Op het mediadisplay twee vingers naar elkaar
#
toe bewegen.
%
De maateenheid voor de schaal kan worden
ingesteld (
pagina 217).
/
Kaart verschuiven
Multimediasysteem:
©
Navigatie
4
5
Wanneer de kaart wordt weergegeven, op het
#
touchscreen de vinger in een willekeurige
richting bewegen.
Wanneer de kaart is verschoven, verschijnt in de
statusregel bijvoorbeeld de volgende informatie:
De afstand t.o.v. de actuele positie van het
R
voertuig wordt weergegeven.
Er wordt informatie over de momentele kaart‐
R
positie weergegeven, bijvoorbeeld de straat‐
naam.
De volgende functies zijn beschikbaar:
Een bestemming in de kaart selecteren
R
(
pagina 226).
/
Een speciale bestemming selecteren
R
(
pagina 224).
/
Verkeerssituatie in de kaart weergeven
R
(
pagina 242).
/
Deze functie is niet in alle landen beschik‐
baar.
Kaart op de actuele positie van het voer‐
#
tuig terugzetten: Het symbool \ aantip‐
pen.
Kaart draaien
Op het mediadisplay twee vingers naar links
#
of rechts draaien.
Kaartoriëntatie selecteren
Multimediasysteem:
©
Navigatie
4
5
Aanvullend
5
Weergave
selecteren.
#
Kaartoriëntatie
selecteren.
#
Een optie selecteren.
#
De punt # geeft de actuele instelling aan.
Z
5
MBUX multimediasysteem 245
De volgende opties staan ter beschikking:
Optie
2D
Rijrichting: De kaart is in 2D en
R
in rijrichting georiënteerd.
Optie
2D Noorden
R
2D en naar het noorden georiënteerd.
Optie 3D: De kaart is in 3D en in rijrich‐
R
ting georiënteerd.
of
Via snelle toegang: In de kaart herhaaldelijk
#
het kompassymbool Ä aantippen.
De weergave wisselt in de volgorde 3D,
Rijrichting
naar
2D Noorden
Wanneer de kaart wordt verschoven, kan tus‐
sen
3D
en
2D Noorden boven
seld.
Symbolen voor speciale bestemmingen voor
de kaartweergave selecteren
Multimediasysteem:
©
Navigatie
4
5
Speciale bestemmingen zijn bijvoorbeeld tanksta‐
tions en hotels. Deze kunnen als symbolen op de
kaart worden aangegeven. Niet alle speciale
bestemmingen zijn overal beschikbaar.
Persoonlijke speciale bestemmingen zijn bestem‐
mingen die u bijvoorbeeld op een usb-apparaat
hebt opgeslagen.
%
De weergave van symbolen voor speciale
bestemmingen in de kaart kunt u als favoriet
in- of uitschakelen.
Via snelle toegang in- en uitschakelen:
#
Indien beschikbaar,
in- of uitschakelen.
De symbolen voor speciale bestemmingen
worden op de kaart overeenkomstig de gese‐
lecteerde categorieën weergegeven.
of
In het menu in- en uitschakelen:
#
lend
selecteren.
Weergave
selecteren.
#
Kaartelementen
selecteren.
#
Symbolen spec. bestem.
#
Het menu
SYMBOLEN SPEC. BESTEM.
weergegeven.
Spec. bestem. weergeven
#
Categorieën selecteren
In het menu
SYMBOLEN SPEC. BESTEM. Alle
#
categorieën
r selecteren.
boven: De kaart is in
2D
boven.
worden gewis‐
Z
5
Symbolen spec. bestem.
Aanvul-
selecteren.
wordt
in- of uitschakelen.