29 Programmeren in HP PPL
In dit hoofdstuk wordt de programmeertaal voor de HP Prime (HP PPL) beschreven. De volgende
onderwerpen komen aan de orde:
programmeeropdrachten
●
functies in programma's schrijven
●
variabelen in programma's gebruiken
●
programma's uitvoeren
●
fouten in programma's opsporen
●
programma's maken voor het bouwen van aangepaste apps
●
programma's naar een andere HP Prime verzenden
●
HP Prime-programma's
Een HP Prime-programma bevat een reeks opdrachten die automatisch voor een taak worden uitgevoerd.
Opdrachtenstructuur
Opdrachten worden van elkaar gescheiden door een puntkomma ( ; ). Voor opdrachten met meerdere
argumenten worden deze argumenten tussen haakjes geplaatst en gescheiden door een komma ( , ).
Voorbeeld:
PIXON (xpositie, ypositie);
Argumenten voor een opdracht kunnen optioneel zijn. Als een argument wordt weggelaten, wordt hiervoor
een standaardwaarde gebruikt. In het geval van de opdracht PIXON kan een derde argument worden gebruikt
waarmee de kleur van de pixel wordt opgegeven:
PIXON (xpositie, ypositie [,kleur]);
In deze handleiding worden optionele argumenten voor opdrachten tussen vierkante haakjes weergegeven,
zoals hierboven te zien is. In het voorbeeld met PIXON kan een grafische variabele (G) worden opgegeven als
het eerste argument. De standaardwaarde is G0. Deze bevat altijd het huidige weergegeven scherm. De
volledige syntaxis voor de opdracht PIXON luidt dus:
PIXON([G,] xpositie, ypositie [ ,kleur]);
Bij bepaalde ingebouwde opdrachten wordt een alternatieve syntaxis gebruikt, waarbij functieargumenten
niet tussen haakjes worden weergegeven. Voorbeelden zijn RETURN en RANDOM.
Programmastructuur
Programma's kunnen meerdere subroutines bevatten (waarbij elke subroutine een functie of procedure is).
Subroutines beginnen met een kop die bestaat uit de naam, gevolgd door haakjes waarbinnen een lijst met
parameters of argumenten gescheiden door komma's wordt weergegeven. De tekst van een subroutine
bestaat uit een reeks instructies die binnen een BEGIN END;-paar is ingesloten. De tekst van een eenvoudig
programma genaamd MYPROGRAM zou er bijvoorbeeld als volgt uit kunnen zien:
EXPORT MYPROGAM()
BEGIN
592 Hoofdstuk 29 Programmeren in HP PPL