Download Print deze pagina

Mercedes-Benz EQV 2020 Handleiding pagina 148

Advertenties

kunnen zijn. Bij twijfel voor het opladen van de
hoogspanningsaccu bij de exploitant van het
laadstation navragen of dit het geval is.
Het opladen starten
& GEVAAR Levensgevaar bij het opladen
met een beschadigde contactdoos
Het opladen gebeurt met een hoge spanning.
Alleen een onbeschadigde laadkabel
#
gebruiken.
Mechanische beschadigingen bijvoor‐
#
beeld door platdrukken, knikken en er
overheen rijden vermijden.
Een beschadigde voertuigstekkerdoos
#
direct bij een gekwalificeerde werk‐
plaats laten vervangen.
De laadkabel nooit in een beschadigde
#
voertuigstekkerdoos steken.
* AANWIJZING Beveiligingssysteem in
auto tegen te hoge spanningen in het
stroomnet
De auto is uitgerust met een beveiligingssys‐
teem tegen te hoge spanningen in het
stroomnet. Deze elektrische beveiliging kan
bijvoorbeeld bij zwaar onweer worden geacti‐
veerd en kan tot activering van de zekering
van het pand en een onderbreking van het
opladen leiden. Deze functies dienen ter
bescherming van de auto.
Na het weer inschakelen van de zekering van
het pand wordt de laadprocedure automa‐
tisch voortgezet.
Als het opladen wordt onderbroken zonder
dat de zekering van het pand wordt geacti‐
veerd, kan het tot tien minuten duren alvo‐
rens de laadprocedure automatisch wordt
voortgezet.
* AANWIJZING Toegestane opwarming van
laadkabel en laadkabelstekker
De laadkabel en de laadkabelstekker kunnen
tijdens het opladen binnen de toegestane
grenswaarden warm worden.
De toegestane grenswaarden worden door de
volgende factoren beïnvloed:
De stroomvoorziening van het stroomnet
R
en de laadkabel zijn intact.
De aanwijzingen met betrekking tot het
R
gebruik van de laadkabel en het bedie‐
ningselement op de laadkabel zijn in acht
genomen.
Als de laadkabel of de laadkabelstekker
#
te warm wordt, de stroomvoorziening
van het stroomnet laten controleren.
* AANWIJZING Beschadiging of vervuiling
van de voertuigstekkerdoos bij geopende
contactdoosklep
Als er geen laadkabel is aangesloten,
#
het contactdoosdeksel en de contact‐
doosklep altijd gesloten houden. Deze
beschermen de voertuigstekkerdoos
tegen vervuiling en beschadiging.
Vóór het sluiten van de contactdoosklep
#
controleren, of het contactdoosdeksel
correct gesloten is. Anders kunnen
beschadigingen optreden en kan de
contactdoosklep niet meer worden
geopend.
Voorwaarden
De transmissie staat in de stand j.
R
Het aandrijfsysteem is niet gestart.
R
Het voertuig is ontgrendeld.
R
De motorkap is gesloten (gelijkstroomladen).
R
De laadkabel staat niet onder trekspanning.
R
Rijden en parkeren 145

Advertenties

loading