Oplossing van problemen
De Travel Assist is niet beschikbaar of
werkt niet zoals verwacht
Het controlelampje gaat geel branden. Op het
scherm van het instrumentenpaneel verschijnt
bovendien een melding.
●
Er is een storing in de sensoren. Raadpleeg de
oorzaken en oplossingen die worden beschre-
ven in de informatie over de ACC
›››
de Lane Assist
pag.
159.
●
Er is een storing of defect. Zet de motor uit en
opnieuw aan.
●
De grenzen van het systeem worden over-
schreden.
●
Indien het probleem zich blijft voordoen, ga
dan naar een gespecialiseerde werkplaats.
SEAT raadt u aan om daarvoor een SEAT-dea-
ler te raadplegen.
Neem het stuur vast
Het waarschuwingslampje gaat wit branden en
er verschijnt een melding op het scherm van
het instrumentenpaneel.
●
Het stuur werd enkele seconden losgelaten.
Neem het stuur vast om weer controle over de
wagen te krijgen.
162
Systemen ter ondersteuning van de bestuurder
Neem het stuur vast
Het waarschuwingslampje gaat rood branden
en er verschijnt een melding op het scherm van
het instrumentenpaneel. Naargelang de situatie
klinkt een akoestische waarschuwing of gaat
het stuur trillen.
●
Het stuur werd lange tijd losgelaten of de
grenzen van het systeem zijn bereikt. Neem het
stuur onmiddellijk vast om weer controle over
›››
de wagen te krijgen.
pag. 153
of
De Travel Assist wordt automatisch uitge-
schakeld
●
Het stuur werd lange tijd losgelaten.
●
Er is een storing of defect. Zet de motor uit en
opnieuw aan.
●
Indien het probleem zich blijft voordoen, ga
dan naar een gespecialiseerde werkplaats.
SEAT raadt u aan om daarvoor een SEAT-dea-
ler te raadplegen.
De regeling wordt onverwacht onderbroken
●
het knipperlicht werd ingeschakeld.
Rijstrookwisselassistent
(Side Assist)
Inleiding tot thema
De rijstrookwisselassistent bewaakt de zone
aan de achterkant van de wagen met behulp
›››
van radarsensoren
pag.
6. Daarvoor meet
het systeem de afstand en het snelheidsver-
schil ten opzichte van andere voertuigen. De
rijstrookwisselassistent werkt niet bij snelheden
onder ca. 15 km/u (9 mpu).
De breedte van de rijstrook wordt niet individu-
eel gedetecteerd, maar ligt vast in het systeem.
Om die reden kunnen de indicaties verkeerd
zijn indien men rijdt op smalle rijstroken of in
het midden van twee rijstroken. Het systeem
kan ook voertuigen die op de aangrenzende
rijstrook rijden (indien aanwezig) of vaste voor-
werpen, zoals vangrails, detecteren en een ver-
keerde indicatie tonen.
Rijden met aanhangwagen
De rijstrookwisselassistent wordt automatisch
uitgeschakeld en kan niet weer worden inge-
schakeld indien de in de fabriek gemonteerde
trekhaak elektrisch is aangesloten op een aan-
hangwagen of vergelijkbaar systeem.
Zodra de bestuurder begint te rijden met
een elektrisch aangesloten aanhangwagen,
verschijnt er een bericht op het scherm van het
instrumentenpaneel waarin wordt aangegeven