Waarde
Beladingstoestand
Alle plaatsen bezet en bagageruimte
2
vol. Met aanhangwagen met mini-
male kogeldruk
Alleen de bestuurdersstoel bezet en
bagageruimte vol. Rijden met aan-
3
hangwagen met maximale kogeld-
ruk.
a)
Indien de beladingstoestand van de wagen niet in
het overzicht voorkomt, kunnen ook tussenstanden
geselecteerd worden.
Dynamische lichtbundel-hoogteverstelling
De regelaar is vervangen bij wagens met dyna-
mische lichtbundel-hoogteverstelling. De licht-
bundel wordt automatisch aan de beladings-
toestand van de wagen aangepast wanneer de
koplampen worden ingeschakeld.
WAARSCHUWING
Zware voorwerpen in de wagen kunnen er
de oorzaak van zijn dat de koplampen an-
dere weggebruikers verblinden en afleiden.
Dit kan ernstige ongevallen tot gevolg heb-
ben.
●
Pas de lichtbundel aan de beladingstoe-
stand van de wagen aan zodat de overige
weggebruikers hierdoor niet verblind wor-
den.
98
Rijden in het buitenland
a)
van de wagen
De lichtbundel van het dimlicht is asymme-
trisch. Hierdoor wordt de rand van de weg aan
de zijde waarop u rijdt sterker verlicht.
Indien een wagen die is geproduceerd voor een
land waarin rechts wordt gereden, naar een
land gaat waarin links wordt gereden (of vice
versa), moet normaliter een deel van het glas
van de koplamp worden afgeplakt met zelfkle-
vende maskers of de afstelling van de koplam-
pen worden aangepast om de overige bestuur-
ders niet te verblinden.
In dergelijke gevallen worden bepaalde verlich-
tingswaarden voorgeschreven die moeten wor-
den ingehouden binnen het verlichtingsveld. Dit
wordt ook wel "reisverlichting" genoemd.
De lichtverdeling die de koplampen hebben
maakt het mogelijk om te voldoen aan de eisen
gesteld aan "reisverlichting" zonder de nood-
zaak tot afplakken of opnieuw afstellen.
Voor ECOLED moet de mechanische regeling
van de koplampen 0,15º (2,6 cm op 10 m) ver-
laagd worden. Open daarvoor de motorkap en
stel de schroeven voor verticale regeling van
beide koplampen af. Wanneer de wagen terug-
keert naar het land van herkomst, moet de me-
chanische regeling teruggezet worden in haar
oorspronkelijke toestand. Indien u geen ervaring
heeft met dit type afstellingen, beveelt SEAT
aan om naar een technische dienst te gaan.
Lichten
Binnenverlichting
De intensiteit van de verlichting van de instru-
menten en knoppen kan worden ingesteld in het
infotainmentsysteem:
●
lichting > Interieurverlichting; OF
Instrumentenpaneel.
De ingestelde intensiteit wordt automatisch
aangepast aan het veranderende omgevings-
licht.
Wanneer de automatische inschakeling van het
dimlicht
de verlichting van de instrumenten en bedie-
ningselementen automatisch in- of uitgescha-
keld door een sensor naargelang het omge-
vingslicht.
Let op
"Reisverlichting" is slechts voor een korte pe-
riode toegestaan. Als iemand van plan is om
een grote afstand in een land waarin aan te-
genovergestelde zijde wordt gereden, af te
gaan leggen, dient deze naar een officiële
servicewerkplaats te gaan om de verlichting
te laten afstellen.
Verlichting van het instrumentenpa-
neel, schermen en knoppen
Selecteer
> Instellingen > Ver-
> Inst. interieur > Verlichting >
actief is, worden het dimlicht en