Voorbeeldberekeningen
De algemene gedachte achter RPN is dat argumenten vóór operatoren worden geplaatst. De argumenten
kunnen zich op de invoerregel bevinden (elk gescheiden door een spatie) of in de geschiedenis. Als u
bijvoorbeeld π wilt vermenigvuldigen met 3, voert u het volgende in:
3
Voer vervolgens de operator in (
). Voordat u de operator invoert, ziet de invoerregel er dus als volgt
uit:
U had de argumenten echter ook afzonderlijk kunnen invoeren en vervolgens op een lege invoerregel de
operator (
) kunnen invoeren. Voordat u de operator invoert, zou uw geschiedenis er dus als volgt
uitzien:
Om hetzelfde resultaat te krijgen, kunt u ook drukken op
om de waarde π op
stapelniveau één in te voeren, en dan drukt u op
.
40
Hoofdstuk 3 RPN-modus (Reverse Polish Notation)