Gereedschapsradius R
De gereedschapsradius R moet direct worden ingevoerd.
Deltawaarden voor lengten en radiussen
Deltawaarden duiden afwijkingen voor lengte en radius van
gereedschappen aan.
Een positieve deltawaarde staat voor een overmaat (DL, DR, DR2>0). Bij
een bewerking met overmaat wordt de waarde voor de overmaat bij
het programmeren van de gereedschapsoproep met TOOL CALL
ingevoerd.
Een negatieve deltawaarde betekent een ondermaat (DL, DR, DR2<0).
Een ondermaat wordt in de gereedschapstabel voor slijtage van een
gereedschap ingevoerd.
Deltawaarden worden als getalwaarden ingevoerd, in een TOOL CALL-
regel kan de waarde ook met een Q-parameter worden ingevoerd.
Invoerbereik: deltawaarden mogen max. ± 99,999 mm zijn.
Deltawaarden uit de gereedschapstabel beïnvloeden de
grafische weergave van het gereedschap. De weergave
van het werkstuk blijft bij de simulatie gelijk.
Deltawaarden uit de TOOL CALL-regel veranderen tijdens
de simulatie de weergavegrootte van het werkstuk. De
gesimuleerde gereedschapsgrootte blijft gelijk.
Gereedschapsgegevens in het programma
invoeren
Nummer, lengte en radius voor een bepaald gereedschap worden in
het bewerkingsprogramma eenmaal in een TOOL DEF-regel vastgelegd:
Gereedschapsdefinitie kiezen: toets TOOL DEF indrukken
Gereedschapsnummer: met het gereedschapsnummer
een gereedschap eenduidig kenmerken
Gereedschapslengte: correctiewaarde voor de lengte
Gereedschapsradius: correctiewaarde voor de radius
Tijdens de dialoog kan de waarde voor de lengte en radius
direct in het dialoogveld worden ingevoegd: gewenste as-
softkey indrukken.
Voorbeeld
4 TOOL DEF 5 L+10 R+5
HEIDENHAIN TNC 620
123