Werking van de gordelaanpassing
Voertuigen met PRE-SAFE
ligheidsgordel niet strak tegen het lichaam aan
ligt, kan automatisch een gordelaanpassing met
een bepaalde terugtrekkracht plaatsvinden. De
veiligheidsgordel daarbij niet vasthouden.
U kunt de gordelaanpassing via het multimedia‐
systeem in- of uitschakelen (
Veiligheidsgordel afdoen
De ontgrendelingsknop in het gordelslot
#
indrukken en de veiligheidsgordel met de gor‐
delslottong teruggeleiden.
Gordelaanpassing via het multimediasysteem
in- of uitschakelen
Multimediasysteem:
©
Instellingen
4
5
De
Gordelaanpassing
#
Werking van de gordelwaarschuwing voor
chauffeur en bijrijder
Het waarschuwingslampje veiligheidsgordel ü
op het instrumentendisplay maakt u erop attent,
dat alle inzittenden de veiligheidsgordel correct
moeten omgespen.
Bovendien kan een waarschuwingssignaal klin‐
ken.
De gordelwaarschuwing verdwijnt als de chauf‐
feur en de bijrijder de veiligheidsgordel hebben
omgegespt.
Alleen voor bepaalde landen: Ongeacht of de
chauffeur en bijrijder de veiligheidsgordel reeds
hebben omgegespt, brandt het waarschuwings‐
lampje veiligheidsgordels ü iedere keer na het
inschakelen van het contact gedurende zes
seconden. Deze dooft na het starten van de
motor, zodra de chauffeur en de bijrijder de veilig‐
heidsgordel hebben omgegespt.
®
: Als de voorste vei‐
pagina 31).
/
Voertuig
5
in- of uitschakelen.
Veiligheid voor inzittenden
Airbags
Overzicht van de airbags
Voertuigen met windowbag boven de voor‐
deur (voorbeeld)
1
Chauffeursairbag
2
Bijrijdersairbag
3
Windowbag
4
Sidebags
Voertuigen met windowbag voor alle rijen zit‐
plaatsen (voorbeeld)
1
Chauffeursairbag
2
Bijrijdersairbag
3
Windowbag
4
Sidebags
De inbouwplaats van een airbag is herkenbaar
aan het opschrift AIRBAG.
Een airbag kan bij activering het beschermingspo‐
tentieel voor de betreffende inzittende vergroten.
Mogelijk beschermingspotentieel per airbag:
Chauffeursairbag, bijrijdersairbag: Hoofd en
R
borstkas
Windowbag: Hoofd
R
Sidebag: Borstkas en bekken
R
31