10.12 Grenzen
10.12.4 Eigenschappen gereedschapsgrens
Het scherm Eigenschappen gereedschapsgrens onderin het tabblad bevat
een limiet op de ori¨ e ntatie van het robotgereedschap en bestaat uit een gewenste
gereedschapsori¨ e ntatie en een waarde voor de maximaal toegestane afwijking van
deze ori¨ e ntatie.
Afwijking Het tekstveld Afwijking bevat de waarde voor de maximaal toe-
gestane afwijking van de ori¨ e ntatie van het robotgereedschap van de gewenste
ori¨ e ntatie. U kunt deze waarde aanpassen door op het tekstveld te tikken en een
nieuwe waarde in te voeren.
Het geaccepteerde waardebereik wordt samen met de tolerantie en eenheid van de
afwijking naast het tekstveld weergegeven.
Functie kopi ¨ eren De gewenste ori¨ e ntatie van het robotgereedschap wordt ge-
specificeerd met behulp van een functie (zie 13.12) van de huidige robotinstal-
latie. De z-as van de geselecteerde functie wordt gebruikt als gewenste gereed-
schapsori¨ e ntatievector voor deze limiet.
Gebruik het vervolgkeuzemenu in het deel linksonder van de Eigenschappen
gereedschapsgrens om een functie te selecteren. Alleen de typefuncties punt
en vlak zijn beschikbaar. Door te kiezen voor het item <Niet gedefinieerd>
wist u de configuratie van het vlak.
Er dient te worden opgemerkt dat wanneer de limiet geconfigureerd is door het
selecteren van een functie, de ori¨ e ntatie van de informatie alleen maar gekopieerd
wordt naar de limiet; de limiet wordt niet gekoppeld aan die functie. Dit betekent
dat wanneer er wijzigingen optreden aan de positie of ori¨ e ntatie van een functie die
Versie 3.4.1
II-19
CB3