Download Print deze pagina

HEIDENHAIN iTNC 530 Bedieningshandboek pagina 348

Verberg thumbnails Zie ook voor iTNC 530:

Advertenties

NABEWERKEN ZIJKANT (cyclus G124)
De TNC verplaatst het gereedschap via een cirkelbaan tangentiaal op
de deelcontouren. Elk deelcontour wordt afzonderlijk nabewerkt.
Let vóór het programmeren op het volgende:
De som van de overmaat voor kantnabewerking (Q14) en
radius v.h. nabewerkingsgereedschap moet kleiner zijn
dan de som van overmaat voor kantnabewerking (Q3,
cyclus G120) en radius uitruimgereedschap.
Wanneer met cyclus G124 gewerkt wordt zonder dat
daarvoor met cyclus G122 uitgeruimd is, dan geldt de
hierboven geformuleerde berekening eveneens; de radius
van het uitruimgereedschap heeft dan de waarde „0".
De TNC bepaalt automatisch het startpunt voor de
nabewerking. Het startpunt is afhankelijk van de ruimte in
de kamer.
U U U U
Rotatierichting ? In richting v.d. wijzers v.d.
klok = –1 Q9:
Bewerkingsrichting:
+1: rotatie tegen wijzers v.d. klok in
–1: rotatie in de richting v.d. wijzers v.d. klok
U U U U
Diepte-instelling Q10 (incrementeel): maat die
betrekking heeft op de verplaatsing van het
gereedschap
U U U U
Aanzet diepteverplaatsing Q11: insteekaanzet
U U U U
Aanzet uitruimen Q12: freesaanzet
U U U U
Overmaat voor kantnabewerking Q14 (incrementeel):
overmaat voor meerdere keren nabewerken; het
laatste nabewerkingsrestant wordt uitgeruimd
wanneer Q14 = 0 wordt ingegeven
348
Z
Q11
Q10
Voorbeeld: NC-regel
N61 G124 NABEWERKEN ZIJKANT
Q9=+1
;ROTATIERICHTING
Q10=+5
;DIEPTE-INSTELLING
Q11=100
;AANZET DIEPTEVERPL.
Q12=350
;AANZET UITRUIMEN
Q14=+0
;OVERMAAT ZIJKANT
Q12
X
8 Programmeren: cycli

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Itnc 530 e