Meerassige bewerking | Cycli voor de bewerking van de cilindermantel
Instructies
Deze cyclus voert een schuine bewerking uit. Om deze cyclus te
kunnen uitvoeren, moet de eerste machineas onder de machinetafel
een rotatieas zijn. Bovendien moet het gereedschap loodrecht op het
mantelvlak gepositioneerd kunnen worden.
Let op: botsingsgevaar!
Wanneer de spil bij de cyclusoproep niet is ingeschakeld, kan een botsing
optreden.
Met machineparameter displaySpindleErr (nr. 201002) on/off stelt u in of de
besturing een foutmelding weergeeft wanneer de spil niet is ingeschakeld
Deze cyclus kunt u uitsluitend in de bewerkingsmodus FUNCTION MODE MILL
uitvoeren.
Een door het midden snijdende vingerfrees (DIN 844) toepassen.
De spilas moet bij de cyclusoproep loodrecht op de as van de rondtafel staan.
Als dit niet het geval is, dan komt de besturing met een foutmelding. Evt. moet de
kinematica worden omgeschakeld.
Aanwijzingen voor het programmeren
In de eerste NC-regel van het contour-subprogramma moeten altijd de beide cilin-
dermantelcoördinaten geprogrammeerd worden.
Het voorteken van de cyclusparameter Diepte legt de werkrichting vast. Wanneer
diepte = 0 wordt geprogrammeerd, voert de besturing de cyclus niet uit.
De veiligheidsafstand moet groter zijn dan de gereedschapsradius.
Wanneer u lokale Q-parameters QL in een contoursubprogramma gebruikt, moet
u deze ook binnen het contoursubprogramma toewijzen of berekenen.
HEIDENHAIN | TNC7 | Gebruikershandboek Volledige uitgave | 10/2022
AANWIJZING
22
1305