Starten
Het voertuig met de start-stoptoets starten
& WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐
len‑ en letsel als kinderen zonder toezicht
in de auto worden achtergelaten
Wanneer kinderen zonder toezicht in de auto
achterblijven, kunnen deze:
Portieren openen en daardoor andere per‐
R
sonen of verkeersdeelnemers in gevaar
brengen.
Uitstappen en door het verkeer worden
R
gegrepen.
Uitrustingen van de auto bedienen en bij‐
R
voorbeeld bekneld raken.
Bovendien kunnen de kinderen de auto in
beweging zetten, door bijvoorbeeld:
De parkeerrem vrij te zetten.
R
De automatische transmissie uit de par‐
R
keerstand j te schakelen of de handge‐
schakelde versnellingsbak in de neutraal‐
stand te zetten.
De motor te starten.
R
Bij het verlaten van de auto altijd de
#
sleutel meenemen en de auto vergren‐
delen.
Kinderen en dieren nooit zonder toe‐
#
zicht in de auto achterlaten.
De sleutel buiten bereik van kinderen
#
bewaren.
Voorwaarden
De sleutel bevindt zich in herkenningsgebied
R
van de antenne (
→
van de sleutel is niet ontladen.
pagina 42) en de batterij
Voertuigen met handgeschakelde versnel‐
#
lingsbak: Het koppelingspedaal indrukken.
Voertuigen met automatische transmis‐
#
sie: De transmissie in de stand j of i
schakelen.
Het rempedaal indrukken en de toets
#
maal indrukken.
Als het voertuig niet start: Niet benodigde
#
verbruikers uitschakelen en de toets
maal indrukken.
Als het voertuig nog steeds niet start en op
#
het multifunctioneel display de displaymel‐
ding
Sleutel in aangegeven bergplaats leggen
Zie handleiding
verschijnt: Het voertuig in het
noodprogramma starten.
Voertuig in het noodprogramma starten
& WAARSCHUWING Gevaar voor ongeval‐
len‑ en letsel als kinderen zonder toezicht
in de auto worden achtergelaten
Wanneer kinderen zonder toezicht in de auto
achterblijven, kunnen deze:
Portieren openen en daardoor andere per‐
R
sonen of verkeersdeelnemers in gevaar
brengen.
Uitstappen en door het verkeer worden
R
gegrepen.
Uitrustingen van de auto bedienen en bij‐
R
voorbeeld bekneld raken.
Bovendien kunnen de kinderen de auto in
beweging zetten, door bijvoorbeeld:
De parkeerrem vrij te zetten.
R
115
Rijden en parkeren
1
een‐
1
een‐