●
De parkeermanoeuvre wordt niet afgerond
binnen ca. 6 minuten na activering van de
stuurhulp.
●
Er is een storing in het systeem (het systeem is
tijdelijk niet beschikbaar).
●
De TCS wordt uitgeschakeld.
●
De TCS of ESC grijpt in om te regelen.
●
Het bestuurdersportier wordt geopend.
Om het manoeuvre weer te beginnen, mogen
deze gevallen zich niet voordoen en drukt u op-
nieuw op de toets
.
Remmen om schade te voorkomen als ge-
volg van verkeerde snelheid
Het is mogelijk dat de remmen ingrijpen om een
verkeerde snelheid te voorkomen. U kunt door-
gaan met het parkeermanoeuvre. De remmen
grijpen tijdens elk parkeerhandeling één keer in.
Bijzonderheden
Het inparkeersysteem heeft een aantal beper-
kingen die eigen zijn aan het systeem. Om die
reden is het bijvoorbeeld niet mogelijk om er-
mee in en uit te parkeren in scherpe bochten of
op zeer steile hellingen.
Bij het in- en uitparkeren klinkt een kort signaal
om de bestuurder te vragen de vooruit- of ach-
teruitversnelling te schakelen (naargelang het
geval). Bij de volgende manoeuvres geeft het
hulpsysteem de verandering van versnelling
Inparkeersysteem (Park Assist)
Parkeren en manoeuvreren
aan de bestuurder aan, uiterlijk wanneer het
continu geluidssignaal verschijnt (object aan-
wezig op ≤ 30 cm) in de Park Pilot.
Wanneer het inparkeersysteem draait aan het
stuur met stilstaande auto, verschijnt op het
scherm van het instrumentenpaneel daarnaast
ook het symbool
. Houd het rempedaal inge-
trapt zolang het symbool in het instrumenten-
paneel blijft branden, zodat de wielen draaien
met stilstaande wagen. Op die manier heeft het
systeem minder manoeuvres nodig om het par-
keren af te ronden.
Rijden met aanhangwagen
Het inparkeersysteem kan niet worden inge-
schakeld als de in de fabriek ingebouwde trek-
haak op een elektrische wijze op de aanhang-
wagen aangesloten is.
Na het verwisselen van een wiel
Indien na het verwisselen van een wiel de auto
niet langer juist in- of uitparkeert, kan het zijn
dat de omtrek van het nieuwe wiel anders is
en dat het systeem zich daaraan moet aan-
passen. Deze aanpassing is automatisch en
gebeurt tijdens het rijden. Enkele minuten lang-
zaam draaien in beide richtingen en met lage
snelheid (20 km/u [12 mpu]) kan bijdragen aan
dat aanpassingsproces .
Een type parkeerplaats selecteren
Afb. 123
Op het display van het
instrumentenpaneel: beperkte weergave van
het inparkeersysteem.
Afb. 124
Op het scherm van het
instrumentenpaneel: aanduiding van de
parkeermodi.
177