31
Instructies
Let op: botsingsgevaar!
Bij de uitvoering van de tastcycli 400 t/m 499 mogen geen cycli voor
coördinatenomrekening actief zijn. Er bestaat botsingsgevaar!
De volgende cycli niet vóór het gebruik van tastcycli activeren:
cyclus 7 NULPUNT, cyclus 8 SPIEGELEN, cyclus 10 ROTATIE,
cyclus 11 MAATFACTOR en cyclus 26 MAATFACTOR ASSPEC..
Coördinatenomrekeningen van tevoren terugzetten
Deze cyclus kunt u uitsluitend in de bewerkingsmodus FUNCTION MODE MILL
uitvoeren.
De besturing zet een actieve basisrotatie aan het begin van de cyclus terug.
Als u de scheve ligging via rotatie van de rondtafel wilt compenseren, gebruikt de
besturing automatisch de volgende rotatie-assen:
C bij gereedschapsas Z
B bij gereedschapsas Y
A bij gereedschapsas X
Aanwijzing voor het programmeren
U moet vóór de cyclusdefinitie een gereedschapsoproep voor de definitie van de
tastsysteemas hebben geprogrammeerd.
Cyclusparameters
Helpscherm
1690
Programmeerbare tastcycli | Tastcycli scheve ligging van werkstuk automatisch bepalen
AANWIJZING
Parameter
Q268 1e boring: midden 1e as?
Middelpunt van de eerste boring in de hoofdas van het
bewerkingsvlak. De waarde werkt absoluut.
Invoer: -99999.9999...+9999.9999
Q269 1e boring midden 2e as ?
Middelpunt van de eerste boring in de nevenas van het
bewerkingsvlak. De waarde werkt absoluut.
Invoer: –99999,9999...+99999,9999
Q270 2e boring: midden 1e as?
Middelpunt van de tweede boring in de hoofdas van het
bewerkingsvlak. De waarde werkt absoluut.
Invoer: –99999,9999...+99999,9999
Q271 2e boring: midden 2e as?
Middelpunt van de tweede boring in de nevenas van het
bewerkingsvlak. De waarde werkt absoluut.
Invoer: –99999,9999...+99999,9999
HEIDENHAIN | TNC7 | Gebruikershandboek Volledige uitgave | 10/2022