Reactie:
Correctieblok met reorganiseren.
Naadsignalen worden gezet.
Alarmweergave
Oplossing:
De schroefdraadspoed moet voor de aangegeven geometrie-as onder de bijbehorende interpolatieparameter worden
geprogrammeerd.
X -> I
Y -> J
Z -> K
Voortzetting
Met NC-START of RESET-toets alarm wissen en programma voortzetten.
programma:
16730
[Kanaal %1: ] Blok %2 as %3 Verkeerde parameter
Parameter:
%1 = Kanaalnummer
%2 = Bloknummer, label
%3 = Asnaam, spilnummer
Verklaring:
Bij G33 (schroefdraadsnijden met constante spoed) werd de spoedparameter niet toegewezen aan de as die de snelheid
bepaalt.
Bij langs- en vlakschroefdraden wordt de schroefdraadspoed voor de aangegeven geometrie-as onder de bijbehorende
interpolatieparameter geprogrammeerd.
X -> I
Y -> J
Z -> K
Bij kegelschroefdraad is het adres I, J, K afhankelijk van de as met het grotere traject (schroefdraadlengte). Een 2e spoed
voor de andere as wordt echter niet aangegeven.
Reactie:
Correctieblok met reorganiseren.
Naadsignalen worden gezet.
Alarmweergave
Oplossing:
Spoedparameters toewijzen aan de as die de snelheid bepaalt.
Voortzetting
Met NC-START of RESET-toets alarm wissen en programma voortzetten.
programma:
16735
[Kanaal %1: ] Blok %2 Foutieve geometrieparameter (fout %3)
Parameter:
%1 = Kanaalnummer
%2 = Bloknummer, label
%3 = Foutspecificatie
Verklaring:
Bij G335/G336 (draadtappen met bolronde schroefdraad) kon de spoedparameter niet worden toegewezen aan een
snelheidsbepalende as. De juiste oorzaak wordt door het foutnummer bepaald:
Fout 1 : de spoedparameter past niet bij het eindpunt of bij het geprogrammeerde cirkelvlak.
Fout 2 : er werd een cirkelbaanhoek geprogrammeerd die groter is dan 90 graden.
Fout 3 : de cirkelbaan bevat een helix-(schroeflijn-)gedeelte.
Fout 4 : de cirkelbaan kruist één van de hoeken 45/135/225/315 graden in de programmering.
Fout 5 : de cirkelbaan kruist één van de hoeken 45/135/225/315 graden na het berekenen van de frames.
Fout 6 : de spoed werd niet geprogrammeerd voor de as met de langste verplaatsingsweg.
Reactie:
Correctieblok met reorganiseren.
Naadsignalen worden gezet.
Alarmweergave
Oplossing:
- Cirkelprogrammering controleren, of
- Spoedparameter toewijzen aan de as met de grootste verplaatsingsweg.
Voortzetting
Met NC-START of RESET-toets alarm wissen en programma voortzetten.
programma:
Alarmen
Diagnosehandboek, 01/2015, 6FC5398-8BP40-5JA2
NC-alarmen
269