DELCOL
Syntaxis: DELCOL(naam, kolomnummer)
Hiermee verwijdert u de kolom kolomnummer uit de matrix.
DELROW
Syntaxis: DELROW(naam, rijnummer)
Hiermee verwijdert u de rij rijnummer uit de matrix.
EDITMAT
Syntaxis: EDITMAT(matrix variable, [titel], [alleen lezen]) of EDITMAT(matrix,
[titel], [alleen lezen])
Hiermee kunt u de opgegeven matrix bekijken of bewerken.
Als een matrixvariabele (M0–M9) wordt gebruikt, wordt de variabele bijgewerkt als u tikt op
De optionele titel kan 'titel' of {'title', ['row names'], ['column names']} zijn. Na invoer 'titel' weergegeven aan
de bovenkant van de matrixeditor. Als 'rijnamen' en 'kolomnamen' zijn ingevoerd, worden deze in de editor
gebruikt als rij- en kolomkoppen.
Als alleen-lezen niet 0 is, kan de gebruiker alleen de matrix bekijken. Dat betekent dat de gebruiker de matrix
niet kan bewerken.
EDITMAT retourneert de matrix zodra de opdracht is voltooid. Als dit in een programma wordt gebruikt, keert
het terug naar het programma als u tikt op
REDIM
Syntaxis: REDIM(naam, grootte)
Hiermee past u de afmetingen van de opgegeven matrix (naam) of vector aan de grootte aan. Voor een matrix
is de grootte een lijst met twee gehele getallen (n1,n2). Voor een vector is de grootte een lijst met één geheel
getal (n). De bestaande waarden in de matrix blijven behouden. De vulwaarden zijn 0.
REPLACE
Syntaxis: REPLACE(naam, begin, object)
Hiermee wordt een deel van een matrix of vector opgeslagen in naam vervangen door een object dat begint
op de positie begin. Start voor een matrix is een lijst met twee getallen. Voor een vector is dit één getal.
REPLACE kan ook voor lijsten, grafieken en tekenreeksen worden gebruikt. Voorbeeld: REPLACE("123456",
2, "GRM") -> "1GRM56"
SCALE
Syntaxis: SCALE(naam, waarde, rijnummer)
Hiermee vermenigvuldigt u het opgegeven rijnummer van de gespecificeerde matrix met waarde.
SCALEADD
Syntaxis: SCALEADD(naam, waarde, rij1, rij2)
.
.
Programmaopdrachten 643