4.3 Standaard-bestandsbeheer
Let op
Het is aan te raden met standaard-bestandsbeheer te
werken, wanneer alle bestanden in een directory moeten
worden opgeslagen of wanneer u vertrouwd bent met
bestandsbeheer van oudere TNC-besturingen.
Zet hiervoor de MOD-functie PGM MGT (zie „PGM MGT
configureren" op bladzijde 493) op Standaard.
Bestandsbeheer oproepen
Toets PGM MGT indrukken: de TNC toont het venster
voor bestandsbeheer (zie afbeelding rechts)
Het venster toont alle bestanden, die in de TNC zijn opgeslagen. Van
elk bestand wordt uitgebreidere informatie getoond:
Weergave
Betekenis
Naam met maximaal 16 tekens en
BESTANDSNAAM
bestandstype
BYTE
Omvang bestand in byte
STATUS
Eigenschappen bestand:
E
Programma werd in de werkstand
Programmeren/bewerken gekozen
S
Programma werd in de werkstand
Programmeren/bewerken gekozen
M
Programma werd in een
werkstand Programma-afloop gekozen
P
Bestand tegen wissen en wijzigen beveiligd
(protected)
+
Er bestaan bestanden die van dit bestand
afhankelijk zijn. (zie „Instelling afhankelijke
bestanden veranderen" op bladzijde 494)
HEIDENHAIN iTNC 530
79