Data-overdracht naar/van een externe
gegevensdrager
Voordat overdracht van gegevens naar een externe
gegevensdrager kan plaatsvinden, moet de data-interface
eventueel worden ingesteld (zie "Data-interfaces
instellen" op bladzijde 489).
Wanneer u via de seriële interface gegevens verstuurt,
kunnen afhankelijk van de gebruikte data-
overdrachtsoftware problemen optreden die u door het
opnieuw uitvoeren van de overdracht kunt verhelpen.
Bestandsbeheer oproepen
Beeldschermindeling voor de data-overdracht kiezen:
softkey VENSTER indrukken. Kies op beide
beeldschermhelften de gewenste directory. De TNC
toont bijv. in de linker beeldschermhelft alle
bestanden die in de TNC zijn opgeslagen, en in de
rechter beeldschermhelft alle bestanden die op een
externe gegevensdrager zijn opgeslagen. Met de
softkey TOON BESTANDEN of TOON BOOM
schakelt u om tussen map- en bestandsweergave.
Gebruik de pijltoetsen, om de cursor naar het bestand te verplaatsen
waarvan overdracht moet plaatsvinden:
verplaatst de cursor in een venster op en neer
verplaatst de cursor van het rechter- naar het
linkervenster en omgekeerd
Wanneer er van de TNC naar de externe gegevensdrager moet
worden gekopieerd, zet dan de cursor in het linkervenster op het
bestand waarvan overdracht moet plaatsvinden.
HEIDENHAIN TNC 620
91