Download Print deze pagina

Advertenties

Disclaimer
De volgende online-versie van de handleiding
beschrijft alle modellen, standaarduitrustingen en
opties van uw auto. Landspecifieke afwijkingen in
de taalvarianten zijn mogelijk. Neem in acht dat
uw auto mogelijk niet met alle beschreven func-
ties is uitgerust. Dit betreft ook veiligheidsrele-
vante systemen en functies.
Neem alstublieft contact op met uw geautori-
seerde Mercedes-Benz-dealer om een gedrukte
handleiding voor andere modellen en modeljaren
te ontvangen. De online-handleiding is altijd de
meest actuele versie. Er kon geen rekening wor-
den gehouden met alle afwijkingen met het daad-
werkelijke voertuig, omdat Mercedes-Benz haar
voertuigen continu aanpast aan de nieuwste stand
der techniek en de vorm en uitvoering wijzigt.
Ook de gedrukte handleiding, aanvullende docu-
menten en de digitale handleiding lezen.
Auteursrecht
Alle rechten voorbehouden. Alle teksten,foto's en
afbeeldingen vallen onder het auteursrecht en
andere wetten ter bescherming van intellectueel
eigendom. Deze mogen niet voor handelsdoelein-
den of voor verspreiding worden gekopieerd, noch
veranderd en op andere websites worden
gebruikt.

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Mercedes-Benz W205 C-Klasse 2019

  • Pagina 1 Dit betreft ook veiligheidsrele- vante systemen en functies. Neem alstublieft contact op met uw geautori- seerde Mercedes-Benz-dealer om een gedrukte handleiding voor andere modellen en modeljaren te ontvangen. De online-handleiding is altijd de meest actuele versie. Er kon geen rekening wor-...
  • Pagina 2 C-Klasse Limousine Handleiding Mercedes-Benz...
  • Pagina 3 Het hoofdstuk "Kinderen in de auto" in acht Waarschuwing passagiersairbag nemen. & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of levensgevaar bij ingeschakelde passa‐ giersairbag Als de passagiersairbag is ingeschakeld, kan een kind op de passagiersstoel bij een onge‐ val door de passagiersairbag worden geraakt. NOOIT een naar achteren gericht kinderbe‐...
  • Pagina 4 Mercedes-Benz behoudt zich daarom het recht Welkom in de wereld van Mercedes-Benz voor de volgende punten te wijzigen: Voor de eerste rit dient u zich aan de hand van vorm deze handleiding vertrouwd te maken met de auto. Voor uw eigen veiligheid en voor een lan‐...
  • Pagina 5 Exterieurverlichting ........147 Openen en sluiten ........80 Terugname van de oude auto ......21 Interieurverlichting ........156 Sleutel ............80 Mercedes-Benz originele onderdelen .... 22 Lampjes vervangen (auto's met halo‐ Portieren ............84 Handleiding ..........23 geenkoplampen) ......... 157 Bagageruimte ..........
  • Pagina 6 Inhoudsopgave Gebied met meerdere weergaven instel‐ Klimaatregeling ........167 Pechhulp ........... 415 len .............. 291 Overzicht temperatuurregelsystemen ..167 Noodgeval ........... 415 Overzicht van de weergaven op het mul‐ Temperatuurregelsysteem bedienen ... 168 Bandenpech ..........417 tifunctioneel display ........292 Accu (auto) ..........
  • Pagina 7 Inhoudsopgave Bedrijfsstoffen ..........470 Autogegevens ..........479 Aanhangwagenvoorziening ......481 Displaymeldingen met waarschu‐ wings- en controlelampjes ...... 484 Displaymeldingen ........484 Waarschuwings- en controlelampjes ... 541 Trefwoordenregister ........ 556...
  • Pagina 8 Symbolen In deze handleiding vindt u de volgende symbo‐ Geeft een oorzaak aan * AANWIJZING Materiële schade door het len: niet in acht nemen van aanwijzingen m.b.t. materiële schade & GEVAAR Gevaar door het niet in acht Aanwijzingen m.b.t. materiële schade wijzen nemen van waarschuwingsaanwijzingen op risico's die tot schade aan de auto kunnen Waarschuwingsaanwijzingen wijzen op geva‐...
  • Pagina 9 In één oogopslag – Cockpit Linkse besturing...
  • Pagina 10 In één oogopslag – Cockpit → → Stuurwielschakelpaddles ECO start-stopsysteem → → Combischakelaar Actieve parkeerassistent → → DIRECT SELECT-keuzehendel Voertuighoogte instellen → → Mediadisplay DYNAMIC SELECT-schakelaar → → Dashboardkastje Bedieningspaneel voor multimediasysteem (stuurwiel) → Start-stoptoets → Stuurwiel instellen → Temperatuurregelsystemen →...
  • Pagina 11 In één oogopslag – Cockpit → Actieve spoorassistent → PARKTRONIC-parkeerassistent → Head-up-display...
  • Pagina 13 In één oogopslag – Waarschuwings- en controlelampjes Instrumentendisplay standaard...
  • Pagina 14 In één oogopslag – Waarschuwings- en controlelampjes → → Snelheidsmeter ! ABS vertoont een storing → → L Afstandswaarschuwing 6 Veiligheidssysteem → → Ð Elektrische stuurbekrachtiging vertoont ü Veiligheidsgordel niet omgegespt een storing → K Grootlicht → #! Knipperlichten → L Dimlicht →...
  • Pagina 15 In één oogopslag – Waarschuwings- en controlelampjes Instrumentendisplay in de widescreen cockpit...
  • Pagina 16 In één oogopslag – Waarschuwings- en controlelampjes → → Snelheidsmeter ! Elektrische parkeerrem gesloten (rood) → → #! Knipperlichten 6 Veiligheidssysteem → → Multifunctioneel display ï Aanhangwagenvoorziening niet bedrijfs‐ klaar → R Mistachterlicht → J Remmen (rood) → K Grootlicht →...
  • Pagina 17 In één oogopslag – Bedieningspaneel dakconsole...
  • Pagina 18 Toets voor de service-oproep (Mercedes me connect) → | Automatische besturing van interieur‐ → verlichting in- en uitschakelen Brillenbox → SOS-noodoproepsysteem (Mercedes-Benz 3 Panoramaschuifdak openen en sluiten noodoproepsysteem) → Rolzonneschermen openen of sluiten → c Interieurverlichting voorin in- en uit‐ →...
  • Pagina 19 In één oogopslag – Portierbedieningseenheid en stoelinstellingen...
  • Pagina 20 In één oogopslag – Portierbedieningseenheid en stoelinstellingen → → Geheugenfunctie bedienen & % Auto ver- en ontgrendelen → → Stoel elektrisch instellen Stoellengterichting instellen → → Stoelverwarming in- en uitschakelen Alleen auto's met zitcomfortpakket: Zitting‐ diepte instellen → Stoelventilatie in- en uitschakelen →...
  • Pagina 21 In één oogopslag – In geval van nood en pech...
  • Pagina 22 In één oogopslag – In geval van nood en pech → → QR-codes voor het bepalen van de reddings‐ Alarmknipperlichtinstallatie kaart → Brandblusser → Veiligheidsvesten → Tankdopklep met aanwijzingsplaatjes voor Toetsen voor SOS-noodoproepsysteem en bandenspanning, brandstofsoort en QR-codes pechhulp-oproep voor het bepalen van de reddingskaart →...
  • Pagina 23 Sommige hoofdstukken in de digitale handlei‐ soonlijk opgeslagen favorieten. ding, zoals de waarschuwingsaanwijzingen, kun‐ nen door middel van markeren en drukken zicht‐ baar worden gemaakt. De handleiding vindt u eveneens in de Mercedes-Benz Guides app in de gangbare App Stores.
  • Pagina 24 U kunt een bijdrage aan de milieubescher‐ Alleen voor EU-landen: afstand houden. ming leveren door uw auto op milieuvriende‐ Mercedes-Benz neemt uw oude auto weer terug lijke wijze te gebruiken. Daartoe de volgende Veelvuldig en sterk accelereren en rem‐ om deze overeenkomstig de richtlijn autowrak‐...
  • Pagina 25 Mercedes-Benz, ondanks voort‐ In deze gebieden geen accessoires durende marktverkenningen, niet beoordelen. monteren zoals een audiosysteem. Ook als in een enkel geval een goedkeuring door Geen reparaties of laswerkzaamheden een keuringsinstantie of officiële instantie aan‐ uitvoeren. wezig is, neemt Mercedes-Benz geen verant‐...
  • Pagina 26 Bij een negatieve invloed op de uitstoot van servicewerkplaats. gekwalificeerde werkplaats. uitlaatgassen of de geluidsproductie. De handleiding en het onderhoudsboekje zijn Bij het bestellen van Mercedes-Benz originele belangrijke documenten en moeten in de auto & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ onderdelen altijd het voertuigidentificatienum‐ bewaard worden.
  • Pagina 27 Algemene aanwijzingen pelde onderdelen nadelig beïnvloeden. Met het uitlaatsysteem in contact komen, kunnen Een zwaar voorwerp slaat tegen de name kunnen ook veiligheidsrelevante syste‐ deze materialen ontsteken. bodemplaat of onderdelen van het onder‐ men getroffen zijn. stel. Tijdens het rijden op onverharde wegen Daardoor kunnen deze niet meer zoals of in het terrein regelmatig de onder‐...
  • Pagina 28 2014/53/EU. Meer informatie is krijgen. verkrijgbaar bij een Mercedes-Benz-servicewerk‐ Hoogspanningsonderdelen kunnen bij een plaats. ongeval ook onzichtbaar beschadigd worden. Alle werkzaamheden aan hoogspanningscompo‐...
  • Pagina 29 Algemene aanwijzingen Sensoren voor de bandenspanningscontrole Mobiele communicatie & telematica Kathrein Automotive GmbH & Co. KG, Römer‐ Schrader Electronics Ltd., 11 Technology Park, ring 1, 31137 Hildesheim, Germany Harman Becker Automotive Systems GmbH, Belfast Road, Antrim BT41 1QS, Northern Ireland Postfach 2260, 76303 Karlsbad, Germany Portiergrepen met Near Field Communica‐...
  • Pagina 30 Algemene aanwijzingen Mercedes-Benz gebruik van de volgende radio‐ grafische toepassingen. Soort radiografische toepassingen in de auto Frequentiebereik Technologie Zendvermogen/sterkte van het magnetisch veld 20 kHz (9 - 90 kHz) Afstandsbediening ≤ 72 dBμA/m bij 10 m 125 kHz (119 - 135 kHz) Afstandsbediening ≤...
  • Pagina 31 Algemene aanwijzingen Frequentiebereik Technologie Zendvermogen/sterkte van het magnetisch veld 24,05 - 24.25 GHz* 24 GHz ISM radar ≤ 100 mW e.i.r.p. 24,25 – 26,65 GHz* 24 GHz UWB radar ≤ -41,3 dBm/MHz e.i.r.p mean ≤ 0 dBm/50MHz e.i.r.p. peak 76 – 77 GHz 76 GHz radar ≤...
  • Pagina 32 Alleen apparaten op de diagnose-inter‐ DIN EN 55014-1 05-05-2015 face van de auto aansluiten die door DIN EN 55014-2:2009-06 Mercedes-Benz voor de auto zijn vrijge‐ Datum Fabrikant: Dunlop Tech GmbH geven. Ondertekend door: Adres: Birkenhainerstrasse 77, 63450 Hanau Director of Quality...
  • Pagina 33 Algemene aanwijzingen Een gekwalificeerde werkplaats beschikt over de & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ * AANWIJZING Accu-ontlading door het benodigde vakkennis, uitrusting en kwalificatie len door voorwerpen in de beenruimte gebruik van apparaten op de diagnose- om de vereiste werkzaamheden uit te voeren. Dit van de bestuurder interface geldt in het bijzonder voor veiligheidsrelevante...
  • Pagina 34 Als de auto bij een niet-geautoriseerde dealer daards is aangeschaft. * AANWIJZING Schade aan de auto door schending van de aanwijzingen in deze Als de auto nog niet bij een Mercedes-Benz- handleiding servicewerkplaats is onderzocht. Informatie over de REACH-verordening Alleen voor EU- en EFTA-landen: Door schending van de aanwijzingen in deze De auto bij voorkeur bij een Mercedes-Benz-ser‐...
  • Pagina 35 Meer informatie vindt u onder http:// deze gegevens is tijdelijk en wordt alleen in de bandenspanning) www.mercedes-benz.de/qr-code. auto zelf verwerkt. Slechts een gering deel van Statusmeldingen van de auto of van afzon‐ de gegevens wordt in het gebeurtenis- of sto‐...
  • Pagina 36 Algemene aanwijzingen sten zijn bijvoorbeeld reparaties, onderhoud, Adresboekgegevens om te gebruiken in com‐ Onderstel- en klimaatregelingsinstellingen garantiegevallen en kwaliteitswaarborgingsmaat‐ binatie met een geïntegreerde handsfree- Individualiseringen zoals interieurverlichting regelen. Het uitlezen vindt plaats via de wettelijk installatie of een geïntegreerd navigatiesys‐ Wanneer uw auto overeenkomstig is uitgerust, voorgeschreven aansluiting voor de diagnose- teem...
  • Pagina 37 In sommige mobiel eindapparaat (bijvoorbeeld een smart‐ gevallen geldt dit ook voor de gehele gegevens‐ http://www.mercedes-benz.com/opensource phone). Via deze mobiele-gegevensverbinding verbinding van de auto. Een uitzondering hierop kunnen online-functies worden gebruikt. Daaron‐...
  • Pagina 38 Het veiligheidssysteem kan dan de inzitten‐ Personen kleiner dan 1,50 m moeten altijd in Kinderzitjebevestigingen den niet meer zoals bedoeld beschermen en een voor Mercedes-Benz-auto's geschikt aan‐ bijvoorbeeld bij een ongeval uitvallen of Het veiligheidssysteem kan bij een ongeval vullend veiligheidssysteem worden beveiligd.
  • Pagina 39 Veiligheid voor inzittenden Mercedes-Benz adviseert om voertuigaanpassin‐ Alleen voor bepaalde landen: Over de kop & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel gen te gebruiken die Mercedes-Benz voor uw slaan door storingen in de werking van het vei‐ voertuig heeft goedgekeurd. ligheidssysteem De activeringsdrempels voor de onderdelen van...
  • Pagina 40 Veiligheid voor inzittenden De onderdelen van het veiligheidssysteem Mercedes-Benz adviseert om de auto na een Sidebags Aanrijding van opzij kunnen onafhankelijk van elkaar worden ongeval naar een gekwalificeerde werkplaats te geactiveerd: laten slepen. Dit advies in het bijzonder opvolgen Windowbag Aanrijding van opzij, nadat een gordelspanner of airbag is geacti‐...
  • Pagina 41 Veiligheid voor inzittenden Altijd de aanwijzingen met betrekking tot de cor‐ De veiligheidsgordel mag nooit over scherpe, Veiligheidsgordels recte stand van de chauffeursstoel en het instel‐ spitse, schurende of breekbare voorwerpen Beschermingspotentieel van de veiligheids‐ len van de stoelen in acht nemen lopen.
  • Pagina 42 Veiligheid voor inzittenden Beperking van het beschermingspotentieel & WAARSCHUWING Letsel‑ of levensge‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of van de veiligheidsgordel vaar zonder aanvullend veiligheidssys‐ levensgevaar door beschadigde of gewij‐ teem voor kleine personen zigde veiligheidsgordels & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of Personen kleiner dan 1,50 m kunnen de vei‐...
  • Pagina 43 Veiligheid voor inzittenden Mercedes-Benz adviseert om het voertuig na een De veiligheidsgordel bij de gordeldoorvoer‐ Nooit de veiligheidsgordels, gordelspan‐ ongeval naar een gekwalificeerde werkplaats te opening in de rugleuning circa 25 mm eruit ners, gordelverankeringen en gordelo‐ laten slepen. trekken en weer loslaten.
  • Pagina 44 Veiligheid voor inzittenden Auto's met automatische uitschakeling pas‐ De veiligheidsgordel altijd slechts voor sagiersairbag: één persoon gebruiken. * AANWIJZING Activeren van de gordel‐ spanner en sidebags bij onbezette passa‐ Werking van de gordelaanpassing giersstoel ® Auto's met PRE-SAFE : Als de voorste veilig‐ Als de gordelslottong van de veiligheidsgor‐...
  • Pagina 45 Veiligheid voor inzittenden Gordelaanpassing via het multimediasys‐ Werking van de statusindicatie veiligheids‐ Airbags teem in- of uitschakelen gordels achterin Overzicht van de airbags Multimediasysteem: De statusindicatie veiligheidsgordels achterin is alleen in bepaalde landen beschikbaar. Voertuig î Voertuiginstellingen Gordelaanpassing De functie in- O of uitschakelen ª. Werking van de gordelwaarschuwing voor bestuurder en passagier Het waarschuwingslampje veiligheidsgordel...
  • Pagina 46 Veiligheid voor inzittenden Mogelijk beschermingspotentieel per airbag: NOOIT een naar achteren gericht kinderbe‐ * AANWIJZING Bij onbezette passagiers‐ veiligingssysteem op een stoel met INGE‐ AIRBAG Mogelijk beschermings‐ stoel beslist in acht nemen SCHAKELDE FRONTAIRBAG gebruiken, want potentieel voor: Bij een ongeval kunnen aan passagierszijde dat kan voor het kind DODELIJKE of ERN‐...
  • Pagina 47 Veiligheid voor inzittenden Beschermingspotentieel van de airbags De voeten moeten zich altijd op de vloer De volgende aanwijzingen in acht nemen. bevinden. Uw voeten bijvoorbeeld niet op de Afhankelijk van de ongevalssituatie kan een air‐ Altijd controleren of zich geen voorwer‐ cockpit leggen.
  • Pagina 48 Alleen stoelhoezen gebruiken die Bovendien mag geen aansluitkabel, span‐ Als de afdekking van een airbag wordt gewij‐ Mercedes-Benz voor de betreffende band of bevestigingsriem in het ontplooiings‐ zigd of als voorwerpen, bijvoorbeeld ook stic‐ stoel heeft goedgekeurd. gebied van een airbag lopen of worden kers, daarop worden aangebracht, kan de air‐...
  • Pagina 49 Veiligheid voor inzittenden stoel zit of dat een kinderzitjesbevestigingssys‐ mogelijk tegen de rugleuning van de passa‐ Nooit de portieren of delen waarvan teem op de stoel is gemonteerd. Dienovereen‐ giersstoel aan liggen. wijzigen. komstig wordt de passagiersairbag in- of uitge‐ Het kinderzitjesbevestigingssysteem mag Werkzaamheden aan portieren of por‐...
  • Pagina 50 Veiligheid voor inzittenden De leuning van een naar voren gericht & WAARSCHUWING Letsel‑ of levensge‐ Voor en ook tijdens het rijden de cor‐ kinderzitjesbevestigingssysteem moet recte status van de passagiersairbag vaar bij uitgeschakelde passagiersairbag zo volledig mogelijk tegen de rugleuning controleren.
  • Pagina 51 Veiligheid voor inzittenden Werking van de PASSENGER AIR BAG contro‐ Zelfdiagnose van de automatische uitschake‐ de passagiersstoel gebruiken. In dit geval ook lelampjes ling passagiersairbag geen kinderzitjesbevestigingssysteem op de pas‐ Bij ingeschakeld contact branden beide controle‐ sagiersstoel monteren. De automatische uitscha‐ lampjes PASSENGER AIR BAG ON en OFF tijdens keling passagiersairbag direct bij een gekwalifi‐...
  • Pagina 52 Veiligheid voor inzittenden In plaats daarvan het naar achteren gerichte kin‐ lampje PASSENGER AIR BAG OFF is gedoofd, Door de airbag wordt geraakt, als het derzitjesbevestigingssysteem op een geschikte kan de passagiersairbag bij een ongeval wor‐ controlelampje PASSENGER AIR BAG OFF zitplaats achterin monteren.
  • Pagina 53 Veiligheid voor inzittenden Er zit een persoon op de passagiersstoel: PASSENGER AIR BAG OFF is gedoofd: De Bij bezette passagiersstoel altijd het vol‐ PASSENGER AIR BAG OFF kan continu branden passagiersstoel zo ver mogelijk naar ach‐ gende controleren: of gedoofd zijn, afhankelijk van het postuur van teren zetten of voor de persoon met klein De classificatie van de persoon op de de persoon.
  • Pagina 54 Veiligheid voor inzittenden door een kort geluidssignaal bij ingeschakeld ® Functie van PRE-SAFE PLUS (preventieve ® PRE-SAFE systeem multimediasysteem. inzittendenbescherming Plus) ® Functie van PRE-SAFE (preventieve inzitten‐ ® De PRE-SAFE PLUS kan een dreigende aanrij‐ denbescherming) * AANWIJZING Beschadiging door voor‐ ding herkennen, met name een aanrijding van werpen in de beenruimte of achter de ®...
  • Pagina 55 Mercedes-Benz adviseert voor een betere Een kinderzitjesbevestigingssysteem is bijvoor‐ Het systeem voert in de volgende situaties geen bescherming van kinderen jonger dan 12 jaar of...
  • Pagina 56 ISOFIX- of i-Size bevestigingsbeugels is verkrijgbaar in een gekwalificeerde werk‐ Baby's en kleine kinderen hebben relatief het veiligheidsgordelsysteem van de auto plaats. Mercedes-Benz adviseert een Mercedes- zwakke nekspieren in verhouding tot de grootte de Top Tether-verankeringen Benz-servicewerkplaats. en het gewicht van hun hoofd. In een naar achte‐...
  • Pagina 57 Veiligheid voor inzittenden Kinderzitjesbevestigingssysteem met de Het kind kan dan bij een ongeval, remma‐ & WAARSCHUWING Letsel of levensge‐ veiligheidsgordel op de zitplaats achterin noeuvre of abrupte verandering van richting vaar door onbeveiligde kinder‑zitjesbe‐ bevestigen ( pagina 73). niet worden tegengehouden. vestigingssystemen in de auto Kinderzitjesbevestigingssysteem met de Beslist de montagehandleiding van de...
  • Pagina 58 De bevestigingssystemen van de kin‐ bijvoorbeeld met een deken bescher‐ derzitjesbevestigingssystemen direct bij men. Mercedes-Benz adviseert u voor het reinigen van een gekwalificeerde werkplaats laten Voordat het kind hierin wordt beveiligd de door Mercedes-Benz geadviseerde kinderzit‐ controleren, voordat weer een kinderzit‐...
  • Pagina 59 Dieren nooit zonder toezicht in de auto Uitstappen en door het verkeer worden De sleutel buiten bereik van kinderen laten. gegrepen. bewaren. Overzicht geadviseerde kinderzitjesbevestigingssystemen Meer informatie over correcte kinderzitjesbevestigingssystemen is verkrijgbaar bij een gekwalificeerde werkplaats. Mercedes-Benz adviseert een Mercedes-Benz-servicewerkplaats.
  • Pagina 60 Veiligheid voor inzittenden Bevestiging met ISOFIX Gewichtsgroep Type Bestelnummer Grootteklasse Goedkeuringsnummer 1 Fabrikant: Britax Römer 2 Met kleurcode 9H95 Groep 0+: BABY SAFE plus B6 6 86 8224 tot 13 kg en tot circa 15 maanden E1 04 301 146 Grootteklasse E Groep I: DUO plus...
  • Pagina 61 Veiligheid voor inzittenden Gewichtsgroep Type Bestelnummer Goedkeuringsnummer Groep 0+: BABY SAFE plus II A 000 970 13 02 tot 13 kg en tot circa 15 maanden E1 04 301 146 Groep I: DUO plus A 000 970 17 02 9 tot 18 kg en van circa 9 maanden tot 4 jaar E1 04 301 133 Groep II/III: KIDFIX...
  • Pagina 62 Veiligheid voor inzittenden Overzicht geschikte zitplaatsen in de auto voor het aanbrengen van een kinderzitjesbevestigingssysteem Bevestigingssystemen voor kinderzitjesbevestigingssystemen Zitplaats Linker/rechter zitplaats achterin Geprefereerd bevestigingssysteem: Alternatief bevestigingssysteem: ISOFIX-kinderzitjesverankering Veiligheidsgordel van de zitplaats ( pagina 70) pagina 62) i-Size kinderzitjebevestiging ( pagina 65) Indien aanwezig, Top Tether tevens bevestigen pagina 68) Passagiersstoel...
  • Pagina 63 Veiligheid voor inzittenden Zitplaats Middelste zitplaats achterin Bevestigingssysteem: Veiligheidsgordel van de zitplaats ( pagina 70) Toelatingscategorieën voor kinderzitjesbe‐ Afhankelijk van de toelatingscategorie van het Toelatingscategorieën volgens UN-R44 vestigingssystemen kinderzitjesbevestigingssysteem kunnen verdere gegevens aanwezig zijn, zoals de ISOFIX-grootte‐ Alleen toegestane kinderzitjesbevestigings‐ klasse.
  • Pagina 64 Veiligheid voor inzittenden Universal: Kinderzitjesbevestigingssystemen kant van het kinderzitjesbevestigingssysteem zichten met betrekking tot de geschiktheid van de categorie "Universal" zijn toegestaan zijn aangegeven. van de zitplaatsen voor de bevestiging van voor het inbouwen in auto's. Ze kunnen over‐ kinderzitjesbevestigingssystemen op de met Toelatingscategorieën volgens UN-R129 i‑U gekenmerkte zitplaatsen worden gebruikt.
  • Pagina 65 Veiligheid voor inzittenden die met veiligheidsgordels worden vastgezet pagina 70). Kinderzitjesbevestigingssysteem met ISOFIX of i-Size op de zitplaats achterin bevestigen Overzicht geschiktheid van zitplaatsen voor bevestiging van ISOFIX-kinderzitjesbevestigingsystemen ISOFIX-kenmerk ISOFIX is een gestandaardiseerd bevestigingssysteem voor speciale kinderzitjesbevestigingssystemen. Het symbool geeft de geschikte zitplaatsen aan voor de bevestiging van een ISOFIX-kinderzitjesbevestigingsysteem conform UN-R44 pagina 60).
  • Pagina 66 Veiligheid voor inzittenden Gewichtsgroep 0 (tot 10 kg en tot circa 6 maanden) Grootteklasse: Systeem: Linker/rechter zitplaats achterin ISO/R1 IL Geschikt voor ISOFIX-kinderzitjesbevestigingsystemen overeenkomstig de tabel in "Overzicht van de geadviseerde kinderzitjesbevesti‐ gingssystemen" of als de auto en de zitplaats in de autotypelijst van de fabrikant van het kinderzitjesbevestigingssysteem zijn vermeld. Gewichtsgroep 0+ (tot 13 kg en tot circa 15 maanden) Grootteklasse: Systeem:...
  • Pagina 67 Veiligheid voor inzittenden Gewichtsgroep I (9–18 kg en circa 9 maanden tot 4 jaar) Grootteklasse: Systeem: Linker/rechter zitplaats achterin ISO/R2 ISO/R3 IL (1) ISO/F2 ISO/F2X ISO/F3 IL Geschikt voor ISOFIX-kinderzitjesbevestigingsystemen overeenkomstig de tabel in "Overzicht van de geadviseerde kinderzitjesbevesti‐ gingssystemen" of als de auto en de zitplaats in de autotypelijst van de fabrikant van het kinderzitjesbevestigingssysteem zijn vermeld. IUF Geschikt voor naar voren gerichte ISOFIX-kinderzitjesbevestigingsystemen van de categorie "Universal"...
  • Pagina 68 Veiligheid voor inzittenden Overzicht geschiktheid van zitplaatsen voor bevestiging van i‑Size-kinderzitjesbevestigingssystemen i-Size-kenmerk i‑Size is een gestandaardiseerd bevestigingssysteem voor speciale kinderzitjesbevestigingssystemen. Het symbool geeft de geschikte zitplaatsen aan voor de bevestiging van een i‑Size-kinderzitjesbevestigingssysteem conform UN-R129 pagina 60). Er mogen kinderzitjesbevestigingssystemen worden bevestigd die zijn toegestaan conform: UN-R44 overeenkomstig de ISOFIX-tabellen ( pagina 62), of UN-R129 overeenkomstig de volgende i‑Size-tabel...
  • Pagina 69 Veiligheid voor inzittenden ISOFIX- of i‑Size-kinderzitjesbevestigingssys‐ Wanneer de linker en rechter rugleuning niet met geïntegreerde veiligheidsgordel niet teem op de zitplaats achterin inbouwen vastgeklikt en vergrendeld zijn, wordt dit op het meer voldoende. De ISOFIX- of i‑Size-kinder‐ multifunctioneel display van het combi-instru‐ zitjesbevestigingssystemen kunnen overbe‐...
  • Pagina 70 Veiligheid voor inzittenden Regelmatig controleren dat het toegestaan gebeuren dat het kinderzitjesbevestigings‐ totaalgewicht van kind en kinderzitjesbevesti‐ systeem niet op de maximumgrootte kan Bij de montage van een ISOFIX-kinderzit‐ gingssysteem wordt aangehouden. worden ingesteld, bijvoorbeeld door moge‐ jesbevestigingsysteem daarnaast ook het vol‐ lijk contact met het dak.
  • Pagina 71 Veiligheid voor inzittenden fende stoel uitbouwen. Bovendien moet de * AANWIJZING Beschadiging van de veilig‐ leuning van het kinderzitjesbevestigingssys‐ heidsgordel van de middelste zitplaats bij teem zo volledig mogelijk tegen de rugleu‐ de montage van het kinderzitjesbevesti‐ ning van de zitplaats aan liggen. gingssysteem Na het uitbouwen van het kinderzitjesbeves‐...
  • Pagina 72 Veiligheid voor inzittenden Top Tether kan het gevaar voor letsel ver‐ De afdekking van de Top Tether-veranke‐ Daardoor kunnen kinderzitjesbevestigings‐ minderen. De Top Tether-gordel biedt de ring omhoogklappen. systemen niet meer zoals bedoeld bescher‐ mogelijkheid voor een extra verbinding men. Niet vergrendelde rugleuningen van de Het ISOFIX- of i‑Size-kinderzitjesbevesti‐...
  • Pagina 73 Veiligheid voor inzittenden De Top Tether-gordel spannen. Daarbij de kinderzitjesbevestigingssysteem in acht Tether-gordel niet in het verloop wordt montagehandleiding van de fabrikant van het nemen. gehinderd. De afdekking van de Top Tether-veranke‐ ring omlaagklappen. Indien nodig de hoofdsteun omlaagschui‐ ven ( pagina 117).
  • Pagina 74 Veiligheid voor inzittenden Gewichtsgroep Linker/rechter zitplaats achterin Middelste zitplaats achterin Groep III: 22 tot 36 kg U, L U, L U Geschikt voor kinderzitjesbevestigingssystemen van de categorie "Universal" in deze gewichtsgroep. L Geschikt voor semi-universele kinderzitjesbevestigingssystemen overeenkomstig de tabel in "Geadviseerde kinderzitjesbevestigingssystemen", of als de auto en de zitplaats in de autotypelijst van de fabrikant van het kinderzitjesbevestigingssysteem zijn aangegeven.
  • Pagina 75 Veiligheid voor inzittenden Passagiersstoel Gewichtsgroep Passagiersairbag geactiveerd Passagiersairbag uitgeschakeld 1, 2 1 De zittinghoek zo instellen dat de voorste rand van de zitting zich in de boven‐ 2 De auto is uitgerust met automatische uitschakeling passagiersairbag: Het con‐ ste en de achterste rand van de zitting zich in de onderste positie bevinden. trolelampje PASSENGER AIR BAG OFF moet branden.
  • Pagina 76 Veiligheid voor inzittenden Kinderzitjesbevestigingssysteem met de vei‐ Als de rugleuning achterin niet vergrendeld is, is groep I: Indien mogelijk de hoofdsteunen ligheidsgordel op de zitplaats achterin de rode vergrendelingsindicator zichtbaar. van de betreffende stoel uitbouwen. bevestigen Bij de montage van een met een gordel beves‐ Na het uitbouwen van het kinderzitjesbeves‐...
  • Pagina 77 Veiligheid voor inzittenden Aanwijzingen voor auto's zonder automati‐ O Ervoor zorgen dat de voeten van het kind de Beslist de volgende aanwijzingen in acht nemen: voorstoel niet kunnen raken. Indien nodig de sche uitschakeling passagiersairbag Een naar achteren gericht kinderzitjesbeves‐ voorstoel iets naar voren instellen.
  • Pagina 78 Veiligheid voor inzittenden Aanwijzingen met betrekking tot naar achte‐ De specifieke aanwijzingen bij naar achteren en Bij het gebruik van een naar achteren gericht ren en naar voren gerichte kinderzitjesbeves‐ naar voren gerichte kinderzitjesbevestigingssys‐ kinderzitjesbevestigingssysteem op de pas‐ tigingssystemen op de passagiersstoel temen in acht nemen ( pagina 75).
  • Pagina 79 Veiligheid voor inzittenden De aanwijzingen onder "Geschiktheid van de sen het dak en het zitvlak worden inge‐ Het kinderzitjesbevestigingssysteem aan‐ zitplaatsen voor de bevestiging van kinder‐ bouwd. De rugleuninghoek overeenkomstig brengen. zitjesbevestigingssystemen" in acht nemen instellen. Het draagvlak van het kinderzitjesbevesti‐ pagina 70).
  • Pagina 80 Veiligheid voor inzittenden Kinderbeveiligingen Kinderen nooit zonder toezicht in het & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ voertuig laten. len en letsel als kinderen zonder toezicht Kinderslot voor achterportieren vergrende‐ in de auto worden achtergelaten len/ontgrendelen Bij het verlaten van het voertuig altijd de sleutel meenemen en het voertuig Wanneer kinderen meerijden, kunnen deze &...
  • Pagina 81 Veiligheid voor inzittenden Kinderslot voor zijruiten achterin vergrende‐ tale voertuigsleutel" via Mercedes me len/ontgrendelen connect is geactiveerd. Auto's voor het Verenigd Koninkrijk: De belang‐ rijke veiligheidsaanwijzingen in het hoofdstuk "Aanwijzingen met betrekking tot de extra por‐ tiervergrendeling" in acht nemen. Kindersloten zijn aanwezig voor de achterportie‐...
  • Pagina 82 Veiligheid voor inzittenden Het controlelampje is gedoofd: Met Dieren nooit zonder toezicht in de auto de schakelaar op het betreffende achter‐ laten. portier of het bestuurdersportier. Dieren tijdens het rijden altijd goed beveiligen, bijvoorbeeld in een geschikte transportbox. Aanwijzingen met betrekking tot huisdieren in de auto &...
  • Pagina 83 Openen en sluiten Sleutel Kinderen nooit zonder toezicht in het voertuig laten. Overzicht sleutelfuncties Bij het verlaten van het voertuig altijd de sleutel meenemen en het voertuig & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ vergrendelen. len en letsel als kinderen zonder toezicht in het voertuig worden achtergelaten De sleutel buiten bereik van kinderen bewaren.
  • Pagina 84 Openen en sluiten Als de auto niet binnen circa 40 seconden na het Duitsland, is het gebruik van het akoestisch ontgrendelen wordt geopend, wordt deze weer sluitsignaal wettelijk niet toegestaan (in vergrendeld. De diefstalbeveiliging wordt Duitsland conform §16 Abs. 1 en §30 Abs. 1 opnieuw geactiveerd.
  • Pagina 85 Openen en sluiten Bestuurdersportier en tankdopklep ontgren‐ Deactiveren: De toets ß van de sleutel Verwijderen: De ontgrendelingsknop delen. tweemaal kort na elkaar indrukken. indrukken. Het batterijcontrolelampje van de sleutel De noodsleutel wordt iets naar buiten Tussen de instellingen omschakelen: De gaat tweemaal kort en eenmaal lang bran‐...
  • Pagina 86 Wanneer batterijen zijn ingeslikt, zo de pijl openschuiven. Mercedes-Benz adviseert de batterij te laten ver‐ snel mogelijk naar een arts gaan. vangen bij een gekwalificeerde werkplaats. Het deksel in de richting van de pijl open‐...
  • Pagina 87 Openen en sluiten Problemen met de sleutel Probleem Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen U kunt de auto niet meer ver- of ont‐ Mogelijke oorzaken: grendelen. De batterij van de sleutel is zwak of leeg. Een sterke radiobron veroorzaakt een storing. De sleutel is defect.
  • Pagina 88 Openen en sluiten Portieren van binnenuit ontgrendelen en ope‐ Auto van binnenuit centraal ver- en ontgren‐ Wanneer zich personen in de auto delen bevinden, nooit de extra portiervergren‐ deling activeren. Alleen voor het Verenigd Koninkrijk: De aanwijzingen voor de extra portiervergrende‐ De extra portiervergrendeling wordt in de vol‐...
  • Pagina 89 De auto wordt afwisselend ver- en ontgren‐ http://www.mercedes.me in te voeren. deld. Informatie over geschikte mobiele telefoons is verkrijgbaar bij uw Mercedes-Benz-ser‐ Bij verlies van de mobiele telefoon de dienst vicewerkplaats of via internet onder http:// "Digitale voertuigsleutel" in Mercedes me con‐...
  • Pagina 90 Openen en sluiten Auto met KEYLESS-GO ver- en ontgrendelen Auto ontgrendelen: De binnenzijde van de portiergreep aanraken. Voorwaarden Auto vergrendelen: Het sensorvlak De sleutel bevindt zich buiten de auto. aanraken. De afstand van de sleutel tot de auto is niet Comfortsluiting: Het verdiepte sensorvlak meer dan 1 m.
  • Pagina 91 Openen en sluiten Problemen met KEYLESS-GO Probleem Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen De auto kan niet meer met de KEY‐ Mogelijke oorzaken: LESS-GO worden ver- en ontgrendeld. De sleutelfuncties zijn gedeactiveerd ( pagina 82). De batterij van de sleutel is zwak of leeg. Een sterke radiobron veroorzaakt een storing.
  • Pagina 92 Openen en sluiten Als de auto zich op een rollentestbank bevindt. Bestuurdersportier met de noodsleutel ver- en ontgrendelen Wanneer de auto volledig met de noodsleutel moet worden vergrendeld, bij geopend bestuurdersportier eerst de toets voor de vergrendeling van binnenuit indrukken. Ver‐ volgens het bestuurdersportier met de nood‐...
  • Pagina 93 Openen en sluiten Er zijn de volgende mogelijkheden om het Bagageruimte kofferdeksel te openen: Kofferdeksel openen Aan de handgreep van het kofferdeksel trek‐ ken. & GEVAAR Vergiftigingsgevaar door uitlaat‐ gassen Verbrandingsmotoren stoten giftige uitlaat‐ gassen uit, bijvoorbeeld koolmonoxide. Als het kofferdeksel is geopend als de motor draait, in het bijzonder tijdens het rijden, kun‐...
  • Pagina 94 Openen en sluiten Kofferdeksel sluiten Auto's met HANDS-FREE ACCESS: Met een & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij voet onder de bumper schoppen automatisch sluiten van het kofferdeksel pagina 93). & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel Bij het automatisch sluiten van het kofferdek‐ door niet-vastgezette voorwerpen in de Auto's met comfortsluiting van het koffer‐...
  • Pagina 95 Openen en sluiten Auto's met HANDS-FREE ACCESS: De sluitpro‐ cedure kan ook met een schoppende beweging onder de achterbumper worden gestopt. Er zijn de volgende mogelijkheden om het kofferdeksel te sluiten: Het kofferdeksel aan de handgreepkom omlaagtrekken en dichtdrukken. Auto's met HANDS-FREE ACCESS: Bij volle‐ dig geopend kofferdeksel met een voet onder de bumper schoppen ( pagina 93).
  • Pagina 96 Openen en sluiten Automatische anti-inklemfunctie van het kof‐ Functie HANDS-FREE ACCESS Als iemand ingeklemd raakt, een van de ferdeksel volgende mogelijkheden gebruiken: Wanneer een object het kofferdeksel tijdens de De toets p in de sleutel indruk‐ automatische sluitprocedure hindert, wordt het ken.
  • Pagina 97 Openen en sluiten De aanwijzingen bij het openen ( pagina 90) In deze situaties het KEYLESS-GO deac‐ en sluiten ( pagina 91) van het kofferdeksel in tiveren of erop letten dat de sleutel ten acht nemen. minste 3 m van de auto verwijderd is. Tijdens het openen of sluiten van het koffer‐...
  • Pagina 98 Openen en sluiten Het kofferdeksel kan in de volgende situaties In deze en vergelijkbare situaties KEYLESS-GO onbedoeld openen of sluiten: pagina 82) deactiveren of geen sleutel bij u dragen. Als personen armen of benen in het registra‐ tiegebied bewegen, bijvoorbeeld bij het poetsen van de auto of bij het oprapen van Afzonderlijke vergrendeling van de bagage‐...
  • Pagina 99 Openen en sluiten Achterklepbegrenzing in- of uitschakelen Rolzonnescherm van de achterruit uit- of inrollen Multimediasysteem: Voertuig î Voertuiginstellingen & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het Achterklepbegrenzing uit‑ of inrollen van het zonnescherm Deze functie verhindert dat de achterklep bij‐ Bij het uit‑ of inrollen kunnen lichaamsdelen voorbeeld een laag garageplafond raakt.
  • Pagina 100 Openen en sluiten Zijruiten Wanneer iemand bekneld raakt, direct de toets loslaten of de toets indrukken Zijruiten openen en sluiten om de zijruit weer te openen. & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het openen van een zijruit bedienen van de zijruiten door kinderen Bij het openen van een zijruit kunnen lichaamsdelen tussen de zijruit en het ruit‐...
  • Pagina 101 Openen en sluiten Automatische beweging onderbreken: De tijdens het initialiseren. toets W opnieuw indrukken of eraan trek‐ Daardoor kan de anti-inklemfunctie het ken. inklemmen in deze situaties niet voorkomen. Als de auto is geparkeerd kunnen de zijruiten Bij het sluiten controleren dat zich geen nog steeds worden bediend.
  • Pagina 102 Openen en sluiten Comfortsluiting (auto van buitenaf sluiten) Auto's met schuifdak: De zijruiten worden vol‐ De toets Ü op de sleutel ingedrukt hou‐ den. ledig gesloten als het schuifdak is geopend. & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij De volgende functies worden uitgevoerd: Indien de zijruiten bij de automatische sluitpro‐...
  • Pagina 103 100 Openen en sluiten Voor het sluiten van de rolzonnescher‐ hoogde of maximale kracht. De anti-inklem‐ men: De toets ß opnieuw indrukken en functie is daarbij niet actief. ingedrukt houden. Daarbij kunnen lichaamsdelen in het sluitge‐ Het comfortsluiting kan ook met KEYLESS- bied bekneld raken.
  • Pagina 104 Openen en sluiten 101 Probleem Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Onmiddellijk na het blokkeren de betreffende toets opnieuw zo lang omhoogtrekken tot de zijruit geslo‐ ten is, vervolgens nog ten minste een seconde aan de toets blijven trekken (opnieuw afstellen). De zijruit wordt zonder automatische anti-inklemfunctie gesloten.
  • Pagina 105 102 Openen en sluiten Wanneer iemand bekneld raakt, direct & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij * AANWIJZING Bij een gemonteerde dak‐ de toets loslaten. bediening van het schuifdak door kinde‐ drager beslist in acht nemen Bij een gemonteerde dakdrager kan het Wanneer kinderen het schuifdak bedienen, Tijdens de automatische beweging de omhoogbrengen of openen van het schuifdak kunnen deze bekneld raken, in het bijzonder...
  • Pagina 106 Openen en sluiten 103 Het rolzonnescherm kan alleen worden & WAARSCHUWING Inklemgevaar bediend als het panoramaschuifdak gesloten ondanks actieve anti-inklemfunctie De anti-inklemfunctie reageert in het bijzon‐ Automatische beweging starten: De toets der niet: 3 tot voorbij het drukpunt drukken of er op zachte, lichte en dunne objecten, bij‐...
  • Pagina 107 104 Openen en sluiten Automatische anti-inklemfunctie van de rol‐ Vervolgens wordt het schuifdak aan de achter‐ zonneschermen zijde omhooggekanteld om het interieur te venti‐ Tijdens het automatisch sluiten de toets Wanneer een object een rolzonnescherm tijdens leren. kort in een willekeurige richting druk‐ de sluitprocedure hindert, wordt het rolzonne‐...
  • Pagina 108 Openen en sluiten 105 Problemen met het schuifdak Erop letten dat tijdens het rijden nie‐ & WAARSCHUWING Inklemgevaar door mand in het bewegingsgebied van het automatisch omlaagbrengen van het Het begrip "Schuifdak" heeft ook betrekking schuifdak grijpt. schuifdak op het panoramaschuifdak. Als iemand bekneld is, de schuifdak‐...
  • Pagina 109 106 Openen en sluiten Probleem Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Als het schuifdak bij het sluiten wordt geblokkeerd en weer iets opent: Onmiddellijk na een automatische anti-inklemming de toets 3 opnieuw zo lang tot het drukpunt omlaagtrekken, tot het schuifdak gesloten is. Het schuifdak wordt met verhoogde sluitkracht gesloten.
  • Pagina 110 Openen en sluiten 107 De EDW wordt in de volgende gevallen na circa De EDW wordt in de volgende gevallen automa‐ Diefstalbeveiliging tien seconden automatisch ingeschakeld: tisch uitgeschakeld: Functie van de wegrijblokkering Na de vergrendeling met de sleutel Na de ontgrendeling met de sleutel De wegrijblokkering voorkomt dat de auto zon‐...
  • Pagina 111 108 Openen en sluiten Functie van de wegsleepbeveiliging Informatie over schadeherkenning bij gepar‐ De interieurbeveiliging wordt automatisch na keerde auto ( pagina 216). circa tien seconden geactiveerd: Als de wegsleepbeveiliging is geactiveerd en een Na de vergrendeling met de sleutel wijziging van de hellingshoek van de auto wordt Wegsleepbeveiliging in- of uitschakelen herkend, treedt een optisch en akoestisch alarm...
  • Pagina 112 Openen en sluiten 109 Bij geopend schuifdak Bij geopend panoramaschuifdak Interieurbeveiliging in- en uitschakelen Multimediasysteem: Voertuig î Voertuiginstellingen Interieurbeveiliging De functie in- O of uitschakelen ª. In de volgende gevallen wordt de interieurbeveili‐ ging weer ingeschakeld: De auto wordt opnieuw ontgrendeld. Er wordt een portier geopend.
  • Pagina 113 110 Stoelen en opbergen Uw benen zijn niet volledig gestrekt en u kunt Aanwijzingen voor een correcte stand van de pedalen goed indrukken. de bestuurdersstoel Uw achterhoofd wordt op ooghoogte door & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ het midden van de hoofdsteun ondersteund. len door voertuiginstellingen tijdens het U kunt het stuurwiel met licht gebogen rijden...
  • Pagina 114 Stoelen en opbergen 111 Stoelen De bestuurdersstoel moet altijd ver‐ & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij grendeld zijn voordat de auto wordt instelling van de stoelen Voorstoel mechanisch en elektrisch instellen gestart; dit controleren. (zonder zitcomfortpakket) Wanneer u een stoel instelt, is het mogelijk dat uzelf of andere inzittenden bekneld &...
  • Pagina 115 112 Stoelen en opbergen Er is dan een verhoogd risico op letsel van In dit geval kunt u bij een remmanoeuvre of & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het hoofd en de nek, bijvoorbeeld bij een een ongeval onder de veiligheidsgordel door‐ onoplettend instellen van de zitting‐...
  • Pagina 116 Stoelen en opbergen 113 Voorstoel mechanisch en elektrisch instellen Stoellengterichting instellen: De hendel (met zitcomfortpakket) omhoogbrengen en de stoel in de gewen‐ ste positie schuiven. Zorg ervoor dat de stoel vergrendeld is. Zittingdiepte instellen: De hendel omhoogbrengen en het voorste deel van de zitting naar voren‑...
  • Pagina 117 114 Stoelen en opbergen De bestuurdersstoel moet altijd ver‐ & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel grendeld zijn voordat de auto wordt instelling van de stoelen door niet aangebrachte of verkeerd inge‐ gestart; dit controleren. stelde hoofdsteunen Wanneer u een stoel instelt, is het mogelijk dat uzelf of andere inzittenden bekneld Wanneer er geen hoofdsteunen aanwezig zijn &...
  • Pagina 118 Stoelen en opbergen 115 & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel of levensgevaar door verkeerde zitpositie Als de rugleuning niet nagenoeg rechtop staat, biedt de veiligheidsgordel niet meer de bedoelde beschermende werking. In dit geval kunt u bij een remmanoeuvre of een ongeval onder de veiligheidsgordel door‐ glijden en daarbij bijvoorbeeld letsel aan het onderlichaam of de hals oplopen.
  • Pagina 119 116 Stoelen en opbergen Voorstoel elektrisch instellen De instellingen met de geheugenfunctie Met de toetsen de rugleuningwel‐ opslaan ( pagina 124). ving individueel aan uw wervelkolom aanpas‐ sen. Viervoudig verstelbare lendensteun instellen Hoofdsteunen Hoofdsteunen van de voorstoelen mecha‐ nisch instellen &...
  • Pagina 120 Stoelen en opbergen 117 Naar achteren verstellen: De ontgrende‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel lingsknop indrukken en ingedrukt hou‐ door niet aangebrachte of verkeerd inge‐ den. stelde hoofdsteunen De hoofdsteun naar achteren drukken en de Wanneer er geen hoofdsteunen aanwezig zijn ontgrendelingsknop loslaten.
  • Pagina 121 118 Stoelen en opbergen Zijwangen van rugleuning instellen Hoger instellen: De hoofdsteun omhoog‐ De rugleuning achterin ontgrendelen en iets naar voren klappen ( pagina 128). trekken. Zijwangen selecteren. De hoofdsteun tot de aanslag omhoogtrek‐ Lager instellen: De ontgrendelingsknop Het luchtkussen instellen. ken.
  • Pagina 122 Stoelen en opbergen 119 de spieren. Zodra u een drukpunt voelt, dient u Afhankelijk van of de instellingen voor de * AANWIJZING Beschadiging van de stoe‐ op deze plek tegendruk te geven. bestuurders- of de passagiersstoel zijn geselec‐ len door voorwerpen of zittingaccessoi‐ teerd, kan alleen de geselecteerde stoel worden res bij ingeschakelde stoelverwarming teruggezet.
  • Pagina 123 120 Stoelen en opbergen Uitschakelen/lagere stand: De toets vaak indrukken, tot de gewenste verwar‐ mingsstand bereikt is. Wanneer alle controlelampjes uit zijn, is de stoelverwarming uitgeschakeld. De stoelverwarming schakelt automatisch in drie verwarmingsstanden in tijdsintervallen van 8, 10 en 20 minuten terug tot het uit‐ schakelen van de stoelverwarming.
  • Pagina 124 Stoelen en opbergen 121 Uitschakelen/lagere stand: De toets stuurwiel of de spiegels instellen en de vaak indrukken, tot de gewenste aanjager‐ veiligheidsgordel omgespen. stand is ingesteld. Wanneer alle controlelampjes uit zijn, is de & WAARSCHUWING Inklemgevaar voor stoelventilatie uitgeschakeld. kinderen bij het instellen van het stuur‐ wiel Stuurwiel Wanneer kinderen het stuurwiel instellen,...
  • Pagina 125 122 Stoelen en opbergen Door het stuurwiel te bewegen controleren of De instellingen met de geheugenfunctie De hendel in de richting van de pijl de stuurkolom vergrendeld is. opslaan ( pagina 124). draaien. Als het controlelampje brandt, is de stuurwielverwarming ingeschakeld. Stuurwiel elektrisch instellen Stuurwielverwarming in- en uitschakelen Als het contact wordt uitgeschakeld wordt de...
  • Pagina 126 Stoelen en opbergen 123 Dit geldt eveneens voor de digitale voertuigsleu‐ & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij Kinderen nooit zonder toezicht in de tel, als de functie "Digitale voertuigsleutel" via auto laten. instellen van de in‑ en uitstaphulp Mercedes me connect is geactiveerd. Bij het verlaten van de auto altijd de Wanneer de in‑...
  • Pagina 127 124 Stoelen en opbergen De laatste rijstand wordt in de volgende gevallen Geheugenfunctie bedienen lichaamsdelen in het bewegingsgebied opgeslagen: van de stoel of het stuurwiel heeft. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ U schakelt het contact uit. Wanneer iemand bekneld raakt, direct len door gebruik van de geheugenfunctie Auto's met geheugenfunctie: De stoelin‐...
  • Pagina 128 Stoelen en opbergen 125 De geheugenfunctie kan worden gebruikt als het Oproepen: De geheugenplaatstoets 1, 2 of 3 contact is uitgeschakeld. indrukken en ingedrukt houden, tot de voor‐ stoel, het stuurwiel, het head-up-display en Opslaan de buitenspiegels in de gewenste stand Met de geheugenfunctie kunnen stoelinstellingen staan.
  • Pagina 129 126 Stoelen en opbergen Altijd de motor afzetten alvorens het Zware, harde, scherpe, breekbare of te & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel kofferdeksel te openen. grote voorwerpen altijd in de bagage‐ door onjuist opbergen van voorwerpen ruimte opbergen en beveiligen. Nooit met een geopend kofferdeksel rij‐ Als voorwerpen op ongeschikte wijze in het den.
  • Pagina 130 Stoelen en opbergen 127 Opbergvakken in het interieur Dashboardkastje ver- of ontgrendelen Het rijgedrag van de auto is afhankelijk van de verdeling van de bagage. Daarom bij het beladen Overzicht van de voorste opbergvakken de volgende aanwijzingen in acht nemen: Met de lading en personen niet het toege‐...
  • Pagina 131 128 Stoelen en opbergen Brillenbox openen De ontgrendeling indrukken en de afdek‐ Voor iedere rit opletten dat de rugleu‐ king van de armsteun omhoogzwenken. ning en de achterbank/zitplaats ach‐ terin vergrendeld is. Doorlaadmogelijkheid achterbank Wanneer de linker en rechter rugleuning niet Rugleuning achterin naar voren klappen vastgeklikt en vergrendeld zijn, wordt dit op het multifunctioneel display van het combi-instru‐...
  • Pagina 132 Stoelen en opbergen 129 Eventueel de hoofdsteunen van de rugleu‐ De rugleuning naar voren klappen. ning achterin volledig inschuiven. Eventueel de bestuurders- of de passagiers‐ Linker en rechter rugleuning: Aan de rech‐ stoel terugzetten. ter of linker ontgrendelingshendel trek‐ Rugleuning achterin terugklappen ken.
  • Pagina 133 130 Stoelen en opbergen Middelste rugleuning: Als de rugleuning niet vastgeklikt en vergrendeld is, is de rode vergrendelingsindicator zichtbaar. Ontgrendeling van de middelste rugleuning achterin blokkeren Voorwaarden De linker en de middelste rugleuning zijn ver‐ grendeld en met elkaar verbonden. U kunt de bagageruimte tegen onbevoegde toe‐...
  • Pagina 134 Stoelen en opbergen 131 Overzicht van de sjorogen Overzicht van de tashaken De aanwijzingen met betrekking tot het beladen & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel bij van de auto in acht nemen ( pagina 125). gebruik van de tashaken met zware voor‐ werpen De tashaak kan zware voorwerpen of bagage niet tegenhouden.
  • Pagina 135 132 Stoelen en opbergen EASY-PACK-bagageruimte-comfortbox schuiven of rondslingeren en inzittenden raken. Bovendien kunnen bekerhouders, geo‐ Hoogte van de EASY-PACK-bagageruimte- pende opbergvakken en houders voor een comfortbox traploos instellen mobiele telefoon bij een ongeval de daarin aanwezige voorwerpen niet altijd tegenhou‐ &...
  • Pagina 136 Stoelen en opbergen 133 & WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het Geen scherpe, puntige, ronde, rollende * AANWIJZING Beschadiging van de uitge‐ of breekbare voorwerpen in de EASY- erin drukken van de EASY-PACK-bagage‐ trokken EASY-PACK-bagageruimte-com‐ PACK-bagageruimte-comfortbox vervoe‐ ruimte-comfortbox fortbox ren. Bij het erin drukken van de EASY-PACK-baga‐ Wanneer de EASY-PACK-bagageruimte-com‐...
  • Pagina 137 134 Stoelen en opbergen EASY-PACK-bagageruimte-comfortbox aan‐ Opbergen: De box aan de handgreep vol‐ brengen of verwijderen ledig naar binnen drukken, tot deze vergren‐ delt. Aanbrengen De aanwijzingen met betrekking tot het reini‐ gen van de EASY-PACK-bagageruimte-com‐ fortbox in acht nemen ( pagina 412).
  • Pagina 138 Stoelen en opbergen 135 Opbergruimte onder bagageruimtebodem openen * AANWIJZING Beschadiging van de hand‐ greep in de bagageruimtebodem Wanneer de handgreep in de bagageruimte omhoog blijft staan, kan de handgreep wor‐ den beschadigd. De handgreep vóór het sluiten van het kofferdeksel losmaken en de handgreep weer dichtdrukken.
  • Pagina 139 * AANWIJZING Beschadiging van het niet goedgekeurde dakdragers panoramaschuifdak bij gemonteerde & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ dakdrager Bij niet voor Mercedes-Benz geteste en goed‐ len bij overschrijden van de maximum‐ gekeurde dakdragers kan schade aan de auto Wanneer het panoramaschuifdak wordt dakbelasting ontstaan.
  • Pagina 140 Stoelen en opbergen 137 De afdekkingen voorzichtig in de richting zonder door een hete vloeistof, brandwonden van de pijl omhoogklappen. oplopen. U kunt van de verkeerssituatie wor‐ De dakdrager aan de bevestigingspunten den afgeleid en de controle over de auto ver‐ onder de afdekkingen bevestigen.
  • Pagina 141 138 Stoelen en opbergen Bekerhouder in de middenconsole verwijde‐ Verwijderen ren of aanbrengen (handgeschakelde ver‐ snellingsbak) & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len en letsel bij gebruik van de bekerhou‐ der tijdens het rijden De bekerhouder kan tijdens het rijden geen bekers beveiligen.
  • Pagina 142 Stoelen en opbergen 139 Aanbrengen Bekerhouder in de armsteun achterin openen of sluiten * AANWIJZING Beschadiging van de arm‐ steun achterin door lichaamsgewicht De uitgeklapte armsteun achterin kan wor‐ den beschadigd door lichaamsgewicht. Niet op de armsteun achterin zitten of erop leunen.
  • Pagina 143 140 Stoelen en opbergen Binnenbakje verwijderen: Het binnenbakje Tijdens het rijden: De gesloten asbak tij‐ Asbak en sigarettenaansteker iets naar voren drukken en naar boven dens het rijden in het opbergvak van het Asbak in de middenconsole voorin gebruiken toe uitnemen. voorportier plaatsen.
  • Pagina 144 Stoelen en opbergen 141 Openen: De afdekking aan de greeprand De sigarettenaansteker altijd aan de Contactdozen eruit trekken. handgreep vasthouden. 12V-aansluiting in de middenconsole voorin Binnenbakje verwijderen: Links op het gebruiken Altijd ervoor zorgen dat kinderen niet geribbeld gedeelte drukken en het bin‐ bij de sigarettenaansteker kunnen.
  • Pagina 145 142 Stoelen en opbergen 12V-aansluiting achterin gebruiken 230V-aansluiting achterin gebruiken & GEVAAR Levensgevaar door ondeskun‐ dige omgang met de contactdoos Voorwaarden & GEVAAR Levensgevaar bij beschadigde Er zijn slechts apparaten tot maximaal 180 W U kunt een stroomstoot krijgen: aansluitkabel of contactdoos (15 A) aangesloten.
  • Pagina 146 Stoelen en opbergen 143 Usb-aansluiting achterin Draadloos opladen van de mobiele telefoon en koppeling met de buitenantenne Aanwijzingen met betrekking tot het draad‐ loos opladen van de mobiele telefoon & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door ongeschikt opbergen van voorwer‐ Als voorwerpen op ongeschikte wijze in het interieur worden opgeborgen, kunnen ze ver‐...
  • Pagina 147 144 Stoelen en opbergen dule verbonden met de buitenantenne van de Altijd waarborgen dat voorwerpen niet * AANWIJZING Beschadiging van voorwer‐ auto. uit opbergvakken, bagagenetten of pen door het bewaren in de mobiele-tele‐ opbergnetten steken. Alleen als het contact is ingeschakeld zijn de foonhouder oplaadfunctie en de draadloze koppeling van De afsluitbare opbergvakken voor aan‐...
  • Pagina 148 Een lijst met geschikte mobiele helder, lauw water. leggen. telefoons vindt u onder: http://www.mercedes-benz-mobile.com Vloermat verwijderen en aanbrengen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len door voorwerpen in de beenruimte van de bestuurder Voorwerpen in de beenruimte van de bestuurder kunnen de slag van de pedalen beperken en een ingedrukt pedaal blokkeren.
  • Pagina 149 146 Stoelen en opbergen De drukknoppen op de houders druk‐ ken. De betreffende stoel instellen. Verwijderen: De vloermatten van de hou‐ ders trekken. De vloermat verwijderen.
  • Pagina 150 Licht en zicht 147 Aanwijzingen over verlichtingssystemen en Verlichtingsschakelaar Exterieurverlichting uw verantwoordelijkheid Verlichtingsschakelaar bedienen Aanwijzingen voor het aanpassen van de ver‐ lichting bij buitenlandse reizen De verschillende verlichtingssystemen van de auto zijn slechts hulpmiddelen. De verantwoor‐ Auto's met halogeen- of statische LED-kop‐ delijkheid voor de correcte voertuigverlichting lampen: Het omschakelen van de koplampen is overeenkomstig de heersende licht- en zichtom‐...
  • Pagina 151 148 Licht en zicht Mistachterlicht in- of uitschakelen De aanwijzingen met betrekking tot de oriën‐ L Dimlicht en grootlicht tatieverlichting in acht nemen R Mistachterlicht in- of uitschakelen Voorwaarden pagina 156). De verlichtingsschakelaar bevindt zich in de Bij activering van het dimlicht wordt het contro‐ Werking van het automatisch rijlicht stand L of Ã.
  • Pagina 152 Licht en zicht 149 De draaiknop van de koplampverstelling in de Lichtsignaal stand zetten die overeenkomt met de bela‐ Knipperlichten links dingstoestand van de auto. De betreffende functie met de combischake‐ laar bedienen. Combischakelaar verlichting bedienen Grootlicht Inschakelen: De verlichtingsschakelaar in de stand L of Ã...
  • Pagina 153 150 Licht en zicht Knipperlichten Noodknipperlichten in- of uitschakelen Als vervolgens wordt verder gereden, wordt de alarmknipperlichtinstallatie bij circa 10 km/h Kort knipperen: De combischakelaar kort automatisch uitgeschakeld. U kunt de alarmknip‐ tot het drukpunt in de richting van de pijl perlichtinstallatie ook met de toets uitscha‐...
  • Pagina 154 Licht en zicht 151 Werking van de actieve bochtenverlichting Werking van de bochtenverlichting Rotonde- en kruisingsfunctie: De bochtenver‐ lichting wordt door de verwerking van de actuele GPS-positie van de auto aan beide zijden geacti‐ veerd. Het blijft actief totdat de rotonde of krui‐ sing wordt verlaten.
  • Pagina 155 152 Licht en zicht Intelligent Light System in- of uitschakelen of via het GPS De functie wordt in de volgende situatie automa‐ tisch gedeactiveerd: In de volgende gevallen is de functie niet actief: Voorwaarden Na de activering worden snelheden boven Het contact is ingeschakeld.
  • Pagina 156 Licht en zicht 153 De adaptieve grootlichtassistent is slechts een Grootlicht Verkeersdeelnemers waarvan de verlich‐ hulpmiddel. De verantwoordelijkheid voor de ting afgedekt is, bijvoorbeeld door een Bij snelheden boven 30 km/h: correcte voertuigverlichting overeenkomstig de vangrail Als geen andere verkeersdeelnemers worden heersende licht- en zichtomstandigheden en de In zeer sporadische gevallen reageert de herkend, wordt automatisch het grootlicht...
  • Pagina 157 154 Licht en zicht Adaptieve grootlichtassistent in- of uitscha‐ Adaptieve grootlichtassistent Plus Daarom wordt het automatische grootlicht in kelen deze of vergelijkbare situaties niet gedeacti‐ Werking van de adaptieve grootlichtassistent Inschakelen: De verlichtingsschakelaar in de veerd of desondanks geactiveerd. Plus stand Ã...
  • Pagina 158 Licht en zicht 155 Het ULTRA RANGE grootlicht vergroot de helder‐ Als andere verkeersdeelnemers worden her‐ heid van de lichtbundel tot het wettelijk toege‐ kend, wordt automatisch het gedeeltelijk stane maximum. grootlicht ingeschakeld. Het gedeeltelijk grootlicht schijnt met het groot‐ Wanneer sterk reflecterende borden worden licht aan andere verkeersdeelnemers voorbij en herkend, wordt het ULTRA RANGE grootlicht...
  • Pagina 159 156 Licht en zicht Oriëntatieverlichting instellen Uitschakelen: Het grootlicht via de combi‐ Interieurverlichting schakelaar inschakelen. Multimediasysteem: Interieurverlichting instellen Voertuig ÷ Lichtinstellingen Bedieningspaneel dakconsole voorin Dimlicht instellen Oriëntatieverlichting Multimediasysteem: De functie in- O of uitschakelen ª. Voertuig ÷ Lichtinstellingen Wanneer de oriëntatieverlichting ingeschakeld is, Dimlicht brandt de exterieurverlichting gedurende Links verkeer...
  • Pagina 160 Licht en zicht 157 Bedieningseenheid in handgreep Helderheid instellen Lampjes vervangen (auto's met halogeen‐ koplampen) Helderheid selecteren. Aanwijzingen met betrekking tot het vervan‐ Een lichtsterkte instellen. gen van lampjes Lichtsterkte van de zones activeren Helderheidszones selecteren. & WAARSCHUWING Verbrandingsgevaar door hete onderdelen bij het vervangen De functie in- O of uitschakelen ª.
  • Pagina 161 158 Licht en zicht Overzicht van de te vervangen lichtbronnen Achterlicht Lampjes aan voorzijde vervangen (auto's met halogeenkoplampen) Halogeenkoplampen Afdekking in de voorste wielkuip verwijderen en aanbrengen Voorwaarden Het verlichtingssysteem is uitgeschakeld. Het betreffende voorwiel is naar binnen gedraaid. Knipperlicht: Lichtbron PY 21 W Achteruitrijlicht: Lichtbron W 16 W Knipperlicht: Lichtbron PWY 24 W Grootlicht: Lichtbron H7 55 W...
  • Pagina 162 Licht en zicht 159 Uitbouwen: De beide bevestigingen De afdekking in de voorste wielkuip is verwij‐ De nieuwe lichtbron in de fitting aanbrengen, de afdekking met een geschikt voorwerp derd. zodat de lampvoet volledig tegen de bodem tot de aanslag linksom draaien. van de fitting aankomt.
  • Pagina 163 160 Licht en zicht Openen: De rechter of linker zijbekleding1 aan de bovenkant losmaken en verwijderen. Sluiten: Zijbekleding weer aanbrengen. Lichtbron van het achterlicht vervangen Voorwaarden Het verlichtingssysteem is uitgeschakeld. De zijbekleding in de bagageruimte is geopend. Knipperlichten: Knipperlicht: De lichtbron iets in de Een lichtbron van het type PY 21 W is beschikbaar.
  • Pagina 164 Licht en zicht 161 Ruitenwisserarmen in de vervangingsstand De zijbekleding sluiten. ° Continu wissen langzaam zetten ¯ Continu wissen snel Het contact in- en direct weer uitschakelen. Ruitenwissers en ruitensproeierinstallatie De combischakelaar in de betreffende stand Binnen circa 15 seconden de toets î op 1 - 5 draaien.
  • Pagina 165 162 Licht en zicht Ruitenwisserbladen aanbrengen De bevestiging van het ruitenwisserblad con‐ troleren. De ruitenwisserarmen weer naar de voorruit klappen. Het contact inschakelen. Op de combischakelaar de toets î indrukken ( pagina 161). De ruitenwisserarmen gaan terug naar de uit‐ gangspositie.
  • Pagina 166 Licht en zicht 163 Onderhoudsindicatie De tijd tot het veranderen van de kleur is & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ afhankelijk van de gebruiksvoorwaarden. len bij gebruik van de buitenspiegel door verkeerde inschatting van de afstand Spiegels De buitenspiegels geven een verkleind beeld. De zichtbare objecten zijn dichterbij dan het Buitenspiegels bedienen lijkt.
  • Pagina 167 164 Licht en zicht Buitenspiegels in- en uitklappen Werking van de automatisch dimmende spie‐ toets1 kort indrukken. Buitenspiegels instellen Met de toetsen de in te stellen bui‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel en tenspiegel selecteren. vergiftigingsgevaar door elektrolyt van de dimmende spiegel Met de toets de stand van het spiegelglas...
  • Pagina 168 Licht en zicht 165 Inparkeerstand van de buitenspiegel aan In de volgende situaties klapt de buitenspiegel Geen braken opwekken. Zo snel passagierszijde via de achteruitversnelling aan passagierszijde omlaag in de richting van mogelijk naar een arts gaan. opslaan het achterwiel: Met elektrolyt vervuilde kleding De inparkeerstand is opgeslagen direct vervangen.
  • Pagina 169 166 Licht en zicht Met de toets de buitenspiegel aan passa‐ Zonnekleppen bedienen gierszijde in de gewenste inparkeerstand Enkele zonneklep bedienen brengen. Oproepen Via de toets de buitenspiegel aan passa‐ gierszijde selecteren. De achteruitversnelling inschakelen. De buitenspiegel aan passagierszijde kantelt naar de opgeslagen inparkeerstand.
  • Pagina 170 Auto's met standverwarming: & De altijd goed afgesloten wordt door het deksel. standverwarming in- of uitschakelen Door Mercedes-Benz geadviseerde en vrijgege‐ pagina 173) ven filters gebruiken. Onderhoudswerkzaamhe‐ g Luchtrecirculatie in- of uitschakelen...
  • Pagina 171 168 Klimaatregeling Bedieningseenheid achterin Plug-in-hybride: Beslist de aanwijzingen in de à Klimaatregeling automatisch regelen aanvullende handleiding lezen. Anders kunt u pagina 169) gevaren niet herkennen. ¬ Voorruit ontwasemen ! Klimaatmenu oproepen Restwarmte in- of uitschakelen pagina 171) ¤ Achterruitverwarming in- of uitschake‐ Auto's zonder standverwarming: ¿...
  • Pagina 172 Klimaatregeling 169 Klimaatmodus instellen Als de klimaatregeling is uitgeschakeld, kun‐ De functie in- O of uitschakelen ª. nen de ruiten sneller beslaan. De klimaatre‐ Multimediasysteem: geling slechts kortstondig uitschakelen. Voertuig b Klimaatregeling Klimaatregeling automatisch regelen Aircostijl In de automatische stand wordt de ingestelde A/C-functie via bedieningseenheid in- of uit‐...
  • Pagina 173 170 Klimaatregeling Synchroniseringsfunctie van de klimaatrege‐ a Ontwasemings- en beenruimteluchtroos‐ instelling wordt automatisch overgenomen voor ters ling via de bedieningseenheid in- of uitscha‐ elke zone. kelen _ Alle luchtroosters De functie in- O of uitschakelen ª. Met de synchroniseringsfunctie wordt de kli‐ b Ontwasemingsroosters, middelste lucht‐...
  • Pagina 174 Klimaatregeling 171 Ionisering in- of uitschakelen Als de luchtrecirculatie is ingeschakeld kun‐ De intensiteit instellen: Sterk, Gemiddeld, nen de ruiten sneller beslaan. De luchtrecir‐ Laag selecteren. Multimediasysteem: culatie slechts kortstondig inschakelen. Flacon van het parfumeringssysteem aan‐ Voertuig b Klimaatregeling brengen of verwijderen Ionisering Restwarmte in- of uitschakelen De ionisering reinigt en verfrist de interieurlucht...
  • Pagina 175 172 Klimaatregeling De flacon met origineel Mercedes-Benz parfum MILIEU-AANWIJZING Milieuschade door nadat deze opgebruikt is afvoeren en niet ondeskundige afvoer van volle flacons opnieuw vullen. Flacon om zelf te vullen De dop van de lege flacon losdraaien. Volle flacons mogen niet met het De flacon met maximaal 15 ml vullen.
  • Pagina 176 Klimaatregeling 173 Als de buitentemperatuur wijzigt, wordt auto‐ Als de motor of de standverwarming Als de standverwarming is ingeschakeld matisch omgeschakeld van de verwarmings- werken, de uitlaateindpijp en de omge‐ ervoor zorgen dat: naar de ventilatiefunctie, of van de ventilatie- ving van de auto sneeuwvrij houden.
  • Pagina 177 174 Klimaatregeling Standverwarming of -ventilatie via afstands‐ Geel: De vertrektijd is voorgeselecteerd. bediening instellen De standverwarming of -ventilatie wordt na Voorwaarden 50 minuten uitgeschakeld. De brandstoftank is ten minste tot de reser‐ Bediening via app: De standverwarming of - vestand gevuld. ventilatie kan ook via de app van Mercedes me connect worden bediend.
  • Pagina 178 Klimaatregeling 175 Vertrektijd instellen Vertrektijd deactiveren: De gewenste ver‐ Geselecteerde vertrektijd trektijd selecteren en de toets ^ lang De toets u kort indrukken. Resterende tijd van de standverwarming of - indrukken. ventilatie (in minuten) De toets , of . zo vaak indrukken, tot Op het display verschijnt OFF.
  • Pagina 179 176 Klimaatregeling Met een spits voorwerp in de uitsparing slikt, kan dit zeer zware schade aan de drukken. gezondheid toebrengen. De batterij-afdekking in de richting van Er dreigt levensgevaar! Ontladen batterijen bij een de pijl naar achteren schuiven. Batterijen buiten bereik van kinderen gekwalificeerde werkplaats of bij een De nieuwe batterij met de tekst omhoog...
  • Pagina 180 Klimaatregeling 177 Problemen met de afstandsbediening van de standverwarming of -ventilatie Probleem Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen FAIL¨ De signaaloverdracht tussen zender en auto vertoont een storing. De stand ten opzichte van de auto veranderen, zo nodig dichter bij de auto gaan staan. FAIL De startaccu is niet voldoende opgeladen.
  • Pagina 181 178 Klimaatregeling Luchtuitstroomopeningen achterin instellen Openen of sluiten: De luchtuitstroomope‐ ning in het midden vastpakken en tot de Openen of sluiten: De draaiknop tot de aanslag omhoog, omlaag, linksom (open) of aanslag rechts- of linksom draaien. rechtsom (dicht) draaien. Luchtstroomrichting instellen: De luchtuit‐ Luchtrichting instellen: De luchtuitstroom‐...
  • Pagina 182 Rijden en parkeren 179 Rijden De motor nooit in een gesloten ruimte & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ zonder voldoende ventilatie laten len en letsel als kinderen zonder toezicht Aanwijzingen bij Mercedes-AMG auto's draaien. in het voertuig worden achtergelaten De aanwijzingen over de volgende onderwerpen Wanneer kinderen zonder toezicht in het in de aanvullende handleiding lezen, omdat u &...
  • Pagina 183 180 Rijden en parkeren De toets wordt nog tweemaal ingedrukt. Bij het verlaten van het voertuig altijd de sleutel meenemen en het voertuig Contact inschakelen: De toets twee‐ vergrendelen. maal indrukken. De sleutel buiten bereik van kinderen Op het combi-instrument verschijnen de con‐ bewaren.
  • Pagina 184 U kunt de motor tijdens het rijden afzetten door Informatie over geschikte mobiele telefoons pagina 181). gedurende circa drie seconden de toets in te is verkrijgbaar bij uw Mercedes-Benz-ser‐ drukken of binnen één seconde de toets drie‐ vicewerkplaats of via internet onder http:// Auto's met handgeschakelde versnel‐...
  • Pagina 185 Als een onli‐ neverbinding niet mogelijk is, bijvoorbeeld na diefstal van de mobiele telefoon of de digitale voertuigsleutel-sticker, kan de sleutelfunctie bij een Mercedes-Benz-servicewerkplaats worden Het opbergvak moet leeg zijn; dit contro‐ gedeactiveerd. leren.
  • Pagina 186 Rijden en parkeren 183 sleutel echter tijdens de gehele rit in het Voor het starten het volgende controleren: Voor het starten het volgende controleren: opbergvak op het symbool liggen. De wettelijke bepalingen die van toepassing De wettelijke bepalingen die van toepassing zijn voor de betreffende parkeerplek maken zijn voor de betreffende parkeerplek maken De sleutel...
  • Pagina 187 184 Rijden en parkeren Het alarm van het diefstal-/inbraakalarmin‐ De portieren ontgrendelen. Pas vanaf 1500 km kan het motortoerental stallatie is niet actief. geleidelijk worden verhoogd en het volledige snelheidsbereik worden gebruikt. Het paniekalarm is niet actief. Een zijruit of het schuifdak openen. De alarmknipperlichtinstallatie is uitgescha‐...
  • Pagina 188 Rijden en parkeren 185 Aanwijzingen met betrekking tot het rijden Niet het contact afzetten tijdens het rij‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ den. len door ongeschikte schoenen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ De bediening van de pedalen kan door onge‐ len door voorwerpen in de beenruimte &...
  • Pagina 189 186 Rijden en parkeren Op glad wegdek niet terugschakelen om & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ * AANWIJZING Beschadiging van de aan‐ de remwerking van de motor te verho‐ len door oververhit geraakt remsysteem drijflijn en de motor bij het wegrijden gen.
  • Pagina 190 Rijden en parkeren 187 worden of kan de auto aan één kant sterker Mercedes-AMG auto's: De aanwijzingen in de In de transmissiestand k wordt de motor of zwakker remmen. aanvullende handleiding in acht nemen. Anders ondanks de ingeschakelde HOLD-functie niet kunt u gevaren niet herkennen.
  • Pagina 191 188 Rijden en parkeren schakeld, wordt dit na drie minuten automatisch De motor wordt in de volgende gevallen weer Als de motor door het ECO start-stopsysteem is uitgeschakeld. automatisch gestart: afgezet en de auto wordt verlaten, klinkt een waarschuwingssignaal en wordt de motor niet U laat in de transmissiestand h bij niet Auto's met 48V-boordnet (EQ Boost techno‐...
  • Pagina 192 Rijden en parkeren 189 ECO start-stopsysteem uit- of inschakelen Functie van de ECO-aanduiding gelijkmatige snelheid De ECO-aanduiding verzamelt gegevens over het Het binnenste segment brandt niet en het bui‐ rijgedrag van de start tot het einde van de rit en tenste segment wordt leeggemaakt bij de vol‐...
  • Pagina 193 190 Rijden en parkeren De ECO-assistent analyseert gegevens van de gramma ; verschijnt het symbool "Voet van geplande route van de auto. Daardoor kan het het gas" tevens op het head-up-display naast systeem helpen om de rijstijl optimaal aan de de transmissiestandaanduiding.
  • Pagina 194 Rijden en parkeren 191 ECO-assistent weergeven weergegeven, zodra op het verzoek "Voet van Het systeem kan in de volgende situaties moge‐ het gas" wordt gereageerd. lijk niet correct werken of buiten werking zijn: Boordcomputer: Wanneer het systeem niet op de komende situ‐ Bij slecht zicht, bijvoorbeeld door onvol‐...
  • Pagina 195 192 Rijden en parkeren Rijprogramma kiezen Rijprogramma I configureren Het geselecteerde rijprogramma verschijnt op het multifunctioneel display van de boord‐ Multimediasysteem: computer. Voertuig e DYNAMIC SELECT De eigenschappen van de volgende systemen Individual veranderen door het ingestelde rijprogramma: De individuele instelling selecteren. Aandrijving Motor- en transmissiemanagement Bedieningsfeedback voor rijprogramma's in-...
  • Pagina 196 Rijden en parkeren 193 Voertuiggegevens weergeven Handgeschakelde versnellingsbak Kinderen nooit zonder toezicht in het voertuig laten. Multimediasysteem: Versnellingshendel bedienen Bij het verlaten van het voertuig altijd Voertuig e DYNAMIC SELECT & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ de sleutel meenemen en het voertuig Voertuiggegevens selecteren.
  • Pagina 197 194 Rijden en parkeren Het koppelingspedaal volledig indrukken. * AANWIJZING Beschadiging van de kop‐ De versnellingshendel in de gewenste peling door ondeskundig gebruik stand schakelen. De koppeling kan worden beschadigd als de Achteruitversnelling k inschakelen: auto op een helling op zijn plaats wordt Het koppelingspedaal volledig indrukken.
  • Pagina 198 Rijden en parkeren 195 Als op het multifunctioneel display het scha‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Bij het verlaten van het voertuig altijd keladvies verschijnt, de geadviseerde ver‐ de sleutel meenemen en het voertuig len en letsel als kinderen zonder toezicht snelling inschakelen.
  • Pagina 199 196 Rijden en parkeren Achteruitversnelling R inschakelen Wanneer de auto aansluitend wordt verlaten Het rempedaal indrukken en de DIRECT en de sleutel zich in de auto bevindt, blijft de SELECT-keuzehendel door de eerste weer‐ automatische transmissie in de neutraal‐ stand omhoogdrukken. stand i.
  • Pagina 200 Rijden en parkeren 197 Handmatig schakelen U opent als de auto stilstaat of met zeer Als de automatische transmissie in de stand h geringe snelheid rijdt in de transmissiestand staat, kunt u met de stuurwielschakelpaddles h of k het bestuurdersportier. &...
  • Pagina 201 198 Rijden en parkeren Schakeladvies Kickdown gebruiken Opschakelen: Aan de stuurwielschakel‐ paddle trekken. Mercedes-AMG auto's: De aanwijzingen in de Mercedes-AMG auto's: De aanwijzingen in de Terugschakelen: Aan de stuurwielschakel‐ aanvullende handleiding in acht nemen. Anders aanvullende handleiding lezen. Anders kunt u paddle trekken.
  • Pagina 202 Rijden en parkeren 199 De modus uitrollen heeft de volgende eigen‐ Er is een geschikt wegverloop aanwezig, bij‐ De modus uitrollen kan ook door de volgende schappen: voorbeeld geen steile hellingen of krappe parameters verhinderd worden: bochten. De verbrandingsmotor wordt van de aandrijf‐ Helling lijn losgekoppeld en de motor draait statio‐...
  • Pagina 203 200 Rijden en parkeren Probleem Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen De transmissie schakelt niet meer. Er kan alleen nog in één versnelling en in de achteruitversnelling worden geschakeld. Stoppen; daarbij op de verkeerssituatie letten. De transmissie in de stand j zetten. De motor afzetten.
  • Pagina 204 Rijden en parkeren 201 Voor en tijdens het tanken de ontste‐ Wanneer brandstof in de ogen terecht Tijdens het tanken niet weer in de auto king en, indien aanwezig, de standver‐ gekomen is, de ogen direct grondig met stappen. warming uitschakelen. schoon water uitspoelen.
  • Pagina 205 202 Rijden en parkeren Kleine hoeveelheden van de verkeerde Benzine met meer dan 3 vol.% Methanol, een zwavelgehalte van minder dan brandstof kunnen al leiden tot schade aan bijvoorbeeld M15, M30 50 ppm. het brandstofsysteem, de motor en het uit‐ Auto's zonder dieselpartikelfilter: Benzine met metaalhoudende additieven laatgasreinigingssysteem.
  • Pagina 206 Rijden en parkeren 203 Voorwaarden * AANWIJZING Geen diesel tanken bij * AANWIJZING Geen benzine tanken bij Plug-in-hybride: De aanwijzingen in de aanvul‐ auto's met benzinemotor. auto's met dieselmotor. lende handleiding in acht nemen. Anders kunt u Wanneer abusievelijk een verkeerde brand‐ Wanneer abusievelijk een verkeerde brand‐...
  • Pagina 207 204 Rijden en parkeren De tankdop in de houder plaatsen. ® AdBlue (alleen auto's met dieselmotor) De vulpijp van het vulpistool volledig in de Aanwijzingen met betrekking tot het bijvul‐ tankvulbuis schuiven, laten rusten en tanken. ® len van AdBlue De brandstoftank slechts zo ver vullen tot het vulpistool afslaat.
  • Pagina 208 De ® AdBlue kunt u bij een gekwalificeerde werk‐ ® plaats, bijvoorbeeld bij een Mercedes-Benz- AdBlue voorraad is tot de reservehoeveel‐ ® Vermijden dat de AdBlue -tank te ver servicewerkplaats, in het kader van de snel‐...
  • Pagina 209 206 Rijden en parkeren ® ® afstand afleggen. Zo snel mogelijk AdBlue ® AdBlue tankdop openen AdBlue bijvulcontainer voorbereiden bijvullen. AdBlue bijvullen Starten niet mogelijk. De auto kan niet meer worden gestart. ® De AdBlue -actieradius en het peil kan in het multifunctioneel display worden weergegeven pagina 293).
  • Pagina 210 Rijden en parkeren 207 ® AdBlue bijvullen De AdBlue ® tankdop aanbrengen en Op de volgende manier ervoor zorgen rechtsom draaien. dat de geparkeerde auto altijd vol‐ doende is beveiligd tegen wegrollen: De tankdopklep sluiten. Op hellingen de voorwielen zo De ontsteking gedurende ten minste draaien dat de auto in de richting 60 seconden inschakelen.
  • Pagina 211 208 Rijden en parkeren De auto zo parkeren dat geen brand‐ De transmissiestand te wijzigen. baar materiaal met hete onderdelen van Het voertuig te starten. de auto in contact kan komen. Kinderen nooit zonder toezicht in het Niet op een droge wei of afgeoogste voertuig laten.
  • Pagina 212 Rijden en parkeren 209 Auto's met handgeschakelde versnel‐ Garagedeurbediening Bij het gebruiken van de geïntegreerde lingsbak: De 1e versnelling of de achteruit‐ garagedeurbediening altijd opletten dat Toetsen van de garagedeurbediening pro‐ versnelling k inschakelen. zich niemand in het bewegingsgebied grammeren van de garagedeur bevindt.
  • Pagina 213 210 Rijden en parkeren De afstandsbediening vanaf een afstand Uw auto bevindt zich binnen het bereik van van 1 cm tot 8 cm op de toets 1, het garage- of het buitendeurbedieningssys‐ richten. teem. De toets van de afstandsbediening De auto evenals personen en voorwerpen bevinden zich buiten het bewegingsgebied indrukken en ingedrukt houden tot een van de volgende signalen verschijnt:...
  • Pagina 214 Rijden en parkeren 211 Problemen bij het programmeren van de De programmeertoets van de deuraandrij‐ 8 cm voor de binnenspiegel houden. Daarbij afstandsbediening verhelpen vingseenheid indrukken. elke instelstand ten minste 25 seconden aan‐ U hebt circa 30 seconden de tijd om de vol‐ houden.
  • Pagina 215 212 Rijden en parkeren Garagedeur openen of sluiten Als het controlelampje na circa 20 secon‐ De toetsen indrukken en ingedrukt den geel knippert: Opnieuw de eerder inge‐ houden. Voorwaarden drukte toets indrukken en ingedrukt houden, Het controlelampje brandt geel. De betreffende toets is voor het bedienen tot de garagedeur opent of sluit.
  • Pagina 216 Rijden en parkeren 213 mesmo tipo, e não pode causar interferência a Land Zendvergunning Land Zendvergunning sistemas operando em caráter primário. Koeweit Zuid- Para maiores informações acessar Afrika www.anatel.gov.br Liechten‐ stein Zendvergunningen Land Zendvergunning TA-2015/1386 Mexico RCPGEMU15-0448 Turkije niet nodig Egypte TAC.2511151293.WIR Monaco...
  • Pagina 217 214 Rijden en parkeren Elektrische parkeerrem De gordelslottong steekt niet in het gordel‐ Kinderen nooit zonder toezicht in het slot van de bestuurdersstoel en het bestuur‐ voertuig laten. Werking van de elektrische parkeerrem dersportier wordt geopend. (automatisch inschakelen) Bij het verlaten van het voertuig altijd Er treedt een systeemstoring op.
  • Pagina 218 Rijden en parkeren 215 De gordelslottong steekt niet in het gordel‐ Als de elektrische parkeerrem ingeschakeld is, geschakeld van de transmissiestand j in de slot van de bestuurdersstoel en het bestuur‐ verschijnt in het combi-instrument het rode con‐ stand h of k. dersportier wordt geopend.
  • Pagina 219 216 Rijden en parkeren Elektrische parkeerrem handmatig inschake‐ Alleen wanneer het controlelampje continu Hierbij ontvangt u informatie over de volgende len of vrijzetten brandt, is de elektrische parkeerrem correct punten: ingeschakeld. potentieel getroffen gedeelte van de auto Aantrekken Vrijzetten kracht van de botsing Het contact inschakelen.
  • Pagina 220 Rijden en parkeren 217 Als de elektrische parkeerrem niet ingescha‐ Als de ruststand wordt geactiveerd, kan de auto comfort leiden en is het mogelijk dat de start‐ keld is. gedurende een langere periode zonder energie‐ accu de motor eventueel niet kan starten. verlies worden geparkeerd.
  • Pagina 221 De radarsensoren zijn afhankelijk van de uitrus‐ Actieve parkeerassistent ( pagina 266) Adaptief remlicht ( pagina 229) ting van de auto achter de bumpers en/of achter de Mercedes-Benz-ster geïntegreerd. Deze PARKTRONIC-parkeerassistent AIRMATIC ( pagina 249) onderdelen vrijhouden van vuil, ijs en aange‐ pagina 252)
  • Pagina 222 Rijden en parkeren 219 Dodehoek- en actieve dodehoekassistent combi-instrument permanent brandt na het Het ABS voorkomt daarbij het blokkeren van met uitstapwaarschuwing ( pagina 274) starten van de motor. de wielen. Wanneer het rempedaal wordt losgelaten, werkt Functie van het ABS (antiblokkeersysteem) Functie van het BAS (Brake Assist System) de rem weer normaal.
  • Pagina 223 220 Rijden en parkeren Wanneer de auto van de door de bestuurder Als het waarschuwingslampje ESP ® ÷ in het & WAARSCHUWING Slipgevaar door uit‐ ® gewenste koers afwijkt, kan het ESP de auto combi-instrument knippert, dan hebben een of ®...
  • Pagina 224 Rijden en parkeren 221 Displaymeldingen ( pagina 484) Er wordt meer aandrijfkoppel overgebracht naar het wiel of de wielen met grip. ETS/4ETS (elektronisch tractiesysteem) De tractieregeling ETS/4ETS is onderdeel van ® Invloed van de rijprogramma's op het ESP het ESP ®...
  • Pagina 225 222 Rijden en parkeren ® Eigenschappen per rijprogramma Rijprogramma Eigenschappen ® modus A (Comfort) Deze rijprogramma's bieden een optimaal com‐ ® -Comfort promis tussen grip en stabiliteit. ; (Eco) Het rijprogramma ;, of A selecteren bij moeilijke wegdekomstandigheden, zoals sneeuw en ijs of een natgeregend wegdek.
  • Pagina 226 Rijden en parkeren 223 ® ® (elektronisch stabiliteitsprogramma) Functie van de ESP zijwindassistent De rijstijl altijd aan de actuele verkeers‑ in- of uitschakelen en weersomstandigheden aanpassen. De ESP ® zijwindassistent herkent plotseling Multimediasysteem: optredende zijwind en helpt de bestuurder om ®...
  • Pagina 227 224 Rijden en parkeren Functie van de EBD (Electronic Brakeforce Systeemgrenzen Het Active Brake Assist System kan u helpen om Distribution) het aanrijdingsgevaar met voertuigen, fietsers of De stuurassistent STEER CONTROL kan in de voetgangers te minimaliseren of de gevolgen van volgende situaties nadelig beïnvloed of buiten De EBD heeft de volgende eigenschappen: een ongeval te beperken.
  • Pagina 228 Rijden en parkeren 225 Eveneens de systeemgrenzen van het Active & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Brake Assist System in acht nemen. len bij een beperkte herkenning door het Active Brake Assist System De afzonderlijke deelfuncties zijn in de vol‐ gende snelheidsbereiken beschikbaar: Het Active Brake Assist System kan objecten en complexe verkeerssituaties niet altijd De afstandswaarschuwingsfunctie waarschuwt u...
  • Pagina 229 226 Rijden en parkeren De afstandswaarschuwingsfunctie kan u in de volgende situaties met een onderbroken waarschuwingssignaal en een waarschuwingslampje ondersteunen: Voorliggers Stilstaande Kruisende Bewegende Stilstaande Kruisende fiet‐ Voorliggende Stilstaande voertuigen voertuigen voetgangers voetgangers sers fietsers fietsers Auto's zonder tot circa tot circa geen reactie tot circa...
  • Pagina 230 Rijden en parkeren 227 De autonome remfunctie kan vanaf een snelheid van circa 7 km/h in de volgende situaties ingrijpen: Voorliggers Stilstaande Kruisende Bewegende Stilstaande Kruisende fiet‐ Voorliggende Stilstaande voertuigen voertuigen voetgangers voetgangers sers fietsers fietsers Auto's zonder tot circa tot circa geen reactie tot circa...
  • Pagina 231 228 Rijden en parkeren Afbreken van een remingreep van het Active Activering door snelle stuurbeweging bij een De verkeerssituatie altijd goed in de Brake Assist System uitwijkmanoeuvre gaten houden en niet uitsluitend op de Een remingreep van het Active Brake Assist Sys‐ Ondersteuning bij het uitwijken en weer in uitwijk-stuurassistent vertrouwen.
  • Pagina 232 Rijden en parkeren 229 Active Brake Assist System instellen Wanneer de sensoren door andere radar‐ selecteren. bronnen worden gehinderd, bijvoorbeeld bij De afstandswaarschuwingsfunctie en auto‐ Multimediasysteem: sterke radarreflectie in parkeergarages nome remfunctie worden uitgeschakeld. Voertuig k Assistentie Als bandenspanningsverlies of een bescha‐ Auto's zonder rijassistentiepakket: Als de Actieve remassistent digde band is herkend of weergegeven...
  • Pagina 233 230 Rijden en parkeren inschakelen van de alarmknipperlichtinstalla‐ gaspedaal neemt, regelt de TEMPOMAT de snel‐ heid weer terug naar de opgeslagen snelheid. De TEMPOMAT wordt bediend met de overeen‐ Wanneer de auto vanaf een snelheid hoger dan komstige stuurwieltoetsen. Elke snelheid vanaf 50 km/h krachtig wordt afgeremd, knipperen de 20 km/h tot de maximumsnelheid, of de opge‐...
  • Pagina 234 Rijden en parkeren 231 Weergaven op het multifunctioneel display Bij lange en steile afdalingen moet vroegtijdig in De snelheid kan op de volgende manieren wor‐ een lagere versnelling worden geschakeld. Hier den begrensd: Op het multifunctioneel display wordt de status vooral op letten als de auto beladen is.
  • Pagina 235 232 Rijden en parkeren Kickdown Voorwaarden Omschakelen tussen TEMPOMAT en varia‐ Als het gaspedaal tot voorbij het drukpunt wordt bele limiter TEMPOMAT ingedrukt (kickdown), wordt de variabele limiter De TEMPOMAT is geselecteerd. passief geschakeld. Op het multifunctioneel dis‐ ® play verschijnt de melding Limiter passief.
  • Pagina 236 Rijden en parkeren 233 Opgeslagen snelheid verhogen/verlagen Auto's met actieve afstandsassistent DISTRONIC: De variabele limiter wordt via De tuimelschakelaar tot het drukpunt De auto op de gewenste snelheid brengen. een andere toets gekozen ( pagina 236). omhoog (SET+) of omlaag (SET-) drukken. De tuimelschakelaar omhoog (SET+) De opgeslagen snelheid wordt 1 km/h ver‐...
  • Pagina 237 234 Rijden en parkeren TEMPOMAT of variabele limiter deactiveren Actieve afstandsassistent DISTRONIC Ook bij kickdown kan de permanente limiter niet passief worden geschakeld en blijft de rijsnel‐ De tuimelschakelaar 3omlaag (CNCL) druk‐ Functie van de actieve afstandsassistent heid onder de ingestelde snelheid. ken.
  • Pagina 238 Rijden en parkeren 235 auto's met rijassistentiepakket in het gebied tus‐ DISTRONIC tot stilstand wordt afgeremd, dan In parkeergarages of op wegen met steile sen 20 km/h en 210 km/h. kan de auto binnen 30 seconden automatisch de hellingen weer wegrijdende voorligger volgen. Als bij het Verdere eigenschappen van de actieve afstands‐...
  • Pagina 239 236 Rijden en parkeren Actieve afstandsassistent DISTRONIC bedie‐ Wanneer de actieve afstandsassistent & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ DISTRONIC een voorligger niet meer her‐ len door beperkte herkenning van de kent of reageert op niet relevante objec‐ actieve afstandsassistent DISTRONIC Voorwaarden ten.
  • Pagina 240 Rijden en parkeren 237 Omschakelen tussen limiter en actieve Weergegeven snelheidslimiet bij actieve laar omhoog (RES) drukken. De voet van afstandsassistent DISTRONIC afstandsassistent DISTRONIC of limiter over‐ het gaspedaal nemen (actieve afstandsassis‐ nemen tent DISTRONIC). De actueel gereden snelheid wordt opgesla‐ De tuimelschakelaar omhoogdrukken gen en door de auto aangehouden (actieve...
  • Pagina 241 238 Rijden en parkeren Actieve afstandsassistent DISTRONIC deacti‐ Snelheid verhogen of verlagen Voorgeschreven afstand tot de voorligger veren De tuimelschakelaar tot het drukpunt vergroten of verkleinen omhoog (SET+) of omlaag (SET-) drukken. Voorgeschreven afstand vergroten: De tui‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ De opgeslagen snelheid wordt 1 km/h ver‐...
  • Pagina 242 Rijden en parkeren 239 Systeemgrenzen mentendisplay wordt altijd geactualiseerd ter hoogte van het verkeersbord. Beperkte snelheidsbegrenzingen (bijvoorbeeld tijdelijk of vanwege het weer) kunnen door het Wanneer op onbegrensde wegen (bijvoorbeeld systeem niet eenduidig worden herkend. De toe‐ op Duitse autosnelwegen) geen snelheidsbe‐ gestane maximumsnelheid voor een combinatie grenzing geldt, wordt de richtsnelheid automa‐...
  • Pagina 243 240 Rijden en parkeren Functie van de routegebaseerde snelheids‐ Files die worden genaderd (alleen met Live tigd en de verdere aanpassing van de snelheid aanpassing Traffic Information ( pagina 340)) geactiveerd. De aanpassing van de snelheid wordt in de vol‐ De volgende functie is landsafhankelijk en Bij het bereiken van het tolstation neemt de gende gevallen beëindigd:...
  • Pagina 244 Rijden en parkeren 241 Routegebaseerde snelheidsaanpassing Afhankelijk van het land kan de actieve & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ instellen stuurassistent zich bij lagere snelheden ori‐ len ondanks routegebaseerde snelheids‐ ënteren op het omringende verkeer. Indien aanpassing Voorwaarden nodig kan de actieve stuurassistent dan ook De actieve afstandsassistent DISTRONIC is De routegebaseerde snelheidsaanpassing ondersteunen door een decentrale positie op...
  • Pagina 245 242 Rijden en parkeren houden met een omschakeling van de actieve De waarschuwing vindt niet plaats of wordt Het systeem kan in de volgende situaties moge‐ toestand naar de passieve toestand of omge‐ beëindigd wanneer de bestuurder een terugmel‐ lijk niet correct werken of buiten werking zijn: keerd.
  • Pagina 246 Rijden en parkeren 243 Actieve stuurassistent inschakelen Bij zeer smalle en bochtige rijbanen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Bij obstakels, bijvoorbeeld geleidebakens bij len door onverwachte afbreking van de Voorwaarden wegwerkzaamheden, die op de rijstrook werking van de actieve stuurassistent ®...
  • Pagina 247 244 Rijden en parkeren Functie van de actieve rijstrookwisselassis‐ De actieve stuurassistent is ingeschakeld en Zodra de ondersteuning het wisselen van rij‐ tent actief. strook start, wordt naast de weergave in het multifunctioneel display automatisch de richting‐ De volgende functie is landsafhankelijk en aanwijzer geactiveerd.
  • Pagina 248 Rijden en parkeren 245 Actieve rijstrookwisselassistent in- en uit‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ De rijstrookwisselassistent biedt dan geen schakelen ondersteunende stuurmomenten meer. len door verwisselen van rijstrook naar Multimediasysteem: bezette rijstrook Het verwisselen van rijstrook altijd uit‐ Voertuig k Assistentie voeren met de handen aan het stuur‐...
  • Pagina 249 DISTRONIC en routegebaseerde snelheids‐ Actieve stuurassistent aanpassing De auto wordt ontgrendeld. Assistentieweergave Indien mogelijk, wordt een noodoproep naar de Mercedes-Benz alarmcentrale verstuurd. De bestuurder kan de vertraging altijd afbreken door een van de volgende handelingen: Sturen Remmen of gas geven Stuurwieltoets indrukken...
  • Pagina 250 Rijden en parkeren 247 display als terugkoppelingsmelding op één regel knipperend weergegeven. Wanneer de passieve Actieve afstandsassistent DISTRONIC actief, weergegeven. toestand bereikt is, wordt het symbool in het snelheid opgeslagen, geen voertuig herkend multifunctioneel display grijs weergegeven. (lichtgekleurd voertuigsymbool) Statusindicatie actieve stuurassistent Actieve afstandsassistent DISTRONIC actief, snelheid opgeslagen, voertuig herkend Functie van de wegrijhulp voor op hellingen...
  • Pagina 251 248 Rijden en parkeren HOLD-functie in- en uitschakelen Daarom snel de voet van het rem- op * AANWIJZING Beschadiging door zelf‐ het gaspedaal zetten. Nooit proberen standig remmen & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ de auto te verlaten, wanneer deze met Wanneer een van de volgende functies inge‐...
  • Pagina 252 Rijden en parkeren 249 De elektrische parkeerrem is vrijgezet. De auto wordt met de elektrische parkeer‐ Het rijprogramma kan worden ingesteld met de rem beveiligd. DYNAMIC SELECT-schakelaar. De actieve afstandsassistent DISTRONIC is uitgeschakeld. In de volgende situaties wordt het vastzetten van AIRMATIC De transmissie staat in de stand h, k of de auto door de transmissiestand j of de elek‐...
  • Pagina 253 250 Rijden en parkeren DYNAMIC SELECT-schakelaar en niveautoets Beschikbare onderstelafstellingen Rijprogramma Eigenschappen A (Comfort) De onderstelafstelling is comfortabel. De auto wordt op het normale niveau ingesteld. Vanaf een snelheid van 125 km/h daalt de auto. Bij een snelheid onder 80 km/h wordt de auto weer omhooggebracht. ;...
  • Pagina 254 Rijden en parkeren 251 Voertuighoogte instellen van de spatbordranden of onder de * AANWIJZING Beschadigingen door zak‐ auto bevinden; dit controleren. kende auto & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Bij het zakken van de auto kunnen carrosse‐ len door te grote voertuighoogte &...
  • Pagina 255 252 Rijden en parkeren Auto omhoogbrengen PARKTRONIC-parkeerassistent Er wordt circa drie minuten met een snelheid tussen 60 km/h en 80 km/h gereden. Functie van de PARKTRONIC-parkeerassis‐ Er wordt een rijprogramma met de DYNAMIC tent SELECT-schakelaar geselecteerd. De auto wordt ingesteld op de hoogte van het actieve rijprogramma.
  • Pagina 256 Rijden en parkeren 253 Weergave van de PARKTRONIC-parkeerassis‐ vreren en in- en uitparkeren. Bij het manoeuvre‐ tent in het multimediasysteem ren, in- en uitparkeren mogen zich onder andere geen personen, dieren of voorwerpen in het manoeuvreergebied bevinden; dit controleren. In de standaardinstelling klinkt voor vanaf een afstand van circa 0,3 m en achter circa 1,0 m tot het obstakel een onderbroken signaal.
  • Pagina 257 254 Rijden en parkeren Problemen met de PARKTRONIC-parkeeras‐ Obstakels boven het registratiegebied, bij‐ voorbeeld uitstekende lading, overhangen of sistent laadplatforms van vrachtwagens De sensoren moeten vrij zijn van vuil, ijs of natte sneeuw. Anders kunnen ze niet correct functio‐ neren. Daarom moeten de sensoren regelmatig worden gereinigd;...
  • Pagina 258 Rijden en parkeren 255 Probleem Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen symbool é verschijnt op het multi‐ Controleer of de PARKTRONIC parkeerassistent op een andere plaats werkt. functioneel display. De segmenten aan de achterzijde De sensoren zijn vervuild. rondom gaan rood branden. Tegelij‐ De sensoren reinigen en hierbij de aanwijzingen met betrekking tot de verzorging van onderdelen van de kertijd klinkt iedere keer dat de motor auto (...
  • Pagina 259 256 Rijden en parkeren afstand van een autolengte is afgelegd, kunnen Na het starten van de motor moeten obstakels alle segmenten aan de zijkant voor en achter opnieuw worden gedetecteerd voordat een worden weergegeven. nieuwe waarschuwing kan volgen. Systeemgrenzen Voor de passieve flankbescherming gelden in principe de systeemgrenzen van de PARKTRO‐...
  • Pagina 260 Rijden en parkeren 257 Waarschuwingssignalen van de PARKTRO‐ onder of boven de sensoren bevinden, NIC-parkeerassistent instellen bijvoorbeeld bloembakken of aanhang‐ Multimediasysteem: wagendissels. Anders kunnen de auto Voertuig k Assistentie of andere objecten worden beschadigd. Camera & parkeren De PARKTRONIC-parkeerassistent is actief, als Waarsch.signalen inst.
  • Pagina 261 258 Rijden en parkeren Achteruitrijcamera De functie in- O of uitschakelen ª. slag. Zo kunt u zich bij het achteruitrijden oriën‐ teren en obstakels vermijden. Functie van de achteruitrijcamera Geluidsverlaging in- of uitschakelen De achteruitrijcamera is slechts een hulpmiddel. U kunt vastleggen, of tijdens een akoestische Hij kan uw waarneming van de omgeving niet waarschuwing van de PARKTRONIC-parkeeras‐...
  • Pagina 262 Rijden en parkeren 259 Rode hulplijn op circa 0,3 m afstand tot de kogelkop van de aanhangwagenvoorziening Kogelkop van de aanhangwagenvoorziening Auto's met actieve parkeerassistent De volgende cameraweergaven zijn beschikbaar in het multimediasysteem: Normale weergave Groothoekweergave Gele hulplijnen, breedte van de auto (vlak waarover wordt gereden) afhankelijk van de momentele stuuruitslag (dynamisch) Geel rijspoor van de banden bij actuele...
  • Pagina 263 260 Rijden en parkeren Als de PARKTRONIC-parkeerassistent uitge‐ Rode hulplijn op circa 0,3 m afstand tot het schakeld is, wordt de waarschuwingsmelding achtergedeelte ook uitgeschakeld. Gele waarschuwingsmelding van de PARK‐ TRONIC-parkeerassistent: Obstakels op een afstand tussen circa 0,6 m en 1,0 m) Rode waarschuwingsmelding van de PARK‐...
  • Pagina 264 Rijden en parkeren 261 Camera's of onderdelen van de auto, waarin directe omgeving van de auto. Het systeem de camera's zijn ingebouwd, zijn beschadigd. ondersteunt u bijvoorbeeld bij het parkeren of bij In dit geval de camera's, hun stand en afstel‐ onoverzichtelijke uitritten.
  • Pagina 265 262 Rijden en parkeren Top View Wanneer de PARKTRONIC-parkeerassistent gereed voor gebruik is en geen objecten worden herkend, worden de segmenten van de waar‐ schuwingsmelding grijs afgebeeld. Als het volledige systeem uitvalt, worden de segmenten van de waarschuwingsmelding rood afgebeeld en verschijnt op het multi‐ functioneel display in het combi-instrument het symbool é.
  • Pagina 266 Rijden en parkeren 263 Hulplijnen De hulplijnen op het mediadisplay geven de afstanden tot de eigen auto aan. De afstan‐ den gelden op rijbaanhoogte. De hulplijnen in de aanhangwagenmodus worden ter hoogte van de aanhangwagen‐ voorziening afgebeeld. Aanhangwagenweergave (auto's met aan‐ hangwagenvoorziening) Wanneer u de aanhangwagenweergave selec‐...
  • Pagina 267 264 Rijden en parkeren Systeemgrenzen Hulplijnen van de buitenmaten van de auto met uitgeklapte buitenspiegels De 360°-camera werkt in onder andere de vol‐ gende situaties slechts beperkt of helemaal niet: Markering van de punten waar de wielen de grond raken De portieren zijn geopend.
  • Pagina 268 Rijden en parkeren 265 In dit geval de camera's, hun stand en afstel‐ beeld pixelfouten, laten repareren of vervan‐ Multimediasysteem: ling laten controleren bij een gekwalificeerde gen. Voertuig k Assistentie werkplaats. De aanwijzingen voor het reinigen van de 360°- Camera & parkeren Aut.
  • Pagina 269 266 Rijden en parkeren Nieuwe favoriet selecteren. kunnen vrij worden gekozen. De actieve parkeer‐ De actieve parkeerassistent wordt onder andere assistent berekent een geschikte baan voor de afgebroken als een van de volgende handelingen Voertuig selecteren. auto, schakelt de richtingaanwijzers in en onder‐ wordt uitgevoerd: Camera selecteren.
  • Pagina 270 Rijden en parkeren 267 parkeerplekken. De actieve parkeerassistent keerplek steekt, worden mogelijkerwijs niet als De actieve parkeerassistent ondersteunt u in stuurt daarom mogelijk te vroeg de parkeerplek parkeerplek herkend of niet correct gemeten. De onder andere de volgende situaties niet bij par‐ actieve parkeerassistent alleen gebruiken op een keerplekken dwars op de rijrichting: vlakke, stroeve ondergrond.
  • Pagina 271 268 Rijden en parkeren Met de actieve parkeerassistent inparkeren Eventueel de parkeerrichting vooruit of ach‐ teruit selecteren. Afhankelijk van de gekozen parkeerplek en de parkeerrichting wordt de baan van de auto weergegeven. De gekozen parkeerplek bevestigen. De richtingaanwijzer wordt automatisch ingeschakeld als het inparkeren wordt gestart.
  • Pagina 272 Rijden en parkeren 269 Na beëindiging van het parkeren verschijnt de In acht nemen dat u tijdens de gehele parkeer‐ Op andere verkeersdeelnemers en melding Parkeerassistent beëindigd, auto over- procedure verantwoordelijk bent voor de auto en objecten letten. nemen. Eventueel kunnen nog manoeuvreerpro‐ de omgeving.
  • Pagina 273 270 Rijden en parkeren Indien noodzakelijk de richtingaanwijzers over‐ eenkomstig gebruiken. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ len door opzij bewegen van de auto bij het in- en uitparkeren De auto beweegt bij het in‑ en uitparkeren opzij en kan daarbij ook op de andere rij‐ strook komen.
  • Pagina 274 Rijden en parkeren 271 obstakel in rijrichting wordt herkend, wordt de Het herkende obstakel is minder dan circa verkeerssituatie dit toelaat en uitwijken rijsnelheid kortstondig begrensd tot circa 1,0 m verwijderd. zonder gevaar mogelijk is. 2 km/h. Wanneer een kritische situatie wordt De functie manoeuvreerondersteuning is in herkend, verschijnt het symbool È...
  • Pagina 275 272 Rijden en parkeren volgt, kan de auto automatisch worden afge‐ De manoeuvreerondersteuning moet voor de remd. werking van de Drive Away Assist pagina 270) en Cross Traffic Alert Als de radarsensoren door voertuigen of andere pagina 271) actief zijn. objecten zijn afgedekt, vindt er geen herkenning plaats.
  • Pagina 276 Rijden en parkeren 273 Gevoelig: Verhoogde gevoeligheid van het In het menu Assistentie van de boordcomputer De ATTENTION ASSIST werkt in de volgende situ‐ systeem. De bestuurder wordt eerder kan de statusinformatie voor de ATTENTION aties beperkt en waarschuwingen wordt ver‐ gewaarschuwd en de door het systeem ASSIST worden opgeroepen: traagd of helemaal niet gegeven:...
  • Pagina 277 274 Rijden en parkeren Dodehoek- en actieve dodehoekassistent U doet de veiligheidsgordel af en opent de & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ chauffeursdeur (bijvoorbeeld wisselen van met uitstapwaarschuwing len ondanks de dodehoekassistent chauffeur of pauze). Functie van de dodehoek- en actieve dode‐ De dodehoekassistent reageert niet op voer‐...
  • Pagina 278 Rijden en parkeren 275 het drie maal knipperen van het waarschuwings‐ Altijd voldoende zijdelingse afstand tot andere & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ lampje in de buitenspiegel. verkeersdeelnemers en obstakels aanhouden. len ondanks uitstapwaarschuwing De uitstapwaarschuwing is slechts een hulpmid‐ Als lang naast lange voertuigen wordt gereden, De uitstapwaarschuwing reageert niet op stil‐...
  • Pagina 279 276 Rijden en parkeren Als de actieve dodehoekassistent in het contro‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ legebied een zijdelings botsingsgevaar herkent, len ondanks de actieve dodehoekassis‐ wordt een corrigerende remingreep uitgevoerd. tent Deze moet door u worden ondersteund, om een De actieve dodehoekassistent reageert in de botsing te voorkomen.
  • Pagina 280 Rijden en parkeren 277 Systeemgrenzen Dodehoekassistent of actieve dodehoekas‐ bare terugkoppeling van het stuurwiel worden sistent in- of uitschakelen gewaarschuwd en door een corrigerende remin‐ In de volgende situaties vindt er geen of een aan Multimediasysteem: greep naar uw rijstrook worden teruggevoerd. de rijsituatie aangepaste corrigerende remin‐...
  • Pagina 281 278 Rijden en parkeren verleggen. Hij kan geen rekening houden met de Als sportief wordt gereden, bij hoge bocht‐ weg- en weersomstandigheden en de verkeerssi‐ snelheden of snelle acceleraties tuatie. De actieve spoorassistent is slechts een ® Als het ESP uitgeschakeld is hulpmiddel.
  • Pagina 282 Rijden en parkeren 279 Actieve spoorassistent in- en uitschakelen zijn, bijvoorbeeld in de omgeving van weg‐ De remingreep kan te allen tijde worden werkzaamheden (auto's met PARKTRONIC-parkeerassistent) afgebroken, bijvoorbeeld door licht tegenstu‐ Als de rijstrookmarkeringen versleten, donker ren. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ of bedekt zijn Altijd voldoende zijdelingse afstand tot len ondanks de waarschuwing van de...
  • Pagina 283 280 Rijden en parkeren Gevoeligheid van de actieve spoorassistent De volgende aanwijzingen met betrekking tot de instellen kogeldruk in acht nemen: Multimediasysteem: De toegestane kogeldruk niet over- of onder‐ Voertuig k Assistentie schrijden. Actieve spoorassistent De maximumkogeldruk zoveel mogelijk benutten. Een instelling selecteren.
  • Pagina 284 Rijden en parkeren 281 Kogelhals uitklappen De verlichting van de aangesloten aanhang‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel wagen functioneert. door uitzwenken van de kogelhals Auto's zonder LED-koplampen of ACTIVE Wanneer de kogelhals wordt ontgrendeld of MULTIBEAM LED-koplampen: De koplam‐ bij het inklappen niet correct wordt vergren‐ pen zijn correct ingesteld.
  • Pagina 285 282 Rijden en parkeren Aanhangwagen aan- of afkoppelen De afdekkap van de kogelkop verwijderen en veilig opbergen. & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel bij Erop letten dat de kogel van de kogelhals schoon een gewijzigde voertuighoogte is. Controleren of de trekhaak volgens de voor‐ Auto's met niveauregeling: De voertuig‐...
  • Pagina 286 Rijden en parkeren 283 Aanhangwagens met een 7-polige stekker kun‐ Achteruitrijcamera nen via de volgende adapters op de auto worden 360°-camera aangesloten: Aanhangwagen aankoppelen Adapterstekker Adapterkabel * AANWIJZING Beschadiging van de voer‐ tuigaccu door volledige ontlading De aanhangwagen wordt alleen door de auto herkend indien aan de volgende voorwaarden Door het opladen van de aanhangwagenaccu wordt voldaan:...
  • Pagina 287 284 Rijden en parkeren Ook bij een correct aangesloten aanhangwagen De elektrische verbinding tussen auto en * AANWIJZING Beschadiging bij het afkop‐ kan een displaymelding op het multifunctioneel aanhangwagen losmaken. pelen als de aanhangwagen geremd is display verschijnen: De aanhangwagen afkoppelen. Als de aanhangwagen bij het afkoppelen Het verlichtingssysteem van de aanhangwa‐...
  • Pagina 288 75 kg. van de auto verdelen. Het draagvermogen wordt berekend uit het Mercedes-Benz adviseert om voor het beladen gewicht van de fietsdrager en de belading van de van de fietsdrager alle aanbouwdelen op de fiet‐ fietsdrager.
  • Pagina 289 286 Rijden en parkeren Belading van de fietsdrager sen te verwijderen, bijvoorbeeld fietsmanden, kinderzitjes of accu's. Daardoor kan de lucht‐ Totaalge‐ Max. afstand Max. afstand weerstand en het zwaartepunt van de fietsdrager wicht van worden verbeterd. fietsdrager De fietsen altijd tegen verschuiven beveiligen en en belading regelmatig controleren of deze nog goed vastzit‐...
  • Pagina 290 Instrumenten-display en boordcomputer 287 Instrumentendisplay in de widescreen cock‐ zetten. Contact opnemen met een gekwalifi‐ Overzicht instrumentendisplay ceerde werkplaats. Mercedes-AMG auto's: Beslist de aanwijzingen Instrumentendisplay (standaard) in de aanvullende handleiding lezen. Anders kunt u gevaren niet herkennen. Plug-in-hybride: Beslist de aanwijzingen in de aanvullende handleiding lezen.
  • Pagina 291 288 Instrumenten-display en boordcomputer Auto's met 48V-boordnet (EQ Boost techno‐ De segmenten in de snelheidsmeter geven & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ de status van de volgende systemen aan: logie) wonden bij het openen van de motorkap TEMPOMAT ( pagina 230) Wanneer bij een oververhitte motor of bij Limiter ( pagina 231)
  • Pagina 292 Instrumenten-display en boordcomputer 289 Bij het bedienen van de boordcomputer de wet‐ ò Homescreen oproepen Overzicht toetsen in het stuurwiel telijke bepalingen in acht nemen van het land Touch-control multimediasysteem waarin u zich bevindt. % Terugtoets (lang indrukken) De weergaven van de boordcomputer ver‐ schijnen op het multifunctioneel display Boordcomputer bedienen pagina 292).
  • Pagina 293 290 Instrumenten-display en boordcomputer Menuweergave op volledig scherm Bij de bediening van de boordcomputer klinken verschillende geluidssignalen als bevestiging van Auto's met instrumentendisplay in de Wide‐ een bediening, bijvoorbeeld wanneer het einde screen Cockpit: De volgende menu's kunnen op van een lijst wordt bereikt of als door een lijst het volledige instrumentendisplay worden weer‐...
  • Pagina 294 Instrumenten-display en boordcomputer 291 Sportief De indexpunten geven het geselecteerde Gebied met meerdere weergaven instellen punt in de lijst aan. Progressief De volgende display-inhoud kan in de stijlen Stijl selecteren: Maak links op de touch- Klassiek Sportief worden weergegeven: control een veegbeweging naar boven of Toerenteller beneden.
  • Pagina 295 292 Instrumenten-display en boordcomputer Verdere weergaven op het multifunctioneel dis‐ Gedeeltelijk-grootlichtassistent Plus Overzicht van de weergaven op het multi‐ play: pagina 154) functioneel display Schakeladvies ( pagina 198) ð Maximaal toegestane snelheid overschre‐ den (alleen voor bepaalde landen) ë Actieve parkeerassistent ingeschakeld pagina 268) é...
  • Pagina 296 Instrumenten-display en boordcomputer 293 De lichtsterkteregelaar omhoog- of Controleer de bandenspanning met omlaagdraaien. behulp van de bandenspanningscontrole De verlichting in het instrumentendisplay en pagina 443) in de bedieningselementen in het interieur Bandenspanningscontrole opnieuw star‐ wordt ingesteld. ten ( pagina 443) ASSYST PLUS: Onderhoudstermijn oproepen pagina 395)
  • Pagina 297 294 Instrumenten-display en boordcomputer Weergaven van de actieve afstandsassistent ECO-aanduiding( pagina 189) DISTRONIC ( pagina 234) Tripcomputer Na vertrek Na reset Weergaven van de actieve rijstrookwisselas‐ Digitale snelheidsmeter sistent ( pagina 244) Weergaven van de ECO-assistent Weergaven in het menu Reis oproepen Boordcomputer: Reis Tripcomputer (voorbeeld)
  • Pagina 298 Instrumenten-display en boordcomputer 295 Waarden in het menu Reis van de boordcom‐ Wanneer langer links op de touch-control wordt Geschatte aankomsttijd op de eerstvolgende puter terugzetten gedrukt, worden de waardes van de functie bestemming direct teruggezet. Straat waarin wordt gereden Boordcomputer: Reis Navigatie-aanwijzingen in de boordcomputer...
  • Pagina 299 296 Instrumenten-display en boordcomputer Radiozender met de boordcomputer selecte‐ Mogelijke verdere weergaven in het menu Navi- Een radiozender selecteren: Maak links op gatie: de touch-control een veegbeweging naar boven of beneden. Rijrichting: Weergave van de rijrichting en de Boordcomputer: straat waarin momenteel wordt gereden. Het frequentiebereik of zendergeheugen Radio selecteren...
  • Pagina 300 Instrumenten-display en boordcomputer 297 Mediaweergave met de boordcomputer Naar de titel in een actieve mediabron Deze apparatuur alleen bedienen als de bedienen gaan: Maak links op de touch-control een verkeerssituatie dit toelaat. veegbeweging naar boven of beneden. Boordcomputer: Als dit niet kan worden gewaarborgd, Een mediabron wisselen op een veilige plek stoppen en de invoe‐...
  • Pagina 301 298 Instrumenten-display en boordcomputer Een gesprek aannemen/weigeren Links op de touch-control drukken. Een instelling selecteren: Maak links op de Als voor de record slechts een telefoon‐ Auto's met head-up-display: Wanneer u wordt touch-control een veegbeweging naar boven nummer opgeslagen is: Het telefoonnum‐ opgebeld, toont het head-up-display een melding of beneden.
  • Pagina 302 Instrumenten-display en boordcomputer 299 Weergave-inhoud Systeemgrenzen Head-up-display De zichtbaarheid wordt door de volgende Werking van het head-up-display omstandigheden beïnvloed: Mercedes-AMG auto's: Beslist de aanwijzingen Zitpositie in de aanvullende handleiding lezen. Anders kunt Instelling van de beeldpositie u gevaren niet herkennen. Lichtverhoudingen Het head-up-display projecteert in het blikveld van de bestuurder:...
  • Pagina 303 300 Instrumenten-display en boordcomputer Head-up-display in- of uitschakelen De toets indrukken.
  • Pagina 304 Multimediasysteem 301 • Geluid in- of uitschakelen ( pagina 307) Overzicht en bediening Voor Mercedes-AMG auto's met AMG Perfor‐ Overzicht multimediasysteem mance-uitlaatsysteem: • Draaien: Volume instellen & WAARSCHUWING Gevaar voor afleiding • Indrukken: Multimediasysteem in- en uit‐ door informatiesystemen en communica‐ schakelen tieapparatuur Toets Ü...
  • Pagina 305 302 Multimediasysteem Overzicht centrale bedieningselementen Touch-Control De aanwijzingen met betrekking tot de verzor‐ ging van het interieur in acht nemen Touch-control bedienen pagina 412). Automatische temperatuuruitschakeling: Als de temperatuur te hoog is, wordt eerst de hel‐ derheid automatisch gereduceerd. Vervolgens kan het display tijdelijk volledig worden uitge‐...
  • Pagina 306 Multimediasysteem 303 Controller bedienen Favorieten oproepen: Wanneer de hoofd‐ functies worden weergegeven, de controller Op de touch-control naar rechts vegen. omlaagschuiven. Menupunt selecteren: Op de touch-control Controller omhoog, omlaag, naar links of rechts vegen. Bedieningsmogelijkheden van de controller: Op de touch-control drukken.
  • Pagina 307 304 Multimediasysteem Besturingsmenu van de laatst actieve Kort indrukken: Terug naar laatste weergave audiobron oproepen: Met twee vingers Lang indrukken: Hoofdfuncties oproepen omhoogvegen. De veegbeweging moet aan De navigatie in menu's en lijsten gebeurt via het de onderzijde van de touchpad beginnen. aanrakingsgevoelige oppervlak met een-vin‐...
  • Pagina 308 Multimediasysteem 305 Haptische bedieningsfeedback van de touch‐ Hoofdfuncties Met een vinger omhoog of omlaag vegen. pad in- en uitschakelen Radio: De vorige of de volgende zender wordt Hoofdfuncties oproepen Multimediasysteem: ingesteld. Systeem w Invoer Mediabron: De vorige of de volgende muziek‐ titel wordt geselecteerd.
  • Pagina 309 306 Multimediasysteem Alternatief: De toets © op de touch-con‐ Favorieten hernoemen ( pagina 306). Nieuwe favoriet selecteren. trol of de touchpad indrukken of de control‐ De categorieën worden weergegeven. Favorieten verschuiven ( pagina 307). ler indrukken. Een categorie selecteren. Favorieten wissen ( pagina 307).
  • Pagina 310 Multimediasysteem 307 Geluid in- en uitschakelen Een favoriet selecteren. Eenmaal omlaag navigeren. Eenmaal omlaag navigeren. Een favoriet selecteren. Het menu Favorieten verschijnt. Eenmaal omlaag navigeren. Hernoemen selecteren. Het menu Favorieten verschijnt. De tekens invoeren. Wissen: Wissen selecteren. De invoer bevestigen: ¡ selecteren. selecteren.
  • Pagina 311 308 Multimediasysteem Inschakelen: Van mediabron wisselen of aan de volumeknop draaien. Volume instellen Met volumeknop instellen Op het multimediasysteem Op het multimediasysteem Met het multifunctioneel stuurwiel Uitschakelen: Op de volumeknop druk‐ De volumeknop draaien. Het volume van de actuele radio- of media‐ ken.
  • Pagina 312 Multimediasysteem 309 Invoeren van tekens tijdens een gesproken rij-aanwijzing Een speciale bestemming of een adres invoe‐ ren. Het volume van de gesproken rij-aanwij‐ Tekeninvoer gebruiken zing wijzigt afhankelijk van het volume Een telefoonnummer kiezen. van de actuele mediabron. & WAARSCHUWING Gevaar voor afleiding De volgende functies zijn beschikbaar: door informatiesystemen en communica‐...
  • Pagina 313 310 Multimediasysteem Voorbeeld: bestemming invoeren (navigatie) De tekens op het aanrakingsgevoelige opper‐ De functie "Favoriet hernoemen" oproepen vlak van de touchpad schrijven. pagina 306). De speciale bestemming of het adres invoe‐ De handschriftherkenning ondersteunt met Teken invoeren: De controller draaien 3, ren ( pagina 323).
  • Pagina 314 Multimediasysteem 311 Voorbeeld: bestemming invoeren (navigatie) Displayhelderheid instellen De functie "Favoriet hernoemen" oproepen pagina 306). De speciale bestemming of het adres invoe‐ Helderheid display selecteren. Teken invoeren: Het teken met een vinger ren ( pagina 323). De lichtsterkte selecteren. op de touchpad schrijven. Display uit- en inschakelen Het teken wordt in de invoerregel ingevoerd.
  • Pagina 315 312 Multimediasysteem Tijdzone instellen De volgende weergaven kunnen worden geselec‐ Zomertijd selecteren. teerd: Multimediasysteem: selecteren. Systeem & Tijd en datum Dynamisch Tijd- en datumformaat instellen Tijdzone: Navigatiekaart Multimediasysteem: De landenlijst wordt weergegeven. Verbruik Systeem & Tijd en datum Een land selecteren #. Tijd en datum Formaat instellen Afhankelijk van het land worden tijdzones...
  • Pagina 316 Multimediasysteem 313 De datum wordt automatisch via GPS ingesteld. Nummerlijsten ( pagina 359) selecteren. ® Android Auto wordt beëindigd en Bluetooth Internetverbinding ( pagina 372) wordt uitgeschakeld. Verbinding ® Muziek via Bluetooth -audio beluisteren Overdracht van de positie van de auto in- en Visitekaartjes (vCard) overbrengen naar de Wi-Fi uitschakelen...
  • Pagina 317 314 Multimediasysteem De verbinding met een beveiligd WiFi-net‐ met de HERMES communicatiemodule wor‐ Op het te verbinden apparaat de beveiligings‐ werk vindt plaats via een pincode. den gemaakt. Functies zoals de dynamische sleutel laten weergeven (zie de handleiding routebegeleiding met Live Traffic Information van de fabrikant).
  • Pagina 318 Multimediasysteem 315 Systeemtaal Eenheid voor afstand instellen ¥ Via WPS PBC verbinden selecteren. Bij het te verbinden apparaat in de optie "Via Aanwijzingen voor de systeemtaal Multimediasysteem: WPS PBC verbinden" selecteren. Met deze functie wordt de taal voor de menu‐ Systeem % Maateenheden meldingen en de gesproken rij-aanwijzingen vast‐...
  • Pagina 319 Bij gegevens die van een andere auto afkom‐ Pincode opslaan stig zijn wordt dit bij het inlezen herkend. Mercedes-Benz is niet aansprakelijk voor PIN instellen selecteren. eventueel verlies van gegevens. Wanneer de gegevens geïmporteerd zijn, Een viercijferige pincode invoeren.
  • Pagina 320 Als alternatief kunt u de pinbeveiliging bij Automatische synchronisatie Instellingen wijzigen selecteren. een Mercedes-Benz-servicewerkplaats laten Bij het in- en uitschakelen van het contact vindt Met pincode bevestigen. terugzetten. elke keer een synchronisatie van de individuele Gegevensexport beveiligen selecteren.
  • Pagina 321 318 Multimediasysteem Instellingen in de zenderlijst van de tv-tuner Import: Profielen van de server importeren Terugzetten selecteren. Navigatie- en verkeersinformatie Het gastprofiel kan niet worden gewist of De melding Het importeren van de profielen een andere naam krijgen. De instellingen verschillen, afhankelijk van de overschrijft de bestaande profielen.
  • Pagina 322 Meer informatie over de software-updates onder Software-actualisering activeren Deze is niet in alle landen beschikbaar. Voor http://me.mercedes-benz.com Het systeem opnieuw starten. meer informatie over de internetverbinding, Software-actualisering uitvoeren zie ( pagina 372).
  • Pagina 323 320 Multimediasysteem Reset-functie (terugzetten) Wanneer de automatische software-update Voorwaarden voor de installatie: actief is, worden de systeemupdates auto‐ Het contact is ingeschakeld. Multimediasysteem: matisch gedownload ( pagina 319). De motor draait niet. Systeem Terugzetten Zodra een update kan worden gedownload, ver‐ De aanwijzingen en waarschuwingen zijn Persoonlijke gegevens worden gewist, bijvoor‐...
  • Pagina 324 Multimediasysteem 321 Als u uw pincode vergeten bent, kunt u de De zijde met de contacten moet omlaag wij‐ * AANWIJZING Schade bij handmatige wij‐ pinbeveiliging door een Mercedes-Benz-ser‐ zen. ziging vicewerkplaats laten deactiveren. Wanneer u de sd-kaart voor de eerste keer in...
  • Pagina 325 322 Multimediasysteem Navigatie inschakelen Wanneer een instelling in de klimaatregeling Multimediasysteem: wordt gewijzigd, verschijnt gedurende korte Navigatie Multimediasysteem: tijd de klimaatregel. Navigatie Menu Navigatie in- en uitschakelen Voorwaarden De kaart toont de actuele positie van de auto. Weergeven: Op de touchpad of de touch- control naar links vegen.
  • Pagina 326 U hebt een gebruikersaccount op de Mercedes me-Portal. Bestemmingsinvoer De dienst is bij een Mercedes-Benz-service‐ Speciale bestemming of adres invoeren werkplaats vrijgeschakeld. Het land waarin de auto zich bevindt, is ingesteld & WAARSCHUWING Gevaar voor afleiding Meer informatie vindt u onder: http:// door informatiesystemen en communica‐...
  • Pagina 327 324 Multimediasysteem Bijvoorbeeld deze adresbestanddelen invoe‐ Het teken op de touchpad schrijven. Online-zoeken oproepen: 6 Online-zoe- ren: selecteren. Omschakelen op tekenselectie: De toets Na het opbouwen van de internetverbinding Stad, straat, huisnummer % indrukken. verschijnt een lijst. Deze toont online- Straat, stad bestemmingen overeenkomstig de invoer tot Postcode...
  • Pagina 328 Multimediasysteem 325 Bestemming overnemen: 7 Bestemming De volgorde bij de adresinvoer is willekeurig, Land wijzigen: Het land selecteren. bijvoorbeeld: overnemen selecteren. Het land invoeren. Het is voldoende het eer‐ Als de bestemming niet eenduidig is, ver‐ Stad of postcode, Straat, Huisnr.
  • Pagina 329 326 Multimediasysteem Indien er al favorieten zijn opgeslagen Hemelsbrede afstand naar speciale Speciale bestemmingen die tot de cate‐ bestemming pagina 339), Uit openbare favorieten gorie Italiaanse keuken behoren. selecteren. Bij het zoeken naar de actuele positie van ¡ selecteren. De favorieten selecteren. de auto wordt de rechtstreekse richting De eerste speciale bestemming in de lijst is naar de speciale bestemming (pijl) weer‐...
  • Pagina 330 Multimediasysteem 327 Rijsituatie Als een routebegeleiding actief is, Nieuwe Multimediasysteem: De routebegeleiding is in werking. Het niveau in routebegeleiding starten Als volgende tus- Navigatie de brandstoftank heeft de brandstofreserve senbestemming instellen selecteren. Tussenbestemmingen en informatie bereikt. Nieuwe routebegeleiding starten: Het gese‐ Tussenbestemming zoeken selecteren.
  • Pagina 331 328 Multimediasysteem Multimediasysteem: Multimediasysteem: Het zoeken vindt in eerste instantie online en vervolgens in de databank van het multime‐ Navigatie Navigatie diasysteem plaats. Tussenbestemmingen en informatie Tussenbestemmingen en informatie De bestemming selecteren. Kaart oproepen: De bestemming of tussen‐ Nieuwe routebegeleiding starten selecteren.
  • Pagina 332 Multimediasysteem 329 Geo-coördinaten invoeren Bestemming zoeken via het driewoorden‐ De Brandenburger Tor heeft dit taalafhanke‐ Multimediasysteem: adres invoeren is niet in alle landen beschik‐ lijke driewoordenadres: baar. Navigatie Duits: tapfer.gebäude.verliehen Multimediasysteem: ¬ Laatste bestemmingen en overige Engels: that.lands.winning Geo-coördinaten Navigatie ª...
  • Pagina 333 330 Multimediasysteem Kaartrichting 2D of 3D instellen Speciale bestemmingen in omgeving weerge‐ In het kaartmenu "Kaart verschuiven" selecteren ( pagina 343). Kaartoriëntatie: 2D/3D markeren. De vinger op de touch-control of de touchpad Speciale bestemmingen in omgeving selecte‐ Op de touch-control of de touchpad drukken in een willekeurige richting bewegen.
  • Pagina 334 Multimediasysteem 331 Route als volgende tussenbestemming. De routebe‐ Het routetype selecteren. geleiding begint. Wanneer de routebegeleiding actief is, wordt Route berekenen de route berekend met het nieuwe routetype. Met alternatieve routes rekening houden Voorwaarden Wanneer geen routebegeleiding actief is, Een alternatieve routes selecteren De bestemming is ingevoerd.
  • Pagina 335 332 Multimediasysteem Route-opties selecteren Tolwegen gebruiken neer Automatische fileomleiding ingeschakeld is, Multimediasysteem: Vragen bij fileomleiding geselecteerd wor‐ Met tolwegen selecteren. den. Navigatie À Route en positie Contant betalen Elektronisch betalen De instellingen Automatische fileomleiding Te vermijden opties selecteren. Vragen bij fileomleiding zijn niet in alle landen Deze route houdt rekening met wegen, waar‐...
  • Pagina 336 Multimediasysteem 333 Woon-werk route activeren De volgende meldingen kunnen worden geselec‐ Multimediasysteem: teerd: Navigatie Voorwaarden Verkeerswaarschuwingen voorlezen Tussenbestemmingen en informatie selecte‐ De adressen voor thuis en werk zijn als ren. Deze functie is niet in alle landen beschik‐ bestemming in de favorieten opgeslagen baar.
  • Pagina 337 334 Multimediasysteem Automatisch zoeken naar tankstations in- en Routebegeleiding Het wegrestaurant selecteren. uitschakelen Het adres van het wegrestaurant wordt weer‐ Aanwijzing met betrekking tot routebegelei‐ Multimediasysteem: gegeven. ding Als geen routebegeleiding actief is, Routebe- Navigatie Z Opties geleiding starten selecteren. &...
  • Pagina 338 Multimediasysteem 335 Overzicht rij-aanwijzingen Verkeersregelingen hebben altijd voorrang op de Onvolledige digitale kaartgegevens gesproken rij-aanwijzingen van het multimedia‐ Aanwijzing met betrekking tot gps-ontvangst systeem. Het correct functioneren van het navigatiesys‐ Rij-aanwijzingen zijn: teem is onder meer ook afhankelijk van de gps- Gesproken rij-aanwijzingen ontvangst.
  • Pagina 339 336 Multimediasysteem "Zo meteen rechts afslaan", wordt weergege‐ het geaccentueerde manoeuvreerpunt heeft ven. bereikt. De kaart verschijnt in een volledig beeld‐ Als de rij-aanwijzing is beëindigd, verschijnt scherm. de kaart weer in de volledige schermweer‐ gave. Aankondigingsfase Het multimediasysteem kondigt de eerstvol‐ Rij-aanwijzingen worden ook in het instru‐...
  • Pagina 340 Multimediasysteem 337 Gesproken rij-aanwijzing in- en uitschakelen Mogelijke rijstrook In deze situaties worden de gesproken rij- aanwijzingen automatisch ingeschakeld: Op deze rijstrook is het mogelijk om de vol‐ Voorwaarden gende rij-aanwijzing uit te voeren. Er wordt een nieuwe routebegeleiding De routebegeleiding is actief. gestart.
  • Pagina 341 De routebegeleiding is actief. Offroad-bestemming: De bestemming ligt binnen Het minimumvolume kunt u bij een de digitale kaart. De kaart bevat echter geen Multimediasysteem: Mercedes-Benz-servicewerkplaats individu‐ straat die naar de bestemming voert. Navigatie eel laten instellen. U kunt Offroad-bestemmingen op de kaart invoe‐...
  • Pagina 342 Multimediasysteem 339 Kaartpositie opslaan weergave verschijnt een richtingspijl met de Als de auto Offroad is, verschijnen de volgende rechtstreekse afstand tot de bestemming. gegevens: Multimediasysteem: Navigatie De melding Straat niet opgenomen Overzicht routebegeleiding van Offroad-posi‐ tie naar bestemming De kaart verschijnt in een volledig beeldscherm. Een richtingspijl, die de rechtstreekse rich‐...
  • Pagina 343 De routebegeleiding naar de nieuwe bestem‐ Externe bestemmingen kunnen van de volgende Gevarenmeldingen worden via de dienst Car- ming wordt gestart. bronnen worden ontvangen: to-X ontvangen. Als volgende tussenbestemming instellen: De Mercedes-Benz apps ontvangen bestemming wordt ingesteld als Deur tot deur navigatie...
  • Pagina 344 Wanneer u geen posities van de auto wilt verstu‐ Afhankelijk van de status verschijnt een van Wetenswaardigheden via Live Traffic Informa‐ ren, kunt u deze dienst in een Mercedes-Benz de volgende meldingen: tion: servicewerkplaats laten deactiveren. De geldigheidsduur van het abonnement...
  • Pagina 345 342 Multimediasysteem control of de touchpad drukken of de control‐ Waarschuwingsmeldingsymbolen: De verkeersvertraging wordt voor de actuele ler indrukken. route weergegeven. Er wordt rekening Symbool d Het kaartmenu verschijnt. gehouden met vertragingen vanaf de duur Aanvullende verkeersveiligheidsaanwijzin‐ van een minuut. º...
  • Pagina 346 Multimediasysteem 343 Kaart en kompas Oorzaak van de verkeersinformatie, bij‐ • Een gevarenmelding via Car-to-X verzen‐ voorbeeld file den. Overzicht kaart en kompas Waarschuwingsmeldingen (met rode ach‐ • De weergave van speciale bestemmingen tergrond) in de omgeving op speciale-bestemmingen‐ Verkeersinformatiesymbool selecteren: categoriën filteren.
  • Pagina 347 U hebt een gebruikersaccount op de Alternatief: Als de kaart wordt weergegeven Multimediasysteem: Mercedes me portal. op een volledig scherm, op het centrale Navigatie De dienst is bij een Mercedes-Benz-ser‐ bedieningselement drukken. Inzoomen: Op de touch-control omlaag Het kaartmenu verschijnt. vicewerkplaats vrijgeschakeld. vegen.
  • Pagina 348 Multimediasysteem 345 Kaartoriëntatie selecteren Symbolen van speciale bestemmingen selec‐ Wanneer de kaart verschoven wordt, ver‐ Multimediasysteem: teren. schijnt onder het vizier een van de volgende De punt # geeft de actuele instelling aan. informatiesoorten: Navigatie Z Opties Kaartmenu Straatnaam Standaard toont symbolen van vooraf vastge‐...
  • Pagina 349 346 Multimediasysteem Volgende dwarsstraat aangeven Nieuw gebied mijden De controller omhoog of omlaag schuiven. Multimediasysteem: De schaal wordt groter of kleiner en wijzigt Voorwaarden de grootte van het gebied. Navigatie À Route en positie De routebegeleiding is niet actief. Gebied instellen: Op de touch-control of de Te vermijden opties Gebieden touchpad drukken of de controller indrukken.
  • Pagina 350 Wanneer de sd-kaart in de sd-kaartsleuf wordt route baar bij een Mercedes-Benz-servicewerkplaats. geplaatst, wordt de sd-kaart uitsluitend voor uw Een gebied in de lijst vermijden O. Daar zijn ook kaart- en software-updates ver‐...
  • Pagina 351 À Route en positie Navigatie À Route en positie De dienst is beschikbaar. Qibla selecteren. De dienst is bij een Mercedes-Benz-service‐ Kompas selecteren. De pijl op het kompas geeft de gebedsrich‐ ting naar Mekka ten opzichte van de actuele werkplaats vrijgeschakeld.
  • Pagina 352 Boven‐ kunt u van de verkeerssituatie worden afge‐ Meer informatie is verkrijgbaar bij een dien kan de bestuurder de controle over de Mercedes-Benz-servicewerkplaats of onder: leid. Bovendien kunt u de controle over de auto verliezen. auto verliezen.
  • Pagina 353 350 Multimediasysteem Overzicht telefoonmenu ® ¢ (telefoon gereed) of w (gesprek Eén mobiele telefoon verbonden: Actief Bluetooth -apparaatnaam van de momen‐ actief) gesprek: teel verbonden mobiele telefoon Contacten pagina 356) Twee mobiele telefoons verbonden: Weerga‐ Veldsterkte van het mobiele-telefoonnet voor vewisseling tussen telefoon 1 en 2 of Actief de actueel verbonden en geselecteerde...
  • Pagina 354 Multimediasysteem 351 Overzicht telefoonfuncties Pas nadat een mobiele telefoon met het multi‐ Het multimediasysteem ondersteunt voor een mediasysteem is verbonden, worden de afbeel‐ betere spraakkwaliteit gesprekken in HD Voice ® Afhankelijk van de uitrusting zijn de volgende dingen weergegeven. De afbeeldin‐ Daarvoor moeten de mobiele telefoons en de telefoonfuncties beschikbaar: gen zijn afhankelijk van de mobiele telefoon en...
  • Pagina 355 352 Multimediasysteem Om de tot nu toe verbonden mobiele tele‐ Zoeken via het systeem starten selecteren. Er kunnen tot vijftien mobiele telefoons bij het multimediasysteem worden geautori‐ De beschikbare mobiele telefoons worden foon te vervangen: Telefoon 1 selecteren. weergegeven. Een nieuw gevonden mobiele seerd.
  • Pagina 356 Multimediasysteem 353 Functies van de mobiele telefoon bij gebruik Mobiele telefoon loskoppelen van twee telefoons pagina 353) Mobiele telefoon deautoriseren Overzicht functies pagina 354) Mobiele telefoon op Mobiele telefoon op Als een nieuwe mobiele telefoon wordt ver‐ de voorgrond de achtergrond bonden en bijvoorbeeld als Telefoon 1 wordt...
  • Pagina 357 Overdracht van een URL voor weergave in gen van de mobiele telefoon (zie de handlei‐ het multimediasysteem (zie de handleiding ding van de fabrikant) verbonden. van de fabrikant). Meer informatie vindt u op: http:// Meer informatie vindt u op: http:// www.mercedes-benz.com/connect www.mercedes-benz.com/connect...
  • Pagina 358 Het volume instellen. foon kan worden gebruikt. Gesprek aannemen Meer over het geadviseerde ontvangst- en zend‐ Spraakherkenning van de mobiele telefoon Accepteren selecteren. volume: http://www.mercedes-benz.com/ stoppen Gesprek weigeren connect In het multifunctioneel stuurwiel de toets Weigeren selecteren. 8 of ~indrukken.
  • Pagina 359 356 Multimediasysteem Gesprek in de wacht activeren of ophangen De volgende functies zijn beschikbaar tijdens het Aannemen selecteren. bellen: Het binnenkomende gesprek is actief. Gesprek voortzetten Gesprek beëindigen Gesprek beëindigen selecteren. Wanneer slechts één mobiele telefoon met het multimediasysteem is verbonden, wordt Nog een gesprek voeren Conferentiegesprek voeren het vorige gesprek vastgehouden.
  • Pagina 360 Multimediasysteem 357 Contacten van de mobiele telefoon downloa‐ Afhankelijk van de gegevensbron is het volgende Tekens in het zoekveld invoeren. aantal contact beschikbaar: Een selectie van mogelijke contacten ver‐ Multimediasysteem: schijnt. Hoe meer tekens u invoert in het permanent opgeslagen contacten: 3000 zoekveld, hoe verder de keuzemogelijkheden Telefoon Z Opties...
  • Pagina 361 358 Multimediasysteem Overzicht voor het importeren van contacten Een optie selecteren. Bron Voorwaarden Contacten uit verschillende bronnen Contact van de mobiele telefoon opslaan Als het versturen van ñ Bluetooth ® -ver‐ Multimediasysteem: Bron Voorwaarden ® binding vCards via Bluetooth Telefoon ª...
  • Pagina 362 Multimediasysteem 359 Overige opties in het contacten-menu selec‐ Het contact zoeken. ® Wanneer het Bluetooth profiel PBAP niet wordt teren ondersteund, heeft dit onderstaande gevolgen: Het contact selecteren. Multimediasysteem: Het multimediasysteem stelt zelf een oproep‐ p selecteren. Telefoon ª Contacten lijst samen.
  • Pagina 363 Voorlezen selecteren. p selecteren. U hebt daarvoor als extra uitrusting de regeleen‐ Het sms-bericht wordt voorgelezen. Een menu met de volgende opties wordt heid Mercedes-Benz Link nodig. Deze zijn ver‐ weergegeven: krijgbaar bij een Mercedes-Benz-servicewerk‐ plaats. Alle berichten...
  • Pagina 364 Mercedes-Benz Link met het multimediasys‐ teem verbinden Als u tijdens het rijden in de auto geïnte‐ Mercedes-Benz Link beëindigen De regeleenheid Mercedes-Benz Link via een greerde informatiesystemen en communica‐ Multimediasysteem: geschikte aansluitkabel verbinden met de tieapparatuur bedient, kunt u van de ver‐...
  • Pagina 365 362 Multimediasysteem van de spraakbediening gebeurt door het lang ® iPhone via Apple CarPlay™ verbinden De iPhone ® in apparatenlijst selecteren. indrukken van de toets ó in het multifunctio‐ Voorwaarden Gegevensbeveiligingsbepalingen accepte‐ neel stuurwiel. ren/weigeren Op de iPhone ® is het besturingssysteem-ver‐ Er kan altijd maar één mobiele telefoon via Apple Er verschijnt een melding met gegevensbeveili‐...
  • Pagina 366 Deze apparatuur alleen bedienen als de Mercedes-Benz adviseert, de verbinding via verkeerssituatie dit toelaat. de aansluitkabel alleen los te maken als de Informatie over Android Auto auto stilstaat.
  • Pagina 367 364 Multimediasysteem Mobiele telefoon via Android Auto verbinden Multimediasysteem: Indien Android Auto vóór de laatste loskop‐ peling niet op de voorgrond werd weergege‐ Connect Android Auto Voorwaarden ven, start de applicatie weer op de achter‐ De eerste activering van Android Auto via het De mobiele telefoon in de apparatenlijst grond als opnieuw verbinding wordt multimediasysteem moet om veiligheidsrede‐...
  • Pagina 368 De me-toets en de SOS-toets kunt u vinden in de bedieningspaneel dakconsole van de auto . Kompasrichting De overdracht van deze gegevens dient ertoe, de De Mercedes-Benz klantenservice kan ook via communicatie tussen auto en mobiele telefoon Versnellingsrichting het multimediasysteem worden gebeld .
  • Pagina 369 366 Multimediasysteem Houd er alstublieft rekening mee, dat Mercedes Multimediasysteem: Voor het automatisch verzenden van voer‐ me connect een service van Mercedes-Benz is. tuiggegevens moet het contact ingeschakeld Telefoon ª Contacten In noodgevallen beslist het bekende landelijke zijn. Mercedes me connect bellen.
  • Pagina 370 Mercedes-Benz diensten vindt u in de Mercedes me-Portal: www.mercedes.me https://me.secure.mercedes-benz.com Tijdens de verbinding met de Mercedes-Benz Informatie over de Mercedes me-oproep via klantenservice worden gegevens overgebracht Onderhoudstermijn via Mercedes me con‐ de me-toets pagina 368).
  • Pagina 371 Er is een actieve service-oproep via het multi‐ Daarnaast kan de actuele locatie van de auto Ongeval- en pechhulp mediasysteem of via het bedieningspaneel door de Mercedes-Benz klantenservice van de dakconsole aanwezig. Onderhoudstermijn afspreken auto worden gevraagd, wanneer via het spraak‐...
  • Pagina 372 Multimediasysteem 369 dialoogsysteem de selectie ongeval- en pechma‐ Het Mercedes-Benz noodoproepsysteem is vanaf SOS NOT READY: Het contact is niet ingescha‐ nagement is geselecteerd en geen dienst is productiedatum ten minste tien jaar beschik‐ keld of er is een storing van het noodoproepsys‐...
  • Pagina 373 370 Multimediasysteem De noodoproep is geactiveerd: Mercedes-Benz alarmcentrale, wordt de noodop‐ De noodoproep is geactiveerd: roep automatisch doorgestuurd naar de open‐ Er wordt een spraakverbinding met de Er wordt een spraakverbinding met de bare alarmcentrale. Mercedes-Benz alarmcentrale tot stand Mercedes-Benz alarmcentrale tot stand gebracht.
  • Pagina 374 Bij een automatische of een handmatige nood‐ Als het Mercedes-Benz noodoproepsysteem genomen: oproep worden onder andere de volgende gege‐ geen noodoproep met de Mercedes-Benz alarm‐ vens doorgegeven: De actuele positie van de auto kan worden centrale kan opbouwen, wordt de noodoproep opgeroepen.
  • Pagina 375 372 Multimediasysteem van het display van het mediadisplay uitgescha‐ Online- en internetfuncties & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ keld is. Dit betekent dat het noodoproepsysteem len door het bedienen van mobiele com‐ Internetverbinding de diagnose met succes doorstaan heeft. Scha‐ municatieapparatuur tijdens het rijden kel eventueel het mediadisplay in, als dit voor‐...
  • Pagina 376 Mercedes me connect worden aangeschaft. uitgeschakeld. ® Via Bluetooth met voor data geschikte Vraag bij een Mercedes-Benz-servicewerk‐ In het externe apparaat is gedeeld internet mobiele telefoon ( pagina 373) plaats na of het in uw land mogelijk is om via Wi-Fi gedeactiveerd.
  • Pagina 377 Automatische configuratie inschakelen O. De mobiele telefoon is uitgeschakeld. Meer informatie is verkrijgbaar bij http:// De internetverbinding wordt automatisch via Er is niet voldoende mobiele-telefoonnet‐ www.mercedes-benz.com/connect of bij een het Bluetooth ® -profiel PAN geconfigureerd. werkdekking beschikbaar. Mercedes-Benz-servicewerkplaats. Van PAN naar DUN wisselen: De mobiele...
  • Pagina 378 Multimediasysteem 375 Toegangsgegevens bewerken ¥ selecteren. De beschikbaarheid van webbrowsers is landsafhankelijk. Configuratie wissen selecteren. Voorwaarden De mobiele telefoon ondersteunt het Blue‐ selecteren. Verbindingsstatus tooth ® profiel DUN. Details van de mobiele telefoon weergeven Overzicht verbindingsstatus Multimediasysteem: Multimediasysteem: Systeem ö Connectiviteit Systeem ö...
  • Pagina 379 376 Multimediasysteem Verbindingsstatus weergeven Webbrowser Multimediasysteem: Multimediasysteem: Connect z Browser Website oproepen Systeem ö Connectiviteit z URL invoeren & WAARSCHUWING Gevaar voor afleiding Internetstatus selecteren. Een internetadres invoeren. door informatiesystemen en communica‐ Bij een verbinding via WiFi of een Blue‐ De functie is landafhankelijk.
  • Pagina 380 Multimediasysteem 377 Overzicht webbrowser Webbrowseropties oproepen Browserdata wissen Multimediasysteem: Multimediasysteem: Connect z Browser Connect z Browser Z Opties Z Opties Browsergegevens wissen De volgende functies zijn beschikbaar: De volgende opties staan ter beschikking: Pagina opnieuw laden/Afbreken Alle Zoom Cache Cookies Browserinstellingen Browsergegevens wissen Ingevoerde URL's...
  • Pagina 381 ¡ selecteren. storingsvrije overdracht aanwezig. Favorieten wissen De diensten zijn afhankelijk van het betref‐ fende land. Een favoriet markeren. Voor meer informatie hierover contact opne‐ p selecteren. men met een Mercedes-Benz-servicewerk‐ Wissen selecteren. plaats. selecteren. Multimediasysteem: Webbrowser afsluiten Radio Þ Radiobron...
  • Pagina 382 Multimediasysteem 379 Internet-radiozender als favoriet opslaan/ Het centrale bedieningselement ingedrukt Baudrate wissen houden, tot een akoestisch signaal klinkt. Actuele zender is als favoriet opgeslagen Multimediasysteem: Het symbool ß verdwijnt bij de zender‐ Extra informatie van de actuele zender naam. Radio Þ...
  • Pagina 383 380 Multimediasysteem MTP apparatuur Door het grote aantal op de markt Media beschikbare usb-apparaten kan niet wor‐ Bluetooth ® audioapparatuur Audioweergave den gewaarborgd dat alle usb-apparaten De volgende aanwijzingen in acht nemen: kunnen worden weergegeven. Informatie over de audiofunctie Het multimediasysteem beheert in totaal Kopieerbeveiligde muziekbestanden of &...
  • Pagina 384 Multimediasysteem 381 Mediafunctie inschakelen De sd-kaart in de sd-kaartsleuf steken tot Sd-kaarten buiten bereik van kinderen Multimediasysteem: deze vergrendelt. De zijde met de contacten bewaren. moet omlaag wijzen. Media à Mediabronnen Wanneer een sd-kaart is ingeslikt, zo Afspeelbare muziekbestanden worden afge‐ Een mediabron selecteren.
  • Pagina 385 382 Multimediasysteem Overzicht audiofunctie Actieve gegevensdrager Titelnummer en aantal titels in de titellijst Mediabronnen Albumcover Zoeken Geluid Titel, artiest, album Afspeelregeling Opties...
  • Pagina 386 Multimediasysteem 383 Usb-apparaten aansluiten symbool zijn voorzien kunnen usb-apparaten Random-weergave van het actuele medium alleen van stroom voorzien. selecteren. * AANWIJZING Schade bij hoge tempera‐ Alle titels op de actieve gegevensdrager wor‐ Titel in de mediaweergave selecteren turen den in willekeurige volgorde afgespeeld. Multimediasysteem: Normale titelvolgorde selecteren.
  • Pagina 387 Media ª Zoeken gehele inhoud van het medium gelezen en www.mercedes-benz.com/connect. Volgt de geanalyseerd is. Afhankelijk van de aangesloten mediabronnen en informatie onder de rubriek "Media Interface". de bestanden kan uit de volgende categorieën...
  • Pagina 388 Multimediasysteem 385 Overzicht Media Interface Actieve gegevensdrager Titelnummer en aantal titels in de titellijst Mediabronnen Albumcover Zoeken Geluid Artiest, titel en album Afspeelregeling Opties...
  • Pagina 389 386 Multimediasysteem ® gebruikt, moet u deze autoriseren Bluetooth -audio pagina 387). Informatie over Bluetooth ® -audio ® Als u uw Bluetooth -audioapparatuur de eerste keer samen met het multimediasysteem ® Overzicht Bluetooth -audio Actieve gegevensdrager Albumcover Titel, artiest, album...
  • Pagina 390 Multimediasysteem 387 Titelnummer en aantal titels in de titellijst Afspeelregeling Geluid Zoeken Mediabronnen Opties ® Zoeken via het systeem starten selecteren. Zoeken via het apparaat selecteren. Bluetooth -audioapparatuur zoeken en auto‐ De gevonden audioapparatuur wordt in de riseren De autorisatie starten op de audioapparatuur apparatenlijst weergegeven.
  • Pagina 391 388 Multimediasysteem ® ® Het NFC-gebied van de mobiele telefoon aan‐ Bluetooth -audio inschakelen Muziektitels op de Bluetooth -audioappara‐ tippen (zie de handleiding van de fabrikant). tuur zoeken Multimediasysteem: Wanneer de mobiele telefoon reeds als Blue‐ Multimediasysteem: Media à Mediabronnen ®...
  • Pagina 392 Multimediasysteem 389 Radio Radio inschakelen Multimediasysteem: Radio Alternatief: De toets $ indrukken. De radioweergave verschijnt. U hoort de laatst ingestelde zender in de laatst inge‐ stelde frequentieband.
  • Pagina 393 390 Multimediasysteem Overzicht radio Actieve frequentieband Zenderlijst Geluid Zendernaam of ingestelde frequentie Zendergeheugen Deze titel taggen Artiest, titel, album en radiotekst Radiobron Opties...
  • Pagina 394 Multimediasysteem 391 Frequentieband instellen Radiozender via zendernaam of directe fre‐ Radiozendergeheugen bewerken quentie-invoer zoeken Multimediasysteem: Multimediasysteem: Multimediasysteem: Radio Þ Radiobron Radio ß Zendergeheugen Radio è è Een frequentieband selecteren. Zender verschuiven: Een zendernaam of een frequentie invoeren. Een geheugeninvoer markeren en naar links a selecteren.
  • Pagina 395 392 Multimediasysteem Slideshow oproepen (FM/DAB-radiofunctie) Modus volledig beeld uitschakelen: % ♫→ Deze titel taggen selecteren. selecteren. De titelinformatie wordt opgeslagen. Multimediasysteem: Radio Þ Radiobron Frequentie vastzetten functie in- of uitscha‐ Verkeersinformatie in- en uitschakelen FM/DAB zenders kelen Multimediasysteem: Multimediasysteem: Systeem õ...
  • Pagina 396 Multimediasysteem 393 Radiotekst in- en uitschakelen Overige geluidsinstellingen Menu verlaten: De toets % indrukken. Multimediasysteem: Een geluidsmenu selecteren. Burmester ® surround sound system Radio Z Opties Hoge, midden en lage tonen instellen Radiotekstinformatie weergeven Multimediasysteem: ® Informatie over het Burmester -surround De functie in- O of uitschakelen ª.
  • Pagina 397 394 Multimediasysteem Hoge tonen, middentonen en lage tonen in ® Balans/fader in het Burmester -surround het Burmester ® surround sound system sound system instellen instellen Multimediasysteem: Multimediasysteem: Media à Geluid Media à Geluid Equalizer Balans en Fader Hogetonen, Middle Lagetonen selecteren.
  • Pagina 398 Onderhoud en verzorging 395 Informatie over het regelmatig uitvoeren van Mercedes-Benz adviseert om dergelijke bedrijfs‐ Weergave onderhoudsinterval ASSYST onderhoudswerkzaamheden omstandigheden te vermijden. PLUS Informatie met betrekking tot het onderhoud van Werking van de weergave onderhoudsinter‐ * AANWIJZING Voortijdige slijtage door...
  • Pagina 399 396 Onderhoud en verzorging Standtijd met accukabels losgemaakt bestuurder van de auto is zelf verantwoordelijk Bij een gekwalificeerde werkplaats moet de vol‐ voor het eventueel vaker laten uitvoeren van ledige functionaliteit van de actieve motorkap De weergave van het onderhoudsinterval voorgeschreven onderhoudswerkzaamheden als weer worden hersteld.
  • Pagina 400 Onderhoud en verzorging 397 Motorkap openen en sluiten & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ wonden bij het openen van de motorkap & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ Wanneer bij een oververhitte motor of bij len door ontgrendelde motorkap tijdens brand in de motorruimte de motorkap wordt het rijden geopend, kunt u in contact komen met hete Een ontgrendelde motorkap kan tijdens het...
  • Pagina 401 398 Onderhoud en verzorging Plug-in-hybride: De aanwijzingen in de aanvul‐ Het contact uitschakelen. & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ lende handleiding lezen. Anders kunt u gevaren wonden door hete onderdelen in de Nooit in de gevarenzone van bewe‐ niet herkennen. motorruimte gende onderdelen, bijvoorbeeld het draaibereik van de ventilator, reiken.
  • Pagina 402 Onderhoud en verzorging 399 met iets meer snelheid laten dichtvallen, tot peil alleen mogelijk met de boordcomputer hij correct vergrendelt. pagina 400). Afhankelijk van het motortype kan de oliepeil‐ Motorolie staaf op verschillende plaatsen in de motor‐ ruimte aangebracht zijn. Motoroliepeil met oliepeilstaaf controleren De wachttijd voor de controle van het oliepeil bij een motor op bedrijfstemperatuur is vijf minu‐...
  • Pagina 403 400 Onderhoud en verzorging De auto op een horizontaal vlak parkeren. Het bepalen van het motoroliepeil vindt plaats Motoroliepeil 1,0 l bijvullen en de balk voor tijdens het rijden. Bij een normale rijstijl kan het de weergave van het oliepeil op het multi‐ De oliepeilstaaf eruit trekken en afvegen.
  • Pagina 404 Onderhoud en verzorging 401 Motorolie bijvullen Te veel bijgevulde motorolie door een * AANWIJZING Motorschade door ver‐ gekwalificeerde werkplaats laten verwij‐ keerd oliefilter, verkeerde olie of additie‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor brand‐ deren. wonden door hete onderdelen in de Geen motorolie en geen oliefilter met motorruimte een andere dan de voor de voorge‐...
  • Pagina 405 402 Onderhoud en verzorging De afsluitdop aanbrengen en rechtsom geopend, kunt u in contact komen met hete draaien tot deze vergrendelt. gassen of andere ontsnappende bedrijfsstof‐ Het oliepeil opnieuw controleren fen. pagina 399). De oververhitte motor laten afkoelen alvorens de motorkap te openen. Koelvloeistofniveau controleren Bij brand in de motorruimte de motor‐...
  • Pagina 406 Wanneer bij een oververhitte motor of bij Indien nodig een door Mercedes-Benz goed‐ brand in de motorruimte de motorkap wordt gekeurde koelvloeistof bijvullen. geopend, kunt u in contact komen met hete Meer informatie over koelvloeistof, zie gassen of andere ontsnappende bedrijfsstof‐...
  • Pagina 407 404 Onderhoud en verzorging Lucht-waterkanaal vrijhouden De schakelaar van de ruitenwissers staat in * AANWIJZING Beschadigingen als gevolg de stand g. van ongeschikte wasstraat Het gebied tussen de motorkap en de voor‐ Bij wasstraten met sleepinstallatie: De neu‐ ruit vrijhouden van afzettingen, bijvoorbeeld Voor het inrijden van een wasstraat traalstand i is ingeschakeld.
  • Pagina 408 Onderhoud en verzorging 405 Aanwijzingen met betrekking tot het gebruik Een minimale afstand van 30 cm tot de auto beeld alleen toegestaan bij speciale wasplaat‐ van een hogedrukreiniger aanhouden. sen. Auto's met decorfolie: Onderdelen van de Een mild schoonmaakmiddel, bijvoorbeeld &...
  • Pagina 409 406 Onderhoud en verzorging Aanwijzingen met betrekking tot de verzorging van lak en matte lak De volgende aanwijzingen in acht nemen: Reiniging en verzorging Voorkomen van beschadigingen van de lak Dode insecten: Met insectenverwijderaar inweken en ver‐ Geen stickers, folie of iets dergelijks aanbrengen. volgens afspoelen.
  • Pagina 410 Onderhoud en verzorging 407 Reiniging en verzorging Voorkomen van beschadigingen van de lak Matte lak Alleen voor Mercedes-Benz goedgekeurde verzorgings‐ De auto en de lichtmetalen velgen niet poetsen. middelen gebruiken. Uitsluitend wasstraten gebruiken die met de huidige stand van de techniek overeenkomen.
  • Pagina 411 Steenslag en vervuiling Bij vervuiling in het oppervlak of een doffe decorfolie: Het voor Chemische reinigingsmiddelen Mercedes-Benz geadviseerde en vrijgegeven reinigingsmiddel Paint Cleaner gebruiken. Vethoudende stoffen Dode insecten: Met insectenverwijderaar inweken en vervolgens Geen poetsmiddelen op matte decorfolie gebruiken. Poetsen leidt ertoe afspoelen.
  • Pagina 412 Mercedes-Benz-ser‐ sers en het contact uitschakelen. den. vicewerkplaats. Onderdelen van de auto laten afkoelen &...
  • Pagina 413 Ruiten De ruiten aan de binnen- en buitenzijde met een vochtige Voor het reinigen van de binnenzijde geen droge doeken, doek en een door Mercedes-Benz geadviseerd reinigingsmid‐ schuurmiddelen of oplosmiddelen bevattende reinigingsmid‐ del reinigen. delen gebruiken.
  • Pagina 414 Onderhoud en verzorging 411 Aanwijzingen met betrekking tot reiniging en verzorging Vermijden van voertuigschade AIRPANEL Als de auto zeer stoffig is of als zout op het mechanisme van Bij het gebruik van een hogedrukreiniger een minimumaf‐ het AIRPANEL aanwezig is, kan het verstelbereik van de stand van 30 cm aanhouden.
  • Pagina 415 412 Onderhoud en verzorging Aanwijzingen met betrekking tot reiniging en verzorging Vermijden van voertuigschade Uitlaateindpijp Met een door Mercedes-Benz geadviseerd reinigingsmiddel Geen zuurhoudende reinigingsmiddelen gebruiken. reinigen, met name in de winter en na het wassen van de auto. Aanhangwagenvoor‐ Roestaanslag op de kogel verwijderen, bijvoorbeeld met...
  • Pagina 416 (TFT/LCD) reinigen. Geen andere middelen gebruiken. Kunststof bekleding Met een vochtige microvezeldoek reinigen. Geen stickers, folie of iets dergelijks aanbrengen. Bij sterke vervuiling: Door Mercedes-Benz geadviseerd Niet in contact laten komen met cosmetica, insectenspray verzorgingsmiddel gebruiken. en zonnebrandcrème. Echt hout/sierdelen Met een microvezeldoek reinigen.
  • Pagina 417 414 Onderhoud en verzorging Aanwijzingen met betrekking tot reiniging en verzorging Vermijden van voertuigschade Vloerbedekking Voor Mercedes-Benz geadviseerd tapijt- en textielreinigings‐ middel gebruiken. Stoelhoezen van Met een vochtige doek reinigen en met een droge doek Het leder niet te nat reinigen.
  • Pagina 418 Pechhulp 415 Het veiligheidsvestfoedraal openen en het Aan de in de wettelijke norm vastgelegde eisen Noodgeval veiligheidsvest eruit nemen. kan alleen worden voldaan als het veiligheids‐ Veiligheidsvest uitnemen vest de juiste maat heeft en volledig gesloten is. In de portieropbergvakken van de achterpor‐ De veiligheidsvesten bevinden zich in de veilig‐...
  • Pagina 419 416 Pechhulp Gevarendriehoek Gevarendriehoek uitklappen Overzicht EHBO-set Gevarendriehoek uitnemen De reflectoren aan de zijkant tot een drie‐ hoeksvorm omhoogtrekken en met de boven‐ ste drukknop verbinden. De poten zijdelings naar onderen uitklap‐ pen. De EHBO-set bevindt zich links in de bagage‐ ruimte in het opbergnet.
  • Pagina 420 Pechhulp 417 Brandblusser verwijderen Banden zonder noodloopeigenschappen: Niet met drukloze band rijden. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ De drukloze band direct vervangen door len door een niet correct bevestigde het nood‑ of reservewiel of contact brandblusser in de beenruimte van de opnemen met een gekwalificeerde bestuurder werkplaats.
  • Pagina 421 418 Pechhulp Daartoe de TIREFIT-set gebruiken Met MOExtended banden (banden met nood‐ De toegestane maximumsnelheid voor pagina 419). loopeigenschappen) kan ook met de auto wor‐ MOExtended-banden niet overschrijden. den gereden als één of meer banden volledig Auto's met Mercedes me connect: U kunt Abrupte stuur- en rijmanoeuvres en rij‐...
  • Pagina 422 Pechhulp 419 Af te leggen afstand na drukverlieswaarschu‐ De TIREFIT-set bevindt zich onder de bagage‐ De bandenvulcompressor is onderhoudsvrij. wing ruimtebodem. Bij een storing in de werking contact opne‐ men met een gekwalificeerde werkplaats. Beladingstoestand Af te leggen afstand Gedeeltelijk beladen 80 km TIREFIT-set gebruiken Volledig beladen...
  • Pagina 423 420 Pechhulp mag niet in contact met huid, ogen of kleding & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ * AANWIJZING Oververhitting door te komen of ingeslikt worden. De dampen niet len bij gebruik van bandenplakmiddel lange looptijd van de bandenvulcompres‐ inademen. Bandenplakmiddel uit de buurt In de volgende gevallen kan het bandenplak‐...
  • Pagina 424 Pechhulp 421 Deel van de TIREFIT-sticker in het Het ventieldopje van het ventiel van de gezichtsveld van de bestuurder op het combi- lekke band draaien. instrument plakken. De vulslang op het ventiel schroeven. Deel van de TIREFIT-sticker in de buurt De stekker in een 12‑V‑aansluiting van de van het ventiel op de velg van het wiel met...
  • Pagina 425 422 Pechhulp De bandenvulcompressor tijdens deze fase Wanneer na tien minuten de bandenspan‐ Met de auto zeer langzaam circa 10 m voor‐ niet uitschakelen! uit- of achteruitrijden. ning van 200 kPa (2,0 bar, 29 psi) wordt bereikt: De bandenvulcompressor maximaal tien De band opnieuw oppompen.
  • Pagina 426 Als de bandenspanning correct is, de vul‐ De fles bandenafdichtmiddel, de bandenvul‐ Landen met Mercedes-Benz Service24h: Een slang losdraaien van het ventiel van de gere‐ compressor en de gevarendriehoek opber‐ sticker met het telefoonnummer van Mercedes- pareerde band.
  • Pagina 427 ESP ® (elektronisch ken. Mercedes-Benz adviseert in verband met de vei‐ stabiliteitsprogramma). De bedrijfsveiligheid De vulslang blijft op de fles bandenafdicht‐ ligheid alleen accu's te gebruiken die door van de auto kan beperkt zijn.
  • Pagina 428 Pechhulp 425 Alle auto's behalve auto's met lithium-ion- Wanneer de 12volt–-accu moet worden aange‐ Kinderen van de accu verwijderd hou‐ accu sloten, neemt u dan contact op met een gekwali‐ den. ficeerde werkplaats. Accuzuur direct grondig met veel & WAARSCHUWING Explosiegevaar door Bij het werken met de accu's de veiligheidsaan‐...
  • Pagina 429 14,4 V gebruiken. waterstofgas ontsteken. Als alternatief: De accu aansluiten op een Erop letten dat de plusklem van een door Mercedes-Benz aanbevolen oplader of Alle andere auto's contact opnemen met een gekwalificeerde aangesloten accu niet met onderdelen Voor het opladen van de accu en de starthulp van de auto in contact komt.
  • Pagina 430 Pechhulp 427 Plug-in-hybride: Beslist de aanwijzingen in de van de accupoolklemmen in acht & WAARSCHUWING Explosiegevaar bij aanvullende handleiding lezen. Anders kunt u nemen. een bevroren accu gevaren niet herkennen. Bij de starthulp altijd erop letten dat Een ontladen accu kan al bij temperaturen alleen accupolen met dezelfde polariteit Alle auto's rond het vriespunt bevriezen.
  • Pagina 431 Bij het opladen van de accu bovendien de vol‐ gende punten in acht nemen: Het contact en alle elektrische verbruikers zijn uitgeschakeld. Alleen door Mercedes-Benz geteste en goed‐ gekeurde opladers gebruiken. De motorkap geopend. De handleiding van de oplader lezen voordat u de accu gaat opladen.
  • Pagina 432 12‑V‑accu in acht nemen ( pagina 424). laten draaien. de oorspronkelijke opening aan accuzijde is aangesloten. Mercedes-Benz adviseert de 12‑V‑accu te laten Bij starthulp: Voordat de startkabel wordt vervangen bij een gekwalificeerde werkplaats, Aanwezige of meegeleverde afdichtstoppen losgemaakt een elektrische verbruiker van de bijvoorbeeld een Mercedes-Benz-servicewerk‐...
  • Pagina 433 430 Pechhulp Mercedes-Benz adviseert om de auto bij pech te Aan- of wegslepen * AANWIJZING Schade aan de auto door transporteren in plaats van te slepen. ondeskundig slepen Toegestane sleepmethoden Bij het slepen met beiden assen op de grond een...
  • Pagina 434 Pechhulp 431 Auto slepen met beide assen op de grond Als een auto moet worden weggesleept of aan‐ * AANWIJZING Beschadiging door te snel gesleept, mag het toegestaan totaalgewicht of te ver slepen De aanwijzingen met betrekking tot de toege‐ daarvan het toegestaan totaalgewicht van het stane sleepmethoden in acht nemen Door te snel of te ver slepen kan de aandrijf‐...
  • Pagina 435 432 Pechhulp De wegsleepbeveiliging uitschakelen Om de auto op te laden de sleepkabel of - Het remsysteem of de stuurbekrachtiging pagina 108). stang aan het sleepoog bevestigen. vertoont een storing. Het Active Brake Assist System uitschakelen De energievoorziening of het boordnet De sleepkabel of -stang kan ook aan de aan‐...
  • Pagina 436 Pechhulp 433 Auto's met 4MATIC/auto's met automatische De auto met de elektrische parkeerrem tegen * AANWIJZING Schade aan de auto door transmissie wegrollen beveiligen. verkeerd vastsjorren De auto alleen bij de wielen vastzetten. Na het opladen moet de auto aan alle Auto's met ADS PLUS (adaptief dempingssys‐...
  • Pagina 437 434 Pechhulp Opbergplaats sleepoog Sleepoog aanbrengen stang aan de aanhangwagenvoorziening bevesti‐ gen. Bij het verwijderen van het sleepoog erop letten dat de afdekking bij het aanbren‐ gen in de bumper vergrendelt. * AANWIJZING Beschadiging door ver‐ keerd gebruik van het sleepoog Bij het bergen van de auto door het lostrek‐...
  • Pagina 438 Elektrische zekeringen Auto's met handgeschakelde versnellingsbak Alleen door Mercedes-Benz vrijgegeven Aanwijzingen met betrekking tot elektrische De aanwijzingen met betrekking tot het sle‐ zekeringen met het aangegeven ampe‐ zekeringen pen in acht nemen ( pagina 431).
  • Pagina 439 436 Pechhulp Openen De elektrische zekeringen zijn over verschillende * AANWIJZING Beschadiging of functie‐ zekeringenkasten verdeeld: storing door vochtigheid & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel Zekeringenkast in de motorruimte aan Door vochtigheid kunnen functiestoringen of door het gebruik van de ruitenwissers bij bestuurderszijde ( pagina 436) beschadigingen aan de elektrische installatie...
  • Pagina 440 Pechhulp 437 Het deksel achter aan de zekeringenkast in de houder aanbrengen. Het deksel van de zekeringenkast omlaagklappen en de schroeven vast‐ draaien. De afdekking omlaagklappen. De klem op de afdekking een kwart slag rechtsom draaien. De motorkap sluiten. Zekeringenkast op de cockpit openen en slui‐ De zekeringenkast bevindt zich aan de zijkant van de cockpit onder een afdekking.
  • Pagina 441 438 Pechhulp De afdekking in de richting van de pijl omhoogklappen. Het zekeringaansluitschema bevindt zich in een uitsparing aan de zijkant van de zekeringenkast. De afdekking in de richting van de pijl openklappen en verwijderen. Zekeringenkast in de bagageruimte openen en sluiten De aanwijzingen met betrekking tot elektrische zekeringen in acht nemen (...
  • Pagina 442 Banden en velgen 439 Aanwijzingen met betrekking tot geluids‐ Banden regelmatig op schade controle‐ Aanwijzingen met betrekking tot sneeuw‐ ontwikkeling of ongewoon rijgedrag kettingen ren en beschadigde banden direct ver‐ vangen. Tijdens het rijden letten op trillingen, geluiden en & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ ongewoon rijgedrag, bijvoorbeeld trekken naar De volgende controles regelmatig, ten minste len door verkeerde montage van de...
  • Pagina 443 Aanwijzingen met betrekking tot de banden‐ voor aanvang van een langere rit Om veiligheidsredenen alleen de voor spanning Mercedes-Benz goedgekeurde sneeuwkettin‐ bij veranderde gebruiksomstandigheden, gen of sneeuwkettingen met dezelfde kwali‐ bijv. rijden in het terrein & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐...
  • Pagina 444 Banden en velgen 441 Bandenspanningstabel Het rijgedrag en daarmee de rijveiligheid Voor het controleren van de bandenspanning worden nadelig beïnvloed, bijvoorbeeld door een geschikte bandenspanningsmeter gebruiken. De bandenspanningstabel bevindt zich aan de aquaplaning. Het uiterlijk van een band geeft geen uitsluitsel binnenzijde van de tankdopklep.
  • Pagina 445 442 Banden en velgen Bandenspanningscontrole toestand bij verschillende bedrijfsomstandighe‐ geadviseerde, voor de bedrijfsomstandigheden den van belading en/of snelheid van de auto. geschikte bandenspanning voor koude banden. Werking van de bandenspanningscontrole De bandenspanning met een bandenspannings‐ Als bij de bandenspanningen een of meerdere Het systeem controleert met behulp van banden‐...
  • Pagina 446 Banden en velgen 443 Ook beslist de volgende uitgebreide informatie den voor zeeniveau. Op hoger gelegen loca‐ lezen: ties geven luchtdrukmeters een hogere ban‐ denspanning weer dan de boordcomputer. In Aanwijzingen met betrekking tot de banden‐ dit geval de bandenspanning verlagen. spanning ( pagina 440) Ook beslist de volgende uitgebreide informatie...
  • Pagina 447 444 Banden en velgen Zendvergunning bandenspanningscontrole Boordcomputer: Ook beslist de volgende uitgebreide informatie lezen: Service Banden Zendvergunningen Aanwijzingen met betrekking tot de banden‐ Een veegbeweging omlaag maken links op de Land Zendvergunning spanning ( pagina 440) touch-control op het stuurwiel. Het multifunctioneel display toont de mel‐...
  • Pagina 448 Banden en velgen 445 Land Zendvergunning Land Zendvergunning Land Zendvergunning Brazilië Europese Schrader Electronics Ltd. 11 Unie Technology Park, Belfast Road, Antrim BT41 1QS, Northern Ireland United Kingdom MODELO: GG4T Hereby, Schrader Electronics Ltd Ghana NCA Approved: 1R3-1M-7E1-10D declares that the radio equi‐ ANATEL: 07827-17-08001 pment type "GG4T", "DG6W2D4"...
  • Pagina 449 446 Banden en velgen Land Zendvergunning Land Zendvergunning Land Zendvergunning Jordanië Kingdom of Jordan Type approval Marokko AGREE PAR L'ANRT MAROC Moldavië for Tyre Pressure sensor. Numero d'agreement: MR 14777 Manufacturer: Schrader Electro‐ ANRT 2017 nics Ltd. Date d'agrement: 20/09/17 Model: GG4T Numero d'agrement: MR 16355 Type Approval Number:...
  • Pagina 450 Banden en velgen 447 Land Zendvergunning Land Zendvergunning Land Zendvergunning Filipijnen Servië GG4T Singapore Complies with IMDA Standards NO524-13 DA105282 NTC Type Approved No: ESD-1306871C И 005 17 Zuid- Afrika No: ESD-1715977C DG6W2D4 No: ESD-1817081C TA-2017/3884 Approved TA-2017/2933 Approved И 005 18 TA-2011/1370 Approved MC34MA4 И...
  • Pagina 451 448 Banden en velgen Bandenspanningswaarschuwingssysteem Land Zendvergunning Land Zendvergunning Werking van het bandenspanningswaarschu‐ Oekraïne GG4T Verenigde wingssysteem Arabische REGISTERED NO: ER57985/17 Het bandenspanningswaarschuwingssysteem Emiraten waarschuwt bij een duidelijk bandenspannings‐ REGISTERED NO: ER960528 verlies door displaymeldingen. DEALER NO: DA0047074 Als de bandenspanning is gewijzigd, een wiel is REGISTERED NO: ER37066/15 UK.TF vervangen of de banden zijn gewisseld, of als...
  • Pagina 452 Banden en velgen 449 Bandenspanningswaarschuwingssysteem Bij gelijkmatig drukverlies in meerdere ban‐ De banden of de wielen zijn gewisseld of opnieuw starten nieuw gemonteerd. Voorwaarden Het systeem werkt in het bijzonder in de vol‐ Links op de touch-control in het stuurwiel gende situaties beperkt of vertraagd: De geadviseerde bandenspanning is bij alle drukken, om het opnieuw opstarten te star‐...
  • Pagina 453 -maten Informatie over de toegestane velg-bandcombi‐ Omschrijving Om veiligheidsredenen alleen banden, velgen naties kunt u verkrijgen bij een Mercedes-Benz- Fabrikant en accessoires gebruiken, die Mercedes- servicewerkplaats. Benz speciaal voor uw auto goedgekeurd Type heeft.
  • Pagina 454 * AANWIJZING Negatieve invloed op de rijveiligheid door gecoverde banden Accessoires die niet door Mercedes-Benz voor * AANWIJZING Beschadiging van elektro‐ Gecoverde banden worden door Mercedes- uw auto zijn goedgekeurd, of waar niet vakkun‐ nische onderdelen door het gebruik van...
  • Pagina 455 452 Banden en velgen Alleen banden en velgen volgens dezelfde Onder winterse omstandigheden bieden win‐ & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ constructie, dezelfde uitvoering (zomerban‐ terbanden met het sneeuwvloksymbool i len bij sportbanden den, winterbanden, MOExtended-banden) en naast de M+S markering de beste grip. Door het speciale bandenprofiel in combina‐...
  • Pagina 456 Banden en velgen 453 De maximumsnelheid van de auto kan voor nemen Auto voorbereiden op het verwisselen Bovendien kunnen de schijfremmen of onder‐ het gebruik van winterbanden permanent van een wiel( pagina 454). delen van de wielophanging worden bescha‐ worden begrensd ( pagina 234).
  • Pagina 457 454 Banden en velgen Uitklapbare wielkeg opzetten plaats welk wielwisselgereedschap voor het ver‐ wisselen van een wiel aan de auto nodig en goedgekeurd is. Voor het verwisselen van een wiel zijn bijvoor‐ beeld de volgende gereedschappen nodig: Krik Wielkeg Wielsleutel De krik heeft een gewicht van circa 2,1 kg.
  • Pagina 458 Banden en velgen 455 wisselen van een wiel is uitgerust, informeert terzijde met een wielkeg of iets dergelijks u dan bij een gekwalificeerde werkplaats blokkeren. naar passend gereedschap. Indien noodzakelijk, de wieldop verwijderen De auto bevindt zich niet op een helling. pagina 455).
  • Pagina 459 456 Banden en velgen Aluminium naafdop De dopsleutel op de naafdop plaat‐ De ondergrond waar de krik op rust moet sen. stevig, vlak en stroef zijn. Indien nodig een grote, vlakke, stevige en stroeve ondergrond De wielsleutel op de dopsleutel zetten gebruiken.
  • Pagina 460 Banden en velgen 457 Geen portieren of kofferdeksel openen of loodrecht onder het kriksteunpunt van sluiten. de auto bevinden. * AANWIJZING Voertuigschade door krik Wanneer u de krik niet op de daarvoor bedoelde kriksteunpunten aanbrengt, kunt u uw auto beschadigen. De krik alleen op de daarvoor bedoelde kriksteunpunten aanbrengen.
  • Pagina 461 458 Banden en velgen Wiel verwijderen Nieuw wiel monteren Voorwaarden Voorwaarden De auto is opgekrikt ( pagina 456). Het wiel is verwijderd ( pagina 458). Mercedes-AMG auto's: De aanwijzingen in de Mercedes-AMG auto's: De aanwijzingen in de aanvullende handleiding in acht nemen. Anders aanvullende handleiding in acht nemen.
  • Pagina 462 Bij het laten zakken van de auto zonder de Om veiligheidsredenen alleen de voor Niet verder rijden. drukloze thuiskomer vooraf op te pompen Mercedes-Benz en het betreffende wiel goed‐ kan de velg hiervan worden beschadigd. gekeurde wielbouten gebruiken. De aanwijzingen met betrekking tot de selec‐...
  • Pagina 463 460 Banden en velgen Auto's met bandenspanningswaarschu‐ De wielbouten in de aangegeven volgorde Noodwiel diagonaal en gelijkmatig met maxi‐ wingssysteem: Het bandenspanningswaar‐ Aanwijzingen met betrekking tot het nood‐ maal 80 Nm vastzetten. schuwingssysteem opnieuw starten wiel pagina 449). De wielbouten vervolgens in de aangegeven volgorde diagonaal en gelijkmatig Auto's met bandenspanningscontrole: De...
  • Pagina 464 Banden en velgen 461 Ook de volgende aanvullende informatie in acht Drukloze thuiskomer ® Het ESP niet uitschakelen. nemen: Aanwijzingen bij de drukloze thuiskomer Een noodwiel of reservewiel met ver‐ Aanwijzingen met betrekking tot de banden‐ schillende afmetingen bij de eerstvol‐ spanning ( pagina 440) &...
  • Pagina 465 462 Banden en velgen De drukloze thuiskomer uiterlijk om de zes jaar De bagageruimte openen. ® Het ESP niet uitschakelen. laten vervangen, ongeacht de slijtage. De bevestigingsriemen losmaken. Een noodwiel of reservewiel met ver‐ Auto's met bandenspanningscontrole: Bij De karabijnhaken van de bevestigingsriemen schillende afmetingen bij de eerstvol‐...
  • Pagina 466 Banden en velgen 463 Controleren dat de in- en uitschakelknop * AANWIJZING Oververhitting door te van de bandenvulcompressor in de stand 0 lange looptijd van de bandenvulcompres‐ staat. De stekker in een contactdoos in de auto De bandenvulcompressor niet langer steken.
  • Pagina 467 464 Banden en velgen De band tot de voorgeschreven bandenspan‐ ning oppompen. De voorgeschreven bandenspanning is in geel op het noodwiel aangegeven. Als de voorgeschreven bandenspanning is bereikt, de in- en uitschakelknop op de bandenvulcompressor in de stand 0 drukken. De bandenvulcompressor is uitgeschakeld.
  • Pagina 468 De motorelektronica en de bijbeho‐ nische installatie storen. Meer informatie is verkrijgbaar bij een rende onderdelen alleen bij een gekwa‐ Mercedes-Benz-servicewerkplaats. Daardoor kan de bedrijfsveiligheid van de lificeerde werkplaats laten onderhou‐ auto in gevaar komen. den.
  • Pagina 469 466 Technische gegevens & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ * AANWIJZING Vervallen van de typegoed‐ len door ondeskundig gebruik van mobi‐ keuring door het niet in acht nemen van lofoons installatie- en gebruiksvoorwaarden Als in de auto op ondeskundige wijze gebruik Wanneer de installatie- en gebruiksvoorwaar‐...
  • Pagina 470 Technische gegevens 467 Frequentieband en maximaal zendvermogen Bij de achterspatschermen wordt geadviseerd de De volgende onderdelen kunnen zonder beper‐ antenne te monteren aan de zijde van de auto kingen in de auto worden gebruikt: Frequentieband Maximaal zendver‐ die naar het midden van de straat wijst. Mobilofoons met een maximaal zendvermo‐...
  • Pagina 471 468 Technische gegevens Overzicht voertuigtypeplaatje, FIN en motornummer Voertuigtypeplaatje Voertuigtypeplaatje (voorbeeld - Koeweit) Voertuigtypeplaatje (voorbeeld - alle andere landen) Autofabrikant Autofabrikant Fabricageplaats EG-typegoedkeuringsnummer (alleen voor Productiedatum bepaalde landen) Voertuigtype FIN (voertuigidentificatienummer) Toegestaan totaalgewicht (kg) Toegestaan totaalgewicht (kg) (alleen voor bepaalde landen)
  • Pagina 472 Technische gegevens 469 FIN voor de rechter voorstoel FIN bij de onderste rand van de voorruit Toegestane voorasbelasting (kg) Toegestane achterasbelasting (kg) Lakcode De gegevens in de afbeelding zijn voorbeel‐ den. FIN (voertuigidentificatienummer) als label Het FIN als label op de onderste rand van de voorruit is alleen voor bepaalde landen beschik‐...
  • Pagina 473 Schade die aan de auto is ont‐ vaar door brandstof Kinderen altijd op afstand van bedrijfs‐ staan door het gebruik van niet-goedgekeurde stoffen houden. producten, valt niet onder de Mercedes-Benz Brandstoffen zijn licht ontvlambaar. garantie en coulance. Beslist vuur, open licht, roken en vonk‐ vorming vermijden.
  • Pagina 474 Technische gegevens 471 Voor en tijdens het tanken de ontste‐ Wanneer brandstof in de ogen terecht Alleen loodvrije, zwavelvrije brandstof king en, indien aanwezig, de standver‐ gekomen is, de ogen direct grondig met tanken die voldoet aan de Europese warming uitschakelen. schoon water uitspoelen.
  • Pagina 475 Voor benzine met een maximaal ethanolge‐ toevoegen. C 180: 93 RON halte van 10 vol.% Alle andere modellen: 91 RON Mercedes-Benz adviseert merkbrandstoffen met additieven te gebruiken. Daardoor kan het motorvermogen lager zijn en het brandstofverbruik hoger. In sommige landen kan het voorkomen dat de beschikbare brandstof onvoldoende additieven bevat.
  • Pagina 476 * AANWIJZING Beschadiging door ver‐ overleg met een Mercedes-Benz-servicewerk‐ keerde brandstof Petroleum of kerosine plaats, het door Mercedes-Benz geadviseerde Kleine hoeveelheden van de verkeerde reinigingsadditief aan de brandstof worden toe‐ Wanneer abusievelijk een verkeerde brand‐ brandstof kunnen al leiden tot schade aan gevoegd.
  • Pagina 477 474 Technische gegevens Tankinhoud en brandstofreserve Overeenkomstig de Europese norm EN 16942 ® AdBlue vindt u het verdraagzaamheidskeurmerk op de Afhankelijk van de uitrusting kan de totale Aanwijzingen met betrekking tot AdBlue ® volgende punten: inhoud van de brandstoftank variëren. De aanwijzingen met betrekking tot de bedrijfs‐...
  • Pagina 478 Technische gegevens 475 Motorolie ® Inhoud en verbruik AdBlue * AANWIJZING Beschadigingen en storin‐ ® gen door verontreinigingen in AdBlue Aanwijzingen met betrekking tot motorolie ® Totale inhoud AdBlue -tank De aanwijzingen met betrekking tot de bedrijfs‐ ® Gevolgen van verontreinigingen in AdBlue stoffen in acht nemen ( pagina 470).
  • Pagina 479 229.51, 229.52, verkrijgbaar bij een gekwalificeerde werk‐ 229.61, 229.71 plaats. Mercedes-Benz adviseert, het verversen van de olie bij een gekwalificeerde werkplaats uit te Kwaliteit en hoeveelheid motorolie Als de in de tabel genoemde motorolie niet laten voeren.
  • Pagina 480 Verversingshoeveelheid Op internet http://bevo.mercedes- & WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐ benz.com Model Verversingshoeveel‐ len door vorming van dampbellen in het In de Mercedes-Benz BeVo App heid remsysteem Bij een gekwalificeerde werkplaats De remvloeistof neemt voortdurend vocht uit C 160 7,0 l de atmosfeer op.
  • Pagina 481 Altijd een door Mercedes-Benz goedge‐ keurde koelvloeistof gebruiken. Ruitensproeiervloeistofconcentraat is licht * AANWIJZING Beschadiging door ver‐ ontvlambaar. Wanneer het op hete onderde‐ De aanwijzingen in het Mercedes-Benz...
  • Pagina 482 Technische gegevens 479 Autogegevens * AANWIJZING Verstopte sproeiers door menging van ruitensproeiervloeistoffen Voertuigmaten MB SummerFit en MB WinterFit niet De aangegeven hoogten kunnen in verband met met andere ruitensproeiervloeistoffen de volgende factoren variëren: mengen. Banden Belading Geen gedestilleerd of gedemineraliseerd water gebruiken, anders kan de niveausensor een Toestand van het onderstel onjuist niveau detecteren.
  • Pagina 483 480 Technische gegevens Zwenkhoogte Voertuigmaten Model Hoogte Model Zwenk‐ Alle modellen C 200 4MATIC (205.079) 1449 mm hoogte Lengte 4686 mm Alle andere modellen 1452 mm C 160 1766 mm Breedte over buitenspiegels 2020 mm C 180 Breedte zonder buitenspiegels 1810 mm Gewichten en belastingen C 180 d...
  • Pagina 484 Technische gegevens 481 Inbouwmaten De achteroverbouw en de bevestigingspunten Aanhangwagenvoorziening gelden voor een af fabriek gemonteerde aan‐ Algemene aanwijzingen over de aanhangwa‐ hangwagenvoorziening. genvoorziening Model Achter‐ Het rijden met aanhangwagen is niet met alle overbouw modellen mogelijk ( pagina 280). Afhankelijk van het voertuigtype zijn wijzigingen Alle modellen 1158 mm...
  • Pagina 485 482 Technische gegevens Toegestaan aanhangwagengewicht, geremd Toegestaan aanhangwagengewicht, geremd Toegestaan aanhangwagengewicht, onge‐ (bij minimaal klimvermogen bij wegrijden (bij minimaal klimvermogen bij wegrijden remd van 8%) van 12%) Model Handge‐ Automa‐ Model Handge‐ Automa‐ Model Handge‐ Automa‐ scha‐ tische scha‐ tische scha‐...
  • Pagina 486 Technische gegevens 483 Asbelasting Een kogeldruk van 50 kg niet overschrij‐ Model Asbelasting den. Model Asbelasting C 300 4MATIC 1235 kg De maximaal toegestane kogeldruk C 160, handgescha‐ 1185 kg indien mogelijk benutten. C 300 d 4MATIC 1275 kg kelde versnellingsbak C 180, handgescha‐...
  • Pagina 487 484 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Bij enkele displaymeldingen worden bovendien Displaymeldingen met hoge prioriteit kunnen Displaymeldingen symbolen weergegeven: niet worden bevestigd. Het multifunctioneel dis‐ Inleiding play toont deze displaymeldingen permanent, tot ¤ Meer informatie de oorzaak van de displaymelding verholpen is. Aanwijzingen met betrekking tot displaymel‐...
  • Pagina 488 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 485 Veiligheidssystemen Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het ABS en het ESP ® zijn tijdelijk niet beschikbaar. Ook andere rijsystemen en rijveiligheidssystemen kunnen tijdelijk niet beschikbaar zijn. Het remsysteem werkt verder op normale wijze. De remweg kan bij een noodstop langer worden. ÷...
  • Pagina 489 486 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het ABS en het ESP ® vertonen een storing. Ook andere rijsystemen en rijveiligheidssystemen kunnen een storing vertonen. Het remsysteem werkt verder op normale wijze. De remweg kan bij een noodstop langer worden. ÷...
  • Pagina 490 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 487 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen & WAARSCHUWING Slipgevaar door een storing in het ESP ® Als het ESP ® is uitgeschakeld, wordt de auto niet door het ESP ® gestabiliseerd. Bovendien zijn verdere rijveilig‐ heidssystemen uitgeschakeld.
  • Pagina 491 488 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Voorzichtig verder rijden. Meteen naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. * Het EBD, het ABS en het ESP ® vertonen een storing. Ook andere rijsystemen en rijveiligheidssystemen kunnen een storing vertonen. &...
  • Pagina 492 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 489 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het rode controlelampje ! brandt. Als de elektrische parkeerrem wordt gelost is het contact uitgeschakeld. Het contact inschakelen. Parkeerrem Om te ontgren- delen contact AAN * Het rode controlelampje ! knippert. De elektrische parkeerrem is vastgezet tijdens het rijden: Aan een voorwaarde voor het automatisch vrijzetten van de elektrische parkeerrem is niet voldaan Parkeerrem ontgrendelen...
  • Pagina 493 490 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Bij het parkeren de auto naar behoefte bovendien tegen wegrollen beveiligen. Het gele controlelampje ! en het rode controlelampje ! branden. De elektrische parkeerrem vertoont een storing. Om vrij te zetten: Het contact uit- en weer inschakelen.
  • Pagina 494 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 491 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Als de elektrische parkeerrem nog steeds niet kan worden vastgezet, of als het rode controlelampje ! nog steeds knippert: Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats. Bij het parkeren de auto naar behoefte bovendien tegen wegrollen beveiligen.
  • Pagina 495 492 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Bij het parkeren de auto naar behoefte bovendien tegen wegrollen beveiligen. Om vrij te zetten: Als is voldaan aan de voorwaarden voor het automatisch vrijzetten, en de elektrische parkeerrem wordt niet automatisch vrijgezet, de elektrische parkeerrem handmatig vrijzetten ( pagina 216).
  • Pagina 496 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 493 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Er bevindt zich te weinig remvloeistof in het remvloeistofreservoir. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen bij een te laag remvloeistofniveau Wanneer het remvloeistofniveau te laag is, kan de remwerking en daarmee het remgedrag nadelig beïnvloed Remvloeistofpeil controle- zijn.
  • Pagina 497 494 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het veiligheidssysteem vertoont een storing ( pagina 36). & WAARSCHUWING Gevaar voor letsel door storingen in de werking van het veiligheidssysteem Wanneer het veiligheidssysteem een storing vertoont, kunnen onderdelen van het veiligheidssysteem onbedoeld Veiligheidssysteem Storing worden geactiveerd, of bij een ongeval niet als voorzien worden geactiveerd.
  • Pagina 498 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 495 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Herkenning van een storing van het veiligheidssysteem Bij ingeschakeld contact gaat het waarschuwingslampje veiligheidssysteem 6 niet branden. Tijdens het rijden gaat het waarschuwingslampje veiligheidssysteem 6 continu of herhaaldelijk branden. Meteen naar een gekwalificeerde werkplaats gaan.
  • Pagina 499 496 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Een persoon op de passagiersstoel kan dan bijvoorbeeld met onderdelen van het interieur in contact komen, in het bijzonder als deze dicht op het dashboard zit. Voor en ook tijdens het rijden de correcte status van de passagiersairbag controleren. Direct op een veilige plaats stoppen.
  • Pagina 500 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 497 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Gebruik NOOIT een naar achteren gericht kinderbeveiligingssysteem op een stoel die door een frontale ACTIEVE AIRBAG wordt beveiligd, want dat kan voor het kind DODELIJKE of ERNSTIGE VERWONDINGEN tot gevolg heb‐ ben.
  • Pagina 501 498 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De PRE‑SAFE ® functies vertonen een storing. PRE-SAFE functioneert niet zie handleiding Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. * De service is beperkt. Mercedes me connect Diensten beperkt Zie hand- Een of meerdere hoofdfuncties van het Mercedes me connect systeem vertonen een storing.
  • Pagina 502 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 499 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Alle sensoren reinigen ( pagina 409). De motor opnieuw starten. Rijsystemen Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen À * De ATTENTION ASSIST heeft vermoeidheid of een toenemende onoplettendheid bij de bestuurder vastgesteld pagina 272).
  • Pagina 503 500 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen É * De auto stelt zich op de gekozen rijhoogte in. Auto komt omhoog É * De voertuighoogte is te laag. De auto wordt tot de geselecteerde voertuighoogte omhooggebracht. Pas wegrijden wanneer de displaymelding verdwijnt.
  • Pagina 504 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 501 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * AANWIJZING Er is schade aan de voorwielen en de spatborden voor mogelijk bij te grote stuuruitslagen Tijdens het rijden grote stuuruitslagen vermijden en letten op schurende geluiden. Bij schurende geluiden rekening houdend met het verkeer stoppen en indien mogelijk een hogere voertuig‐...
  • Pagina 505 502 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * U rijdt te snel voor de instelling van de geselecteerde voertuighoogte. Langzamer rijden Voor het instellen van de voertuighoogte niet sneller dan 60 km/h rijden. Voor het instellen van de voertuighoogte bij het rijden met een aanhangwagen niet sneller dan 30 km/h rijden. * De actieve stuurassistent is tijdelijk niet beschikbaar.
  • Pagina 506 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 503 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Remmen of gas geven Stuurwieltoets indrukken Touch-control bedienen Actieve afstandsassistent DISTRONIC uitschakelen * De actieve spoorassistent is tijdelijk niet beschikbaar. Actieve spoorassistent nu niet beschikbaar zie hand- De omgevingsomstandigheden liggen buiten de systeemgrenzen ( pagina 277).
  • Pagina 507 504 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen De voorruit reinigen. * De dodehoekassistent is tijdelijk niet beschikbaar. Dodehoekassistent nu niet De systeemgrenzen zijn bereikt ( pagina 274). beschikbaar zie handleiding Verder rijden. Het systeem is weer beschikbaar als de oorzaken niet meer aanwezig zijn. Wanneer de displaymelding niet verdwijnt, op een veilige plaats stoppen en de motor opnieuw starten.
  • Pagina 508 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 505 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Wanneer de displaymelding niet verdwijnt, op een veilige plaats stoppen en de motor opnieuw starten. * De actieve dodehoekassistent vertoont een storing. Actieve dodehoekassistent Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. functioneert niet * Wanneer de elektrische verbinding met de aanhangwagen wordt gemaakt, is de actieve dodehoekassistent niet Act.
  • Pagina 509 506 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ç * Wanneer u het gaspedaal tot voorbij de instelling voor de actieve afstandsassistent DISTRONIC bedient, wordt het systeem passief geschakeld ( pagina 246). passief ç * De actieve afstandsassistent DISTRONIC is gedeactiveerd. Wanneer bovendien een waarschuwingssignaal klinkt, is de actieve afstandsassistent DISTRONIC automatisch gedeactiveerd ( pagina 236).
  • Pagina 510 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 507 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ¯ * De TEMPOMAT kan niet worden ingeschakeld, omdat niet aan alle inschakelvoorwaarden voldaan is. De inschakelvoorwaarden van de TEMPOMAT controleren ( pagina 232). - - - km/h * De TEMPOMAT vertoont een storing.
  • Pagina 511 508 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Wanneer het gaspedaal tot voorbij het drukpunt wordt ingedrukt (kickdown), wordt de limiter passief geschakeld Limiter passief pagina 232). * U heeft de voor winterbanden opgeslagen topsnelheid bereikt. Deze snelheid kan niet worden overschreden. Snelheidsbegrenzing (win- terbanden) XXX km/h ð...
  • Pagina 512 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 509 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen De oververhitte motor laten afkoelen alvorens de motorkap te openen. Bij brand in de motorruimte de motorkap gesloten houden en contact opnemen met de brandweer. Wachten tot de motor is afgekoeld. De luchttoevoer naar de radiateur mag niet worden belemmerd;...
  • Pagina 513 510 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * AANWIJZING Mogelijke motorschade als verder wordt gereden Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats. Rekening houdend met de verkeerssituatie zo snel mogelijk stoppen en de motor afzetten. Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats.
  • Pagina 514 Motor starten niet mogelijk Zie handleiding Niet benodigde elektrische verbruikers uitschakelen. Een door Mercedes-Benz goedgekeurde, geschikte oplader met voldoende laadvermogen aansluiten op het hulpstartpunt van de 12V-accu ( pagina 428). De 48V-accu wordt opgeladen via de spanningsomvormer in de auto.
  • Pagina 515 512 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Û * De 48V-accu is ontladen. U hebt het contact ingeschakeld, terwijl de 12V-accu met een geschikte oplader wordt opgeladen of terwijl een ander voertuig starthulp verleent. De ontladen 48V-accu wordt automatisch via de spanningsomvormer opgeladen.
  • Pagina 516 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 513 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ¸ * Auto's met dieselmotor: Het luchtfilter van de motor is vervuild en moet worden vervangen. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Luchtfilter vervangen Motorolie Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het motoroliepeil is tot het minimum gedaald.
  • Pagina 517 514 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Displaymelding alleen bij bepaalde motortypen: Het motoroliepeil is tot het minimum gedaald. * AANWIJZING Motorschade door rijden met te weinig motorolie Bij tankstop 1 l motorolie bijvullen Langere ritten met te weinig motorolie vermijden.
  • Pagina 518 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 515 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Motorolie bijvullen ( pagina 401). Aanwijzingen met betrekking tot motorolie ( pagina 475). * Displaymelding alleen bij bepaalde motortypen: Het motoroliepeil is te hoog. * AANWIJZING Motorschade door rijden met te veel motorolie Motoroliepeil Oliepeil verla- Langere ritten met te veel motorolie vermijden.
  • Pagina 519 516 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De elektrische verbinding naar de niveausensor is onderbroken of de niveausensor is defect. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Meten van het motorolie- peil niet mogelijk Uitlaatgasnabehandeling Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen...
  • Pagina 520 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 517 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Ø * De lage AdBlue ® voorraad leidt tot een beperking van het vermogen vanaf de weergegeven snelheid. Na de getoonde resterende afstand kan de motor niet meer worden gestart. ®...
  • Pagina 521 518 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ¯ * Het AdBlue ® systeem vertoont een storing. Het vermogen wordt beperkt na de getoonde resterende afstand. Meteen naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. AdBlue systeemstoring Noodloop over XXX km Zie handleiding ¯...
  • Pagina 522 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 519 Transmissie Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * U hebt geprobeerd om vanuit de stand j of een andere transmissiestand in te schakelen. Voor verlaten van schakel- stand P rem bedienen Het rempedaal indrukken. De transmissie in de stand k, i of h zetten.
  • Pagina 523 520 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De transmissie vertoont een storing. De ingeschakelde transmissiestand kan niet meer worden gewisseld. Zonder schakelen Werk- plaats opzoeken Wanneer de transmissie in de transmissiestand h staat zonder dat deze schakelt, een gekwalificeerde werk‐ plaats bezoeken.
  • Pagina 524 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 521 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Voordat u de auto verlaat de elektrische parkeerrem bedienen. * U hebt geprobeerd de motor te starten, zonder het koppelingspedaal in te drukken. Voor motor starten koppe- Koppelingspedaal indrukken en vervolgens de motor starten.
  • Pagina 525 522 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Auto's met handgeschakelde versnellingsbak: De elektrische stuurwielblokkering kon de stuurinrichting niet ontgrendelen. Het contact uitschakelen. Voor het starten stuurwiel Het stuurwiel iets links- en rechtsom draaien om de spanning op te heffen. verdraaien Het contact weer inschakelen.
  • Pagina 526 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 523 Banden Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het bandenspanningswaarschuwingssysteem heeft een aanzienlijk drukverlies herkend. Bandenspanning Banden controleren & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door een te lage bandenspanning Banden met een te lage bandenspanning leveren de volgende gevaren op: De banden kunnen klappen, in het bijzonder bij toenemende belading en snelheid.
  • Pagina 527 524 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Bij een correct ingestelde bandenspanning het bandenspanningswaarschuwingssysteem opnieuw activeren pagina 448). * Het bandenspanningswaarschuwingssysteem vertoont een storing. Bandenspanningsbewaking functioneert niet Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. * Een sterke radiobron veroorzaakt een storing. Daardoor worden geen signalen van de bandenspanningsensoren ontvangen.
  • Pagina 528 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 525 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De gemonteerde wielen hebben geen geschikte bandenspanningsensoren. De bandenspanningscontrole is uitge‐ schakeld. Wielen met geschikte bandenspanningsensoren monteren. Bandensp.contr. functio- neert niet Geen wielsenso- * Van een of meerdere wielen ontbreekt het signaal van de bandenspanningsensor. Bij de betreffende band wordt geen bandenspanningswaarde weergegeven.
  • Pagina 529 526 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen De geadviseerde bandenspanningen in acht nemen. Indien noodzakelijk de bandenspanning aanpassen. De auto op een veilige plaats stoppen. De bandenspanning ( pagina 440) en de banden controleren. * Ten minste één band heeft een te lage bandenspanning, of de bandenspanningen van de afzonderlijke banden wij‐...
  • Pagina 530 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 527 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Aanwijzingen met betrekking tot bandenpech ( pagina 417). De auto op een veilige plaats stoppen. De banden controleren. * Ten minste een band is oververhit. De betroffen banden worden rood afgebeeld. Bij een temperatuur dicht bij de Banden oververhit grenswaarde worden de banden geel afgebeeld.
  • Pagina 531 Mercedes me connect http://www.mercedes.me openen en de dienst "Digitale voertuigsleutel" oproepen. leiding De dienst eerst deactiveren en dan weer opnieuw activeren. Als de displaymelding weer verschijnt, contact opnemen met het Mercedes-Benz Customer Assistance Center (CAC). Auto's met digitale voertuigsleutel-sticker: Er zijn slechts weinig of geen toestemmingen voor het starten van de motor beschikbaar.
  • Pagina 532 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 529 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Á * De batterij van de sleutel is leeg. De batterij vervangen ( pagina 83). Batterij sleutel vervangen Á * De sleutel wordt momenteel niet herkend. De plaats van de sleutel in de auto veranderen. Wanneer de sleutel nog steeds niet wordt herkend, de sleutel in het opbergvak voor het starten met de sleutel Sleutel niet herkend (witte...
  • Pagina 533 530 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Á * De herkenning van de sleutel vertoont een storing. De plaats van de sleutel in de auto veranderen. De sleutel in het opbergvak voor het starten met de sleutel plaatsen ( pagina 182).
  • Pagina 534 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 531 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ï * De aanhangwagenvoorziening is niet klaar voor gebruik tijdens het rijden met een aanhangwagen. Rekening houdend met de verkeerssituatie zo snel mogelijk stoppen en de motor afzetten. De aanhangwagen afkoppelen en voorkomen dat deze kan wegrollen.
  • Pagina 535 532 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen De aangekoppelde aanhangwagen afkoppelen en voorkomen dat deze kan wegrollen. Een nieuwe zwenkprocedure uitvoeren ( pagina 281). Als de kogelhals is ingeklapt: Aan de toets in het kofferdeksel trekken en blijven trekken tot de kogelhals in de veilig vergrendelde positie verticaal vergrendelt en vervolgens weer onder de bumper vergrendelt.
  • Pagina 536 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 533 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen ï * Auto's met handgeschakelde versnellingsbak: U hebt geprobeerd de kogelhals te zwenken en de versnellings‐ bak staat niet in de neutraalstand i. De versnellingsbak in de neutraalstand i zetten. Bediening alleen in trans- missiestand N Ù...
  • Pagina 537 534 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Direct op een veilige plaats stoppen. Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats. Direct op een veilige plaats stoppen. Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats. * De actieve motorkap (voetgangersbescherming) vertoont een storing of functioneert niet vanwege een activering.
  • Pagina 538 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 535 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * Het kofferdeksel is geopend. & GEVAAR Vergiftigingsgevaar door uitlaatgassen Verbrandingsmotoren stoten giftige uitlaatgassen uit, bijvoorbeeld koolmonoxide. Als het kofferdeksel is geopend als de motor draait, in het bijzonder tijdens het rijden, kunnen uitlaatgassen in het interieur terecht komen.
  • Pagina 539 536 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Klimaatregeling Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen & * De standverwarming vertoont tijdelijk een storing. Als de auto horizontaal staat en de motor is afgekoeld: Viermaal met tussenpozen van een aantal minuten pro‐ beren de standverwarming in te schakelen.
  • Pagina 540 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 537 Verlichting Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De betreffende lichtbron is defect. Voorzichtig verder rijden. Meteen naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Dimlicht links (voorbeeld) Controleren of de lichtbron mag worden vervangen ( pagina 158).
  • Pagina 541 538 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * U rijdt zonder dimlicht. De verlichtingsschakelaar in de stand L of à draaien. Verlichting inschakelen * De auto wordt verlaten en de verlichting is nog ingeschakeld. De verlichtingsschakelaar in de stand Ã...
  • Pagina 542 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 539 Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen * De actieve bochtenverlichting vertoont een storing. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Act. bochtverlicht. functio- neert niet * De adaptieve grootlichtassistent is tijdelijk niet beschikbaar. Adaptieve grootlichtassis- tent nu niet beschikbaar De systeemgrenzen zijn bereikt ( pagina 152).
  • Pagina 543 540 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Displaymeldingen Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen Stoppen; daarbij op de verkeerssituatie letten. De voorruit reinigen. * De adaptieve grootlichtassistent Plus is tijdelijk niet beschikbaar. Adaptieve grootlichtassis- De systeemgrenzen zijn bereikt ( pagina 154). tent Plus nu niet beschik- baar Zie handleiding Verder rijden.
  • Pagina 544 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 541 Instrumentendisplay in de widescreen cock‐ ü Veiligheidsgordel niet omgegespt Waarschuwings- en controlelampjes pagina 548) Overzicht waarschuwings- en controlelamp‐ Remmen (geel) ( pagina 542) Remmen (rood) ( pagina 542) Als het contact wordt ingeschakeld, voeren ver‐ Elektrische parkeerrem (geel) schillende systemen een zelfdiagnose uit.
  • Pagina 545 542 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Voorgloeien Koelvloeistof te heet/koud ï Aanhangwagenvoorziening niet pagina 550) bedrijfsklaar of beweegt Elektrische storing ( pagina 550) pagina 554) Bandenspanningscontrole Brandstofreserve met aanduiding pagina 552) van de tankdopkleppositie pagina 550) Veiligheidssystemen Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het gele ABS-waarschuwingslampje brandt als de motor draait.
  • Pagina 546 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 543 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Voorzichtig verder rijden. De meldingen op het multifunctioneel display in acht nemen. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. ÷ ® Het gele ESP -waarschuwingslampje knippert tijdens het rijden. Een of meerdere wielen hebben hun slipgrens bereikt ( pagina 219).
  • Pagina 547 544 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Voorzichtig verder rijden. De meldingen op het multifunctioneel display in acht nemen. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. å ® Het gele waarschuwingslampje ESP OFF brandt als de motor draait. Het ESP ®...
  • Pagina 548 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 545 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het gele waarschuwingslampje remmen brandt als de motor draait. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen bij storing van het remsysteem Wanneer het remsysteem een storing vertoont, kan het remgedrag nadelig beïnvloed zijn. Remwaarschuwingslampje (geel) Voorzichtig verder rijden.
  • Pagina 549 546 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Direct op een veilige plaats stoppen. Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen bij een te laag remvloeistofniveau Wanneer het remvloeistofniveau te laag is, kan de remwerking en daarmee het remgedrag nadelig beïnvloed zijn. Direct op een veilige plaats stoppen.
  • Pagina 550 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 547 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het rode controlelampje elektrische parkeerrem knippert of brandt. Het gele controlelampje brandt bovendien bij een storing van de elektrische parkeerrem. De meldingen op het multifunctioneel display in acht nemen. Rood controlelampje elek‐...
  • Pagina 551 548 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Voorzichtig verder rijden. De meldingen op het multifunctioneel display in acht nemen. Meteen naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. Veiligheidsgordel Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het rode waarschuwingslampje veiligheidsgordel brandt na het starten van de motor.
  • Pagina 552 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 549 Rijsystemen Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het rode waarschuwingslampje afstandswaarschuwing brandt tijdens het rijden. De afstand tot de voorligger is voor de gekozen snelheid te gering. Als bovendien het waarschuwingssignaal klinkt, wordt een obstakel met een te hoge snelheid genaderd. Waarschuwingslampje Klaar zijn om direct te kunnen remmen.
  • Pagina 553 550 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Motor Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het gele waarschuwingslampje motordiagnose brandt als de motor draait. Er is een storing van de motor, het uitlaatsysteem of het brandstofsysteem aanwezig. De emissiegrenswaarden kunnen daardoor worden overschreden en de motor kan in het noodprogramma draaien. Waarschuwingslampje Het voertuig zo snel mogelijk laten controleren bij een gekwalificeerde werkplaats.
  • Pagina 554 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 551 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Het rode waarschuwingslampje koelvloeistof brandt terwijl de motor draait. Mogelijke oorzaken: Temperatuursensor vertoont een storing Waarschuwingslampje koel‐ Koelvloeistofniveau te laag vloeistof Luchttoevoer naar de radiateur geblokkeerd Ventilator van de radiateur defect Als bovendien een waarschuwingssignaal klinkt, heeft de koelvloeistof een temperatuur van 120 °C overschreden.
  • Pagina 555 552 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje De auto verlaten en uit in de omgeving van de auto blijven, tot de motor is afgekoeld. Het koelvloeistofniveau controleren ( pagina 402). De luchttoevoer naar de radiateur mag niet worden belemmerd; dit controleren. Tot de volgende gekwalificeerde werkplaats verder rijden zonder hoge motorbelasting.
  • Pagina 556 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 553 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje ‑ De rij-eigenschappen en het stuur- en remgedrag kunnen sterk nadelig beïnvloed worden. U kunt dan de controle over de auto verliezen. De geadviseerde bandenspanningen in acht nemen. Indien noodzakelijk de bandenspanning aanpassen.
  • Pagina 557 554 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes Auto Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje ï Het rode waarschuwingslampje aanhangwagenvoorziening brandt. De aanhangwagenvoorziening is niet klaar voor gebruik of zwenkt. & WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen door niet vergrendelde kogelkop Waarschuwingslampje aan‐ hangwagenvoorziening Als de kogelkop niet vergrendeld is, kan de aanhangwagen losraken.
  • Pagina 558 Displaymeldingen met waarschuwings- en controlelampjes 555 Waarschuwings-/contro‐ Mogelijke oorzaak en/of gevolg en oplossingen lelampje Direct op een veilige plaats stoppen. Niet verder rijden! Contact opnemen met een gekwalificeerde werkplaats. De meldingen op het multifunctioneel display in acht nemen.
  • Pagina 559 556 Trefwoordenregister Aanjager 1, 2, 3 ... Zie Klimaatregeling A/C-functie 4MATIC ............. 200 Aanrijdingsbeveiliging ......270 In- en uitschakelen (bedieningseen‐ Functie ..........200 heid) ............ 169 Aanslepen ..........434 12‑V‑accu In- en uitschakelen (multimediasys‐ Zie Accu (auto) Aansprakelijkheid voor gebreken teem) ...........
  • Pagina 560 Trefwoordenregister 557 Actieve motorkap (voetgangersbe‐ Achterportier (kinderbeveiliging) .... 77 weergeven ........... 294 scherming) ..........396 Achterruit Actieve afstandsassistent DISTRONIC .. 234 Terugzetten ......... 396 Rolzonnescherm ........96 Actieve noodstopassistent ....245 Werking ..........396 Actieve rijstrookwisselassistent ... 244 Achterruitverwarming ......167 Functie ..........
  • Pagina 561 558 Trefwoordenregister Adaptieve grootlichtassistent Plus Adresboek Systeemgrenzen ........277 Waarschuwing in- en uitschakelen ..280 In- en uitschakelen ......155 Zie Contacten Actieve stuurassistent ......241 Adaptieve snelheidsregeling Afdekking wielkuip, voor Actieve noodstopassistent ....245 Zie Actieve afstandsassistent DISTRONIC Verwijderen en aanbrengen ....158 Actieve rijstrookwisselassistent ...
  • Pagina 562 Trefwoordenregister 559 Assistentieweergave Sidebags ..........42 Mobiele telefoon aanmelden ....364 Windowbag ..........42 Overgebrachte autogegevens ....365 Menu (boordcomputer) ....... 293 Overzicht ..........363 Airconditioning ASSYST PLUS ........... 395 Stop ............. 364 Zie Klimaatregeling Bijzonder onderhoud ......395 Antiblokkeersysteem Onderhoudstermijn weergeven ...
  • Pagina 563 560 Trefwoordenregister Automatische afstandsregeling Titellijst ..........383 Registratie ..........31 Usb-apparaten aansluiten ....383 Ruststand activeren of deactiveren ..217 Zie Actieve afstandsassistent DISTRONIC Weergave-opties selecteren ....383 Ruststand functie ......... 217 Automatische motorstart (ECO start- Schadeherkenning (parkeren) ....216 Audioweergave stopsysteem) ...........
  • Pagina 564 Trefwoordenregister 561 Voor handmatig schakelen ....197 Bandenspanningswaarschuwingssys‐ Bandenspanning ........441 teem (werking) ........448 Aanwijzingen ........440 Automatische transmissie (probleem) Bandenspanningswaarschuwingssys‐ Bandenspanningscontrole (werking) ... 442 Zie Transmissie (probleem) teem opnieuw starten ......449 Bandenspanningscontrole opnieuw Bandentemperatuur controleren starten ..........443 (bandenspanningscontrole) ....
  • Pagina 565 562 Trefwoordenregister Bandentemperatuur Bedrijfsveiligheid Belading Bandenspanningscontrole (werking) ... 442 48V-boordnet ........23 Verankeren .......... 125 Controleren (bandenspanningscon‐ Conformiteitsverklaring (elektromag‐ Beladingsrichtlijnen ........ 125 trole) ........... 443 netische verdraagzaamheid) ....25 Benzine ............. 471 Conformiteitsverklaring (krik) ....28 Bandenvulcompressor Berichten Conformiteitsverklaring (radiogra‐ Zie TIREFIT-set Zie Sms fische onderdelen van de auto) .....
  • Pagina 566 Trefwoordenregister 563 Bestuurdersstoel Menu Navigatie ........295 Brandstofreserve ......... 474 Zie Stoel Menu Radio ......... 296 Dieselbrandstof ........473 Menu Reis ........... 294 E10 ............471 BlueTec ® Menu Service ........293 Kwaliteit (benzine) ....... 471 Zie AdBlue ® Menu Stijlen ........290 Kwaliteit (dieselbrandstof) ....
  • Pagina 567 564 Trefwoordenregister Computer ® Opslaan ..........358 Burmester surround sound system ..393 Zie Boordcomputer Opties ..........359 Automatische volumeaanpassing ..394 Wissen ..........359 Balans/fader instellen ......394 Conformiteitsverklaring worden geïmporteerd ......358 Geluidsfocus instellen ......394 Elektromagnetische verdraagzaam‐ Geluidsmenu oproepen .......
  • Pagina 568 Trefwoordenregister 565 Dashboard Dieren Parkeerstand automatisch inschake‐ Zie Cockpit Huisdieren in de auto ......79 len ............196 Parkeerstand inschakelen ....196 Dashboardkastje Dieselbrandstof Rijstand inschakelen ......197 Ver- en ontgrendelen ......127 Aanwijzingen ........473 Display Lage buitentemperaturen ....473 Dashboardverlichting ......
  • Pagina 569 566 Trefwoordenregister #48V-accu Zie handleiding ..... 511 Actieve parkeerassistent en PARK‐ Adaptieve grootlichtassistent functio‐ TRONIC functioneren niet Zie hand‐ neert niet ..........539 Achteruit rijden niet mogelijk Werk‐ plaats opzoeken ........520 leiding ..........505 Adaptieve grootlichtassistent nu niet Actieve remassistent Functie beperkt beschikbaar zie handleiding ....
  • Pagina 570 Trefwoordenregister 567 ¯ AdBlue systeemstoring Nood‐ Banden oververhit ....... 527 4Bij tankstop 1 l motorolie bijvul‐ loop over XXX km Zie handleiding ..518 hBandensp.contr. functioneert ............514 ¯ AdBlue systeemstoring Nood‐ niet Geen wielsensoren ....... 525 4Bij tankstop motoroliepeil con‐ loop: max XXX km/h Geen start na hBandensp.contr.
  • Pagina 571 568 Trefwoordenregister Gfunctioneert niet ......498 ¸Luchtfilter vervangen ....513 !Parkeerrem Om te ontgrende‐ !functioneren niet Zie handlei‐ ðMaximum snelheid overschre‐ len contact AAN ........489 ding ............. 486 ............508 !Parkeerrem ontgrendelen .... 489 Tfunctioneren niet zie handlei‐ Mercedes me connect Diensten !Parkeerrem zie handleiding ..
  • Pagina 572 Trefwoordenregister 569 ÁSleutel niet herkend (rode dis‐ ÐStoring stuursysteem zie hand‐ Voertuig stoppen Motor laten playmelding) ........529 leiding ..........522 draaien Wachten Transmissie koelt af ÁSleutel niet herkend (witte dis‐ bStoring Zie handleiding ....537 ............. 520 playmelding) ........529 TEMPOMAT en limiter functioneren #Voertuig stoppen Motor laten ÀSleutel vervangen Zie handlei‐...
  • Pagina 573 570 Trefwoordenregister Draadloos opladen ÛWachten a.u.b... HV-accu wordt Mobiele telefoon ........145 geladen ..........512 E10 ............471 Werking en aanwijzingen ..... 143 Wegrolgevaar Parkeerrem niet EASY-PACK-bagageruimte-comfortbox .. 134 Drive Away Assist ........270 bediend zie handleiding ....... 492 Hoogte traploos instellen ....132 Drive Away Assist In- en uitbouwen ........
  • Pagina 574 Trefwoordenregister 571 EDW (diefstal-/inbraakalarminstalla‐ Elektronisch stabiliteitsprogramma tie) ............. 107 ® Zie ESP (elektronisch stabiliteits‐ Favorieten Functie ..........107 programma) Hernoemen ......... 306 Het alarm beëindigen ......107 EQ-boost Oproepen ..........306 Interieurbeveiliging functie ....108 Bedrijfsveiligheid ........23 Overzicht ..........306 Interieurbeveiliging in- en uitschake‐...
  • Pagina 575 572 Trefwoordenregister Gegevensopslag Gereedschap Mobilofoon .......... 467 Auto ............32 Zie Boordgereedschap Frontairbag (bestuurder, passagier) ..42 Elektronische regeleenheden ....32 Gereedschap voor het verwisselen Functionele stoel Online-diensten ........34 van een wiel Zie Portierbedieningseenheid Gegevensregistratie Overzicht ..........453 Auto ............32 Gesprekken ..........
  • Pagina 576 Trefwoordenregister 573 Giek Handleiding (digitaal) ....... 20 Voorste (mechanisch instellen) .... 116 Zie Tow-Bar-systeem Handrem Huisdieren in de auto ........ 79 Gordel Zie Elektrische parkeerrem Zie Veiligheidsgordel HANDS-FREE ACCESS ........ 93 Gordelaanpassing i-Size kinderzitjebevestiging Head-up-display ........298 Functie ........... 41 Geschikte zitplaatsen voor de beves‐...
  • Pagina 577 574 Trefwoordenregister Inrij-aanwijzingen ........184 Verlichting voor snelwegen ....151 Opties instellen ........379 Overzicht ..........378 Interieur Inspectie Stream selecteren ....... 379 Koelen of verwarmen (Remote Zie ASSYST PLUS Zender opslaan ........379 Online) ..........183 Instaphulp Zender selecteren en verbinden ..379 Interieurbeveiliging Instellen ..........
  • Pagina 578 ® iPhone Symbolen voor speciale bestemmin‐ Kinderbeveiliging Zie Apple CarPlay™ gen selecteren ........345 Achterportier ......... 77 Zie Mercedes-Benz Link Verkeerskaart weergeven ....341 Zijruiten achterin ........78 ISOFIX-kinderzitjesbevestiging Verschuiven ......... 344 Kinderen Volgende dwarsstraat aangeven ..346 Monteren ..........66 Algemene aanwijzingen ......
  • Pagina 579 576 Trefwoordenregister Op de zitplaats achterin met een gor‐ Klimaatregeling ........167 Luchtuitstroomopeningen vóór .... 177 del bevestigen ........73 Luchtverdeling instellen ....... 167 A/C-functie in- en uitschakelen Passagiersstoel (aanwijzingen) ....75 (bedieningseenheid) ......169 Parfumeringssysteem instellen .... 171 Passagiersstoel (zonder automati‐ Restwarmte ..........
  • Pagina 580 Trefwoordenregister 577 Kofferdeksel Lamp Knipperlichten (voor) ......159 Achterklepbegrenzing in- en uitscha‐ Zie Interieurverlichting Zijbekleding openen en sluiten .... 159 kelen ............. 96 Lampje (instrumentendisplay) Lichtbundel instellen ......148 afzonderlijk vergrendelen ...... 95 Zie Waarschuwings- en controlelampje Lichtsignaal ..........149 HANDS-FREE ACCESS ......
  • Pagina 581 578 Trefwoordenregister Massage-instellingen Mediaweergave Lucht-waterkanaal ........404 Terugzetten .......... 119 Bedienen (boordcomputer) ....297 Vrijhouden ........... 404 Luchtdruk Massageprogramma's Mediazoeken Zie Bandenspanning Instellingen terugzetten ......119 starten ..........384 Overzicht ..........118 Luchthoeveelheid Mekka ............348 Voorstoelen selecteren ......119 Instellen ..........
  • Pagina 582 In- en uitschakelen ......148 Mercedes-AMG auto's Moeheidsherkenning Mistlicht (uitgebreid) ......152 Aanwijzing ........... 179 Zie ATTENTION ASSIST Mobiele telefoon Mercedes-Benz Link ........ 360 MOExtended-banden ....... 418 Auto ontgrendelen ......... 86 Gebruiken ..........361 Auto starten ......... 181 Motor Overzicht ..........360 Auto vergrendelen .........
  • Pagina 583 580 Trefwoordenregister Motorgegevens Multifunctioneel stuurwiel Menu in- en uitschakelen ....322 Weergaven ........... 193 Zie Stuurwiel Sd-kaart aanbrengen en verwijderen ... 321 Motorkap Multimediasysteem ......... 301 Navigatie Functie (actieve motorkap) ....396 Centrale bedieningselementen .... 302 Zie Bestemming Openen en sluiten ....... 397 Zie Bestemmingsinvoer Displayinstellingen configureren ..
  • Pagina 584 Opbergruimte onder bagageruimtebo‐ licht) ............ 147 Gevarendriehoek uitnemen ....416 dem ............135 Onboard-diagnose-interface Noodoproepsysteem Opbergvak ..........127 Zie Diagnose-interface Zie Mercedes-Benz noodoproepsysteem Armsteun ..........127 Onderhoud Noodprogramma Armsteun achterin ....... 128 Zie ASSYST PLUS Auto starten ........182 Brillenvak ..........128 Onderstel Dashboardkastje ........
  • Pagina 585 582 Trefwoordenregister Opbergvakken Parkeerrem Zie Beladen Zie Elektrische parkeerrem Paniekalarm ..........81 Zie Opbergvak Parkeerstand Activeren of deactiveren ......81 Open Source software ......34 Automatisch inschakelen ..... 196 Panoramaschuifdak Inschakelen ......... 196 Opening van het kofferdeksel met de Zie Schuifdak voet Parkeren Paravan...
  • Pagina 586 Trefwoordenregister 583 Pech QR-code ® PRE-SAFE (preventieve inzittenden‐ Aanslepen ........... 434 Reddingskaart ........32 bescherming) ..........51 Auto vervoeren ........432 Functie ........... 51 Overzicht van de hulp ......18 Maatregelen ongedaan maken ....51 Slepen ..........431 PRE-SAFE ® Sound ........
  • Pagina 587 584 Trefwoordenregister Reis Zender volgen instellen ....... 392 Interieur koelen of verwarmen ..... 183 Zender zoeken ........391 Menu (boordcomputer) ......294 Remvloeistof Zendergeheugen bewerken ....391 Aanwijzingen ........477 Zenderlijst oproepen ......391 ABS (antiblokkeersysteem) ....219 Reserve Zenders wissen ........391 Active Brake Assist System ....
  • Pagina 588 Trefwoordenregister 585 Rijdynamische regeling Zie Actieve spoorassistent Radarsensoren ........218 Zie Actieve stuurassistent Stuurassistent STEER CONTROL ..224 Zie ESP ® (elektronisch stabiliteits‐ Zie AIRMATIC Verantwoordelijkheid ......218 programma) Zie ATTENTION ASSIST Ritregistratie Rijgedrag (ongebruikelijk) ...... 439 Zie Dodehoekassistent Zie Dagteller Rijlicht Zie HOLD-functie Rolzonnescherm ........
  • Pagina 589 586 Trefwoordenregister Ruitensproeiervloeistof Schakelpaddles Routebegeleiding ........334 Zie Ruitreinigingsmiddel Zie Stuurwielschakelpaddles Aanwijzingen ........334 Afbreken ..........338 Ruitenwisserbladen Schuifdak ..........101 Bestemming bereikt ......337 Verwisselen .......... 161 Automatische functies ......104 Naar Offroad-bestemming ....338 Verzorging ........... 409 Met sleutel openen ........ 99 Offroad ..........
  • Pagina 590 ..........294 Sleepoog Zie Android Auto Software-actualisering ......318 Aanbrengen ......... 434 Zie Apple CarPlay™ Belangrijke systeemactualiseringen ..319 Opbergplaats ........434 Zie Mercedes-Benz Link Informatie ..........318 Slepen ............431 Zie Telefoon uitvoeren ..........319 Smeermiddeladditieven Sleutel ............80 Sound Zie Additieven Accu ............
  • Pagina 591 588 Trefwoordenregister Spoorassistent Start-stoptoets Geheugenfunctie bedienen ....124 Zie Actieve spoorassistent Auto afzetten ........207 Instellen (elektrisch) ......116 Auto starten ......... 181 instellen (mechanisch en elektrisch) Spraakherkenning mobiele telefoon Spanningsvoorziening of contact ............111, 113 starten ..........355 inschakelen ......... 179 instellen (zitcomfort) ......
  • Pagina 592 Trefwoordenregister 589 Stuurassistent STEER CONTROL In- en uitschakelen (multimediasys‐ Tanken ..........200 Werking en aanwijzingen ..... 224 teem) ........... 170 Tankinhoud Stuurwiel ..........289 Systeeminstellingen ® AdBlue ..........475 Datum en tijd automatisch instellen ..312 Geheugenfunctie bedienen ....124 Brandstof ..........
  • Pagina 593 590 Trefwoordenregister Tekstberichten Mobiele telefoon verbinden (passkey) Temperatuur ..........167 Zie Sms ............. 351 TEMPOMAT ..........230 Mobiele telefoon verbinden (Secure Telefoneren Functie ..........230 Simple Pairing) ........351 Zie Gesprekken Inschakelen ......... 232 Near Field Communication (NFC) Selecteren ........... 232 Telefoon ...........
  • Pagina 594 Trefwoordenregister 591 Typeplaatje Gebruiken ..........419 haptische bedieningsterugkoppeling Opbergplaats ........419 in-/uitschakelen ........305 Auto ............ 468 In- en uitschakelen ......303 Motor ..........468 Titels Zender en muziektitel selecteren ..305 Selecteren (audiofunctie) ....383 Tow-Bar-systeem ........286 Toegangsgegevens Uitlaateindpijpen (verzorging) ....
  • Pagina 595 592 Trefwoordenregister Bedrijfsklare status ....... 36 Portieren van binnenuit ontgrendelen Zie PRE-SAFE ® (preventieve inzitten‐ Beschermingspotentieel ......35 en openen ..........85 denbescherming) Beschermingspotentieel beperkt ... 35 Smartphone .......... 86 ® Zie PRE-SAFE PLUS (preventieve Storing ........... 36 inzittendenbescherming Plus) Verbinding Waarschuwingslampje ......
  • Pagina 596 Trefwoordenregister 593 Automatisch rijlicht ......148 Verlichting voor snelwegen ....151 Wieldoppen verwijderen en aanbren‐ Bochtenverlichting ....... 151 Verlichtingsschakelaar ......147 gen ............455 Buitenlandse reis (symmetrisch dim‐ Verlichting Verwisselen van een wiel licht) ............ 147 Zie Interieurverlichting Zie Noodwiel Citylicht ..........
  • Pagina 597 594 Trefwoordenregister Voertuigidentificatienummer Voorruit Veiligheidsgordel ........412 Vloerbedekking ........412 Zie FIN Zie Voorruit Wasstraat ..........404 Voertuigonderhoud Vrije software ..........34 Wielen/velgen ........409 Zie ASSYST PLUS Zijruiten ..........409 Voertuigsleutel Vestiging Zie Sleutel Waarschuwings- en controlelampje ..541 Zie Gekwalificeerde werkplaats Overzicht ..........
  • Pagina 598 Trefwoordenregister 595 Overzicht ..........377 hWaarschuwingslampje banden‐ äWaarschuwingslampje onder‐ Stop ............. 378 spanningscontrole brandt ....552 stel ............549 Website oproepen ........ 376 hWaarschuwingslampje banden‐ JWaarschuwingslampje remmen Website spanningscontrole knippert ....553 (rood) ..........545 Menu van de webbrowser in- en uit‐ 7Waarschuwingslampje veilig‐...
  • Pagina 599 596 Trefwoordenregister Wi-Fi ............313 Monteren ..........458 Ongebruikelijk rijgedrag ...... 439 Instellen ..........314 Zekeringen ..........435 Internetverbinding instellen ....373 Opslaan ..........453 Aansluitschema ........435 Selectie ..........450 Overzicht ..........313 Aanwijzingen ........435 Sneeuwkettingen ......... 439 Wieldoppen vervangen ......
  • Pagina 600 Trefwoordenregister 597 Zendergeheugen Zoeken naar tankstations Bewerkt ..........391 automatisch zoeken in- en uitschake‐ len ............334 Zenderlijst Automatisch zoeken starten ....326 Oproepen ..........391 Zoeken naar wegrestaurant Zicht Automatisch zoeken starten ....334 Condens van de ruiten verwijderen ..170 Zoekverlichting Zijruiten ............
  • Pagina 604 Impressum Internet Meer informatie over Mercedes-Benz-voertuigen en over Daimler AG vindt u op internet onder: http://www.mercedes-benz.com http://www.daimler.com Redactie Bij vragen of suggesties ten aanzien van deze handleiding kunt u de Technische Redactie op het volgende adres bereiken: Daimler AG, HPC: CAC, Customer Service, 70546 Stuttgart, Duitsland ©...
  • Pagina 605 Digitaal als app De inhoud van de handleiding Hier vindt u alle informatie over U vindt de handleiding op uw De Mercedes-Benz Guides app is direct in het multimediasysteem de bediening, de serviceverlenin‐ Mercedes-Benz homepage. gratis beschikbaar in de gang‐...