Na M128 kan nog een aanzet worden ingevoerd, waarmee de TNC de
compensatiebewegingen in de lineaire assen uitvoert.
Vóór positioneringen met M91 of M92 en vóór een TOOL
CALL: M128 terugzetten.
Om beschadigingen van de contour te voorkomen, mogen
met M128 alleen radiusfrezen worden toegepast.
De gereedschapslengte moet aan het midden van de
kogel van de radiusfrees worden gerelateerd.
Wanneer M128 actief is, toont de TNC in de
statusweergave het symbool
M128 en M116 kunnen niet gelijktijdig actief zijn, ze sluiten
elkaar uit. Met M128 worden compensatiebewegingen
uitgevoerd die de aanzet van het gereedschap ten
opzichte van het werkstuk niet mogen veranderen. De
compensatiebeweging wordt heel doelbewust met een
afzonderlijke aanzet die u in de regel M128 kunt
vastleggen, parallel aan en onafhankelijk van de
bewerkingsaanzet uitgevoerd. Daarentegen moet de TNC,
wanneer M116 actief is, de aanzet aan de snijkant bij het
bewegen van een rotatie-as zo berekenen dat de
geprogrammeerde aanzet aan de snijkant van het
gereedschap (bij TCP, tool center point) er ook uit volgt. De
TNC houdt daarbij rekening met de afstand van de TCP tot
het centrum van de rotatie-as.
M128 bij zwenktafels
Als bij actieve M128 een beweging van de zwenktafel geprogrammeerd
is, dan draait de TNC het coördinatensysteem overeenkomstig mee.
Als u bijv. de C-as 90° draait (door positioneren of nulpuntverschuiving)
en aansluitend een beweging in de X-as programmeert, dan voert de
TNC de beweging in de machine-as Y uit.
Ook het vastgelegde referentiepunt, dat door de verplaatsing van de
rondtafel verandert, transformeert de TNC.
216
.
7 Programmeren: Additionele functies