SINAMICS-alarmen
Oplossing:
Voor de overspanningsbeveiliging bestaan de volgende mogelijkheden:
1. Het maximumtoerental (p1082) begrenzen zonder verdere beveiliging.
Het maximumtoerental zonder beveiliging wordt als volgt berekend:
Synchroonmotoren rotatorisch: p1082 [omw/min] <= 11.695 * r0297/p0316 [Nm/A]
Lineaire motoren: p1082 [m/min] <= 73.484 * r0297/p0316 [N/A]
Synchroonmotoren rotatorisch aan hoogfrequentie-omvormer:
p1082 [omw/min] <= 4.33165E9 * (-p0316 + vierkantswortel(p0316^2 + 4.86E-9 * (r0297 * r0313)^2 * (r0377 - p0233) [mH]
* p0234 [µF]) / (r0297 * r0313^2 * (r0377 - p0233) [mH] * p0234 [µF])
Lineaire motor aan hoogfrequentie-omvormer:
p1082 [m/min] <= 689.403 * p0315 * (vierkantswortel( p0316^2 * p0315^2 + 0.191865 * r0297^2 * (r0377 - p0233) [mH] *
p0234 [µF]) / (r0297 * (r0377 - p0233) [mH] * p0234 [µF])
Asynchrone motoren rotatorisch aan hoogfrequentie-omvormer:
p1082 [omw/min] <= maximum (2.11383E5 / (r0313 * vierkantswortel((r0377 [mH] + r0382 [mH]) * p0234 [µF])) ; 0.6364
* r0297 * p0311[omw/min] / p0304)
2. Gebruik een Voltage Protection Module (VPM) in combinatie met de funcie "Veilig uitgeschakeld moment" (p9601,
p9801, enkel voor synchroonmotoren).
Bij gebruik van een synchroonmotor met VPM aan een hoogfrequentie-omvormer moet gelden:
p1082 [omw/min] <= p0348 * (r0377 + p0233) / p0233
De VPM sluit de motor bij een fout kort. Omdat tijdens de kortsluiting de impulsen moeten zijn gewist, moeten de klemmen
voor de functie "veilig uitgeschakeld moment" (STO) met de VPM worden verbonden.
Bij het gebruik van een VPM moet p0643 = 1 worden ingesteld.
3. Activeer de interne spanningsbeveiliging (p1231 = 3, enkel voor synchroonmotoren).
Daarbij moet aan de volgende hardware-voorwaarden zijn voldaan:
- De voeding voor de groep moet de mogelijkheid van terugvoeding hebben (Active Line Module, Smart Line Module) en
het terugvoedingsvermogen van de voeding mag niet kleiner zijn dan het maximaal gebruikte S1-vermogen van de
synchroonmotor.
- Voor Control Unit en voeding moet een andere 24 V-voeding worden gebruikt dan die voor de Motor Module met
geactiveerde spanningsbeveiliging. De 24 V-voeding van die Motor Module moet tussenkring-gebufferd zijn (bijv. CSM).
- Er moet een Braking Module met overeenkomstig geconfigureerde remweerstand aanwezig zijn aan de tussenkring.
- De synchroonmotor moet bestand zijn tegen kortsluitingen.
Zie ook: p0643, p1231
207433
<Aanduiding locatie>Aandrijving: regeling met gever niet mogelijk daar gever niet vrij
Meldingswaarde:
%1
Aandrijvingsobject: SERVO_828, SERVO_COMBI
Reactie:
GEEN (UIT1, UIT2, UIT3)
Bevestiging:
ONMIDDELLIJK
Oorzaak:
De omschakeling op regeling met gever is niet mogelijk daar de gever niet uit de parkeerstand werd gehaald.
Oplossing:
- Controle of de firmware van de gever de functie "Parkeren" ondersteunt (r0481.6 = 1).
- Firmware upgraden.
Aanwijzing:
Bij langstator-motoren (p3870.0 = 1) geldt:
De gever moet de parkeerstand volledig verlaten hebben (r3875.0 = 1) voor op de regeling met gever kan worden
omgeschakeld. De gever wordt via binectoringang p3876 = 0/1-signaal uit de parkeerstand gehaald en blijft tot een 0-
signaal in die toestand.
207434
<Aanduiding locatie>Aandrijving: Draairichting veranderen onder impulsvrijgave niet mogelijk
Meldingswaarde:
-
Aandrijvingsobject: SERVO_828, SERVO_COMBI
Reactie:
UIT2
Bevestiging:
ONMIDDELLIJK
794
Diagnosehandboek, 01/2015, 6FC5398-8BP40-5JA2
Alarmen