Variabelen Programmering | Tabeltoegang met SQL-opdrachten
Functiebeschrijving
Zwarte pijlen en bijbehorende syntaxis tonen interne SQL UPDATE-processen. Grijze pijlen en
bijbehorende syntax horen niet direct bij het commando SQL UPDATE.
SQL UPDATE houdt rekening met alle kolommen die de SELECT-instructie (SQL-
commando SQL EXECUTE) bevat.
De besturing geeft in de gedefinieerde variabele aan of het leesproces gelukt (0) of
mislukt (1) is.
Invoer
11 SQL UPDATE Q1 HANDLE Q5 index5
RESET UNBOUND
De NC-functie bevat de volgende syntaxiselementen:
Syntaxiselement
SQL UPDATE
Q/QL/QR of Q
REF
HANDLE
INDEX
RESET
UNBOUND
Aanwijzing
Bij het schrijven naar tabellen controleert de besturing de lengte van de
stringparameters. Als de items de lengte van de te beschrijven kolommen
overschrijden, geeft de besturing een foutmelding.
HEIDENHAIN | TNC7 | Gebruikershandboek Volledige uitgave | 10/2022
; Alle regels van de transactie Q5 afsluiten
en de tabel bijwerken
Betekenis
Syntaxisopener voor de SQL-commando UPDATE:
Variabele waarin de besturing het resultaat opslaat
Q-parameters met de identificatie van de transactie
Regelnummer in de resultatenset als nummer of variabele
Zonder opgave heeft de besturing toegang tot regel 0.
Syntaxiselement optioneel
Alleen voor de machinefabrikant
Syntaxiselement optioneel
24
1465