A
- TUTTI I GIORNI O OGNI 10 ORE DI
FUNZIONAMENTO
A1 -
Controllo del livello dell'olio nel
motore
Non rifornire una quantità eccessiva
di olio. Il rifornimento di una quantità
eccessiva di olio può causare danni al
motore o all'unità di post-trattamento dei
gas di scarico. Scaricare o aspirare l'olio
rifornito in eccesso.
Il motore è dotato di rilevamento elettronico
del livello dell'olio.
Se il motore è dotato anche di un'astina
di controllo del livello dell'olio, questa è
subordinata al rilevamento elettronico
del livello dell'olio. Essa serve soltanto al
controllo generale della presenza di olio
nel motore.
Controllo elettronico del livello dell'olio
Il livello dell'olio attuale nel motore viene
visualizzato solo dopo lo spegnimento
del motore e ad accensione inserita.
Un'indicazione precisa del livello dell'olio è
possibile solo a motore spento e accensione
inserita.
Il livello dell'olio motore non viene
visualizzato durante la guida o quando il
motore è in funzione.
Sul pannello di controllo viene visualizzata
la spia 1(Fig.A1) del livello e la misura 2 (Fig.
A1) in "%" del livello dell'olio.
Misura del livello olio:
- da 100% al 20%: livello massimo di olio e
spia accesa di colore nero,
- da 19% a 0%: livello dell'olio troppo basso
e spia accesa di colore rosso.
Posizionare il veicolo/l'apparecchio in
piano.
Azionare il freno di stazionamento.
Spegnere il motore.
Attendere circa 5 - 10 minuti. Se il livello
dell'olio nel motore viene richiamato troppo
in anticipo o durante il funzionamento del
motore, questo non è disponibile.
Controllo
del
livello
dell'olio
l'apposita astina
Posizionare il veicolo/l'apparecchio in
piano.
Azionare il freno di stazionamento.
Spegnere il motore.
Attendere circa 5 - 10 minuti.
Controllare il livello dell'olio nel motore
con l'apposita astina 2 (Fig.A1). L'olio deve
trovarsi tra la tacca inferiore e la tacca
superiore dell'astina di controllo del livello
dell'olio 2 (Fig.A1).
Se necessario, rabboccare l'olio (vedi:
3 - MANUTENZIONE: LUBRIFICANTI E
CARBURANTE) utilizzando il bocchettone di
riempimento 4 (Fig.A1).
4
EN
A
- DAILY OR EVERY 10 HOURS
SERVICE
A1 -
Checking the engine oil level
Do not add too much oil. If you add too
much oil, the engine or the exhaust after-
treatment unit could be damaged. Drain
or siphon off any excess oil.
The engine is equipped with an electronic
oil level detection system.
If the engine is also equipped with a
dipstick, this is subsidiary to the electronic
oil level measurement system. It is merely
used for a general check to determine if
there is oil in the engine.
Checking the oil level electronically
The current oil level in the engine is only
displayed once the engine is switched
off and with the ignition switched on. An
accurate display of the engine oil level is
therefore only possible with the engine
switched off and the ignition switched on.
The engine oil level is not displayed while
driving or when the engine is running.
On the control panel is displayed the oil
level warning light 1(Fig.A1) and the dates
in "%" 2(Fig.A1) .
Oil level measurement:
- from 100% to 20%: maximum oil level
and the indicator lights up black,
- da 19% to 0%: oil level too low.
Park the vehicle/device on a level surface.
Engage the parking brake.
Switch off the engine.
Wait approximately 5 to 10 minutes. If you
call up the oil level in the engine too early
or while the engine is running, it is not
available.
Checking the oil level with the dipstick
con
Park the vehicle/device on a level surface.
Engage the parking brake.
Switch off the engine.
Wait approximately 5 to 10 minutes.
Check the engine oil level with dipstick
2(Fig.A1).
The oil level should be between the upper
and lower marks on dipstick 2(Fig.A1).
If necessary, use filler neck 4 (fig. A1) to
top up the oil (see: 3 - MAINTENANCE:
LUBRICANTS AND FUEL).
A1
3-16
www.duma-rent.com
NL
A
- DAGELIJKS OF OM DE 10
WERKUREN
A1 -
Het peil van de olie in de motor
controleren
Vul slechts een beperkte hoeveelheid
olie bij. Het bijvullen van een te grote
hoeveelheid olie kan de motor of de
nabehandelingsunit van de uitlaatgassen
beschadigen. Voer het teveel aan olie af
of zuig het af.
De motor is uitgerust met een elektronisch
meetsysteem van het oliepeil.
Als de motor ook uitgerust is met een
staafje om het oliepeil te controleren, dan
is dit ondergeschikt aan de elektronische
meting van het oliepeil. Het staafje dient
alleen om te controleren of er zich olie in de
motor bevindt.
Elektronische controle van het oliepeil
Het huidige oliepeil wordt alleen weergegeven
nadat de motor is uitgeschakeld en de
ontsteking is ingeschakeld. Een nauwkeurige
weergave van het oliepeil is alleen mogelijk
met uitgeschakelde motor en ingeschakelde
ontsteking.
Het peil van de motorolie wordt niet
weergegeven tijdens het rijden of wanneer
de motor in werking is.
Op het bedieningspaneel wordt het lampje 1
weergegeven (Fig.A1) van het niveau en de
hoeveelheid 2 (Fig.A1) in "%" van het oliepeil.
Het oliepeil meten:
- van 100% tot 20%: max. oliepeil en lampje
zwart brandend,
- van 19% tot 0%: oliepeil te laag en lampje
rood brandend.
Plaats het voertuig/apparaat horizontaal.
Trek de parkeerrem aan.
Schakel de motor uit.
Wacht ongeveer 5 - 10 minuten. Als
het peil van de olie in de motor te
vroeg wordt opgevraagd of terwijl de
motor in werking is, is dit gegeven niet
beschikbaar.
Controle
van
het
oliepeil
staafje
Plaats
het
voertuig/apparaat
horizontaal.
Trek de parkeerrem aan.
Schakel de motor uit.
Wacht ongeveer 5 - 10 minuten.
Controleer het oliepeil in de motor met
het desbetreffende staafje 2 (Fig.A1). Het
oliepeil moet zich tussen het onderste en de
bovenste insnijding op het staafje bevinden
2 (Fig.A1).
Vul indien nodig de olie bij (zie: 3 -
ONDERHOUD: SMEERMIDDELEN EN
BRANDSTOF) via de vulopening 4 (Fig.A1).
1
2
3
met