Download Print deze pagina

Mercedes-Benz EQV 2020 Handleiding pagina 170

Advertenties

%
Het mediadisplay bij een aanzienlijke beper‐
king van de bruikbaarheid, bijvoorbeeld als
gevolg van pixelfouten, laten repareren of ver‐
vangen.
Als u de velgmaat van uw voertuig wijzigt, contro‐
leer dan de toekenning hiervan bij de wieldiame‐
tergroep (
pagina 316). Als de toekenning zon‐
/
der een omcodering van de regeleenheden in het
voertuig wordt veranderd, kan de 360°-camera
niet exact worden gekalibreerd. Een correcte
weergave van de hulplijnen op rijbaanhoogte is
dan niet mogelijk.
De aanwijzingen voor het reinigen van de 360°-
camera in acht nemen (
360°-camera in- of uitschakelen
Voorwaarden
Het contact is ingeschakeld.
R
Het multimediasysteem is ingeschakeld.
R
U rijdt met matige snelheid.
R
Inschakelen
De toets Ô indrukken.
#
of
Wanneer de werking van de automatische
#
cameraweergave in het multimediasysteem is
geactiveerd, de achteruitversnelling inschake‐
len.
Met de weergegeven softkeys de betreffende
#
weergave selecteren (
Uitschakelen
De toets Ô indrukken.
#
of
Sneller dan 16 km/h vooruitrijden.
#
of
pagina 292).
/
pagina 165).
/
De transmissie in de stand j zetten.
#
Rear Cross Traffic Alert
Werking van de actieve parkeerassistent
De actieve parkeerassistent is een elektronische
parkeerhulp, die automatisch bij vooruitrijden tot
circa 35 km/h parkeerplekken aan beide zijden
van het voertuig zoekt en opmeet.
Wanneer aan alle voorwaarden wordt voldaan,
verschijnt de weergave Ç op het multifunctio‐
neel display. Het systeem zoekt en meet dan zelf‐
standig parkeerplekken aan beide zijden van het
voertuig parallel aan en dwars op de rijrichting.
Heeft de actieve parkeerassistent parkeerplekken
herkend, dan verschijnt de weergave È op het
multifunctioneel display. De pijlen geven aan, aan
welke zijde van de rijbaan herkende parkeerplek‐
ken aanwezig zijn.
De actieve parkeerassistent toont standaard de
parkeerplekken aan bijrijderszijde. De parkeer‐
plekken aan chauffeurszijde worden alleen weer‐
gegeven als de knipperlichten aan chauffeurszijde
zijn ingeschakeld. Om in te parkeren aan chauf‐
feurszijde moeten de knipperlichten net zo lang
knipperen, tot de actieve parkeerhulp met de
stuurwieltoets a is gestart.
De actieve parkeerassistent ondersteunt door
een actieve stuur- en remingreep bij het parkeren
en uitparkeren. De actieve remingreep is afhanke‐
lijk van de landspecifieke variant van het voer‐
tuig.
De actieve parkeerassistent is slechts een hulp‐
middel. Hij kan uw waarneming van de omgeving
niet vervangen. De chauffeur blijft altijd verant‐
woordelijk voor het veilig manoeuvreren en in- en
uitparkeren. Erop letten dat zich geen personen,
dieren of voorwerpen in de baan van het voertuig
bevinden.
De actieve parkeerassistent wordt onder andere
in de volgende gevallen afgebroken:
De PARKTRONIC-parkeerassistent wordt uit‐
R
geschakeld.
Er wordt gestuurd.
R
De parkeerrem wordt ingeschakeld.
R
U kunt niet meer parkeren met de actieve par‐
R
keerassistent.
Er wordt sneller dan 10 km/h gereden.
R
Een wiel draait door, het ESP
R
uit.
Rijden en parkeren 167
®
regelt of valt

Advertenties

loading