Download Print deze pagina

HEIDENHAIN iTNC 530 Bedieningshandboek pagina 304

Verberg thumbnails Zie ook voor iTNC 530:

Advertenties

KAMER NABEWERKEN (cyclus G212)
1 De TNC verplaatst het gereedschap automatisch in de spilas naar
de veiligheidsafstand, of – indien ingegeven – naar de 2e
veiligheidsafstand en aansluitend naar het midden van de kamer
2 Vanuit het midden van de kamer verplaatst het gereedschap zich
in het bewerkingsvlak naar het startpunt van de bewerking. De
TNC houdt rekening met de overmaat en de radius van het
gereedschap bij de berekening van het startpunt. Eventueel steekt
de TNC in op het midden van de kamer
3 Indien het gereedschap op de 2e veiligheidsafstand staat,
verplaatst de TNC in ijlgang naar veiligheidsafstand en van daaruit
met de aanzet diepteverplaatsing naar de eerste diepte-instelling.
4 Aansluitend verplaatst het gereedschap zich tangentiaal naar dat
deel van de contour dat gereed is en freest meelopend éénmaal
rond.
5 Vervolgens verplaatst het gereedschap zich tangentiaal van de
contour af, terug naar het startpunt in het bewerkingsvlak.
6 Dit proces (3 t/m 5) herhaalt zich, totdat de geprogrammeerde
diepte is bereikt.
7 Aan het einde van de cyclus verplaatst de TNC het gereedschap in
ijlgang naar de veiligheidsafstand of – indien ingegeven – naar de
2e veiligheidsafstand en aansluitend naar het midden van de
kamer (eindpositie = startpositie).
Let vóór het programmeren op het volgende:
De TNC positioneert het gereedschap in de
gereedschapsas en in het bewerkingsvlak automatisch
voor.
Het voorteken van de cyclusparameter diepte legt de
werkrichting vast. Wanneer diepte = 0 wordt
geprogrammeerd, dan voert de TNC de cyclus niet uit.
Als de kamer uit massief materiaal nabewerkt moet
worden, is de toepassing van een door het midden
snijdende vingerfrees noodzakelijk (DIN 844) en moet er
een kleine aanzet diepteverplaatsing ingegeven worden.
De grootte van de kamer moet minstens 3x de
gereedschapsradius zijn.
Via machineparameter 7441 bit 2 kunt u instellen of de
TNC bij de ingave van een positieve diepte een
foutmelding moet geven (bit 2=1) of niet (bit 2=0).
Attentie: botsingsgevaar!
Houd er rekening mee dat de TNC bij een positief
ingegeven diepte de berekening van de voorpositie
omkeert. Het gereedschap verplaatst zich dus in de
gereedschapsas met ijlgang naar de veiligheidsafstand
onder het werkstukoppervlak!
304
Q206
Z
Q200
Q203
Q202
Y
Q218
Q217
Q216
Q204
Q201
X
Q207
X
Q221
8 Programmeren: cycli

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Itnc 530 e