Er zijn scherminstructies beschikbaar om u hierbij te helpen. Deze instructies worden weergegeven onder aan
het scherm, naast de lijst met opdrachten voor het actieve hulpmiddel (cirkel, punt, enzovoort).
U kunt een willekeurig aantal geometrische objecten tekenen in de plotweergave. Zie
menu Opdrachten op pagina 175
tekenhulpmiddel (lijn, cirkel, hexagoon, enzovoort) blijft geselecteerd totdat u het deselecteert. Zo kunt u
snel een aantal objecten van hetzelfde type tekenen (bijvoorbeeld een aantal hexagonen). Wanneer u klaar
bent met het tekenen van objecten van een bepaald type, deselecteert u het tekenhulpmiddel door op
te drukken. U kunt zien of een tekenhulpprogramma nog steeds actief is door de aanwezigheid van
scherminstructies en de naam van de opdracht onder in het scherm.
U kunt een object in de plotweergave op veel manieren bewerken en eenvoudig de wiskundige eigenschappen
bepalen (zie
Objecten selecteren
Voor het selecteren van een object moet u ten minste twee stappen uitvoeren: tik op het object en druk op
Wanneer u op een locatie tikt, worden objecten onder de pointer lichtrood en worden ze toegevoegd aan de
lijst met objecten in de rechterbenedenhoek van het scherm. U kunt een object of alle objecten selecteren
door op
cursortoetsen om de pointer nauwkeurig te plaatsen.
Als er zich meerdere objecten onder de pointer bevinden, wordt in de meeste gevallen de voorkeur gegeven
aan een punt onder de pointer wanneer u op
upvenster waarin u de gewenste objecten kunt selecteren.
U kunt ook meerdere objecten selecteren met behulp van een selectievak. Tik en houd uw vinger op de locatie
op het scherm die een hoek van de selectierechthoek vormt. Sleep uw vinger vervolgens naar de
tegenoverliggende hoek van de selectierechthoek. Tijdens het slepen wordt er een lichtblauwe
selectierechthoek getekend. Objecten die door deze rechthoek worden geraakt, worden geselecteerd.
Namen verbergen
U kunt de naam van een object verbergen in de plotweergave:
162 Hoofdstuk 10 Meetkunde
voor een overzicht van de objecten die u kunt tekenen. Het gekozen
Alle objecten weergeven op pagina
. U moet op
te drukken. Voordat u op
173).
drukken om te bevestigen dat u een object wilt selecteren.
drukt, tikt u op het scherm en gebruikt u de
drukt. In andere gevallen verschijnt er een pop-
De plotweergave: het