Schetsfuncties
U kunt een functie schetsen met uw vinger en de schets transformeren naar de grafiek van een functie.
Schetsmodus openen en een schets opslaan:
1.
Tik in de Plotweergave op
2.
Nadat de menubalk Een functie schetsen wordt weergegeven, gebruik uw vinger om één van de
volgende functietypes te schetsen:
TIP:
Schetsmodus af te sluiten.
Lineair: m*x + b
●
Kwadratisch: a*x
●
Derdemachts: a*x^3 + b*x^2 + c*x + d
●
Exponentieel: a*e^(b*x + c)
●
Logaritmisch: a*LN(x) + b
●
Sinusvormig: a*SIN(b*x + c) + d
●
3.
Nadat u uw vinger van het scherm van de rekenmachine heeft gehaald, is de schets omgezet in een
functie van één van de vermelde types. De grafiek wordt weergegeven in een dikke lijn-stijl met de
expressie die wordt weergegeven in de linker benedenhoek van het scherm. Tik op
grafiek en expressie in de eerste beschikbare definitie (F0–F9) in symbolische weergave te bewaren.
Maak een nieuwe schets als u deze grafiek en expressie niet wilt bewaren. Het overschrijft de bestaande
schets.
4.
Nadat u op
5.
Als u klaar bent met het schetsen, tikt u op
naar plotweergave.
In de Plotweergave kunt u op Definitie tikken om de definitie van de geschetste functie te bewerken of op
Transformeren tikken om de functie te vertalen en te schalen.
Functiegrafieken aanpassen
In het menu Functie kunt u met de opties Definitie en Transformeren functiedefinities dynamisch
transformeren en bewerken.
Een geselecteerde functie bewerken in de Plotweergave:
1.
Tik in het menu Functie op Definitie om de editor te openen.
2.
Kies van de volgende opties:
●
deze kunt bewerken. U kunt ook overal in de expressie tikken om de cursor verplaatsen om de
114 Hoofdstuk 7 De app Functie
U kunt op ieder moment op
2
+ b*x + c
hebt getikt, kunt u doorgaan met meer functies te schetsen.
: hiermee verplaatst u de cursor naar het uiteinde van de geselecteerde definitie zodat u
.
drukken om de huidige schets te annuleren en de
om de schetsmodus te verlaten en terug te keren
om deze