Voorbeeld: cilindermantel met cyclus 28
Aanwijzing:
Cilinder in het midden van de rondtafel
opgespannen.
Referentiepunt bevindt zich in het midden van
de rondtafel
0 BEGIN PGM C27 MM
1 TOOL CALL 1 Y S2000
2 L X+250 R0 FMAX
3 L X+0 R0 FMAX
4 CYCL DEF 14.0 CONTOUR
5 CYCL DEF 14.1 CONTOURLABEL 1
6 CYCL DEF 28 CILINDERMANTEL
Q1=-7
;FREESDIEPTE
Q3=+0
;OVERMAAT ZIJKANT
Q6=2
;VEILIGHEIDSAFST.
Q10=-4
;DIEPTE-INSTELLING
Q11=100
;AANZET DIEPTEVERPL.
Q12=250
;AANZET FREZEN
Q16=25
;RADIUS
Q17=1
;MAATEENHEID
Q20=10
;SLEUFBREEDTE
Q21=0.02 ;TOLERANTIE
7 L C+0 R0 FMAX M3
8 CYCL CALL
9 L Y+250 R0 FMAX M2
332
Gereedschapsoproep, gereedschapsas Y
Gereedschap terugtrekken
Gereedschap in het midden van de rondtafel positioneren
Contour-subprogramma vastleggen
Bewerkingsparameters vastleggen
Nabewerking actief
Rondtafel voorpositioneren
Cyclusoproep
Gereedschap terugtrekken, einde programma
8 Programmeren: cycli