (360°-camera)... 220 Actieve stuurassistent Actieve dodehoekassistent Functie........... 213 Actieve noodstopassistent....200 Functie..........205 Verzorging..........352 Functie..........197 Remingreep........... 207 Achteruitversnelling In- en uitschakelen........
  • Pagina 491 488 Trefwoordenregister Additieven Afstandsregeltempomaat Akoestisch sluitsignaal Zie Actieve afstandsassistent DISTRONIC In- en uitschakelen........79 ® AdBlue ..........407 Brandstof..........405 Airbag Alarmknipperlichtinstallatie..... 129 Motorolie..........408 Activering..........40 Alarmsysteem Beschermingspotentieel......48 ® Additieven (AdBlue Zie EDW (diefstal-/inbraakalarminstallatie) Beschermingspotentieel beperkt..... 49 ® Zie AdBlue Alertheidsassistent Controlelampje PASSENGER AIR BAG..
  • Pagina 492 Trefwoordenregister 489 Klankinstellingen........306 Informatie..........322 Omhoogkantelen........390 Overgebrachte voertuiggegevens..308 Mediafunctie inschakelen...... 324 Ontgrendelen (KEYLESS-GO)....83 Overzicht..........304 Mediazoeken......... 327 Ontgrendelen (van binnenuit)....83 Stop............306 Overzicht..........325 QR-code reddingskaart......34 Sd-kaart aanbrengen en verwijderen..324 REACH-verordening......... 32 Asbelasting Titel selecteren........
  • Pagina 493 490 Trefwoordenregister Automatische afstandsregeling Automatische transmissie (probleem) Bandenspanningstabel......381 Zie Actieve afstandsassistent DISTRONIC Zie Transmissie (probleem) Bandenspanningswaarschuwingssys‐ teem (werking)........383 Automatische motorstart (ECO start- Bandenspanningswaarschuwingssys‐ stopsysteem)..........153 teem opnieuw starten......384 Bagage Automatische motorstop (ECO start- Bandentemperatuur controleren Bagagenet..........122 stopsysteem)..........
  • Pagina 494 Trefwoordenregister 491 Bandentemperatuur Bandenprofiel..........379 Conformiteitsverklaring (elektromag‐ Bandenspanningscontrole (werking)..382 netische verdraagzaamheid)....25 Bandenspanning Controleren (bandenspanningscon‐ Conformiteitsverklaring (krik)....29 Aanwijzingen......... 380 trole)............. 382 Conformiteitsverklaring (radiogra‐ Bandenspanningscontrole (werking)..382 fische onderdelen van de auto)....25 Bandenvulcompressor Bandenspanningscontrole opnieuw Conformiteitsverklaring (TIREFIT-set)..29 starten..........
  • Pagina 495 492 Trefwoordenregister Bestemmingsinvoer Brake Assist System Mediaspeler selecteren......331 Contact selecteren........ 271 Overzicht..........329 Zie BAS (Brake Assist System) Driewoordenadres invoeren....272 Titel zoeken........... 331 Brandblusser..........357 Geo-coördinaten invoeren..... 272 Via NFC van apparaat wisselen..... 331 Brandstof Laatste bestemmingen selecteren..268 Bochtenverlichting........
  • Pagina 496 Trefwoordenregister 493 Contacten Inparkeerstand........139 Citylicht............131 Instellen..........137 Bellen............ 301 Cockpit Downloaden (van de mobiele tele‐ ® Overzicht........... 6 Burmester surround sound system foon)............300 Automatische volumeaanpassing..336 Combi-instrument Importeren (overzicht)......301 Balans/fader instellen......336 Werking en aanwijzingen....238, 239 Informatie..........
  • Pagina 497 494 Trefwoordenregister Datum Dinghy Towing 12V-accu Zie handleiding..... 457 Datum en tijd automatisch instellen..255 Zie Tow-Bar-systeem 12V-accu Zie handleiding..... 423 Datumformaat instellen......255 DIRECT SELECT-keuzehendel Û 48V-accu Zie handleiding..... 459 Achteruitversnelling inschakelen... 160 Decorfolie (reinigingsaanwijzigingen)..349 Act. bochtverlicht. functioneert Functie..........
  • Pagina 498 Trefwoordenregister 495 É Auto komt omhoog Een ogen‐ functioneert niet......457 ¸ Luchtfilter vervangen....434 blik geduld a.u.b........451 functioneren niet zie handlei‐ ð Maximum snelheid overschre‐ É Auto komt omhoog....... 451 ding............453 den............445 AUTO-verlichting buiten werking.. 424 functioneren niet zie handlei‐...
  • Pagina 499 496 Trefwoordenregister Remblokken controleren zie ä Storing Maximaal 80 km/h rij‐ Ø XX,X l AdBlue bijvullen Contact den............449 handleiding..........441 AAN, 60s wachten anders geen start Remvloeistofpeil controleren..441 Storing Zie handleiding....424 mogelijk..........466 Rugleuning achterbank links ï Trekhaak vergrendeling control..
  • Pagina 500 Trefwoordenregister 497 Actieve motorkap Storing zie handlei‐ Actieve stuurassistent momenteel Bandenspanningsbewaking functio‐ ding............429 niet beschikbaar wegens meerdere neert niet..........465 Actieve parkeerassistent en PARK‐ noodstops..........446 Bandenspanningsbewaking na TRONIC functioneren niet Zie hand‐ Actieve stuurassistent nu niet band.sp.controle opnieuw starten..
  • Pagina 501 498 Trefwoordenregister In- en uitschakelen........ 208 Om de motor af te zetten de start- Transmissie Storing Stoppen....436 Systeemgrenzen........205 stop-toets gedurende min. 3 sec. of Voertuig stoppen Motor laten Doorlaadmogelijkheid 3 keer indrukken........432 draaien Wachten Transmissie koelt af... 436 Zie Stoel PRE-SAFE functioneert niet zie hand‐...
  • Pagina 502 Trefwoordenregister 499 ESC (Electronic Stability Control) Wegsleepbeveiliging in- en uitschake‐ len............100 ® Zie ESP (elektronisch stabiliteits‐ E10............. 403 programma) Eenheid voor afstand instellen....258 EBD (Electronic Brakeforce Distribu‐ ® EG-typegoedkeuringsnummer....400 tion) Aanhangwagenstabilisatie..... 182 Werking en aanwijzingen....... 182 EHBO-set............ 357 Zijwindassistent........
  • Pagina 503 500 Trefwoordenregister Fietsdrager Garantie............33 Stoel — Geheugen oproepen....116 Draagvermogen........414 Stoel — Instellingen opslaan....116 Gebruikersprofiel Rijden met een aanhangwagen....235 Stuurwiel — Geheugen oproepen.... 116 Importeren/exporteren......261 Stuurwiel — Instellingen opslaan.... 116 Instellen..........260 Stoel............400 Gekwalificeerde werkplaats....... 32 Opstellen..........
  • Pagina 504 Helderheid instellen (boordcomputer)... 243 Gordel Huisdieren in de auto........76 In- en uitschakelen........ 243 Zie Veiligheidsgordel Menu (boordcomputer)......243 Hulpoproep Gordelaanpassing Positie instellen (boordcomputer)..243 Zie Mercedes-Benz noodoproepsysteem Functie............ 45 Weergave-inhoud instellen (boord‐ In- en uitschakelen........45 computer)..........243 Gordelaanreiker.......... 44...
  • Pagina 505 502 Trefwoordenregister Inrij-aanwijzingen........148 Verlichting voor snelwegen....131 Interieur Inspectie i-Size kinderzitjebevestiging Koelen of verwarmen (Remote Online).. 147 Zie ASSYST PLUS Monteren..........67 Instaphulp Interieurbeveiliging i-Size kinderzitjesverankering Instellen..........115 Functie..........100 Geschikte zitplaatsen voor de beves‐ In- en uitschakelen........ 100 tiging............
  • Pagina 506 Kinderzitje Schaal automatisch instellen....291 Zie Apple CarPlay ® Aanbevelingen voor kinderzitjesbe‐ Schaal instellen........287 Zie Mercedes-Benz Link vestigingssystemen......... 61 Symbolen voor speciale bestemmin‐ Aanwijzingen met betrekking tot risi‐ ISOFIX-kinderzitjesbevestiging gen selecteren........288 co's en gevaren........58 Monteren..........67 Verkeerskaart weergeven......
  • Pagina 507 504 Trefwoordenregister Klimaatregeling Koeling Op de passagiersstoel met een gor‐ del bevestigen......... 75 A/C-functie in- en uitschakelen Zie Klimaatregeling Op de zitplaats achterin met een gor‐ (bedieningseenheid)....... 141 Koelvloeistof (motor) del bevestigen......... 72 Aanwijzing..........141 Aanwijzingen.......... 410 Passagiersstoel (aanwijzingen)....74 Achterruitverwarming in- en uitscha‐...
  • Pagina 508 Trefwoordenregister 505 Luchtroosters Selecteren..........188 Snelheid instellen........188 Zie Luchtuitstroomopeningen Laatste bestemmingen Snelheid oproepen........ 188 Luchtuitstroomopeningen Selecteren..........268 Snelheid opslaan........188 AIRSCARF-luchtroosters instellen..143 Lage, midden en hoge tonen instellen Systeemgrenzen........187 Instellen (achterin)......... 143 Burmester ® surround sound system..335 Toetsen..........
  • Pagina 509 Informatie..........309 Overzicht..........328 Mercedes-Benz-servicewerkplaats Instemming met gegevensoverdracht..311 Mediadisplay Zie Gekwalificeerde werkplaats Mercedes-Benz klantenservice bellen... 309 Aanwijzingen......... 244 Mercedes-Benz klantenservice bel‐ Met de hand wassen (verzorging).... 348 Mediafunctie len na automatische ongeval- of Midden, hoge en lage tonen instellen Inschakelen...........
  • Pagina 510 Motorelektronica Multifunctioneel stuurwiel Zie Android Auto Aanwijzingen......... 397 Zie Stuurwiel Zie Apple CarPlay ® Motorgegevens Multimediasysteem Zie Mercedes-Benz Link Weergeven..........159 Botsingsherkenning (geparkeerde Zie Telefoon auto)............176 Motorkap Zie Tweede telefoon Centrale bedieningselementen....245 Functie (actieve motorkap)....339 Display-instellingen configureren..254 Mobilofoons Openen en sluiten.........
  • Pagina 511 508 Trefwoordenregister Navigatie Noodgeval Onderhoud Zie Bestemming Brandblusser......... 357 Zie ASSYST PLUS Zie Bestemmingsinvoer Gevarendriehoek uitnemen....356 Onderstel Zie Kaart Noodprogramma Dempingskarakteristiek......211 Zie Route Auto starten........... 147 DYNAMIC BODY CONTROL....211 Zie Routebegeleiding Onderstelhoogte instellen (AIRMATIC)... 212 Noodremming..........176 Zie Verkeersinformatie Onderstel Noodremming...
  • Pagina 512 Trefwoordenregister 509 Passagiersairbaguitschakeling Middenconsole........119 Portier............ 119 Zie Automatische passagiersairba‐ Paravan Usb-aansluitingen........119 guitschakeling Zie Lucht-waterkanaal Opbergvakken Passagiersstoel Parkeerhulp Zie Beladen Zie Stoel Zie Actieve parkeerassistent Zie Opbergvak Pech Zie PARKTRONIC-parkeerassistent Open Source software........ 38 Aanslepen..........375 Parkeerlicht..........127 Auto vervoeren........373 Opladen Parkeerrem Overzicht van de hulp......
  • Pagina 513 510 Trefwoordenregister Portierbedieningseenheid......16 Zender instellen........332 Zender opslaan........333 ® PRE-SAFE (preventieve inzittenden‐ Qibla............291 Zender verschuiven....... 333 bescherming) QR-code Zender volgen instellen......334 Functie............ 55 Reddingskaart......... 34 Zender zoeken........333 Maatregelen ongedaan maken....56 Zendergeheugen bewerken....333 ® PRE-SAFE Sound........
  • Pagina 514 Trefwoordenregister 511 Registratie Remote Online Rijdynamische regeling Auto............32 Auto starten.......... 148 Zie ESP ® (elektronisch stabiliteits‐ Interieur koelen of verwarmen....147 programma) Reiniging Startaccu opladen......... 148 Zie Verzorging Rijgedrag (ongebruikelijk)......379 Remvloeistof Rijlicht Aanwijzingen......... 409 ABS (antiblokkeersysteem)....180 Zie Automatisch rijlicht Active Brake Assist System....
  • Pagina 515 512 Trefwoordenregister Zie Actieve stuurassistent Overzicht..........179 Rijstrookadviezen........278 Zie AIRMATIC Radar- en ultrasone sensoren....178 Routewijziging........278 Zie ATTENTION ASSIST Stuurassistent STEER CONTROL.... 183 Tussenbestemming bereikt....279 Zie Dodehoekassistent Verantwoordelijkheid......178 Van een Offroad-positie......281 Zie HOLD-functie Rolbeugels Routegebaseerde snelheidsaanpas‐ Zie Limiter sing Functie............
  • Pagina 516 Sidebags............46 Ruststand Zie Android Auto Sierdeel (verzorging)......... 354 Activeren of deactiveren......178 ® Zie Apple CarPlay Sjorogen............. 121 Functie..........177 Zie Mercedes-Benz Link Slechtweerverlichting....... 131 Zie Telefoon Sleepmethoden.......... 371 Smeermiddeladditieven Schaal instellen Zie Additieven Sleepoog Zie Kaart Aanbrengen........... 375 Schakeladvies..........
  • Pagina 517 514 Trefwoordenregister Snelheid instellen Spraakherkenning mobiele telefoon Starthulpaansluiting Zie TEMPOMAT starten..........298 Algemene aanwijzingen......366 Stoppen..........298 Snelheidsbegrenzing winterbanden Statusindicatie PASSENGER AIR BAG Instellen..........190 Standlicht........... 127 Zie Automatische passagiersairba‐ guitschakeling Software-update Standtijd Software-updates........261 Statusindicatie veiligheidsgordels Ruststand activeren of deactiveren..178 Systeemupdates........
  • Pagina 518 Trefwoordenregister 515 Surround sound in- en uitschakelen Stoelhoes (verzorging)......354 Zie Wi-Fi ® Burmester surround sound system..336 Stoelontgrendeling Werking en aanwijzingen......114 Surround View Taal Zie 360°-camera Stoelventilatie Aanwijzingen......... 258 In- en uitschakelen......... 111 SVHC (bijzonder zorgwekkende stoffen)... 32 Instellen..........
  • Pagina 519 516 Trefwoordenregister TEMPOMAT Inbouwmaten (aanhangwagenvoor‐ Mobiele telefoon verbinden (Near ziening)..........413 Field Communication (NFC))....297 Functie..........186 Informatie..........397 Mobiele telefoon verbinden (passkey)... 294 Inschakelen........... 188 Kogeldruk..........414 Mobiele telefoon verbinden (Secure Selecteren..........188 Voertuigtypeplaatje....... 400 Simple Pairing)........294 Snelheid instellen........188 Zendvergunningen.........
  • Pagina 520 Trefwoordenregister 517 Opbergplaats......... 359 Haptische bedieningsterugkoppeling Bewerkt..........270 in-/uitschakelen........248 Invoeren..........270 Titels In- en uitschakelen........ 246 Route met tussenbestemmingen Selecteren (audiofunctie)...... 326 Zender en muziektitel selecteren..248 berekenen..........271 Toegangsgegevens Tow-Bar-systeem........237 Tweede telefoon Bewerken (Bluetooth ® )......320 Functies..........
  • Pagina 521 518 Trefwoordenregister Ver- en ontgrendeling Uitvoeren..........262 Statusindicatie veiligheidsgordels achterin........... 46 Automatische vergrendeling in- en Usb-apparaten Verzorging..........354 uitschakelen..........84 Aansluiten..........325 Waarschuwingslampje......46 Extra portiervergrendeling....... 81 KEYLESS-GO........... 83 Veiligheidsgordel achterin Noodsleutel..........85 Statusindicatie........46 Veiligheid voor inzittenden Portieren van binnenuit ontgrendelen Veiligheidssysteem Zie Airbag en openen..........
  • Pagina 522 Trefwoordenregister 519 Verkeerskaart Uitschakelvertragingstijd buitenver‐ Nieuw wiel monteren......393 Zie Kaart lichting instellen........134 Voorbereiden......... 389 Verantwoordelijkheid voor verlich‐ Wiel verwijderen........393 Verlichting tingssystemen........127 Wieldoppen verwijderen en aanbren‐ Actieve bochtenverlichting....130 Verlichting voor snelwegen....131 gen............390 Adaptieve grootlichtassistent Plus..132 Verlichtingsschakelaar......
  • Pagina 523 520 Trefwoordenregister Volumeaanpassing in- en uitschake‐ Sensoren..........352 Versturen naar Android Auto....308 Stoelhoes..........354 ® Versturen naar Apple CarPlay ..... 308 Stuurwiel..........354 Advanced sound system......337 Weergeven (DYNAMIC SELECT)..... 159 Uitlaateindpijp........352 ® Wielbasis..........411 Burmester surround sound system..336 Veiligheidsgordel........
  • Pagina 524 Trefwoordenregister 521 Weergave-opties ! Controlelampje elektrische ; Waarschuwingslampje motor‐ Selecteren..........326 parkeerrem (rood)......... 478 diagnose..........477 Weersinformatie........291 J Remwaarschuwingslampje ä Waarschuwingslampje onder‐ Wegrijassistent (geel)............. 478 stel (geel)..........481 Zie Geoptimaliseerde acceleratie ï Waarschuwingslampje aan‐ J Waarschuwingslampje remmen Wegrijblokkering......... 98 hangwagenvoorziening......
  • Pagina 525 522 Trefwoordenregister Wielen Vervanging..........385 Zekeringenkast in de beenruimte van Aanwijzingen met betrekking tot Verwijderen........... 393 de passagier.......... 378 montage..........385 Verwisselen........388, 389 Zekeringenkast in de cockpit....378 Bandenpech.......... 358 Verzorging..........352 Zekeringenkast in motorruimte....377 Bandenspanning (aanwijzingen).... 380 Wieldoppen vervangen......
  • Pagina 526 Trefwoordenregister 523 Zicht Zoeken naar wegrestaurant Condens van de ruiten verwijderen..142 Automatisch zoeken starten....276 Zijruiten Zoekverlichting Automatische functie......96 Zie Oriëntatieverlichting Comfortopening........96 Zomertijd instellen........255 Comfortsluiting........97 Zwavelgehalte..........403 Met sleutel openen........96 Openen............ 94 Openen (alle)........... 94 Probleem..........
  • Pagina 528 Impressum Internet Meer informatie over Mercedes-Benz-voertuigen en over Mercedes‑Benz AG vindt u op internet onder: https://www.mercedes-benz.com https://www.daimler.com Redactie Bij vragen of suggesties ten aanzien van deze handleiding kunt u de Technische Redactie op het volgende adres bereiken: Mercedes‑Benz AG, HPC: CAC, Customer Service, 70546 Stuttgart, Duitsland ©...
  • Pagina 529 De inhoud van de handleiding Hier vindt u alle informatie over U vindt de handleiding op uw De Mercedes-Benz Guides app is direct in het multimediasysteem de bediening, de serviceverlenin‐ Mercedes-Benz homepage. gratis beschikbaar in de gang‐...