Download Print deze pagina

HP Prime Gebruikershandleiding pagina 706

Verberg thumbnails Zie ook voor Prime:

Advertenties

AFiles
Elke HP Prime app kan een aantal bestanden hebben die ermee gekoppeld zijn. Deze bestanden worden
verzonden met de app. Als u een PNG-bestand met de naam icon.png toevoegt aan de app, wordt dat bestand
gebruikt als het pictogram voor de app in de toepassingsbibliotheek.
AFiles retourneert de lijst met al deze bestanden.
AFiles("name") retourneert de inhoud van het bestand met de opgegeven naam.
AFiles("name"):= object bewaart het object in het bestand met de opgegeven naam.
AFilesB
Elke HP Prime app kan een aantal bestanden hebben die ermee gekoppeld zijn. Deze bestanden worden
verzonden met de app. AFilesB is het binaire equivalent van de AFiles variabele.
AFilesB retourneert de lijst met alle bestanden gekoppeld aan een app.
AFilesB("name") retourneert de grootte van het bestand met de opgegeven naam.
AFilesB("name", position, [nb]) retourneert nb bytes gelezen uit het bestand met de opgegeven
naam, beginnend bij de positie in het bestand (de positie begint bij 0).
AFilesB("name", position):= value or {values...} bewaart n bytes, beginnend bij de positie,
in het bestand met de opgegeven naam.
ANote
Anote retourneert de notitie die gekoppeld is aan een HP-app. Dit is de notitie die wordt weergegeven
wanneer de gebruiker drukt op
ANote:="string" stelt de notitie in die gekoppeld is aan de app die de tekenreeks moet bevatten.
AProgram
Met AProgram wordt het programma geretourneerd dat aan een HP Prime-app is gekoppeld.
AProgram:="string" stelt het programma in dat gekoppeld is aan de app die de tekenreeks moet
bevatten.
AVars
AVars wordt de lijst met namen geretourneerd van alle variabelen gekoppeld aan een HP Prime-app.
AVars(n) retourneert de inhoud van de n-de variabele die aan de app is gekoppeld.
AVars("name") retourneert de inhoud van de opgegeven variabele die aan de app is gekoppeld.
AVars(n or "name"):= value stelt de gespecificeerde app-variabele in om de gegeven waarde te
bevatten. Als "naam" geen bestaande variabele is, wordt een nieuwe gemaakt.
Nadat u een app-variabele heeft gemaakt met AVars("name"):= value, kunt u deze variabele gebruiken door
enkel de naam van de variabele te typen.
DelAVars
DelAVars(n, or "name") verwijdert de opgegeven app-variabele.
656 Hoofdstuk 29 Programmeren in HP PPL
.

Advertenties

loading