1: μ
< μ
●
1
2: μ
> μ
●
1
3: μ
≠ μ
●
1
Configuratie: een tekenreeks die bepaalt welke resultaten worden weergegeven en in welke volgorde. Een
lege tekenreeks "" toont de standaard: alle resultaten, inclusief koppen. De opties in de tekenreeks voor
de configuratie zijn gescheiden door spaties.
h: kopcellen worden gemaakt
●
acc: het testresultaat, 0 of 1 om aan te geven dat de nulhypothese wordt afgewezen of dat afwijzing is
●
mislukt
tT: de testwaarde T
●
tM: de invoerwaarde Δ
●
prob: de kansverdeling met dunne staart
●
cT: de kritieke T-waarde die is gekoppeld aan het invoerniveau α
●
cx1: de onderste kritieke waarde van Δ die gekoppeld is aan de kritieke T-waarde
●
cx2: de bovenste kritieke waarde van Δ die gekoppeld is aan de kritieke T-waarde
●
Voorbeeld:
HypT2mean(0,461368, 0,522851, 0,2776, 0,2943,50, 50, 0, 0,05, 1, "")
ConfZ1mean
Het normale betrouwbaarheidsinterval met één steekproef voor een gemiddelde.
ConfZ1mean( ,n,s,C,["configuratie"])
Configuratie: een tekenreeks die bepaalt welke resultaten worden weergegeven en in welke volgorde. Een
lege tekenreeks "" toont de standaard: alle resultaten, inclusief koppen. De opties in de tekenreeks voor
de configuratie zijn gescheiden door spaties.
h: kopcellen worden gemaakt
●
Z: de kritieke Z-waarde
●
zXl: de ondergrens van het betrouwbaarheidsinterval
●
zXh: de bovengrens van het betrouwbaarheidsinterval
●
prob: de kansverdeling met dunne staart
●
std: de standaardafwijking
●
Voorbeeld:
ConfZ1mean(0,461368, 50, 0,2887, 0,95, "")
ConfZ2mean
Het normale betrouwbaarheidsinterval met twee steekproeven voor het verschil tussen twee gemiddelden.
ConfZ2mean (
2
2
2
,
,n
,n
,s
,s
,C,["configuratie"]
1
2
1
2
1
2
Het menu App 435