Programmeertechnieken | Selectiefuncties
13.2.3
NC-programma selecteren en oproepen met SEL PGM en CALL
SELECTED PGM
Toepassing
Met de functie SEL PGM selecteert u een willekeurig NC-programma als
subprogramma en roept u het op een andere plaats in het NC-programma apart op.
De besturing werkt het geselecteerde NC-programma af op de plaats waar u het in
het NC-programma met CALL SELECTED PGM hebt opgeroepen.
Verwante onderwerpen
NC-programma direct oproepen
Verdere informatie: "NC-programma oproepen met PGM CALL", Pagina 395
Functiebeschrijving
De besturing werkt het NC-programma als volgt af:
1 De besturing werkt het NC-programma af tot een ander NC-programma met
CALL PGM wordt opgeroepen. Wanneer de besturing SEL PGM leest, onthoudt
deze het gedefinieerde NC-programma.
2 Wanneer de besturing CALL SELECTED PGM leest, roept u het eerder gese-
lecteerde NC-programma op deze plaats op.
3 Aansluitend voert de besturing het opgeroepen NC-programma tot de laatste
NC-regel uit.
4 Vervolgens gaat de besturing door met het oproepende NC-programma met de
volgende NC-regel na CALL SELECTED PGM.
Voor oproepen van programma's gelden de volgende randvoorwaarden:
Het opgeroepen NC-programma mag geen oproep CALL PGM naar het
oproepende NC-programma bevatten. Hierdoor ontstaat een eindeloze lus.
Het opgeroepen NC-programma mag geen additionele functie M30 of M2
bevatten. Wanneer u in het opgeroepen NC-programma subprogramma's met
label hebt gedefinieerd, kunt u M30 of M2 vervangen door een onvoorwaardelijke
sprongfunctie. Hierdoor werkt de besturing bijvoorbeeld Subprogramma's niet
zonder oproep af.
Verdere informatie: "Onvoorwaardelijke sprong", Pagina 1412
Wanneer het opgeroepen NC-programma de additionele functies bevat, geeft de
besturing een foutmelding.
Het opgeroepen NC-programma moet volledig zijn. Wanneer de NC-regel END
PGM ontbreekt, geeft de besturing een foutmelding.
HEIDENHAIN | TNC7 | Gebruikershandboek Volledige uitgave | 10/2022
13
397