NC-alarmen
Verklaring:
Bij het uitvoeren/inlezen van bestanden van het actieve werkgeheugen werd vastgesteld dat niet voldoende
geheugenruimte beschikbaar is (bijv. bij grote, meerdimensionele velden of bij het aanleggen van
gereedschapscorrectiegeheugen).
Reactie:
Interpreterstop
NC-startblokkering in dit kanaal.
Naadsignalen worden gezet.
Alarmweergave
Oplossing:
Waarschuw a.u.b. het bevoegde personeel/de service. Velden verkleinen resp. gegevensbeheer voor onderprogramma-
oproepen, gereedschapscorrecties en gebruikersvariabelen meer geheugenruimte ter beschikking stellen
(machineparameters MM_...).
Zie /FB/, S7 geheugenconfiguratie
Voortzetting
Met RESET-toets alarm wissen. Werkstukprogramma herstarten.
programma:
17018
[Kanaal %1: ] Blok %2 foute waarde voor parameter %3
Parameter:
%1 = Kanaalnummer
%2 = Bloknummer, label
%3 = Parameternaam
Verklaring:
Aan de aangegeven parameter wordt een foute waarde toegewezen.
Voor de parameter $P_WORKAREA_CS_COORD_SYSTEM zijn alleen de waarden
=1 voor WCS
=3 voor ENS
toegelaten.
Reactie:
Interpreterstop
Naadsignalen worden gezet.
Alarmweergave
Oplossing:
Een andere waarde toewijzen.
Voortzetting
Met RESET-toets alarm wissen. Werkstukprogramma herstarten.
programma:
17020
[Kanaal %1: ] Blok %2 Ongeldige array-Index1
Parameter:
%1 = Kanaalnummer
%2 = Bloknummer, label
Verklaring:
Algemeen:
Er werd een lees- of schrijftoegang op een veldvariabele met ongeldige 1e veldindex geprogrammeerd. De geldige
veldindices moeten binnen de gedefinieerde veldgrootte en de absolute grenzen (0 - 32 766) liggen.
PROFIBUS-periferie:
Bij het lezen/schrijven van gegevens werd een ongeldige slot-/I/O-bereikindex gebruikt.
Oorzaak:
1.: Slot-/I/O-bereik-index >= max. beschikbaar aantal slots/I/O-bereiken.
2.: Slot-/I/O-bereik-index refereert een slot-/I/O-bereik dat niet geconfigureerd is.
3.: Slot-/I/O-bereik-index refereert een slot-/I/O-bereik die niet voor systeemvariabele vrijgegeven is.
In het bijzonder geldt: als het alarm bij het schrijven van één van de parameters $TC_MDP1/$TC_MDP2/$TC_MLSR
optreedt,
dan moet gecontroleerd worden of MD18077 $MN_MM_NUM_DIST_REL_PER_MAGLOC correct ingesteld is
MD18077 $MN_MM_NUM_DIST_REL_PER_MAGLOC legt vast hoeveel verschillende index1-vermeldingen voor een
index2-waarde gemaakt mogen worden
Wanneer een MT-nummer wordt geprogrammeerd, kan deze waarde in conflict komen met een T-nummer dat al
gedefinieerd is, of met een magazijnnummer dat al gedefinieerd is.
Reactie:
Correctieblok met reorganiseren.
Naadsignalen worden gezet.
Alarmweergave
300
Diagnosehandboek, 01/2015, 6FC5398-8BP40-5JA2
Alarmen