Bewerkingscycli | Cycli voor slijpbewerking
Cyclusparameters
Helpscherm
Q368
Q207
HEIDENHAIN | TNC7 | Gebruikershandboek Volledige uitgave | 10/2022
Parameter
Q203 Coörd. werkstukoppervlakte?
Coördinaat van het werkstukoppervlak met betrekking tot het
actieve nulpunt. De waarde werkt absoluut.
Invoer: –99999,9999...+99999,9999
Q260
Q201 Diepte?
Q203
afstand tussen werkstukoppervlak en bodem van de contour.
Q201
De waarde werkt incrementeel.
Invoer: -99999.9999...+0
Q14 Overmaat voor kantnabewerking?
Q14
Zijdelingse overmaat die na de bewerking overblijft. Deze
overmaat moet kleiner zijn dan Q368. De waarde werkt incre-
menteel.
Invoer: –99999,9999...+99999,9999
Q368 Overmaat zijkant voor bewerking?
Zijdelingse overmaat die voorafgaand aan de slijpbewerking
aanwezig is. De waarde moet groter zijn dan Q14. De waarde
werkt incrementeel.
Invoer: -0.9999...+99.9999
Q534 Zijdelingse verpl.?
Maat waarmee het slijpgereedschap zijdelings wordt
verplaatst.
Invoer: 0.0001...99.9999
Q456 Lege runs op de contour?
Aantal malen dat het slijpgereedschap de contour na elke
verplaatsing zonder materiaalafname afverplaatst.
Invoer: 0...99
Q457 Lege runs op de eindcontour?
Aantal malen dat het slijpgereedschap de contour na de
laatste verplaatsing zonder materiaalafname afverplaatst.
Invoer: 0...99
Q207 Aanzet slijpen?
Verplaatsingssnelheid van het gereedschap bij het slijpen
van de contour in mm/min
Invoer: 0...99999.999 alternatief FAUTO, FU
Q253 Aanzet voorpositioneren?
Verplaatsingssnelheid van het gereedschap bij het benade-
ren van de DIEPTE Q201. De aanzet werkt onder het COORD.
OPPERVLAK Q203. Invoer in mm/min.
Invoer: 0...99999,9999 alternatief FMAX, FAUTO, PREDEF
15
981