Wanneer u bijvoorbeeld een kruispunt, rotonde
of traject met snelheidsbeperking nadert, wordt
het symbool
getoond samen met een
incident op het digitale instrumentenpaneel
›››
afb.
12.
Zodra u de indicatie volgt en uw voet van het
gaspedaal haalt, past de wagen de energiere-
cuperatie en snelheid aan volgens het geselec-
teerde rijprofiel en de afstand van het incident.
Het hulpsysteem voor eco-efficiënt rijden
maakt gebruik van de trajectgegevens van het
infotainmentsysteem en de sensoren van een
aantal hulpsystemen. Indien er geen actieve
routegeleiding is, wordt de meest waarschijn-
lijke route gebruikt.
Door het gaspedaal in te trappen, kunt u de
ingreep van het hulpsysteem op ieder moment
annuleren.
Het hulpsysteem voor eco-efficiënt rijden kan
worden in- en uitgeschakeld in het infotain-
mentsysteem, in de instellingen van de rijhulp-
›››
systemen
pag.
37.
Het hulpsysteem voor eco-efficiënt rijden kan
tijdelijk worden uitgeschakeld indien:
●
De keuzehendel in stand S staat.
●
Het rijprofiel Sport wordt gebruikt.
●
Er wordt gereden met automatische af-
standsregeling (ACC) of snelheidsregelsys-
teem (SRS).
Informatie voor de bestuurder
Instrumentenpaneel
Wanneer deze omstandigheden zich niet meer
voordoen, wordt het hulpsysteem opnieuw ge-
activeerd indien het ingeschakeld is in de instel-
lingen voor de hulpsystemen.
Het hulpsysteem voor eco-efficiënt rijden is be-
schikbaar naargelang de uitrusting en niet in
alle landen.
WAARSCHUWING
Ondanks het systeem moet de bestuurder te
allen tijde opmerkzaam blijven.
●
De snelheid en de rijstijl aanpassen aan
het zicht, het weer, het wegdek en het ver-
keer.
●
Verkeersborden en -voorschriften hebben
voorrang op de tips voor eco-efficiënt rijden.
Let op
● Het uiterlijk van de symbolen kan licht va-
riëren naargelang de uitrusting en het model.
Bij een update van het systeem kunnen de
symbolen worden gewijzigd of uitgebreid.
● Wanneer het systeem actief is, kan het
hulpsysteem voor eco-efficiënt rijden ook de
recuperatie vergroten zonder dat een aan-
wijzing verschijnt. Dit kan bijvoorbeeld ge-
beuren indien u het gaspedaal loslaat bij een
voorligger. In dat geval wordt de energiere-
cuperatie aangepast aan de voorligger zon-
der dat een indicatie wordt getoond.
Tijd en datum
Tijd instellen in het infotainmentsysteem
›››
●
Druk op
>
Instellingen
●
Selecteer de menu-optie Tijd en datum.
Menu Service
In het menu Service kunnen diverse instellingen
plaatsvinden afhankelijk van de uitvoering.
Menu Service openen
Selecteer het informatieprofiel Actieradius
binnen het menu Rijgegevens en houd de toets
van het multifunctiestuurwiel gedurende on-
geveer 4 seconden ingedrukt; wanneer u de
toets loslaat, verschijnt het menu Service.
Nu kunt u op de gebruikelijke manier navigeren
door het menu met de toetsen van het multi-
functiestuurwiel.
Service-intervalindicatie terugzetten
Selecteer het menu Service en volg de aan-
wijzingen op het display van het instrumenten-
paneel.
Olieservice terugzetten
Selecteer het menu Terugzetten olieser-
vice en volg de aanwijzingen op het display
van het instrumentenpaneel.
pag.
32.
29