Bewerkingscycli | Cycli voor freesbewerking
Aanwijzingen voor het programmeren
In geval van kamercontouren met scherpe binnenhoeken kan bij toepassing van
een overlappingsfactor groter dan een restmateriaal bij het ruimen blijven staan.
Met name de binnenste baan moet aan de hand van een grafische testweergave
worden gecontroleerd en eventueel moet de overlappingsfactor enigszins
worden gewijzigd. Daardoor ontstaat een andere snede-opdeling, wat vaak tot het
gewenste resultaat leidt.
De instelling voor het insteken van cyclus 22 kunt u vastleggen met parameter
Q19 en in de gereedschapstabel met de kolommen ANGLE en LCUTS:
Als Q19=0 is gedefinieerd, steekt de besturing loodrecht in, ook wanneer voor
het actieve gereedschap een insteekhoek (ANGLE) is gedefinieerd
Als u ANGLE=90° definieert, steekt de besturing loodrecht in. Als
insteekaanzet wordt dan pendelaanzet Q19 gebruikt
Als pendelaanzet Q19 in cyclus 22 is gedefinieerd en ANGLE in de gereed-
schapstabel tussen 0,1 en 89,999 is gedefinieerd, steekt de besturing
helixvormig in met de vastgelegde ANGLE
Als de pendelaanzet in cyclus 22 is gedefinieerd en er geen ANGLE in de
gereedschapstabel staat, komt de besturing met een foutmelding
Als de geometrische omstandigheden zodanig zijn dat er niet helixvormig
kan worden ingestoken (sleuf), probeert de besturing pendelend in te steken
(de pendellengte wordt dan berekend uit LCUTS en ANGLE (pendellengte =
LCUTS / tan ANGLE))
Aanwijzing in combinatie met machineparameters
Met machineparameter posAfterContPocket (nr. 201007) definieert u het gedrag
na de bewerking van de contourkamer.
PosBeforeMachining: terugkeren naar startpositie
ToolAxClearanceHeight: gereedschapsas op veilige hoogte positioneren.
HEIDENHAIN | TNC7 | Gebruikershandboek Volledige uitgave | 10/2022
15
645